Auteur: Theo Thijssen
Uitgever: Querido
Jaar 1e uitgave: 1970
Jaar van uitgave: 1923 Hoofdpersonen: Kees Bakels is 12 (later in het boek 13) jaar oud.Hij heeft lichtbruine haren en blauwe ogen. Hij zit op de lagere school in de 6e (laatste) klas. Hij is een wijze, stille jongen die op sommige dingen heel diep ingaat en er lange tijd over nadenkt. Kees fantaseert veel maar wat dan aan zijn fantasieën opvalt dat ze helemaal niet uitkomen zo hij het zich heeft voorgesteld. Hij voelt zich boven alle jongens en meisjes uit zijn klas. Hij leeft gedeeltelijk in een droomwereld. Kees heeft ook een broertje en zusje Tom en Truus. Die komen minder vaak voor in het verhaal. Hij voelt zich jaren ouder en volwassener dan Tom en Truus. Kees is eigenlijk nog al arrogant hij zet zich vaak boven de andere jongens en meisjes. Kees is heel volwassen voor zijn leeftijd. Moeder Bakels: In het boek wordt ze altijd ‘moeder’ of ‘moe’ genoemd. Ik schat haar ongeveer rond de 50. Ze zijn heel arm, het gezin kan amper rondkomen van de inkomsten van haar echtgenoot en van het slechtlopende winkeltje van hun moeder. Moeder Bakels is erg aardig en geeft veel om haar man en kinderen. Ze heeft doorzettingsvermogen want na de dood van haar man vecht ze door en gaat ze niet bij de pakken neerzitten. Met haar ouders kan ze het iets minder goed vinden. Ze neemt ook veel beslissingen voor Kees daaraan kunnen we zien dat Kees nog niet zo volwassen is als hijzelf denkt. Vader Bakels: (Jan) Ik schat hem ongeveer 5 jaar ouder als moeder dus ongeveer 55. Hij werkt hard om toch iets te kunnen verdienen. Hij geeft veel om zijn oudste zoon en probeert met alles bij te staan en hem helpen om beslissingen te nemen. Hij is goedmoedig als zijn kinderen om iets zeuren geeft hij vlug toe en probeert ze hun te geven wat ze willen. Hij ondergaat alles: Ruzies, zijn ziekte en zijn dood. Zijn enige (echt duidelijke) eigenschap: Hij geeft heel veel om Kees. Bijpersonen: Rosa Overbeek: Rosa is een klasgenootje van Kees. Rosa is net zo oud als Kees. Ze heeft lange, blonde haren en ze bloost snel. Ze is een beetje verlegen en heeft geen grote mond. Ze zegt niet veel. Ze is wel heel aardig en zelfs grappig. Ze komt van een rijk instituut. Ze stelt zichzelf hetzelfde als Kees op tegenover de klas. Kees is heel erg verliefd op Rosa. Hij wil daar niet aan toegeven in het begin. Als Kees zijn vader overlijdt, heeft Rosa heel veel medelijden met hem en ze ontfermd zich over hem. Aan het boek komt alles goed tussen Rosa en Kees!
Vondelpark Hfst 7
Vondelstraat Hfst 7 Thema: Het thema van het boek is dat Kees Bakels een moeilijke jeugd beleeft doordat zijn ouders erg arm zijn, en zijn vader erg vroeg sterft. Hij was altijd wel tevreden met wat hij deed en kreeg. Hij leeft in 2 werelden in de wereld van de werkelijkheid en in de droomwereld. Wat ik opmerkend vond in het boek: Kees fantaseert al hoe iets gaat aflopen, maar het loopt meestal heel anders dan je verwacht. En hij wil ook een opvallend persoon wil zijn. B Samenvatting per hoofdstuk. 1.Kees schildert veel maar ze zijn thuis arm dus kan Kees geen nieuwe potloden en penselen kopen. Kees gaat bij zijn meester schermen leren. 2. Kees zijn vader moet op bed liggen het gaat even niet goed met hem, want hij hoest bloed. Opeens gaat het toch weer goed. 3. Kees moet een belangrijke opdracht uitvoeren.(lening afbetalen) Kees krijgt van zijn vader een atlas. 4. Kees gaat met zijn vrienden weg en hij wordt door een Franse man aangesproken hij kan wel Frans maar hij durft niets te zeggen. Hij fantaseert dat hij veel Frans moet praten. (kees fantaseert veel meestal komen de fantasieën niet uit) 5. Kees gaat naar bed. Het is stil beneden, Kees denkt dat zijn vader en moeder gestorven zijn. Hij is kwaad op Tom en Truus omdat ze steeds liggen lachen en zijn vader en moeder misschien wel gestorven zijn. Maar zijn vader en moeder staan te praten met de buren. 6. Kees moet nogmaals een belangrijke opdracht uitvoeren hij fantaseert over hoe het zou gaan maar het gaat anders. Zijn vader en moeder krijgen het geld terug. 7. Kees is bang dat Rosa dood is. Hij fantaseert: Ze gaan met de hele klas naar de begrafenis en zijn idee is een krans leggen en Kees moet de krans dan leggen. Weer een fantasie van Kees die gelukkig voor Kees niet op waarheid berust. 8. Kees krijgt van zijn oma een stof die van een oude jas van oma is geweest. Er moet kleding voor Kees van worden gemaakt. Maar Kees vindt de stof lelijk hij schaamt zich al als hij eraan denkt. Hij gaat weer fantaseren en hij denkt dat hij dan een prins is. Weer zijn het zijn fantasieën die hier een grote rol spelen. 9. Christiaan Kraak de schoenmaker verhuist en dus ook de ‘stof’ van Kees. Hij hoeft dus niet meer zo’n buis. In de schoenwinkel van moeder gaat het niet goed. 10. Kees spaart postzegels hij wil kijken naar de postzegel van de schuine kaap. Hij mag niet in het boek kijken van van de Veer (vriend van Kees) 11. Kees koopt de postzegel van Perse die nu maar zeven en een halve cent kost. En anders meer dan een gulden. 12. Kees zit in de 6e klas je mag dan altijd een prijs uitzoeken. Kees vraagt raad aan zijn vader. Vader vindt een schaakbord met schaakstukken een goed idee en Kees vraagt het aan de meester. Het gaat weer slecht met de vader van Kees hij moet weer op bed liggen. 13. Kees droomt dat het goed gaat met de winkel en met zijn vader. Het gaat juist niet goed met de winkel en met zijn vader ook niet. Kees droomt van de prijzen. 14. Kees had niet verwacht dat hij bij de prijsuitdeling nog een schaakbord zou krijgen. Maar hij krijgt een schaakbord en schaakstukken. Hij fantaseert dat hij bij de ‘meneer’ (die prijzen uitdeelt) mag komen schaken. Hij heeft weer iets gefantaseerd, zijn fantasieën komen weer niet uit. 15. Kees wordt weer uitgekozen door de meester. Hij moet de deur open doen als de schel gaat. Als de schel weer gaat en Kees de deur opendoet ziet hij na lange tijd Rosa weer, die voor de deur staat. 16. Kees moet gaan vragen van zijn moeder of ze geld mogen lenen van zijn grootmoeder.En de zondag zouden ze op visite komen, ze komen opeens niet meer. Als Kees naar het huisje van z’n grootouders gaat ziet hij dat ze er niet zijn. 17. Rosa Overbeek zit weer bij Kees in de klas en nog wel voor hem. Ze doen een spelletje buiten. Alle jongens pakken de baretten van de meisjes. Kees pakt natuurlijk de baret van Rosa. 18. Kees moet een brief bij juffrouw Dubois gaan brengen. Juffrouw Dubois komt inwonen bij kees z’n ouders. Ze verdienen dan wat meer. 19. Juffrouw Dubois is al bij Kees in huis komen wonen. Kees gedraagt zich (weer) als een volwassen man voor juffrouw Dubois. 20. Kees, Tom en Truus moeten bij juffrouw Dubois blijven het gaat niet goed met de vader van Kees. Een motief: als het weer slechter is gaat het ook slechter met de vader van Kees. 21. Het wordt een rare week voor Kees. Kees slaapt met Truus nu samen bij hun tante Jeanne(de vrouw van oom Dirk). Als oom Dirk terugkomt van Kees thuis. Hoort Kees opeens dat zijn vader is overleden. 22. De vader van Kees wordt begraven. (kees gedraagt zich weer als een volwassen kerel op de begrafenis) Weer het motief het regent en er gebeurt tegelijk iets verdrietigs. De moeder van Kees en Kees zelf zijn heel erg dapper. 23. Kees moet weer naar school. Iedereen uit z’n klas doet schuw tegen hem. Kees krijgt van Rosa Overbeek een pen. 24. Er wordt niet veel meer verdient met de schoenwinkel bij Kees thuis. Moeder wil verhuizen. Kees z’n moeder krijgt weer eens ruzie met grootvader. Ome Dirk moet dan met grootvader praten om het weer goed te krijgen. 25. Kees verhuist naar een veel kleiner huisje waar ze met z’n vieren op een kamertje moeten. Juffrouw Dubois gaat ook mee. Om de kost nog een beetje te verdienen verkopen ze koffie en thee aan de deur bij Kees. 26. Kees z’n moeder gaat een naaimachine kopen op de markt. Ze wordt naaister volgens Kees, maar zo kunnen ze dan toch nog wat verdienen. 27. Kees krijgt bij Sint Niklaas een vrijer en een chocoladeletter, hij vindt het wel weinig, hij geeft er niks om, omdat hij weet dat zijn moeder niet zo rijk is. Kees geeft Rosa een kaartje nu staan ze weer quitte volgens Kees. 28. Rosa komt ’s morgens niet naar school, Kees is bang dat ze iets van het kaartje tegen haar ouders heeft gezegd, maar Rosa komt nog op school. Als Kees ’s middags naar huis toe loopt is het een beetje schemerig, Kees denkt dan dat hij zijn vader ziet lopen het kan natuurlijk niet. 29. Kees gaat weer naar Stark en Co om koffie en thee voor zijn moeder. Op het raam van de etalage staat jongste bediende gevraagd. En Kees vraagt aan de baas van Stark en Co of hij mag komen werken. Hij moet een test doen. 30. Kees gaat nog bij Stark en Co werken. Hij vindt het opeens toch wel eng en moet steeds huilen. Hij wil daar niet aan toegeven, Rosa heeft het gezien. Aan het eind van de schooldag wacht hij Rosa op bij de Reestraat en vertelt hij haar dat hij weggaat. Rosa geeft Kees een kus en gaat dan weg.
REACTIES
1 seconde geleden