Titel: Moord en brand
Auteur: Boris O. Dittrich
Gebruikte druk: Eerste
Verschenen in: 2011
Aantal bladzijden: 415
Uitgegeven bij: Nieuw Amsterdam Uitgevers
Samenvatting
Redouan Fouali doet namens de AIVD onderzoek naar de omstandigheden rond de moord op politicus Pieter Korff. Een jaar later is er nog steeds geen dader gepakt. Dan komt een collega van Korff – Nick Matroos – om het leven bij een brand. Er wordt niet bewezen dat het om moord gaat, maar in werkelijkheid is de brand aangestoken door Vincent Kooper. Kooper is het hoofd van de schoonmakers van het Binnenhof en hij heeft beide politici vermoord. Intussen bloeit er iets op tussen Fouali en zijn collega Ella, maar hoe dichter ze bij het oplossen van de moord komen, hoe meer gevaar ze zelf lopen. Ella overleeft een aanval van Kooper maar net. Terwijl zij op de intensive care ligt, smeedt Kooper een plan om een granaat af te laten gaan op Prinsjesdag. Voordat hij dat doet, vermoordt hij eerst nog een politica: Anka de Ranitz. Uiteindelijk weet Fouali de granaat weg te schoppen en zo de boel te redden. Kooper zelf wordt doodgeschoten door de politie.
Samenvatting per hoofdstuk
Amerikaanse inmenging
Redouan Fouali is een dertiger van Marokkaanse afkomst die voor het ministerie van veiligheid werkt. Hij heeft een afspraak met Scott Weislogel, de Amerikaanse ambassadeur. Redouan vertelt hem dat er een omgevingsonderzoek is gestart naar Pieter Korff, omdat het politieonderzoek op niets uitgelopen is en er nog steeds geen verdachte is aangehouden. Aangezien Scott Weislogel bij Korff op bezoek is geweest in de Tweede Kamer wil Redouan hem spreken. Weislogel heeft een verslag geschreven van zijn ontmoeting met Korff waarin een aantal algemene indrukken over Korff staat en waarin wordt beschreven hoe hun gesprek werd onderbroken doordat de politie Korff met spoed had willen spreken. De politie had verteld dat er weer een dreigbrief was onderschept en raadde hem aan voorlopig geen toespraken te houden. Toen de politie weg was, had Korff Weislogel verteld dat het allemaal kwam door een bepaald interview dat hij had gegeven.
Een geheime affaire
Tanja van Dam werkt voor de televisie. Voor zijn dood heeft Pieter Korff in het programma over zijn initiatiefwetsvoorstel gesproken. Blijkbaar mocht hij zijn kinderen niet meer zien en was hij tijdens het interview in huilen uitgebarsten. De media waren als een stel leeuwen op het voorval gedoken. Fouali vraagt Tanja waarom ze twee keer bij Korff op bezoek is geweest voor de klacht ingetrokken werd. Ze verklaart dat ze zich schuldig had gevoeld over het interview en dat ze hem daarom opgezocht heeft, om hem op te vrolijken. Na het interview had Korff een heleboel positieve reacties gekregen, maar ook een stel extreem agressieve, afkomstig uit de hoek van de ‘Boze Vaders’ en een boos telefoontje van een collega van Korff: Nick Matroos. Matroos was boos geweest, omdat alleen Korff in het programma uitgenodigd was, terwijl zij samen het wetsvoorstel hadden ingediend. Ook de vrouw van Korff was woedend geweest, omdat haar kant van het verhaal niet gehoord was en heel het land nu tegen haar was. Ook had ze verteld van Korff zich juist nooit wat van zijn kinderen had aangetrokken.Tot slot vraagt Fouali Tanja of ze bij Korff is blijven slapen. Het lijkt erop dat dit inderdaad gebeurd is.
Bingo
Dit hoofdstuk is geschreven vanuit het perspectief van Meneer Korff op het moment dat hij in het televisieprogramma – Marjolein – te gast is.
Meneer Korff weet dat zijn collega Nick Matroos woedend zal zijn als hij ziet dat Korff in zijn eentje in het programma verschijnt. Matroos is van het Rechtse Blok en de twee zouden samen de publiciteit voor hun rekening nemen. De presentatrice was op televisie over zijn privésituatie begonnen. Korff verliest de controle over zijn emoties en begint te huilen. Hij vertelt dat er een omgangsregeling is getroffen, maar dat zijn vrouw zich daar niet aan houdt. De werknemers van het programma zijn allemaal opgetogen over het interview, maar meneer Korff voelt zich belazerd.
Boze Vaders
Dit hoofdstuk is geschreven vanuit het perspectief van Meneer Korff een poosje na het interview.
Meneer Korff is er weer bovenop gekomen en gaat weer aan het werk. Hij wordt aangeklampt door een medewerker die hij ooit beloofd heeft te helpen zijn Nigeriaanse vriendin terug naar Nederland te halen. Korff heeft een hoop achterstanden weg te werken en adviseert de man een advocaat in de arm te nemen. Nick Matroos komt zijn kantoor binnen om over de geschonden afspraak te praten. Korff biedt hem zijn excuses aan, maar die worden niet aanvaard.
Korff leest de eerste dreigbrief en beseft direct dat het de afzender menens is, maar de medewerker van de AIVD waar de brief wordt gemeld, neemt het niet zo serieus.
De Boze Vaders willen een petitie aanbieden om te laten weten dat het wetsvoorstel van Korff niet deugt. Eén van de Boze Vaders zegt dat het wetsvoorstel opgeklopte lucht is, omdat geen sancties inhoudt dat onwillige moeders een vrijbrief hebben om hun kinderen bij hun vaders weg te houden. Het gaat er nogal hard aan toe. Matroos geeft de demonstranten gelijk en verraadt Korff daarmee.
Ook blijkt Korff eens gezien te hebben dat Nick Matroos bij zijn ex-vrouw in huis was.
Journalistieke blunders
Fouali heeft een afspraak met Alette. Zij was de persoonlijk medewerker van meneer Korff. Ze vertelt dat zijn vrouw een donkere kant had en af en toe enorm tekeer kon gaan aan de telefoon. Fouali vraagt haar naar de verstandhouding tussen meneer Korff en Harm Sneller, een journalist. Die was niet zo best geweest. Sneller had Korff regelmatig negatief neergezet. Na de schermutseling met de Boze Vaders had hij zelfs de indruk gewekt dat Korff de agressor was geweest in het incident.
Alette vertelt ook dat meneer Korff een lezing zou geven op de jaarvergadering van de vereniging van parlementair journalisten en dat hij zich erop verheugd had daar van leer te trekken. Tijdens zijn toespraak was hij over een enquête begonnen die onder de journalisten gehouden werd om te bepalen wie de slechtste politicus van het jaar was. Onder de oud-Kamerleden werd een vergelijkbare enquête gehouden, maar dan om te bepalen wie de slechtste journalist was. De prijs ging naar Harm Sneller, die niet geamuseerd was.
Huwelijkse perikelen
Fouali spreekt met Helga Korff, de vrouw van meneer Korff. Ze vertelt dat zij en meneer Korff aan hun huwelijk werkten en het de goede kant op leek te gaan. Ze zouden samen naar Prinsjesdag gaan, maar daar was meneer Korff nergens te bekennen. Helga had aan Nick Matroos gevraagd of hij wist waar haar man was en hij had haar voorgesteld aan zijn gast voor de dag: één van de Boze Vaders. Na de troonrede was Helga door meerdere mensen aangeschoten om te vragen waar haar man was. Onder anderen Tanja van Dam en Harm Sneller proberen een verklaring te krijgen voor de afwezigheid van meneer Korff. Wat er daarna gebeurd is, wordt nog niet duidelijk.
In de krochten van het parlement
Dit hoofdstuk is geschreven vanuit het perspectief van Meneer Korff op Prinsjesdag.
Meneer Korff verheugt zich erop Tanja weer te zien. De twee hebben een affaire die hem in vervoering brengt. Hij gelooft dat de affaire zelfs goed zal zijn voor zijn huwelijk met Helga. Tanja heeft een briefje voor hem achtergelaten met daarop een plaats waar ze hem wil ontmoeten, omdat ze iets voor hem heeft. Meneer Korff kan Tanja niet vinden in de kelder waar ze hebben afgesproken. Hij begint zich zorgen te maken, want hoe weet hij zeker dat het briefje van Tanja kwam en niet van degene die hem bedreigt? Dan wordt er een snoer om zijn nek getrokken en wordt hij in zijn gezicht getrapt.
Rouwdienst
Pieter Korff blijkt op Prinsjesdag vermoord te zijn. Fouali bekijkt de opnamen van de rouwdienst. Hij is vooral geïnteresseerd in de woorden van Matroos. Tijdens diens toespraak wordt er in het publiek gefluisterd dat Matroos en Korff elkaars bloed wel konden drinken en dat Matroos alleen zijn mooie woorden sprak om er een slaatje uit te kunnen slaan. Ook de televisiepresentatrice, Marjolein, spreekt. Door een microfoontje in het publiek is te horen dat Tanja van Dam zich ergert aan haar zoete woorden, omdat Marjolein Korff altijd irritant gevonden had.
Broze vriendschap
Fouali bezoekt Matroos. Matroos vertelt dat Korff en hij ruzie hebben gehad, maar dat het weer is bijgelegd. Ze hadden nog wel onenigheid over het wetsvoorstel. Ook vertelt hij dat hij een stel van de Boze Vaders had uitgenodigd om bij Prinsjesdag aanwezig te zijn om het venijn wat in te dammen. Karl Lenders, het meest agressieve lid van de groep, was zijn persoonlijke gast geweest. Fouali vraagt Matroos naar de opzichter van de schoonmakers: Vincent Kooper. Dit blijkt de man te zijn die Korff gevraagd had hem te helpen om zijn Nigeriaanse vrouw terug naar Nederland te krijgen. Off the record vertelt Matroos dat hij een tijdje is uitgegaan met Helga, maar dat het verder weinig om het lijf had. Daarnaast vertelt hij dat de Boze Vaders volgens hem niets met de moord te maken kunnen hebben, omdat Karl Lenders bij hem was tijdens de moord en de anderen een overtuigend alibi hadden.
Huisbezoek
Fouali bezoekt Karl Lenders. Hij vraagt hem naar zijn vingerafdrukken die op de deur van de werkkamer van Korff zijn aangetroffen. Lenders legt uit dat hij er tijdens een rondleiding op Prinsjesdag tussenuit geknepen is en wilde proberen Korff te spreken over het wetsvoorstel, maar dat die niet aanwezig was. Fouali vraagt hem wat hij de ochtend van Prinsjesdag gedaan heeft. Lenders vertelt dat hij een stel vrienden heeft geholpen dat was ingehuurd om kabels te leggen voor de televisie-uitzending. Fouali vindt deze informatie erg interessant, want Lenders was dus al veel eerder in Den Haag aanwezig dan werd aangenomen. Fouali meldt dit aan zijn teamleider en er wordt besloten Lenders nog een keer, maar nu onaangekondigd, op te zoeken.
Die avond gaat Fouali met twee collega’s terug. De collega’s zullen buiten blijven om Lenders tegen te houden als hij wil vluchten. Lenders vertelt dat hij de telefoon gestolen heeft op Prinsjesdag, omdat een politicus zijn werk niet goed zonder kan doen. Hij was van plan geweest hem na een week terug te sturen, maar durfde dat niet meer toen Korff vermist bleek.
Een gesprek op het plein
Fouali bezoekt Vincent Kooper, het hoofd van de schoonmakers van het Binnenhof die zijn Nigeriaanse echtgenote terug naar Nederland probeert te halen.
Fouali laat Kooper beschrijven hoe hij Korff dood aantrof in de kelders van het Binnenhof. Kooper heeft een hoop sporen rond de moord uitgewist door de kelder schoon te maken, maar dat is zijn werk. Ook heeft hij Korff nog vlak voor zijn dood gezien in diens werkkamer, maar niets brengt hem direct in verband met de moord.
Stand van zaken
Het is inmiddels negen maanden geleden dat Korff is vermoord. Alle instanties die zich hebben beziggehouden met de zaak worden gevraagd een stand van zaken door te geven. Alle mogelijke scenario’s worden doorgenomen. De Boze Vaders, Harm Sneller en de schoonmakers en Helga Korff worden als meest vanzelfsprekende verdachten genoemd. Er zijn haren op het lichaam aangetroffen van Kooper, Mayema (een andere schoonmaker) en van Helga Korff. Korff blijkt onder anderen in zijn oog gestoken te zijn. Het schijnt dat dit vaak symbolisch gedaan wordt om aan te geven dat het slachtoffer vermoord is, omdat het een geheim van de dader kende.
Harm Sneller publiceert een artikel waarin hij beweert dat Mayema verdacht wordt van de moord.
Een zwarte vreemdeling
Julius Mayema leest in de krant dat hij zou worden verdacht van de moord op Korff. Hij besluit niet naar zijn werk te gaan, omdat hij bang is dat hij daar door de politie opgewacht zal worden. Hij denkt dat het de politie goed uit zou komen een buitenlander de schuld in de schoenen te schuiven nu ze geen dader kunnen vinden.
De politie staat bij Mayema aan de deur, maar die is al een poosje niet thuis geweest. De politie gaat naar binnen en vindt een roze paar sportschoenen. Helga Korff was op Prinsjesdag op roze sportschoenen gekomen, ze had andere schoenen bij zich gehad voor de gelegenheid. Mayema houdt zich intussen schuil in een kas van één van zijn werkgevers.
Moord en brand
Er is brand uitgebroken bij Nick Matroos. Terwijl de brandweer aan het werk is, staat er een man van middelbare leeftijd, met een zwarte muts over zijn oren getrokken in het publiek.
Drie uur daarvoor was er bij Matroos aangebeld door iemand die hem zei een verrassing voor hem te hebben. Hij vertelt de vreemdeling dat hij het maar voor de deur moet zetten. Matroos kijkt uit het raam om de man te zien. Hij ziet een man met een wollen muts. Zonder te kijken wat de man heeft afgeleverd, gaat Matroos naar bed. Terwijl Matroos ligt te slapen, breekt de man met de wollen muts in. De man met de muts valt Matroos aan. Matroos kent de man, maar kan door de muts niet bedenken waarvan. De man zegt dat hij Matroos een vraag zal stellen en dat als hij verkeerd antwoordt, het zijn eigen schuld is. De vraag luidt: ‘Wat is in één oogopslag te zien?’. Eerst begrijpt Matroos de vraag niet, maar dan begrijpt hij aan de hand van de vraag wie de man is. Er volgt een gesprek waaruit blijkt dat de man met de muts Vincent Kooper is. Het antwoord dat Matroos op de vraag geeft, is dat in één oogopslag te zien was geweest dat de geboorteakte van Koopers Nigeriaanse vriendin nep was geweest. Matroos vraagt hem of hij Pieter Korff heeft vermoord. De man zegt dat hij het gedaan heeft omdat Korff had beloofd hem met de kwestie helpen en verzuimd had dat te doen. Kooper bedwelmt Matroos en steekt een priem in diens oog.
Een man in het portiek
Fouali krijgt een telefoontje van zijn teamleider die vertelt dat Matroos is omgekomen in een brand. De politie vindt geen aanwijzingen dat de brand is aangestoken maar Fouali merkt op dat het ruitje bij de voordeur uit de sponning is gevijld.
De betrokken instanties zitten met de handen in het haar, omdat ze blijven falen in het onderzoek en zo hun imago schaden. Er wordt besloten harder achter Mayema aan te zitten om de aandacht van hun blunders af te leiden. Dat Mayema helemaal geen serieuze verdachte is, maakt niet uit.
Arrestatie
Mayema wordt uitgebreid verhoord. Op de vraag hoe hij aan de roze sportschoenen is gekomen, vertelt hij dat hij ze van Kooper heeft gekregen. Kooper beweert dat Mayema ze zelf gestolen heeft. Tijdens het verhoor wordt Mayema niet goed. Hij valt en loopt daarbij een schedelbasisfractuur op.
De minister onder vuur
Harm Sneller publiceert een artikel waarin hij verklaart dat de moord is opgelost en dat Mayema de dader is. Andere kranten melden dat Mayema ernstig mishandeld is tijdens het verhoor en met hoofdletsel is afgevoerd naar het ziekenhuis. Er is veel kritiek. De Nederlandse Orde van Advocaten schrijft een open brief aan de ministers om beklag te doen over de gang van zaken. Mayema had nooit verhoord mogen worden zonder dat er een advocaat aanwezig was. De minister van Veiligheid besluit af te treden en het kabinet valt.
Morbide fantasieën
Vincent Kooper zit op een terras. De leidster van de Groene Partij – Anka de Ranitz – zit er ook, maar ze gedraagt zich alsof ze hem niet kent. Kooper is daar nogal verbolgen over, ook omdat Anka de Ranitz zich vaker uit de hoogte naar hem heeft gedragen. Hij fantaseert erover haar neer te steken en vertelt de journaliste met wie de Ranitz in gesprek is, dat ze onder het personeel in de Tweede Kamer slecht bekend staat.
Kooper denkt aan de dreigbrieven die hij Korff heeft gestuurd. In eerste instantie was het niet zijn intentie geweest hem te doden, maar de onverschilligheid over de situatie met zijn vriendin en het feit dat hij Korff met Tanja had zien zoenen terwijl hij in de media deed alsof hij het goed probeerde te maken met zijn vrouw, maakten Kooper steeds kwader. Hij denkt terug aan hoe hij Korff heeft vermoord en hoe hij vervolgens zijn sporen wiste en zelf het lijk ‘ontdekte’.
Fouali bezoekt Kooper. Hij vraagt hem om hem de kelders te laten zien waar Korff dood werd aangetroffen. Fouali voelt Kooper flink aan de tand. Buiten de schoonmakers om, komt er vrijwel nooit iemand in de kelder en Kooper heeft de sporen van de moordenaar gewist. Bovendien zijn er op de plaats van de moord meer ammoniakresten gevonden dan waar dan ook in de rest van het gebouw.
De afdaling
Scott Weislogel en Helga Korff onderhouden een goed contact. Hij vertelt haar dat er een vriendin uit de VS komt logeren en dat zij als medium op televisie met overledenen praat. Het medium wil tijdens haar vakantie best haar licht laten schijnen over de moord, maar wel op voorwaarde dat het op de Nederlandse televisie zal worden uitgezonden. Helga Korff weet Tanja van Dam zover te krijgen het gesprek als een speciaal item voor ‘Marjolein’ te programmeren. De uitzending zal in het Binnenhof worden opgenomen. Het medium krijgt dingen over Nick Matroos door en in de kelder ziet ze beelden van Srebrenica. Kooper was daar bij betrokken en wordt al 25 jaar geplaagd door de beelden die het medium in de kelder beschreef.
Een venijnig duel
De afgetreden minister van Veiligheid – Richard Willems – is door zijn toespraak die voorafging aan het aftreden enorm populair geworden en begint een eigen partij. De partij heeft nogal radicale standpunten en Willems neemt geen blad voor de mond en belandt in een woordenwisseling op televisie bij Marjolein.
Spionage
Fouali is door Valk gesommeerd een boottocht met hem te maken. Valk is het hoofd van de AIVD. Valk vertelt dat Willems gestopt moet worden omdat zijn partij tegen de monarchie is. Valk stelt voor dat Fouali undercover aan het werk gaat in de partij van Willems om de partij bij te sturen waar nodig. Fouali stemt toe.
Een onverwachte wending
Tijdens de rechtszaak tegen Mayema treedt Kooper op als getuige. Hij vertelt belastende leugens om de aandacht van zichzelf af te leiden. Toch zwakt hij z’n verklaring wat af. Uiteindelijk vraagt het Openbaar Ministerie om vrijspraak.
De kandidaat
Fouali heeft een gesprek met de selectiecommissie van de RP, de partij van Willems. Hij wordt uitgenodigd voor een tweede gesprek. Na het tweede gesprek wordt Fouali uitgenodigd voor een gesprek met Willems zelf. Hij wordt aangenomen, maar voelt zich niet prettig omdat hij de boel bedondert.
Een ervaren politica
Fouali wordt naar voren geschoven als vervanger van Willems bij een lijsttrekkersdebat in Amersfoort. Het debat wordt een fiasco en vooral Anka de Ranitz (zie: Morbide fantasieën) zit hem behoorlijk dwars.
Trut!
Fouali blijft Vincent Kooper van de moord verdenken, maar er is niet afdoende bewijs om iets mee te doen. Er wordt besloten Kooper scherper in de gaten te houden. Hij blijkt zich veel met sadomasochistische porno bezig te houden en dus wordt er een dergelijke website opgezet om zijn ip-nummer te achterhalen en het verkeer van en naar zijn computer te onderscheppen. Een vrouwelijke collega van Fouali – Ella Hazenberg - doet zich voor als vrouw die uit is op een avontuurtje en ontmoet Kooper. Ze vertelt hem dat ze een tijdje iets met Pieter Korff gehad heeft. Ze stelt Kooper vragen over Korff en Matroos en probeert hem zo informatie te ontfutselen. Ze gaat met hem mee naar huis. Kooper doet geheimzinnig over een bepaald kamertje in zijn huis. Hij wordt handtastelijk en het eindigt in een handgemeen waarbij Ella hem met zijn eigen handboeien aan het bed vastmaakt. Ze maakt van de gelegenheid gebruik om in het kamertje te neuzen. Ze haalt direct haar collega, die voor de deur staat, en laat hem overal foto’s van maken.
Vrouwenhater
Het team bekijkt de foto’s die in het huis van Kooper zijn gemaakt. De hele kamer was volgeplakt met foto’s en krantenartikelen. Er zijn veel foto’s van Srebrenica bij en Ella herinnert zich dat het medium die beelden had beschreven. Er hangen ook artikelen en foto’s over de dood van Nick Matroos en Pieter Korff. Er hangen onder anderen ook foto’s van Anka de Ranitz en prinses Amalia, die inmiddels 18 is, Tanja van Dam en Richard Willems bij en een lijstje met namen van medewerkers van de RP. Bij Fouali staat een pijltje.
Een schaduw in het donker
De RP wint de verkiezingen. Tijdens een toespraak van Willems aan zijn partijgenoten en kiezers, ziet Fouali een schim in het donker staan. Instinctief vertrouwt hij het niet. Hij gaat op onderzoek uit en het blijkt Vincent Kooper te zijn.
Ontluikende liefde
Mayema wordt vermist en intussen bloeit er iets op tussen Fouali en Ella. Fouali vraagt haar als zijn gast mee te gaan naar Prinsjesdag. Terwijl ze plannen maken voor die dag, rijdt er een auto voorbij waarvan de bestuurder de twee in de gaten houdt.
Kooper is buitengewoon geïnteresseerd in Fouali en hij houdt hem in de gaten. Zo komt hij erachter waar Ella woont. Hij koestert een enorme haat voor haar sinds ze hem aan zijn bed geketend heeft. ’s Nachts breekt Kooper bij haar in en bedwelmt haar. Hij trekt zich op haar af, slaat haar een bloedneus en besprenkelt de vloer om haar heen met benzine. Kooper wil net weggaan als hij bedenkt dat hij zijn mes naast haar bed heeft laten liggen. Terwijl hij het zoekt, wordt Ella wakker. Van de schrik glijdt Kooper uit over de benzine. Na een schermutseling snijdt hij haar de keel door en steekt de boel in de fik.
The day after
De volgende morgen wordt Fouali door zijn teamleider gebeld met de mededeling dat Ella in het ziekenhuis ligt. Fouali vraagt om informatie over het computerverkeer van Kooper om te zien of hij de brand aangestoken kan hebben. Dat blijkt het geval te zijn en er wordt ook informatie over het gebruik van handgranaten gevonden.
Kooper houdt Mayema gevangen.
Fouali bezoekt Kooper en confronteert hem met zijn verdenkingen. Door de manier waarop Kooper reageert, is Fouali overtuigd van diens schuld.
Paniek in de ridderzaal
Kooper heeft genoeg van zijn leven en heeft een plan om er op Prinsjesdag op spectaculaire wijze een eind aan te maken. Hij schrijft een brief waarin hij de moorden op Korff en Matroos beschrijft. Er staat ook in waarom hij Mayema heeft laten leven in de hoop dat ze hem uit de kruipruimte, waar hij gevangen is, zullen bevrijden. De dag voor Prinsjesdag verstopt hij een granaat op het Binnenhof. De brief verstuurt hij aan Harm Sneller en een aantal andere journalisten. Voor de ceremonie begint, wurgt hij Anka de Ranitz in haar werkkamer. Er ontstaat commotie in de Ridderzaal wanneer De Ranitz niet aanwezig blijkt te zijn. Als Kooper de granaat pakt, wordt hij neergeschoten. Hij trekt nog wel de pin eruit, maar Fouali schopt het voorwerp zo ver mogelijk weg.
Een bosje bloemen
Fouali wordt wakker in het ziekenhuis. Ella ligt in het bed naast het zijne. Ze zegt hem dat ze bij hem in wil trekken. De koning komt bloemen brengen om Fouali te bedanken voor diens kordate optreden. Kooper is aan zijn schotwonden overleden.
Titelbeschrijving
Het boek gaat heel letterlijk over moord en brand. Pieter Korff en Nick Matroos worden vermoord. Het lijkt erop dat Matroos is omgekomen in een brand. De titel verwijst ook naar de gemoedstoestand van andere partijen, zoals de frustratie van de betrokken instanties over het niet oplossen van de moord en de angst van de andere politici. De uitdrukking komt ook een keer letterlijk in de tekst voor (De Tweede Kamer zal moord en brand schreeuwen (p. 187)).
Belangrijkste personages
Redouan Fouali – Een Nederlander van Marokkaanse afkomst die veel met vooroordelen te kampen heeft. Hij heeft het al ver geschopt en werkt nu voor de AIVD. Fouali is een doorzetter, hij bijt zich echt vast in het onderzoek.
Pieter Korff – De vermoorde politicus. Korff vocht voor een wetsvoorstel met betrekking tot de rechten van gescheiden vaders om hun kinderen te mogen zien. Korff heeft problemen met zijn vrouw en mag zelf zijn kinderen tijdelijk niet zien.
Nick Matroos – De andere vermoorde politicus. Matroos werkte met Korff aan het wetsvoorstel. Matroos is een gehaaid politicus, maar in de privésfeer is het een vriendelijke man.
Vincent Kooper – Het hoofd van de schoonmakers van het Binnenhof en moordenaar van de twee politici. Kooper is gefrustreerd over het feit dat zijn vriendin niet naar Nederland kan komen. Hij is typisch de man die niet gehoord werd en die een statement wil maken om toch betekenis te hebben. Kooper houdt er vrij extreme seksuele gewoonten op na en zijn lontje wordt steeds korter.
Ella Hazenberg – Een collega van Fouali. Ella is een behoorlijk stoere, jonge vrouw die zich niet makkelijk laat intimideren. Uiteindelijk wordt ze de geliefde van Fouali.
Genre
Literaire thriller
Plaats en tijd
Amalia is 18 in het boek dus het verhaal speelt zich af in de toekomst.
Schrijfstijl
Het boek is prettig geschreven en het leest lekker weg. Zo nu en dan verandert het perspectief even. De eerste helft van het boek begint vaak met een omschrijving waaruit blijkt welke persoon Fouali bezoekt. Dit gebeurt vaak achter elkaar en wordt dan een beetje storend.
Vertelperspectief
Meestal vanuit Fouali, soms vanuit Kooper en drie keer vanuit Korff.
Thema
Moord, politiek.
Mening
Hoe meer ik over het boek nadenk, hoe minder bevredigd ik achterblijf. Dat komt voornamelijk doordat er geen duidelijke keuzes zijn gemaakt en er daardoor lijnen blijven uitstaan die niet worden uitgewerkt. De tekst op de achterkant is misleidend. Er wordt daar de indruk gewekt dat de plot erom draait de moordenaar te vinden. In de eerste helft van het boek lijkt dat ook het geval te zijn. Gek genoeg wordt dan al vrij snel bekendgemaakt wie de moordenaar is. Op zich zou ook dat een prima keuze zijn geweest, als het boek om de ontwikkeling van de moordenaar had gedraaid of als er daarmee een bloedstollende verhaallijn was ontstaan. De persoonlijke dreiging wordt voor Fouali vervolgens nooit echt groot, omdat er direct geschakeld wordt naar het plan van de moordenaar om een granaat af te laten gaan op Prinsjesdag waarmee de dreiging weer veel algemener van karakter wordt. Daarbij komt dat op het moment dat het misschien toch een beetje spannend wordt voor Fouali er geschreven wordt vanuit het perspectief van Kooper. Voor de lezer maakt dat het veel minder spannend, want op dat moment leeft de lezer mee met Kooper en wordt hij niet meegenomen in de eventuele emoties van Fouali.
Doordat al zo snel duidelijk wordt wie de moordenaar is, hebben alle mogelijke verdachten die zijn opgevoerd en de verhaallijnen waardoor ze een motief zouden hebben ineens nutteloos. De lezer wordt dus eerst volgestopt met informatie over allerlei personages die vervolgens zomaar weer van het toneel verdwijnen. De motieven van de moordenaar blijven ook vrij onduidelijk. Eerst lijkt het erop dat hij gefrustreerd is over zijn Nigeriaanse vriendin, maar later wordt hij neergezet als een soort seksmaniak die allerlei vrouwen misbruikt. Het had interessant kunnen zijn te lezen hoe een gewone man uit frustratie over het feit dat hij niet gehoord wordt een misstap maakt en hoe hij vervolgens steeds verder gaat en van de macht begint te genieten, maar die ontwikkeling krijgt de lezer niet echt mee. Een hoop sublijnen waren prima uit de verf gekomen als het doel van het boek was geweest om de vraag op te roepen wie de dader is, maar aangezien het hoofdidee van het boek plots lijkt te wisselen (van ‘Wie is de dader?’ naar ‘Pas op voor de dader!’) blijft er niets van over. Als lezer word je dus eerst bij van alles betrokken om alles vervolgens zonder duidelijk afscheid los te moeten laten.
De perspectiefwisseling naar Korff vond ik storend. Hij heeft de rol van de grote aanwezige afwezige en dat wordt doorbroken door plots vanuit zijn perspectief te schrijven. Bovendien had ik de moord liever alleen vanuit het perspectief van Kooper gelezen. Nu wordt de moord eerst beschreven door Korff en daarna (morbide fantasieën) nog een keer door Kooper. Dat is dubbelop en daardoor oninteressant.
Toch heb ik het boek met plezier gelezen. Het is een prima vakantieboek en zolang je niet te veel stilstaat bij de constructie ervan en gewoon meegaat in het verhaal dat wel geboden wordt, is het vermakelijke kost. En daar gaat het in dit genre volgens mij vooral om.
REACTIES
1 seconde geleden