Auteur: Rascha Peper
Titel: Rico’s vleugels
Jaar van verschijning en druk: 1993, 2de druk in 2001
Plaatsnaam: Groningen
Samenvatting:
Het rijke echtpaar Eduard en Cecile Rochel zijn in het bezit van een enorm grote en dure schelpen collectie. Ze wonen op de Filippijnen, maar verhuizen snel naar Nederland omdat het te gevaarlijk wordt op de Filippijnen. Ze willen hun schelpencollectie in Nederland overdragen aan een museum. Dr. Bol is een medewerker van het museum en is een goede kennis van het echtpaar. Hij had een huis voor ze geregeld aan de kust terwijl Eduard en Cecil nog in de Filippijnen waren. Als het echtpaar zich geïnstalleerd heeft in het huis, hoort Cecil dat haar zus op sterven ligt en dat er van haar verwacht wordt dat ze de volgende dag al vertrekt naar Frankrijk met het vliegtuig. Cecil wil Eduard niet alleen laten met de schelpen en vraagt aan Dr. Bol of hij een assistent kan regelen voor Eduard. Die assistent moet helpen de schelpen uit te pakken en te registreren. Dr. Bol regelt een assistent maar die wordt ziek. Dr. Bol vraagt zich af of hij niet een student kan vragen om Eduard te helpen. Cecil vindt dit absoluut geen goed idee. Dr. Bol vindt dat ze een beetje overdreven reageert. Op de terugweg heeft Dr. Bol autopech. Gelukkig komt er een jongen op een brommer aan en helpt hem met zijn auto. De jongen heet Rico. Dr. Bol biedt hem een baan aan bij de Rochéls. Hij belt Cecil op en vertelt dat alles in orde is en dat er een assistent heeft gevonden.
Cecil vertrekt naar Frankrijk en Rico komt aan in het huis van de Rochéls. In eerste instantie vindt Rico al het gedoe met de schelpen een beetje vreemd, maar hij krijgt goed betaald, dus heeft hij niks te klagen. Eigenlijk mag hij de oude man wel. Hij had zo goed gewerkt volgens Eduard dat Rico de volgende dag weer mag langskomen. Als Eduard ‘s avonds zijn vrouw opbelt is zij zeer ongerust over Eduard. Eduard verzekert haar dat alles goed komt. Rico is steeds meer te vinden in het huis van Eduard. Het begint met overwerken, mee- eten en nog een borrel na het werk. Er ontstaan een opa- kleinzoon relatie tussen Eduard en Rico. Rico heeft hier geen problemen mee. Als Dr. Bol die dag met de zwager van de Rochéls praat, krijgt hij het verhaal te horen over de seksuele relatie tussen Eduard en een minderjarige jongen in Tunesië. Dr. Bol zegt tegen Eduard dat Rico eigenlijk niet meer hoeft te komen. Eduard wil hier helemaal niks van horen en laat Rico doorwerken, omdat het werk dan opschiet. Dr. Bol en Eduard gaan die avond uit eten. Eduard kan niet stoppen met praten over Rico. Dr. Bol vindt dat Eduard een hele andere man is geworden door de aanwezigheid van Rico. Die avond ligt Eduard na te denken over zijn huwelijk met Cecile. Een huwelijk zonder seks, iets wat hij niet echt miste. Hij denkt ook aan zijn verleden met de minderjarige jongen. Hij denkt ook aan Rico, die de volgende dag weer alleen komt. Rico heeft Eduard nu wel door. Hij denkt erover na om misbruik te gaan maken van de situatie. Hij zou veel extra geld kunnen verdienen als hij de verlangens van Eduard zou vervullen.
Als Cecile Dr. Bol aan de telefoon heeft, voelt ze al dat er iets mis is. Ze vertrekt meteen terug naar het huis aan zee en vindt Eduard verward en ontroostbaar aan. Ze vertelt Rico dat hij helemaal niet meer nodig is. Rico reageert hier fel en onbeschoft op. Als Eduard merkt dat Rico weg is gaat hij hem achterna, zonder resultaat. Nadat Rico een xtc- pilletje slikt raakt hij compleet overstuur. Hij keert terug naar het huis waar hij het echtpaar ziet zitten binnen. Rico steekt het huis in brandvan één van zijn vrienden compleet door het lint en keert terug naar de villa. Wanneer hij het echtpaar daar ziet steekt hij het huis in brand. Cecil en Eduard gaan snel naar buiten. Rico probeert Cecil te raken met zijn mes. Als dit niet lukt rent Rico de duinen in. Eduard gaat hem meteen achterna. Als Eduard op het strand valt, stopt Rico met rennen en gaat naast Eduard zitten. Eduard vertelt hem een verhaal. Dr. Bol is inmiddels aangekomen bij het huis en helpt Cecil mee met het blussen van het vuur. Als Cecil Eduard vindt, ligt hij dood op het zand met een glimlach op zijn mond.
Personages:
De hoofdpersonages uit het boek zijn:
-Rico:
Rico Gabrieli is een veertienjarige jongen die helemaal gek is op brommers. Hij woont in een achterbuurt en heeft geen zin meer in school. Hij sleutelt wat aan zijn eigen brommer en zoekt altijd baantjes om geld te verdienen. Hij draagt vaak dezelfde kleding, gympies, zwarte broek, wit of zwart T-shirt en een zwart motorjack. Zijn taalgebruik is vaak grof en hij heeft criminele vrienden. Rico is een magere jongen met donker haar waar hij veel gel in smeert. Hij is eerlijk en rustig. Hij kan soms wel heel agressief worden. Later in het boek komt hij er achter dat hij een homoseksueel is want meisjes interesseren hem niet echt. Hij is meer geïnteresseerd in Eduard.
-Eduard:
Eduard Rochél is de man van Cecil Rochél. Hij is 60 jaar oud en heeft vroeger in de diplomatieke dienst gezeten. Ze bezitten een grote en dure schelpencollectie. Cecil is helemaal geobsedeerd door schelpen. Eduard ook, maar niet zo erg als Cecil. Cecil komt later in het boek erachter dat Eduard alleen geïnteresseerd is in de schelpen om zijn pedofiele gevoelens te verbergen. Hoewel hij getrouwd is, is hij eigenlijk homoseksueel. Cecil weet hiervan want hij heeft vroeger een seksuele relatie gehad met een minderjarige jongen. Na dat schandaal heeft zij er alles aan gedaan om hem niet meer in contact te brengen met jongere jongens. Eduard is zeer spraakzaam, hij weet altijd wat hij moet zeggen. Door zijn verhalen raakt Rico helemaal in de ban van hem. Hij is hardwerkend en wil alle schelpen genoteerd hebben voordat Cecil terugkomt.
De bijpersonages uit het boek zijn:
-Cecil:
Cecile Rochel is de vrouw van Eduard Rochél. Ze is heel er dominant en wil koste wat kost voorkomen dat haar man zich weer interesseert in jonge jongens. Ze waakt echt over hem. Haar leven draait om de schelpencollectie. Ze kan alleen maar over schelpen praten en wil dat het museum goed voor haar schelpen zou gaan zorgen. Zij is net zoals haar man hardwerkend.
-Ernst Bol:
Ernst Bol of liever gezegd Dr. Bol is de eigenaar van het Seba- instituut. Hij wil de schelpencollectie van de Rochéls het liefst zo snel mogelijk in zijn bezit hebben. Hij vindt Eduard een sympathieke man en is ook heel erg verward als hij het verhaal krijgt te horen van de seksuele relatie die Eduard had met een minderjarige jongen. Hij merkt op dat Eduard heel erg geïnteresseerd is in Rico. Hij probeert ervoor te zorgen dat Rico niet meer nodig is maar Eduard wil hier niets over horen. Ernst is zeer betrouwbaar en hulpzaam en zal er alles aan doen om de Rochéls het zo comfortabel mogelijk te maken hier in Nederland.
-Dijk en Krokewit:
Dijk en Krokewit zijn de vrienden van Rico. Ze zijn allang gestopt met school en zijn helemaal gek van gokken. Ze gebruiken ook drugs. Dijk stelt de hele tijd voor om in te breken bij de Rochéls maar Rico steekt daar altijd een stokje voor. Deze twee jongens doen alles voor geld en zij stoer, hebben net zoals Rico een grof taalgebruik en zijn heel gemeen.
-Moeder van Krokewit:
De moeder van Krokewit is de huishoudster bij de Rochéls. Zij zei Cecil gedag toen ze aankwam in het huis nadat ze met het vliegtuig teruggevlogen was uit Frankrijk. Eduard hoorde dat Cecile thuis was en hij ziet wit van schrik. Krokewit weet door zijn moeder ook dat het huis bijna helemaal leeg is. “Er is daar zelfs geen stofzuiger”, aldus Krokkewit.
Titelverklaring:
De titel van het boek is Rico’s vleugels. Rico is de jongen waar Eduard ‘verliefd’ op wordt. Rico is zelf ook homoseksueel maar heeft dit pas door op het eind van het boek. De vleugels slaan op de XTC die Rico gebruikt. Rico krijgt vleugels als hij stoned is. Hij kan de hele wereld aan. De vleugels kunnen ook nog slaan op het T-shirt dat Rico vaak aanheeft. Op het T-shirt staan Harley Davidson-vleugeltjes. Het is Rico zijn lievelings shirt. Rico’s achternaam heeft ook wat met vleugels te maken: Gabrieli, het is een verwijzing naar de aartsengel Gabriel, die in de Bijbel zowel het goede nieuws en het slechte nieuws aankondigt. Eduard ziet Rico ook als een soort engel en Cecil ziet hem als een Hells Angel. Ze krijgen eigenlijk alleen maar narigheid van hem op het eind.
Tijd:
De tijd in dit boek verloopt bijna chronologisch met enkele flashbacks van Eduard en Cecile Rochel: “In de bijna veertig jaar dat ze nu getrouwd waren, had hij
misschien veertig keer het bed met Cecile gedeeld en dan haast nog uitsluitend in de eerste twee jaren.” (pag. 101). Wat ook flashbacks zijn is wanneer Eduard nadenkt over zijn vroegere seksuele relatie met dat minderjarige jongetje. Ook zie je vaak wat tijdsversnellingen. Dit zijn niet alleen hele nachten maar ook een paar uur: “ Toen ze weg was, lag hij nog lange tijd met open ogen in het donker te kijken.” Ik vond ook nog wat tijdsvertragingen: “ Hij stortte zich naar voren, greep haar beet, sleurde haar de kamer door en deed het eerste het beste wat hem inviel: haar in de zware gordijnen naast de tuindeuren rollen.” (pag. 203).
De vertelde tijd is acht dagen. Het verhaal begint op een dinsdag in de zomer en eindigt acht dagen later op een woensdag avond. Het jaar waarin dit verhaal speelt is waarschijnlijk rond het jaar waarin het boek geschreven is (1993), want dit kun je merken aan de voorwerpen en gebeurtenissen die de personages gebruiken en noemen in het verhaal: computers en de Shell-opstanden op Curacao.
Structuur:
Er is maar een verhaallijn, daardoor is het boek heel gemakkelijk te begrijpen. De verhaallijn is de opkomende verhouding en het plotselinge einde daarvan.
De fabel is:
1. de ontmoeting tussen Sarah (Cecile haar zusje) en Eduard Rochel
2. de trouwerij van Cecile en Eduard Rochel
3. het voorval tussen Eduard Rochel en de jongen
4. Cecile en Eduard Rochel komen naar Nederland
5. Cecile gaat naar haar zieke zuster
6. Rico komt in huis
7. Rochel en Rico krijgen een soort verhouding
8. Rico vermoordt Eduard Rochel.
Het verhaal is dus bijna helemaal chronologisch verteld. Soms wat flashbacks maar die maken er helemaal geen ander verhaal van.
Er ontstaat een merkwaardige verhouding tussen de oude man en de jongen. De verslechtering in dit verhaal is dat dr. Bol erachter komt dat Rochel al eens eerder een verhouding heeft gehad met een jongen, en dat Cecile erachter komt dat het hulpje van haar man een jonge jongen is. Het hoogtepunt is wanneer Rochel en Rico samen op het strand zitten. Rochel is aan het doodgaan aan de verwondingen die Rico op zijn geweten heeft. Daarna sterft Rochel, maar de laatste paar dagen van zijn leven waren mooie dagen voor hem. Het is een gesloten einde. De gebeurtenissen hebben allemaal iets met elkaar te maken.
Ruimte:
Het verhaal speelt zich voornamelijk af in een afgelegen villa in de duinen aan de Nederlandse Noordzeekust. Dr. Bol had dit huis gehuurd wanneer Cecile en Eduard nog in de Filippijnen waren. Toen ze weg moesten vluchten omdat het te gevaarlijk werd zijn ze in het huis getrokken. De bedoeling was dat de Rochéls de schelpencollectie zouden registreren voordat ze naar het museum werden gebracht. De beschrijving: ”Wat voor een wonderlijk vacuum in zijn leven was dit: opeens alleen in een vreemde villa aan de Noordzee, als schelpenbewaker. Cecile ver weg, aan het sterfbed van haar zuster. Hij haalde zich het huis in Mindanao voor de geest
en zijn boot en de schipper... maar het leken beelden uit een ver verleden, een ander leven. Goed bewaarde herinneringen aan een droom. En dat hij daar over een paar weken, maanden weer zou wonen met Cecile, zou uitvaren en het net legen, dat was een onwezenlijke gedachte, iets onvoorstelbaars, alsof hij hier, aan de Noordzee, in deze villa met de rieten kap, inderdaad in een
tijdelijk luchtledig was terechtgekomen, een leven in een leven, dat geen enkele connectie had met wat ervoor en erna kwam.” (blz. 106).
Het huis creerd ook een soort sfeer. Het is afgelegen en enorm groot. Je kan de duinen zien uit het raam en je staat zo op het strand. Eenzaamheid maar ook vrijheid voel je hier goed.
Het weer speelt hier een belangrijke rol. In de tijd dat Eduard en Cecile in Nederland zijn, is het zomers warm. Als Rico dan ook in de villa aan het werk is, trekt hij zijn T-shirt uit. Dit zorgt ervoor dat Eduards ware aard bovenkomt, passie voor jonge jongens, wat hem uiteindelijk fataal wordt. Sommige delen in het boek spelen zich af in de gokhal waar Rico veel rondhangt.
Ook deze ruimte is zeer belangrijk. Hij laat namelijk zien dat Rico uit een kansarm milieu komt en welk type jongere hij is. Vooral de sfeer van de omgeving van Rico wordt bepaald door zijn ontmoetingen met vrienden in een gokhal af te laten spelen.
Perspectief:
Er is hier sprake van een meervoudig personaal perspectief. Als
lezer ken je namelijk de gedachten van de vier hoofdpersonages; Rico Gabrieli,
Eduard en Cecile Rochel en Ernst Bol en zie je het verhaal door hun ogen. Het verhaal wordt via de vier personages verteld. Enkele voorbeelden:
Rico: 'In gedachten zag hij Dijk Rochels wijn al opzuipen, de koelkast leeghalen, de gestampte muisjes door de keuken strooien...' (blz. 164)
Eduard: 'Rochel voelde dat dr. Bol naar hem keek en steun bij hem zocht, maar hij had al zijn aandacht nodig bij het lossnijden van een stukje fazant van een botje. Hij had met de museumdirecteur te doen, maar mengde zich niet in deze kwestie.' (blz. 37)
Cecile: 'Dat de Nederlandse jeugd geen omgangsvormen meer kende, had Cecile al eerder ervaren, maar zo was ze nog nooit door een vlegel van vijftien toegesproken!' ( blz. 202 )
Bol: 'Jazeker! zei Bol beslist, blij dat hij in elk geval niet beticht kon worden van zoiets stoms.' (blz. 47)
doordat er een meervoudig personaal perspectief is, krijg je het verhaal van verschillende kanten te zien en ga je geen partij kiezen voor 1 persoon. Je weet wat alle personen denken en zo krijg je een goed overzicht van wat er allemaal gebeurt. Je kan dus eigenlijk niet meer misleid worden door een onbetrouwbaar persoon. Als je in dit boek bijvoorbeeld alleen door de ogen van Rochel had gekeken zou het zeer waarschijnlijk zijn als jij je een verkeerd beeld zou vormen van bijvoorbeeld de reactie van Rico op Rochels gevoelens. Rochel is immers verliefd en verliefde mensen zien dingen nog al eens verkeerd. Doordat ze dit perspectief kiest weet je ook meer over de personen zelf, hoe ze reageren en denken. Je trekt de lezer mee in het verhaal.
Fictie, proza of literatuur?
Dit is een proza. Want de regellengte van de teksten is afhankelijk van de breedte van het papier. Het verhaal is fictie, het verhaal is geen bestaand verhaal en is niet echt gebeurd. Het kan misschien wel voorkomen maar niet zo overdreven. Het verhaal heeft een gesloten einde want Eduard wordt neergestoken door Rico. De relatie is voorbij.
Taalgebruik:
Toen ik het boek aan het lezen was viel het me op dat er best wel veel schelpentermen worden gebruikt. Bijvoorbeeld: “een malacoloog” (weekdierkundige), “conchyliologie” (kennis van de schelpen), “een linksgewonden Turbinella pyrum” (een schelpensoort). Mensen die geintereseerd zijn in schelpen vinden dit misschien niet storend maar dat vond ik het wel. Aan de andere kant bracht dit een soort wetenschappelijke sfeer in het verhaal. Je vindt ook veel lange zinnen met veel bijzinnen. Dit is niet echt storend want ik begreep de zinnen wel. De taalgebruik veranderd wel per personage. Als Rico aan het woord komt is zijn taalgebruik vaak erg plat: “Net zulke tyfuszooi als vorige week zeker!" en “Ken die ouwe z’n eige niet verzorgen?”. Eduard Rochel, daarentegen, spreekt, vooral in het begin, erg netjes en correct: “Ze had al snel ruiterlijk toegegeven dat zij in dit opzicht faalde als echtgenote en met onthutsend aplomb te kennen te geven dat hij zich daar niets van aan moest trekken en haar maar gewoon moest compromitteren.”. Aan het eind valt het op dat Eduard de taal van Rico ook gaat gebruiken.
Biografie Rascha Peper
Rascha Peper werd geboren op 1 januari 1949 in Driebergen-Rijsenburg. Rascha Peper is niet haar echte naam, het is een pseudoniem van Jenneke Strijland. Ze studeerde de Nederlandse taal- en letterkunde op een universiteit in Amsterdam, met als hoofdvak Middelnederlandse literatuur. Ze werkte daarna acht jaar lang als lerares. In 1983 verhuisde ze naar Wenen vanwege het werk van haar partner die in dienst was van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Ze was in Wenen alleen met haar man en omdat hij vaak weg was, begon ze te schrijven. Haar eerste werk verschijnt in het Hollands Maandblad en Tirade. Ze experimenteert veel in die periode. Zo komt ze op het idee om Oesters te schrijven. Ze zal later Oesters herschrijven. Later zullen krantenknipsels een belangrijke rol spelen in haar schrijverscarrière. Die krantenknipsels zijn een rode draad door haar schrijverscarrière. De krantenknipsels zijn haar inspiratiebronnen. In 1990 maakte ze haar debuut met de verhalenbundel De waterdame. Haar eerste roman, Oesters, verscheen in 1991. In 1994 werd Rico’s vleugels genomineerd voor de AKO Literatuurprijs. Twee jaar later, in 1996 won ze de Multatuliprijs voor Russisch blauw. Ze verhuisde in 1999 naar New York. In New York verzon ze haar pseudoniem toen ze een manuscript wilde opsturen naar een uitgeverij waarvan haar buurman de directeur was. Als het manuscript afgekeurd werd, zou het minder gênant zijn om hem tegen te komen. Tot op de dag van vandaag is dit haar schrijversnaam, één van haar handelsmerken. Vanaf 2002 woont ze weer in Amsterdam.
Rascha streeft ernaar boeken te schrijven die vooral boeien door een meeslepend verhaal en zij hecht aan literaire vormexperimenten. Ze schrijft geweldige boeken met een sterk plot, boeiende karakters en niet te veel details. Doordat ze krantenknipsels gebruikt om een verhaal te schrijven is ze geen autobiografische schrijfster, ze gebruikt haar eigen ervaringen niet om over te schrijven.
Citaat: 'De essentie van schrijven is schrijven tegen de dood. Je schrijft om te blijven bestaan. Kennelijk gaat daar voor mij een therapeutische werking van uit, want sinds ik schrijf ben ik een stuk vrolijker.' (Marie Claire, november 1996)
Andere werken van Rascha Peper:
De waterdame(Verhalenbundel) 1990 Verhalen
Oesters (Boek) 1991 Psychologische liefdesroman
Oefeningen in manhaftigheid (Verhalenbundel) 1992 Verhalen
Rico's vleugels(Boek) 1993 Psychologische roman
Russisch blauw(Boek) 1995 Roman
Alle verhalen(Verhalenbundel) 1997 Verhalen
Een Spaans hondje(Boek) 1998 Psychologische roman
Kiew, Kiew(Boek) 1998 Roman
Dooi(Boek) 1999 Roman/Novelle
Wie scheep gaat(Boek) 2003 Roman
Thematiek:
Het thema van Rico’s vleugels is obsessie en onmogelijke liefde. Obsessie komt voort uit het feit dat Cecil geobsedeerd is door schelpen. Eduard lijkt ook geobsedeerd door schelpen maar eigenlijk is dat niet waar. Eduard is lang niet zo voorzichtig om met de schelpen als Cecil en is er ook veel minder in geïnteresseerd. Hij is meer geïnteresseerd in minderjarige jongetjes. Op het meest passionele moment van het boek zegt Rochel tegen Rico: “Goudvisje van me, zeepaardje… mijn lieve kleine tijgerhaai.” Het andere thema vind ik onmogelijke liefde. Eduard is nu al 60 jaar oud. Rico is 14 jaar oud. Eduard mag geen relatie hebben met een minderjarige persoon.
Motieven:
“Goudvisje van me, zeepaardje… mijn lieve kleine tijgerhaai.” Dit zegt iets over drie motieven. Het eerste motief is vis, de vis speelt een rol in het boek. Het begint met de dode goudvissen, die Rochel elke dag in zijn vijver vindt. Ook het zeepaardje speelt een rol in het verhaal. Rico heeft alleen maar zeepaardjes gezien in souvenirswinkeltjes en Cecile vindt Rochel na zijn vlucht terug bij een souvenirswinkeltje. Rico steekt Rochel na zijn ontslag onder zijn navel in zijn buik. Dat is de plek waar zeepaardjes hun jongen dragen. En op het strand in de kuil geeft Rico een levend zeepaardje aan Rochel, waarna Rochel sterft. Het derde motief is het T-shirt van Rico. De ene keer draagt hij er een met de Harley Davidson-vleugeltjes erop, dan een van de Chicago Bulls en een keer eentje met een grote tijgerkop met wijd opengesperde bek erop. (‘… mijn lieve kleine tijgerhaai.’)
De titel geeft ook al een motief weer: vleugels, die komen vaak voor in het boek. Vleugels verwijzen naar hemelse en demonische wezens. Door Eduard wordt Rico als een engel gezien, door Cecile als een Duivel. Rico’s achternaam is Gabrieli, deze naam verwijst zich naar de engel Gabriel. Zijn komst kondigde goed nieuws, maar ook slecht nieuws aan. En dit is ook bij Rico het geval, Rico’s komst brengt Eduard tot leven. Maar het is ook het begin van het einde.
Rico heeft ook een lievelings T-shirt met de Harley Davidson vleugeltjes erop.
Ik las op internet dat er ook een paar andere motieven zijn gevonden. Het motief zeven is daar één van: Rico is de zevende figuur in Eduards leven. Eduard maakt een vergissing bij het opschrijven van gegevens van een groep van zeven schelpen. Het boek beslaat precies een week, dus zeven dagen. Eduard verteld Rico een verhaal over een jongen die zeven zeldzame schelpen vond die hij aan zeven verschillende handelaren verkocht.
Dan is er eentje die mij nooit was opgevallen. In het boek gaat elke dag een vis dood behalve op de zevende dag. Dit verwijst volgens 1 van mijn bronnen naar de openbaring van Johannes (laatste bijbelboek) en dan speciaal het verhaal van de zeven zegels en het lam. Het lam en de vis staan voor Christus, voor een nieuwe tijd die zal aanbreken. Maar omdat er maar zes vissen sterven kondigt dit juist het einde aan. De schelpen in het verhaal zijn ook een motief. In het verhaal zijn ze de passie van het echtpaar Rochel, het is hun leven. Schelpen zijn een symbool voor de liefde. De liefdesgodin Venus draagt ook altijd een schelp bij zich. Eduard geeft verschillende schelpen aan Rico. Dit doet hij om zijn aandacht te trekken en zijn affectie te laten zien. Ook staan schelpen voor de dood, het graf wat mensen na hun dood omgeeft.
REACTIES
1 seconde geleden
G.
G.
zeer goed dankjewel geen zin om het boek zelf te lezen XD tnx vooral met de personages ernog bij
14 jaar geleden
Antwoorden