Feitelijke gegevens over het boek
Verschijningsdatum 1e druk: juni 2011
Gebruikte druk: 1e
Aantal bladzijden: 192
Uitgeverij: L.J. Veen
Genre
“Op zee “ is een psychologische roman over angsten die ouders hebben voor het welzijn van hun kind en over een midlifecrisis.
De cover
De blauwe omslag heeft een getekende illustratie van een klein zeilbootje als speelbal van grote golven. In het boek staan ook nog andere illustraties, zoals je die in een jeugdboek wel ziet.
Op de site van Toine Heijmans staat daarover vermeld: Het omslag van Op zee is gemaakt door Jenna Arts, veelbelovend studente aan de kunstacademie in Breda. Op basis van het manuscript maakte ze illustraties, waarvan een groot aantal is opgenomen in het boek – en een paar op deze site. Ze passen op een wonderlijke manier bij het verhaal, hoewel schrijver en illustrator elkaar nooit hebben ontmoet.
De flaptekst
Een vader neemt zijn zevenjarige dochter mee op een zeiltocht, in twee dagen van Noord- Denemarken naar Nederland. Afgezonderd van de rest van de wereld horen ze meer dan ooit bij elkaar. Totdat er iets gebeurt dat hun leven totaal op zijn kop zet. Op zee is een spannende, wonderschone roman over ouders en kinderen en de angst om alles te verliezen. Over de genadeloos mooie Noordzee. En over een plan dat mislukt. Of toch niet?
The making of… Op zee
Bron: website: www.op-zee.nl
Op zee werd voor een deel geschreven aan boord van een zeilboot, onderweg van Delfzijl naar Göteborg. Er was geen wind, de zee was vlak, en zo kwamen de eerste pagina’s op papier. Het verhaal was jaren eerder al bedacht, nu moest het maar eens opgeschreven worden. Het duurde nog een jaar voordat het af was.
Het was nooit de bedoeling dat het een zeilverhaal zou worden, en dat is het ook niet geworden. De zee is alleen maar een decor.
Het is fictie. Alles is verzonnen. Ook al heeft de schrijver zelf een dochter met wie hij soms uit zeilen gaat.
Samenvatting van de inhoud
In het eerste hoofdstuk maken we kennis met de ik-verteller van deze roman. Hij is in een oude zeilboot (die Ismaël heet) op weg van Denemarken naar Terschelling. Het is de laatste etappe van een solozeilreis die Donald heeft gemaakt rond de Britse eilanden. Maar het bijzondere van deze laatste etappe is dat hij zijn vrouw Hagar ervan heeft kunnen overtuigen dat het leuk zou zijn wanneer zijn zeven jaar oude dochter Maria zou mogen meevaren van Denemarken naar Nederland. Eerst is ze er niet voor te porren, maar wanneer hij belooft dat hij goed op haar zal letten, geeft ze uiteindelijk toe. Het weer is niet al te best en Donald is bang voor onweer. Aangezien zijn dochtertje op dat moment ook wat bang oogt, besluit hij het eventuele noodweer op zee af te wachten. Dat is veiliger. Hij onderhoudt het contact met zijn vrouw Hagar via de mobiele telefoon. Om de telefoon tegen blikseminslag te beschermen, wordt die in de oven gelegd. De vuurtorenwachter van de Brandaris neemt ook contact met hem op: hij houdt de boot in de gaten, omdat hij stilligt bij een bepaalde boei. Donald antwoordt dat hij het slechte weer op zee afwacht.
Via een hoofdstuk met een flashback komen we te weten dat Donald een beetje vastgelopen is op kantoor. \'Ik werkte er al vijftien jaar, en merkte dat mijn kantoorgenoten steeds jonger werden. Ik werd steeds ouder. De promoties waarop ik had gehoopt, bleven uit,\' deelt hij mee. Hij besluit om een sabbatical periode van drie maanden te nemen. Dat mag van zijn baas. Ook zijn vrouw vindt het prima. Donald verkeert duidelijk in een midlifecrisis en hij zal moeten nadenken over de zin van zijn bestaan, vindt ze.
Na enkele maanden solozeilen is hij in het Deense vissersdorpje Thyborøn aangekomen. Er is niet veel te doen, maar vandaar uit kan hij via een treinreis zijn dochtertje van het vliegveld ophalen. Hagar heeft haar immers op het vliegtuig gezet. In het havenplaatsje Thyborøn dat rustig maar ook saai is, wachten ze op het vertrek. Donald heeft zijn boot genoemd naar de hoofdfiguur van de bekende roman van Mellville, Moby Dick. Die vecht daar een verwoede strijd uit met de witte walvis. Ze varen de haven uit, de boot wordt gestuurd door Maria en ze worden nagewuifd door een vissersman die als een soort profeet reageert.
Op zee is Maria wel even bang dat ze zeeziek wordt. Ze hebben ooit een tochtje gemaakt toen Maria nog een baby was. Maar het weer was ook toen slecht geworden en Maria was gaan kotsen. Ze was toen al zeeziek geweest en ze is bang dat ze het nu weer zal worden.
Op zee gaan ze ook even zwemmen. Donald is eerst bang dat hij het trapje niet van de boot heeft neergelaten, waardoor ze niet meer aan boord zouden kunnen komen. Hij waarschuwt er zijn dochtertje voor.
Dan komt het verwachte drama. In hoofdstuk 18 merkt Donald dat Maria niet meer aan boord is. Ze is die nacht al twee keer uit haar bedje gekomen ( een keer om naar de wc te gaan en een keer om te vragen of hij het overlevingspak wil weghangen, omdat ze dat eng vindt).
Hij raakt in paniek. Is ze overboord geslagen? Wat moet hij nu? De autoriteiten waarschuwen? Hij gaat in de oude rubberboot zitten die achter de zeilboot is vastgemaakt en denkt dat hij haar in het water ziet liggen. Maar het is een oude boei. De rubberboot loopt langzaam leeg en heeft moeite om aan boord te komen. Hij moet zijn opgeblazen reddingsvest ervoor lek prikken. Maar wanneer hij zich aanmeldt bij de Brandaris, ziet hij ineens dat Maria weer terug is. Waarschijnlijk was ze naar de wc gegaan, toen hij haar zocht en daarna toen hij in het water lag, weer gewoon gaan slapen. Hij is echt het zicht op de realiteit kwijt. Is Maria nu wel of niet aan boord?
Dan verandert het perspectief in hoofdstuk 24. In Harlingen staat Hagar met Maria op de kade op Donald te wachten. Hij is drie maanden gaan zeilen. Bij zich heeft ze de ontslagbrief van zijn kantoor. Hij is daar drie maanden afwezig geweest zonder zich af te melden. Maria heeft een tekening voor haar vader gemaakt. Ze verwachten de zeilboot nu elk ogenblik terug, maar wanneer Hagar contact opneemt met de havenmeester ziet die nog geen rood zeiljacht in aantocht. Ze nemen hun intrek in een hotelletje en ze denkt na over de soorten vaders die je hebt. Donald is er één van de onbezorgde soort. Maar het is daarnaast wel een beetje een “loser”. Er lukt hem niet veel: het wordt tijd dat hij eens orde op zaken stelt in zijn leven.
Wanneer ze weer contact opneemt met de kustwacht, hoort ze dat ze “een stilligger” hebben. Dat is de boot van Donald. Later meldt de man dat het jacht eraan komt.
Weer later ziet Hagar een gehavende boot de haven van Harlingen binnenvaren. Ook Donald ziet er slecht uit: hij is erg mager geworden. Donald zwaait naar zijn vrouw en kind.
Titelverklaring
“Op zee” is een toepasselijke titel voor de roman. Hij is niet moeilijk te verklaren. Het grootste deel van de hoofdstukken speelt zich namelijk af op de Noordzee, tussen het Deense plaatsje Thyborøn en het Waddeneiland Terschelling.
Motto
Het boek heeft twee motto’s.
Het eerste is de laatste zin uit het dagboek van de solozeiler David Crowhurst (1969)
There is no reason for harmful….”
Het tweede motto is een zinsmede uit een interview met zijn zoon Simon Crowhurst:
He was the architect of his own downfall.
He tried to do something which went disastrously wrong.
In deze twee motto’s zit het gevaar van het solzeilen opgesloten.
Maar het is tevens een waarschuwing voor de lezer, want David Crowhurst ging door het lint tijdens zijn solozeilreis en stapte van boord, midden op zee.
Structuur en perspectief
Het verhaal wordt verteld in 27 relatief korte hoofdstukken. De bladspiegel is heel groot en de uitgave is zelf vrij klein, waardoor er weinig woorden op een pagina staan. In het boek staan enkele illustraties van een studente die ook de cover ontworpen heeft. Dat wekt daardoor de indruk dat we met een jeugdboek te maken hebben.
De ik-verteller is de veertiger Donald die een solozeilreis maakt van ongeveer drie maanden. Hij neemt een sabbatical van enkele maanden op zijn werk en heeft het plan opgevat om het laatste deel van zijn reis samen met zijn 7 jaar oude dochtertje Maria te maken . Het boek begint met een hoofdstuk waarin Donald al op zee is met Maria. In enkele hoofdstukken wordt de voorgeschiedenis terugverteld ( de crisis op kantoor, het verzoek aan zijn vrouw of Maria mee mag, het ophalen van zijn dochtertje van het vliegveld). Hierdoor wordt de chronologische volgorde van de vertelling wel doorbroken. In deze hoofdstukken vertelt Donald in de o.t.t.
Maar vier hoofdstukken voor het einde (ho 24) verandert ineens het perspectief : de ik-verteller Donald wordt ingeruild voor de personale vertelster Hagar die met haar dochtertje Maria in de haven van Harlingen op de terugkeer van haar man wacht. Ze vertelt in de o.t.t.
We zijn dus als lezer door de eerste verteller in de maling genomen. Maria is nooit aan boord geweest bij haar vader en er is dus sprake van een verhaal met het motief “Fantasie en werkelijkheid.” Dat is op zich een beetje teleurstellend.
In de allerlaatste alinea is er dan nog een alwetende verteller die beschrijft dat Donald zijn vrouw en kind op de kade ziet staan.
De tijdlagen van het verhaal
Er verstrijken in totaal twee dagen waarop de zeiltocht van Denemarken naar Terschelling plaatsvindt. Er wordt niet verteld in welk jaar de reis zich afspeelt. Wel geeft Donald prijs dat het augustus is. Uit tekstgegevens (het gebruik van mobiele telefoons) blijkt wel dat we in de 21e eeuw zijn.
Het decor van de handeling
Het decor van de roman is de Noordzee tussen Denemarken en Terschelling. Twee dagen zeilt Donald met zijn oude zeilboot op de zee. Waarschijnlijk is hij door de lange periode van zeilen het zicht op de werkelijkheid kwijt geraakt. Hij fantaseert dat zijn dochter bij hem is op zee.
Het decor is daarom van meer belang voor de symbolische betekenis dan van de topografische omstandigheden. Van de zee en het klimaat dat op zee heerst (de komende storm) gaat dreiging uit. De lezer zal vermoeden dat er iets met de kleine Maria zal gebeuren. Ook Donald denkt dat ze overboord geslagen is en springt in de zee. Ten slotte arriveert hij in de veilige haven van Harlingen waar zijn vrouw Hagar en dochter Maria hem opwachten.
Eigenlijk is het helemaal niet van belang dat het decor de zee is: het gaat natuurlijk meer om de richting in zijn leven die Donald moet bezien.
Uitgewerkte thematiek
“Op zee”komen diverse thema’s aan bod. Allereerst is er het motief van fictie en werkelijkheid, één van de oermotieven van de literatuur. Wat is het verschil tussen de fantasie en de realiteit’? Het is aan het einde duidelijk dat de solozeiler Donald zijn grote wens (zeilen met zijn dochtertje) in zijn fantasie beleeft. Hij heeft dan meteen de ingewortelde angst dat er iets met je kind tijdens zo’n reis kan gebeuren. Het overboord slaan tijdens slecht weer is er natuurlijk een voorbeeld van. Dat lijkt dus ook allemaal te gebeuren. Maar een grote desillusie (voor mij tenminste als lezer) wordt het wanneer het verhaal over het verloren gewaande kind slechts in de kop van Donald zit. Het meisje staat veilig en wel in Harlingen aan de hand van haar moeder te wachten op haar vader. Weg spanning.
Een tweede motief dat uitgewerkt wordt in de roman is dat van de midlifecrisis. Donald heeft het na 15 jaar wel gezien op het kantoor waar hij werkt. Andere mensen zijn hem voorbijgestreefd bij promoties en wanneer dat bovendien ook jongere mensen dan hij zijn, ziet hij het niet meer zitten. Hij vertelt tegen zijn vrouw dat hij een sabbatical geeft gekregen (maar we weten niet of dat waar is, want Hagar heeft een ontslagbrief van kantoor gekregen) en gaat doen waar een man in zijn woeste dromen misschien wel naar verlangt: een tijdje weg van vrouw en kinderen om de accu weer op te laden.
De angst dat er iets met je kinderen zal gebeuren, zit natuurlijk in de meeste ouders. Ouders hebben de taak kinderen te beschermen en hen niet onnodig in gevaar te brengen. Het is dus niet zo vreemd dat de moeder van Maria aanvankelijk tegen het meevaren van Maria met haar vader is. Daarna zou ze hebben toegegeven. Aan het einde van de roman blijkt echter dat ze helemaal niet heeft toegegeven. Maria is gewoon niet meegegaan op de zeilboot. Dat de angst er onbewust bij Donald inzit, blijkt uit de scènes waar hij Maria aan boord van de zeilboot kwijt is. Hij vreest dat ze overboord geslagen is, denkt haar later weer in zee te zien liggen, merkt daarna weer dat ze toch weer aan boord is. Kortom, het zijn alle bewijzen van de angst die een ouder heeft dat een aan hem toegewezen kind iets zal overkomen.
Over deze drie motieven gaat de debuutroman van Toine Heijmans in de eerste plaats.
Beoordeling scholieren.com
Nieuwsgierig gemaakt door de positieve recensies in De Volkskrant en het NRC (zie hieronder) wilde ik de debuutroman van Toine Heijmans lezen. Maar hoe aardig het verhaal van een in een midlifecrisis verkerende vader ook start, de omslag van het verhaal in hoofdstuk 24 (Maria is gewoon bij haar moeder gebleven) bracht me terug bij mijn desillusie van het lezen van boeken in mijn jeugd waarin een heel spannend verhaal niets anders bleek te zijn dan een droom. Dat wil vooral in jeugdboeken nog wel eens het geval zijn.
Die gedachte een aan jeugdboek werd bovendien versterkt door dat er in deze uitgave een aantal illustraties bij het verhaal zijn opgenomen. Dat zie je immers ook in boeken voor de jeugd. En dat overheerste toch ook bij het afsluiten van het boek. Juist door de manier waarop ik als lezer in de maling werd genomen (Maria is niet aan boord) kreeg ik van het boek een heel wat minder goede indruk.
Voor een debutant schrijft Heijmans niet slecht: de taal is goed verzorgd, de meestemetaforen wel geslaagd.
Het boek is ook gemakkelijk te lezen voor scholieren van havo en vwo. Het is namelijk niet dik en de bladspiegel is ruim. Veel tijd neemt het leven van de roman derhalve niet in beslag.
De amusementswaarde van de roman is voor de doelgroep van scholieren: voldoende.
De literaire waarde voor de leeslijst: 2 punten.
Recensies
Voor een debutant kreeg Toine Heijmans een flink aantal recensies in de landelijke dagbladen. Daarbij heeft misschien geholpen dat hij al columnist in De Volkskrant is.
In diezelfde Volkskrant van zaterdag 25 juni 2011 schrijft Daniëlle Serdijn een heel positieve recensie over haar collega.
Toine Heijmans de non-fictieschrijver, die kenden we al van de Volkskrant en La vie Vinex, met vrolijke en minder vrolijke verhalen over de Amsterdamse nieuwbouwwijk IJburg. Maar Op zee, zijn romandebuut, is van een andere orde. In dit boek is Toine Heijmans de romanschrijver opgestaan, en dan zie je hoe al het andere, hoe goed ook, slechts een vingeroefening is geweest. Op zee is een dwingend gecomponeerde roman, die je gaandeweg doet beseffen dat alles anders in elkaar steekt dan je had gedacht.
Wat wonderschoon bij de kleine leefwereld van de hoofdpersoon past, is Heijmans eenvoudige stijl, waarmee hij niettemin het vertrouwde steeds net even laat kantelen. Laten we wel wezen, hoeveel boeken zijn er niet geschreven over mannen die ineens wat geks willen doen met hun leven en met een motor richting de horizon vertrekken? Die hele thematiek is door en door bekend, maar Heijmans laat de zeewind er doorheen waaien waardoor alles fris voelt en ruikt.[….]
Dit is Heijmans de romanschrijver, die niet toevallig twee begaafde stilisten aanhaalt, Paul Biegel en Slauerhoff. Hij heeft goed naar ze gekeken, maar is zijn eigen weg gegaan.
In het NRC van dinsdag 5 juli schrijft Sebastiaan Kort over de roman: Maar voorop staat dat Op zee een opmerkelijk strak geschreven roman is, waarin op meeslepende wijze de angsten en wanen van Donald inzichtelijk zijn gemaakt. Dit is des te bewonderenswaardiger omdat het naderend onheil van een vader en dochter in een amper zeewaardige schuit al op de openingspagina van de roman wordt aangekondigd. Mij vang je niet, denk je dan nog. En dat blijf je denken tot je plotseling in de tweede helft van het boek merkt dat je ogen obsessief over de pagina’s schieten. [….]
De kans is groot dat Toine Heijmans een boek heeft geschreven dat hetzelfde soort lezer aanspreekt als die van Herman Kochs Het diner. Net als dit boek onderzoekt Op zee de bereidheid van ouders om zich voor hun kind op te offeren. Het is ook met een thrillerachtige vaart geschreven. Als het Heijmans een beetje meezit, ziet u Op zee het binnenkort her en der uit tassen van strandgangers rollen. Ze zullen er een boottochtje voor afgelasten.
Maar Marja Pruis is in De Groene Amsterdammer van 6 juli 2011 helemaal niet zo positief. ” Op zee” is opgetrokken uit het zouteloze, vlakke proza dat bij de kiloknaller vandaan komt. Op het dramatische omslagpunt in het boek, het moment dat de vader zijn dochter kwijt is, lees je de zinnen van een ouderwets schooldictee: \'Ik sta als een dwaas in het vooronder. Het weer is omgeslagen. De boot beweegt. Ik hoor de golven tegen de romp slaan, ik hoor de hagel hameren op het dek. Ik heb niet gemerkt dat Maria is verdwenen. Ik kan het niet verklaren. Er moet een reden zijn. Maar ik kan er geen verzinnen.\'
Het is het \'korte zinnen, snel thuis\'-proza dat waarschijnlijk door moet gaan voor heldere onderkoeldheid, maar dat je voortdurend het gevoel geeft per ongeluk de versimpelde versie voor beginnende lezers in handen te hebben. Afgezien daarvan heeft Op zee een krukkige en irritante plot. \'En toen werd hij wakker\', dat werk. Je doet er verder niemand kwaad mee, maar het is een deprimerende gedachte dat dit soort slappigheid moet doorgaan voor een literaire roman.
Arie Storm in Het Parool van 5 juli 2011 is ook niet positief. Allereerst wil hij iets kwijt over de illustraties: “
Op een kalenderwijsheid meer of minder kijkt Donald niet - gelukkig zijn er in het boek plaatjes opgenomen. Die illustraties zijn gemaakt door Jenna Arts (1991); ze slepen je door de eerste honderd pagina\'s heen. Heeft Donald het over een leeg bed, dan zien we een tekening van een leeg bed. Nu ja, eerlijk gezegd zijn die illustraties dus ook vrij infantiel. Daar moet het in deze roman evenmin van komen.[….]
Laat ik nu even dit opmerken: Op zee is een moderne Nederlandse roman. Wat betekent dat?
Waar dient de lezer rekening mee te houden? Met dit: het allerergste. Het dochtertje verdwijnt. Opeens is ze van boord verdwenen. Het ging met Donald al niet zo lekker, maar dit is toch wel de grens. Dochter overboord! Spoorloos! Donald: \'Ik weet niet wat ik moet doen.\'
En laat ik het nog maar eens opmerken: dit is een moderne Nederlandse roman. Wat betekent dat verder? Dit: we moeten Donald niet zo serieus moeten nemen. Want Donald is gek, knettergek. Doorgedraaid op kantoor. Verder verklap ik niets over de plot.
Tot aan bladzijde 172 wordt de roman verteld in de ik-vorm. En dan wordt overgeschakeld naar de derde persoon enkelvoud. We kijken vanaf dat moment hoofdzakelijk door de ogen van de vrouw van Donald, Hagar. Vanaf nu worden de raadsels opgelost. Dat is al met al niet zo elegant gedaan. Maar goed, het boek is wel even spannend geweest. Literatuur voor volwassen mensen is het echter nergens geworden. Helaas.
Op www.recensieweb.nl bespreekt Arend van Lom op 15 juli deze kleine roman.
De vormgeving van een boek is doorgaans geen onderwerp van een recensie. Soms ontkom je er echter niet aan daar iets over te schrijven. Op zee is een krachtig samengebald verhaal. De uitgever laat echter geen middel onbenut het boek op te pompen. Kleine pagina’s, fors lettertype, ruime marges, een lading illustraties: alles wordt uit de kast gehaald. Het resultaat is lachwekkend mager, net 192 bladzijden. Zo wordt Heijmans weggezet als een knullige schrijver die bij gebrek aan woorden zijn boek met lucht moet vullen. Dan staat ook nog eens de quote ‘Unputdownable’ op de omslag. Alsof dat malle woord een aanbeveling is. Was dat alles achterwege gebleven dan hadden we een keurige novelle gehad, formaat Boekenweekgeschenk. Wat is daar in hemelsnaam mis mee?Jammer van de opmaak. Een boek, en deze zeker niet, is geen kerstboom. Tuig het dan ook niet op. Op zee heeft geen fratsen
Over de schrijver en eerder gepubliceerde werk
Bron: website uitgever
Toine Heijmans (1969) is verslaggever en columnist van de Volkskrant. Eerder schreef hij La vie Vinex. Hij woont met zijn vriendin en hun drie kinderen in Vinex-wijk IJburg. Zijn eerste roman Op zee verscheen op 23 juni. Meer informatie op: www.op-zee.nl.
Op zee door Toine Heijmans
7.2
Een vader neemt zijn zevenjarige dochter mee op een zeiltocht, in twee dagen van Noord- Denemarken naar Nederland. Afgezonderd van de rest van de wereld horen ze meer dan ooit bij elkaar. Totdat er iets gebeurt dat hun leven totaal op zijn kop zet. Op zee is een spannende, wonderschone roman over ouders en kinderen en de angst om alles te verliezen. Over de genadeloos…
Een vader neemt zijn zevenjarige dochter mee op een zeiltocht, in twee dagen van Noord- Denemarken naar Nederland. Afgezonderd van de rest van de wereld horen ze meer dan ooit bij …
Een vader neemt zijn zevenjarige dochter mee op een zeiltocht, in twee dagen van Noord- Denemarken naar Nederland. Afgezonderd van de rest van de wereld horen ze meer dan ooit bij elkaar. Totdat er iets gebeurt dat hun leven totaal op zijn kop zet. Op zee is een spannende, wonderschone roman over ouders en kinderen en de angst om alles te verliezen. Over de genadeloos mooie Noordzee. En over een plan dat mislukt. Of toch niet?
Oefenen voor je mondelingen?
Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.
REACTIES
1 seconde geleden
K.
K.
bedankt voor dit enige boekverslag me leraar geloofde dat het van mij was ;)
9 jaar geleden
Antwoorden