Het verboden pad
“Een idealistische jongeman, die stage loopt in een opvangtehuis voor moeilijk opvoedbare en kansarme tieners, ontdekt dat niet iedereen zijn idealisme deelt.”
‘Het verboden pad’ is een psychologische roman. Een psychologische roman is een roman waarin de nadruk wordt gelegd op het innerlijk van de karakters, motieven, omstandigheden en innerlijke handelingen en gedachten die ontstaan. Deze romans gaan dieper in op het waarom van het handelen van de hoofdpersoon.
De vier literaire stromingen van de psychologische roman:
1 Het naturalisme houdt zich vooral bezig met hoe de mens aan zijn eigenschappen komt. Zijn ze aangeboren of zijn ze ontstaan door een bepaalde opvoeding?
2 Aan het einde van de 19e eeuw werd het onbewuste ‘ontdekt’ door de psychiater Sigmund Freud. Hij ontdekte dat dromen een symbolische betekenis hebben. Volgens hem werden mensen gedreven door onbewuste verlangens, driften, obsessies en onredelijke gedachten. Mede hierdoor ontstond het surrealisme waarin droom en werkelijkheid centraal staan.
3 De afschuwelijke wereldoorlogen in de twintigste eeuw zijn van grote invloed geweest op het dagelijkse leven van de mensen die daarin leven. Er zijn dan ook een hoop literaire werken geschreven waarin de invloed van oorlog beschreven wordt.
- Maatschappijkritisch: Oorzaken en gevolgen van oorlog en hoe is het ontstaan?Hoe is het in de toekomst te voorkomen?
- Individu: Wat voor gevolgen heeft de oorlog op een kind of volwassene gehad? Deze romans zijn ook meer psychologisch. Veelal geschreven door Joodse schrijvers.
4 Ook nu verschijnen er nog veel verschillende psychologische romans.
- Bernlef – Hersenschimmen (dementeringsproces)
- Rascha Peper – Russisch blauw (hunkeren naar iets wat je niet kunt krijgen)
- Gerbrand Bakker – Boven is het stil (het leven kan ook anders)
Zaken die opvielen
- De naam Gilbert Bécaud komt erg vaak in het boek voor. Ik wist niet wie de man was, dus heb ik zijn naam in Google ingetypt. Bécaud blijkt een Franse zanger te zijn, wat een aantal passages in het boek een stuk duidelijker maakt voor mij. Philip vond zijn vader vroeger erg veel op de man lijken en op de camping in Frankrijk staat een meisje dat naar zijn liedjes luistert, maar de teksten hadden voor mijn part ook gedichten kunnen zijn. Nu ik weet dat hij een zanger is, zijn sommige stukken in het boek iets helderder.
- Het meisje Djeu. Bij De Helmer weet men niets van haar. Het is niet eens duidelijk of Djeu wel haar echte naam is. Ook weten ze niets van haar verleden. Ze dook op vanuit het niets en ging onder in het niets, zonder dat iemand haar ook maar enigszins kende. In het hele verhaal kom je niets over haar te weten. Ze is een mysterie dat nooit ontrafeld zal worden.
- Vrij vooraan in het boek stond één hele lange zin van ongeveer twaalf regels, maar verder kwam nergens in het boek zo’n zin voor. Deze zin viel me erg op, met name door de vele bijvoeglijke naamwoorden die erin voorkwamen. In die zin wordt het landschap beschreven en staan deelzinnen als ‘…het sappige groen van de aflopende weilanden…’.
Citaten
Al in de eerste zin van de proloog van Het verboden pad van Kees van Beijnum is bekend welk tragisch ongeluk heeft plaatsgevonden. De associatie met het krantenberichtje over de verongelukte Barlaeus-leerling zit al in de eerste alinea van de proloog Hiermee geeft Van Beijnum de plot bewust en zonder omhaal weg: tijdens een survivaltocht verongelukt een aan hulpverleners toevertrouwd meisje onder enigszins verdachte omstandigheden. Hij treedt hiermee in het voetspoor van Donna Tartt, die in De verborgen geschiedenis hetzelfde procedé volgde. Eerst de fatale afloop, dan de ontrafeling.
We weten dus dat de vakantie zal uitlopen op een drama dat het leven van alle betrokkenen ingrijpend zal veranderen, maar over het hoe en waarom worden we pas honderden pagina\'s verder ingelicht. Des te knapper dat Van Beijnum de spanning tot het einde weet vast te houden en zelfs op te voeren.
‘Toen Dieu Kaname twee dagen voor le quatorze juillet verdween in het schuim en de deining van de oceaan bleven wij, haar metgezellen, met meer vragen achter dan we ooit zullen kunnen beantwoorden’.(beginzin)
“Ik kan me niet herinneren dat ik met Freis naar boven ben gelopen, gerend waarschijnlijk, of dat ik daartoe het besluit nam. Ik weet slechts dat ik Harley, zijn baard als een diepzwarte schaduw rond zijn kin, zag afdalen, van rots naar rots springend, en dat ik niet veel later naast Walter en de meisjes stond.” (blz. 8)
REACTIES
1 seconde geleden