Elin Meijnen
Huisje 13
Overleven zonder wifi
Een korte samenvatting:
"Huisje 13" vertelt het verhaal van Ronja, wiens leven op zijn kop wordt gezet wanneer haar moeder geobsedeerd raakt door het vermijden van wifi-straling. Dit leidt tot een drastische verandering: het gezin verhuist naar een afgelegen vakantiepark zonder wifi. Voor Ronja betekent dit dat ze niet langer met haar vriendinnen kan communiceren via apps, haar huiswerk maken bemoeilijkt wordt en ze belangrijke berichten van school mist.
De situatie wordt nog ingewikkelder wanneer Ronja's moeder extreme maatregelen begint te nemen, zoals het verbieden van wifi-feestjes en Ronja isoleren in een afgelegen vakantiehuisje nadat een feestje uit de hand is gelopen. Aanvankelijk denkt Ronja dat haar eigen plekje een droom is, maar al snel realiseert ze zich dat het gebrek aan basisvoorzieningen, zoals stromend water en verwarming, het leven moeilijk maakt.
Wanneer Ronja ook nog eens geconfronteerd wordt met de verantwoordelijkheid om voor zichzelf te zorgen en haar eigen problemen op te lossen, wordt de situatie nog complexer. Het boek verkent diepgaande thema's zoals familie, zelfstandigheid en de impact van obsessief gedrag op het dagelijks leven, terwijl het de lezer meeneemt op een boeiende reis door de ups en downs van Ronja's leven. Het gaat op sommige momenten moeilijk als ze naar het vakantiehuis gaat, maar het wordt langzaam beter!
Een ander einde:
Ik begin na bladzijde 200.
Ronja is net weggelopen van huis…
Ik blijf rennen, al die popcorn en ijs maken me niet meer uit. Als ik me moet aanpassen moeten ze dat ook!
Ik ren en ren totdat mijn benen dood zijn. Ik zie een groot winkelcentrum aankomen, ik ren daar naar binnen. Daar verstop ik mezelf in een oude winkel die zo te zien al een tijdje buiten gebruik is.
De bewaking komt meerdere keren langs. Ik blijf in de oude winkel achter de oude balie zitten. Ze kunnen me niet zien. Ik blijf voor een lange tijd gehurkt zitten.
Ik val daar langzaam in slaap. Tot die 3 uur 's nachts gok ik, hoor ik een harde knal. Het alarm gaat af en ik hoor allemaal mensen van de bewaking langs hoor rennen.
Er komt een groep van 4 mensen met bivakmutsen de oude winkel binnen . Ze komen naast mij achter de balie zitten.
Ik schrik me zowat dood. Die mannen komen zo dichtbij.
‘Kut… D’r zit hier een meid. Wat moeten we doen, baas?' Zegt een van de mannen, ze hebben het over mij!?
‘Shit. Neem maar mee.’ Zei de man waarvan ik uitga dat hij de baas is.
‘Jij snapt het, baas!’ Een van die mannen gooit een zak over mijn hoofd en bind mijn handen aan elkaar met een touw, dan gooit hij me over zijn schouder en rennen ze weg.
Ze rennen voor een lange tijd, ze lopen een gebouw binnen en ze zetten me neer op een stoel en binden me vast.
De zak wordt hardhandig van mijn hoofd getrokken, ik kijk een beetje rond en zag dat ze hun bivakmutsen niet op hebben.
Ik kijk naar de baas en zie dat het Johnny is.
'J-Johnny!?' Schreeuw ik zowat van verbazing.
‘Ronja…? Hallo, leuk om jou weer te zien… mooi moment ook. Maar wat deed je in het oude winkelcentrum?' Vraagt hij vriendelijk alsof er niks is gebeurd. ‘Dit is best ver weg van de Wildvanck.’
‘Ik ben weggelopen van mijn vaders huis. Mijn stiefmoeder wil dat ik me aan hun leven aanpas, maar ik vind dat ze dat ook moeten doen. Dat wilden ze niet dus toen ging ik weg.’ Ik biecht het op alsof er een last van mijn schouders is.
‘Cool.’ Zegt hij vriendelijk. ‘Heb je zin om bij ons te horen? Wij zitten misschien in de maffia, maar daar moet je niet op letten.’
‘Zeker weten? Ik ben niet al te handig met… dat.’ Vraag ik onzeker.
‘Absoluut, wie wilt jou nou niet?’ Hij geeft me een zoen op mijn voorhoofd, terwijl hij door mijn haar streelt met zijn hand.
‘Oké, ik sluit me aan. Bij jullie maffia...’
‘Mooi. Neem dit pak, iedereen in onze organisatie heeft een pak.’ Hij zegt terwijl mijn handen en benen worden bevrijd.
Ik neem het pak aan en trek het aan achter een gordijn.
‘Perfect.’ Hij pakt me vast en trekt me naar zich toe. ‘Ronja, ik dacht dat ik gek werd toen je voor het eerst voor mijn deur viel. Je hebt geen idee hoe lekker je bent.’
Hij geeft me een dikke zoen op mijn lippen, ik zoen hem terug.
‘Wil jij de mijne zijn?’ Vraagt hij vriendelijk.
‘Absoluut!’ Hij zoent me nog een keer. We blijven zoenen tot de zon op komt, ik hou echt van hem. Dat hij in de maffia zit verandert niks.
De volgende dag gaan we op onze eerste missie samen. We gaan met de helikopter.
Alleen crashte hij neer midden in de Atlantische Oceaan. Een koffer raakt mijn hoofd en ik zie alleen nog maar zwart. Ik voel twee sterke handen om me vast te pakken en me uit het water te tillen.
Hij doet mond op mond beademing en ik krijg mijn ogen eindelijk open en zie Johnny. Hij heeft me gered.
‘Johnny?’ Vraag ik. ‘Waar zijn we?’
‘We zijn gecrashed… we zitten op een onbewoond eiland. Ik ben blij dat je er nog bent, Schat.’
‘Ik ook. We kunnen ook hier een nieuw bestaan opbouwen, gewoon ons. Lekker rustig. Ik weet hoe het is om zonder internet te leven.’ Stel ik voor.
‘Als jij dat wil dan doen we dat samen.' Hij kust me op mijn voorhoofd en begint met palmboom hout te verzamelen.
Ik begin met een plattegrond te maken voor onze toekomstige villa van palmboom hout. We bouwen dagenlang, maar het is prachtig.
‘Ik ben trots op je, Schat.’ He kust mijn voor hoofd en we lopen samen de nieuwe palmboom villa in. We laten ons oude leven voorgoed achter ons.
Dag mijn oude leven.
Bron; Mezelf, Huisje 13, overleven zonder wifi
REACTIES
1 seconde geleden