In 1741 schreef Pieter Langendijk een blijspel. Dit blijspel gaat over twee hoogstaande mensen qua titel, maar met weinig geld die verliefd raken tijdens een spel van huwelijksbedrog. In dit leesverslag zal het verhaal niet in zichzelf worden geanalyseerd, maar het literaire tijdperk en wat voor een effect dit heeft op het toneel.
De auteur
Pieter Langendijk kwam uit Haarlem. Hij leefde tussen 1683 en 1756. Toen hij jong was verloor hij zijn vader. Dit zorgde ervoor dat Langendijk snel eigen werk moest vinden zodat de familie niet omkwam van de honger. Hoewel zijn moeder zuinig omging met het geld betekende dit niet dat Langendijk of zijn toekomstige vrouw dat zouden doen. Na de dood van zijn moeder trouwde Langendijk, en het geld leek een dwang te krijgen om te gaan rollen. Zelf ging Langendijk ook aan de drank. Na enige tijd werd Pieter ziek en kreeg hij een gratis plek bij het Proveniershuis in Haarlem als dank voor zijn werkzaamheden als schrijver en onder de voorname om als stadshistorieschrijver te werken. Langendijk wist namelijk heel goed hoe hij een publiek kon vermaken en zijn schrijfkunsten waren heel goed vergeleken met de toenmalige weten van schrijven. Toen Langendijk in 1756 overleed, liet hij een onafgemaakte geschiedenis werk van Haarlem achter.
Frans classicisme
Het Franse classicistische toneel vormde zich aan het einde van de 17de eeuw in Frankrijk. Later kwam hij ook naar de republiek der Nederlanden. De toneelschrijvers van de Republiek waren erg onder de invloed van deze nieuwe stijl.
Het treurspel en blijspel werd gerevolutioneerd. Vooraan in de stroming liepen Corneille, Racine en Molière. De twee eerste schreven vooral treurspelen en de laatste respectievelijk blijspelen. Het moreel van een verhaal werd zorgvuldig getoond in hun indrukwekkende spelen.
De stijl van Frans classicisme
De opbouw
Net zoals in een Frans classicistisch toneel bestaat ook ‘het Wederzijds huwelijksbedrog’ uit 5 bedrijven. Het stuk heeft een organische structuur, waar er een eenheid van handeling ontstaat uit de onderdelen van het toneel. In het eerste bedrijf worden de personages en hun huidige situatie gepresenteerd. Hierop volgt de aanleiding van hun ontmoetingen, waarom ze in dit verhaal thuishoren. In het derde en vierde bedrijf wordt het verhaal verder gespeeld. Het laatste bedrijf heeft de confrontatie in handen. De eindelijke ontknoping van ‘wordt het nou wat of zitten ze allemaal in de penurie’. Hier wordt het verhaal afgesloten en het moreel wordt duidelijk.
Eenheid
Het is belangrijk in een toneel van deze stroming dat er een eenheid van plaats, tijd en personages is. Hij moet niet te complex zijn en uitvoerbaar zijn. ‘Het Wederzijds huwelijksbedrog’ speelt zich af in Uitrecht (vandaag Utrecht) en in de loop van ruim een dag. Ze ontmoeten ’s ochtends, raken verliefd gedurende de middag, worden geconfronteerd ’s avonds en leren dat liefde overwint vlak daarna.
Waarschijnlijk en deftig
1ste Bedrijf 3de toneel
Waard: Wat is myn heers believen
Lod.: Hebt gy hier lozjement
Waard: Ik kan je gerieven:
‘k Akkommendeer de lui hier ieder naar zyn tyd
‘k Ben tot je dienst, myn heer, en zo is myn vrouw
Ter verschil van andere tonelen, zoals die van Brederode en Hooft, wordt er en dit toneel een deftigere taal gebruikt. Dit komt niet alleen door wie de personages zijn, maar ook door de stijl van het Frans-classicistische toneel. Er zit meer fatsoen in, en zo werd het toneel iets dat door de meer pompeuze mensen geschreven en geacteerd. Iets wat helemaal de rage was in Frankrijk rond deze tijd.
Gelijk met het deftige taalgebruik kon het toneel niet qua inhoud te waarschijnlijk of schokkend zijn voor het publiek. In ‘Het wederzijds huwelijksbedrog’ gaat het over een paar mensen die een rang en titel geërfd hebben maar zonder het geld wat men zou denken dat erbij hoort. Zij leven in een illusie dat ze rijk zijn, en willen kosten wat het kost niemand laten weten dat zij eigenlijk normaal zijn qua rijkdom. Dit was veel gebruikt vroeger, je titel kon je namelijk verder krijgen ook al had je er niets anders naast. Misbruik maken van een titel is net zoals vandaag schandalig, maar kan in dit geval een komisch en gelukkig uitkomst hebben. Vandaar ook de titel wederzijds huwelijksbedrog. Het is dicht genoeg tot een mogelijke waarheid dat je het deftiger kunt opmaken en als blijspel opvoeren.
De gerechtigheid van poëzie
Er zijn vele onderscheidende gevoelens in dit verhaal. Zo doet de poëtische gerechtigheid zijn werk in pracht. Sinds het toneel een blijspel is, is het noodzakelijk dat er ook humoristische situaties ontstaan om het moreel van het verhaal te verzachten in de overbrengen aan het publiek. Als dit toneel in tegendeel een tragedie was geweest, dan zou de moreel complexer en zwaarder zijn, sinds hij meer voor reflectie is bedoeld dan voor vermaak.
Deugd en ondeugd
De deugd en de ondeugd komen voor in de vorm van het hoofd stel, Charlotte en Lodewijk, en Jan en Klaar respectievelijk. Het is mogelijk om te zien dat ze alle vier ondeugd zijn, maar doordat Charlotte en Lodewijk hun situatie verlaten en elkaar accepteren door de liefde deugd verpersoonlijken. Het zijn de leugens die zij kiezen om weg te laten die hun redt. Jan en Klaar houden hun leugens vol, ook al is het meer dan duidelijk dat het leugens zijn. Zij leggen elkaar beloftes op beloftes en geloven at het ook nog echt waar is. Dat is mogelijk omdat zij allebei zich minderwaardig hebben gevoeld, in de schaduw van de altijd liegende en bedriegende Lodewijk en Charlotte. Maar sinds Lodewijk en Charlotte hun leugens achter zich hebben gelaten, branden Klaar en Jan in het zonlicht van waarheid, ze draaien zich om naar elkaar om in elkaars schaduw te kunnen staan; waar de leugens nog altijd verblijven.
Humor
‘Het wederzijds huwelijksbedrog’ is een blijspel. De humor en de grappen die in het toneel staan zijn dan allemaal gepast aan het tijdperk en het publiek. Iets wat heel onlogisch klinkt wordt ter desperate volgehouden om iemand verkeerd te bewijzen, en uitspraken en commentaren terzijde geven een gezellig en humoristische sfeer. Een grap in de vorm van iets onlogisch, van een kant en natuurlijk van een ander was het gesprek tussen Klaar en de kleermaker. Er werd druk gesproken over een bedrag dat betaald moest worden, maar door de commentaren die de kleermaker over hun hervormde en herbruikte kleding maakte de hele transactie vermakelijk.
Het moreel
Het moreel van dit verhaal was zo eenvoudig als: leugens doen je niet goed. Hiernaast kun je ook noemen dat hebzucht alleen slecht brengt en dat liefde belangrijker is dan welvaart, maar sinds het toneel over een wederzijds bedrog gaat is het duidelijk dat de voornaamste moraal over leugens gaat en niet hoe het verhaal toevallig eindigt. De liefde heeft natuurlijk gewonnen tegenover de leugens, en dus kan je ook zeggen dat de leugens de liefde tegenhield. Leugens zijn dus eigenlijk gewoon niet goed, aldus dit verhaal.
De Verlichting
De Verlichting was een emancipatiebeweging door de burgers in Europa gedurende de 18de eeuw. Het was bedoeld als een symbool van de bevrijding van de traditionele visies binnen ethiek, geloof, politiek en rechtspraak. De mens moest zich openstellen voor hoe de wereld eigenlijk in elkaar zat en nieuwe dingen leren, je ogen openen als het ware.
Denk zelf
Rede en ratio waren tijdens de 18de eeuw belangrijke begrippen. Niet om te begrijpen, maar om te benuttigen. Kritisch nadenken was het doel van de Verlichting. Doordat er meer onderwijs en kennis toegankelijk werd gesteld liep dit op zijn stelletjes. Dit onderwijs zorgde er ook voor vooroordelen in minder extreme maten doordat mensen meer begrip kregen. De levens van vele mensen werden tijdens de Verlichting ook echt verlicht, ook al was dat alleen psychologisch en niet in welvaart.
Filosofisch gedachten van Montesquieu
Charles Montesquieu was een Franse filosoof wiens politiek en de opbouw hiervan erg interesseerde. Tijdens zijn leven, 1689-1755, bedacht hij de De l’espirit des lois. Vandaag kennen wij dit beter als de Trias politica. De politiek en de regerende macht moest in drie groepen worden gedeeld. Zo zou je voorkomen dat er macht werd misbruikt, sinds geen van de groepen meerderheid hebben en gecontroleerd waren door de andere twee groepen. Verder pleitte Montesquieu ook voor godsvrijheid en was tegen absolutisme. Niemand mocht de macht voor zichzelf houden, en je mag geloven wat je wilt in je vrije tijd.
Trias politica
De De l’espirit des lois deelde dus de macht in drie groepen. De uitvoerende macht was de vorst; vandaag is dat de regering. Deze uitvoerende macht kwam met voorstellen en zorgde er ook voor dat het mogelijk was om te doen naast het aan de gang zetten hiervan. De wetgevende macht die door het volk werd gekozen moest beslissen of de voorstellen geaccepteerd werden of niet, en letten er ook op dat de uitvoerende macht ook wat uitvoerde. Als laatste was er de onafhankelijke rechterlijke macht. Deze bestond uit de rechters die de nieuwe wetten invoerde in rechtszaken en er op lette dat de twee andere groepen de wet niet overschreden.
Meningen van Rousseau
Tussen de jaren 1712 en 1778 leefde Jean-Jacques Rousseau. Zijn wens was dat de mens weer terug de natuur in ging om zo te ontdekken wie ze werkelijk waren. Hij meende dat de mens vervreemd was en een betere opvoeding nodig had. Of Rousseau helemaal niet aan het kapitalistische deel van een politiek reeks zat is niet moeilijk om aan te tonen. Zijn meningen over privé-eigendom was heel duidelijk. De term eigendom in zichzelf was de reden voor oorlog, slavernij en alle andere narigheden en oneerlijkheden. De eigendom behoorde aan Moeder Natuur, en werd alleen maar om gevochten wanneer iemand het zich toe-eigende.
Nieuwe literaire vormen
Tijdens de verlichting ontstonden er nieuwe literaire vormen. Drie hiervan waren het spectatoriale tijdschrift, kinderliteratuur en de roman. Deze nieuwe vormen van literatuur ontwikkelden zich door de grotere vraag naar literatuur in het algemeen. Meerdere mensen hadden de mogelijkheid en tijd om literatuur te lezen en wouden dus meer variatie en mogelijkheden van literatuur verkrijgen.
Kritiek vers geleverd
De burgerij kreeg via de spectatoriale tijdschriften een duidelijkere stem in de politiek. Hier werd kritiek geserveerd op een schotel aan de regerende. Mensen konden zo ook makkelijker begrijpen wat verschillende zaken voor invloed hadden en de gevolgen ervan. Een voorbeeld van zo’n tijdschrift was ‘De Hollandsche Spectator’ van Justus van Effen. Deze opinieorgaan was geïnspireerd door de oorspronkelijke “Spectator” van Groot-Brittannië. De mogelijkheid voor discussie werd groter, en de mensen zelf werden meer toleranter en geopinieerd met de komst van deze literaire vorm.
Voor de kinderen
Kinderliteratuur was voor de verlichting niet populair. Hieronymus van Alphen was hier een van de eerste in en schreef 66 gedichten voor zijn bundel “Gedigten voor kinderen”. Voor deze tijd bestond kinderliteratuur alleen maar uit vertaalde sprookjes. In Nederland werd er in de 18de eeuw dus besproken hoe er literatuur ook voor de jeugd toegankelijk kon werden gemaakt. Deze literatuur moest natuurlijk ook gevuld zijn met motivatie voor onderwijs en deugdzaamheid en wat een goede opvoeding was. Het idee was om het mogelijk te maken dat kinderen zelf ook beseften wat goed en kwaad was in een eentje, met behulp van een goed boek of gedicht.
Eén verdieping erbij
De roman kon in de verlichting ook niet ontbreken. Deze stijl van schrijven maakte het mogelijk om verhalen een diepere uitvoering te geven. De schrijver kon dieper ingaan op de personages en hun psychologische karakter verdiepen. De zelfspiegeling werd relevanter. Een roman was ook bedoeld om over een periode van meerdere dagen of zelfs weken te lezen, de lezer werd er zelf ook meer in betrokken door de tijd die er werd besteed aan het lezen en begrijpen. “Sarah Burgerhart” is een bekende roman uit de Verlichting. Hij is geschreven door Aagje Deken en Betje Wolff.
Satire en spot
Langendijk heeft in dit toneelstuk een deel satire en spot gebruikt. Dit wordt vooral gebruikt om het publiek te amuseren. De grootste en voorname personages worden telkens vernederd, Lodewijk en Charlotte door Klaar en Jan, en is er weinig sprake van karakter. De personages zijn types van zichzelf geworden. Hierbij komt ook nog dat er enkele keren Frans wordt gesproken zoals bij vers 39 ‘je suis vôt serviteur’. De Utrechtenaars worden zelf ook bespot om de reden van dat ze oh zo adellijk zijn allemaal. Lodewijk en Jan representeren hier het Haarlemse publiek van Langendijk, en de Waard en Klaar de Utrechtenaars. Een voorbeeld is wanneer de waard Lodewijk verteld over de civiele prijs van het hostel, waarop Lodewijk reageert dat hij dat weet en dat het Utrecht wijs maakt. Jan maakt een vergelijkende commentaar wanneer Klaar hem vertelt dat zij niet adellijk is. ‘Iedereen in Utrecht is toch van adellijke afkomst’, is wat Jan haar dan aan commenteert.
Rationeel denken helpt
Het Wederzijds huwelijksbedrog bevat geen enkele rationele gedachte, behalve wanneer de broer van Charlotte het verhaal instapt. Hij is ook degene die het hele zootje opruimt en alles duidelijk maakt aan de niet-wetende Charlotte, Klaar, Lodewijk en Jan. Doordat de personages niet zelfstandig rationeel denken zien ze niet in dat ze zelf ook bedrogen worden. De morele les komt hier dan goed ingegleden. Wie bedriegt wordt zelf ook bedrogen en het enige wat je hiervan kan redden is rationeel denken.
Mening en reflectie
Het verhaal van Wederzijds -huwelijksbedrog leeft op naar zijn genre. Zoals gewoonlijk zijn er veel uitdrukkingen, beeldspraken en grappen die er toentertijd veel meer relevant waren dan vandaag. Dat is goed, want dan is het makkelijker te begrijpen hoe het eigenlijk was in het gegeven tijdperk. Dit zorgt wel voor verwarring af en toe, maar het is begrijpelijk te lezen. Doordat de tekst niet is vertaald, zodat de stijl en de rijm blijft, is het lastig om te weten wat alle woorden betekenen. Het helpt natuurlijk dat er synoniemen van onze tijd onder aan de bladzijdes staan, maar het zijn vaak de woorden die niet uitgelegd staan die niet begrepen worden. Sowieso is het een grappig verhaal dat alleen langzaam leest door de uitvoering en stijl. Pieter Langendijk is een ware kunstenaar en weet hoe hij een publiek tevreden kan stellen.
REACTIES
1 seconde geleden