Het orgeltje van yesterday door Rutger Kopland

Beoordeling 7
Foto van een scholier
Boekcover Het orgeltje van yesterday
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 6e klas vwo | 3664 woorden
  • 1 april 2021
  • 2 keer beoordeeld
Cijfer 7
2 keer beoordeeld

Boekcover Het orgeltje van yesterday
Shadow
Het orgeltje van yesterday door Rutger Kopland
Shadow

Inleiding

De bundel die ik heb gekozen is ‘Het orgeltje van yesterday’ van Rutger Kopland en uitgegeven door G.A. van Oorschot, de eerste druk verscheen in 1968, in Amsterdam, ik heb de 8e druk (1978). De bundel telt 40 pagina’s.

In vwo 4 heb ik al eerder een gedicht van Kopland gelezen en geanalyseerd, ‘Onder de appelboom’. Dit gedicht vond ik erg mooi, dus ik wist al dat ik een bundel van Kopland wilde lezen. Vervolgens heb ik online een aantal gedichtenbundels van Kopland opgezocht, en daaruit kwam ‘Het orgeltje van yesterday’.

Ik kwam er achter dat Kopland wel eens inspiratie haalde uit The Beatles, dat is ook te zien in de titel van deze bundel. Afgelopen periode heb ik het boek ‘Het schervengericht’ gelezen van A.F.Th. van der Heijden, in deze roman zijn ook The Beatles verwerkt. En daarnaast luister ik graag naar hun muziek.

Na wat meer onderzoek te hebben gedaan over de bundel was ik wel benieuwd. Daarom heb ik uiteindelijk voor ‘Het orgeltje van yesterday’ gekozen

Bespreking bundel in geheel

‘Het orgeltje van yesterday’ is de tweede bundel van Rutger Kopland en het is de meest succesvolle dichtbundel van Kopland. De bundel heeft 27 gedichten en telt 40 pagina’s. Sommige gedichten zijn bij elkaar ingedeeld. Ook zijn er nog een aantal losstaande gedichten. Deze horen niet specifiek bij elkaar, maar hangen wel samen met het thema van de bundel.

Opbouw

De opbouw van de bundel is als volgt: Drie Wintergedichten (3), Drie Voorjaarsgedichten (3), ‘Verhaaltje voor jullie’, ‘De dokter van Jantje’, ‘Bericht terug aan de weduwe’, ‘Weggaan’, Reis (5), Gesprekken (5), Bij De Dood Van Mijn Vader (4) ‘Juffrouw A’, ‘Meneer K’ en ‘Herfst, Achterhoek, Achterberg’.

Thema

Het thema van de bundel is leven en dood, dit thema komt overigens bij veel andere gedichten en bundels van Rutger Kopland terug. Het thema komt het duidelijkst naar voren in de gedichten ‘Bij de dood van mijn vader’. Maar ook bij de andere gedichten is dit thema terug te zien. Zo gaan de wintergedichten ook over het verliezen van een dierbare. En een bekend losstaand gedicht uit deze bundel ‘Weggaan’ gaat over afscheid nemen.

Kopland laat in deze bundel een erg weemoedige blik op het leven zien, de sfeer van de gehele bundel is dan ook mistroostig. Een terugkomend motief dat past bij het thema is het onveranderlijke van het leven. Iedereen gaat dood, iedereen ‘bewandelt hetzelfde pad’ als het ware. Toch vindt hij het soms lastig om hiermee om te gaan.

De gedichten

De afdeling Drie wintergedichten is vrij somber, dit houdt dan ook verband met het seizoen winter in de titel. De afdeling die daarop volgt Drie Voorjaarsgedichten is wat opgewekter van toon, ook hier speelt Kopland met het seizoen en de sfeer van de gedichten.

Het losstaande gedicht ‘Verhaaltje voor jullie’ is eigenlijk meer een sprookje maar hierin geeft de dichter een duidelijke boodschap. Dit is een typisch voorbeeld van de anekdotische stijl van Kopland. Achter het vrij simpele alledaagse verhaal schuilt een diepere laag.

‘De dokter van Jantje’ is, eveneens als ‘Verhaaltje voor jullie’, een losstaand gedicht. Dit is het kortste gedicht van de gehele bundel, hij bestaat (slechts) uit één septet. Ondanks de lengte van het gedicht, weet Kopland met weinig worden een somber verhaal te vertellen.

In de afdeling Reis zijn er drie gedichten in briefvorm en twee ‘gewone’ gedichten. Ondanks het motief van een reis naar een vreemd land is hier ook het thema van de dichtbundel in terug te vinden. Namelijk het afscheid nemen (van een overleden iemand).

Een afdeling die mij erg aansprak was Bij de dood van mijn vader. Deze afdeling bestaat uit vier gedichten. Het onderwerp is natuurlijk heftig en persoonlijk voor Kopland. Toch heeft hij dit zwaardere onderwerp knap op papier weten te zetten. Vooral het gedicht ‘Een lange wandeling’ vond ik erg mooi, deze zal ik later ook analyseren.

Sommige onderwerpen zijn heftiger en andere wat lichter. Door het taalgebruik en de lichte ironie in de gedichten, zijn ze echter allemaal goed te lezen.

 De dichter

Rutger Kopland, pseudoniem (zijn echte naam was Rutger Hendrik (Rudi) van den Hoofdakker), was naast dichter ook psychiater. Dit zie je soms terug in zijn gedichten. In deze bundel zijn dat bijvoorbeeld de gedichten ‘Juffrouw A’ en ‘Meneer K’. Dit zijn twee patiënten op de psychiatrische afdeling. Uit een column in de Trouw van 1999 laat Kopland echter weten dat hij niet gezien wil worden als psychiater-dichter of dichter-psychiater. Hij ziet zijn twee vakken als gescheiden.

Kopland heeft een observerende en beschrijvende stijl. Veel gedichten gaan over alledaagse dingen, hij probeert vaak de realiteit in zijn gedichten te verwerken.

Titelverklaring

De titel van de dichtbundel is erg opmerkelijk, het mysterieuze sprak mij aan. Niet alleen omdat er een Engels woord instaat, maar ook door de, op het eerste gezicht, onbestemdheid. ‘yesterday’ is een verwijzing naar het gelijknamige liedje van The Beatles. Dit liedje gaat, net als de dichtbundel, over het verleden. Deels ook over het verliezen van iemand (sommigen zeggen een vriendin, anderen zeggen dat het over de moeder van McCartney gaat). De enige echte verwijzing naar het liedje in de bundel is in het gedicht ‘Verhaaltje voor jullie’ (Dan draaiden zij het orgeltje van jesterdee.).

‘Het orgeltje’ in de titel kan men zien als de stem van de dichter, de dichter vertelt verhalen over vroeger (over yesterday). Maar ‘Het orgeltje’ kan ook staan voor het leven en het onveranderlijke ervan. Een orgeltje dat maar blijft doorgaan, haast mechanisch, net als het leven.

Analyse van het gedicht

Titel, dichter, bundel

  1. IV EEN LANGE WANDELING Rutger Kopland uit: Het orgeltje van yesterday        1968 Amsterdam p. 32-33

Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen

A         Samenvatting

2.1       VERTELSITUATIE

Het gedicht is geschreven vanuit een ik-perspectief, die van Kopland zelf. De verteller beschrijft een gebeurtenis en daarbij zijn eigen herinneringen en gedachten.

2.2       AANTAL PERSONEN

De verteller (ik), de dochters (B en R), Sint Maarten, Sint Nicolaas, Maria, Jezus en de vader van de verteller (opa, mijn vader).

2.3       SAMENVATTINGEN VAN DE GEBEURTENISSEN

Kopland, de verteller, maakt samen met zijn dochters een winterse wandeling. Hij beschrijft de natuur en melancholie van de winter. Hoe het landschap hetzelfde blijft ondanks de verandering. Hier laat de verteller zijn gedachten gaan over het landschap en vergelijkt hij de onveranderlijkheid met de vieringen van de heiligen, die ook elk jaar onveranderd terugkomen, net als de winter. Dan keert de schrijver weer terug naar het landschap. Zijn dochters klimmen, net als altijd, hoog in de bomen, buiten zijn bereik. Aan het einde van hun wandeling praat hij met zijn dochters over de dood van zijn vader, hun opa. En denkt hij terug aan hoe zijn vader vroeger Sint-Nicolaas speelde. En de verteller realiseert zich dat, terwijl hij zijn eigen vader verloren heeft, hij nu een goede vader voor zijn dochters moet zijn.

2.4       GEBEURTENIS OF GEDACHTE

Een gedachte. Ook al wordt er in het gedicht een gebeurtenis beschreven. De verteller wijkt hier telkens van af, het gaat vooral om zijn gedachten.

2.5       BELANGRIJKSTE ZIN

Wandelend in het duister voel ik / hun koude handen, moet ik / hun dorre bloemen dragen, / hun neuzen snuiten, / hun knopen sluiten, / hun vader zijn.

Deze zin laat een moment van rouw zien als een dierbare er niet meer is, maar ook dat het leven verder gaat. Vooral in de situatie van Kopland waar hij nu, net als zijn eigen vader, ook een goede vader wil/moet zijn.  

 B         Onderzoek

3.1       STIJLFIGUREN

            Inversie: als zij vielen, / ik zou hen moeten laten vallen

Repetitio: wandelend, altijd dezelfde, hun

Enumeratie: hun dorre bloemen dragen, / hun neuzen snuiten, / hun knopen sluiten

Paradox:        Alles verandert maar keert onveranderd / terug.

                                    Maria loopt met een nieuwe Jezus toch / weer in haar laatste dagen.

Tautologie: altijd dezelfde

3.2       BEELDSPRAAK

            Een (lange) wandeling wordt hier vergeleken met de levensloop.

De winter staat symbool voor de ‘innerlijke winter’, de melancholie en rouw die de verteller ervaart. De winter kan dus ook symbool staan voor de dood en het einde van de levensloop.

Een metafoor in dit gedicht zijn de drie paarden. Deze drie paarden kunnen ook de Vader met zijn twee dochters zijn.

3.3       RIJMSCHEMA + RIJMVORMEN

            Dit gedicht heeft geen vast rijmschema, het is een vrij vers.

Alliteratie:     Wordt het weer winter; onder ons; zingen: zie; zij zijn;

Assonantie:    Zo komen wij dan ook bij altijd dezelfde bomen;

zie ginds komt de stoomboot, kijk eens hoe hoog wij zijn.

Eindrijm:       Hun neuzen snuiten

                                    Hun knopen sluiten                                        Mannelijk rijm

                                    Een kind weet dat Sint maarten met een

                                    halve mantel vertrekt, hij komt met een         Rijk rijm

                                    Zo komen wij dan ook bij altijd dezelfde

                                    bomen, waarin mijn dochters altijd dezelfde Rijk rijm

            Enjambement: bijna overal, als voorbeeld strofe 3:

                                    Zo komen wij dan ook bij altijd dezelfde

                                    bomen, waarin mijn dochters altijd dezelfde

                                    takken beklimmen en zwaaiend in de toppen

                                    zingen: zie ginds komt de stoomboot, kijk

                                    eens hoe hoog wij zijn. En inderdaad zij

                                    zijn buiten bereik, als zij vielen,

                                    ik zou hen moeten laten vallen.

3.4       VORM VAN HET GEDICHT

            Dit gedicht is een vrij vers. Er is geen vaste strofelengte of vast rijmschema.

3.5       BIJZONDERE WOORDKEUS/BIJZONDERE STIJL

De gedichten van Kopland staan er om bekend dat ze erg toegankelijk zijn vanwege de (makkelijke) woordkeuze. Verder vond ik het interessant om op te merken dat hij over zijn vader spreekt als ‘was’, dit laat het rouwproces extra duidelijk zien.

3.6       STROFEBOUW

Het gedicht kent 5 strofen, met achtereenvolgens een octaaf, novet, septet, octaaf en een sextet.

Bij de derde strofe zit er een keerpunt in het gedicht, net als in de wandeling. In de vorige strofe sprak de verteller over de verandering en bij de derde strofe gaat het over alles wat hetzelfde is gebleven.

3.7       IS DE BASIS VAN HET GEDICHT EEN TEGENSTELLING, OVEREENKOMST, WAARNEMING, VRAAG …?

Een waarneming. Het gaat vooral om de waarneming van het leven. Men zou ook kunnen zeggen dat het om een tegenstelling gaat, de tegenstelling tussen leven en dood. Maar omdat het gedicht is geschreven als een wandeling, gaat het over de waarneming van het leven. En daar hoort ook de dood bij.

 C         Interpretatie

4.1       STEL ZO NAUWKEURIG MOGELIJK VAST WAT DE BETEKENIS VAN ELKE DICHTREGEL IS

            Staat bij het gedicht, in de kantlijn.

4.2       IN WELKE ZIN/REGEL VIND JE DE GRONDGEDACHTE VAN HET GEDICHT HET DUIDELIJKST TERUG EN UITLEG THEMA/MOTIEVEN, SAMENHANGEND MET THEMA GEHELE BUNDEL

            Alles verandert maar keert onveranderd / terug.

Wandelend in het duister voel ik / hun koude handen, moet ik / hun dorre bloemen dragen, / hun neuzen snuiten, / hun knopen sluiten, / hun vader zijn.

Het thema van de bundel, is net als dit gedicht, leven en dood. Hoewel het in dit gedicht specifiek gaat over de dood van de vader. De eerste zin laat duidelijk zien hoe Kopland denkt over het leven en de onveranderlijkheid, het mechanische ervan. Mensen worden geboren en sterven, maar dat verandert eigenlijk niets.

De tweede zin of het tweede citaat dat ik heb gekozen gaat specifieker over de grondgedachte van dit gedicht. Dit gedicht is namelijk het 4e gedicht van de reeks gedichten die hij na het overlijden van zijn vader heeft geschreven. Het is dus een soort afsluiting van het rouwproces. Ook dit gaat over de onveranderlijkheid van het leven. Want nu moet hij, net als zijn vader goed voor hem zorgde, goed voor zijn eigen dochters zorgen.

De tweede zin of het tweede citaat dat ik heb gekozen gaat specifieker over de grondgedachte van dit gedicht. Dit gedicht is namelijk het 4e gedicht van de reeks gedichten die hij na het overlijden van zijn vader heeft geschreven. Het is dus een soort afsluiting van het rouwproces. Ook dit gaat over de onveranderlijkheid van het leven. Want nu moet hij, net als zijn vader goed voor hem zorgde, goed voor zijn eigen dochters zorgen.

Het melancholische van het leven zie je verder in de bundel, maar ook in andere bundels van Kopland, terug.

4.3       TITELVERKLARING

            De lange wandeling verwijst in eerste instantie naar de wandeling die Kopland met zijn dochters maakt. Maar eigenlijk is het een metafoor voor de levensloop. Kopland vergelijkt hier het leven met een wandeling. Iedereen maakt een wandeling, men kan verschillende wegen kiezen. Maar uiteindelijk komen we allen bij hetzelfde punt uit, de dood.

4.4       NOTEER WAT JE NOG NIET BEGRIJPT

 D         Eindoordeel

Het gedicht gaat over de onveranderlijkheid van het leven. Over het rouwproces maar ook over de kringloop van het leven. Want het leven gaat door. De verteller heeft zijn vader verloren, maar is zelf ook een vader.

Ik vind het echt een heel mooi gedicht. Afgelopen zomer is mijn oma overleden en dit gedicht deed mij hieraan denken. Verder vind ik het interessant dat de verteller ook een soort emotionele kant laat door schemeren. Het is dus ook een treurig of zielig gedicht. Het is niet te aanwezig, maar je merkt het aan de gedachten die hij beschrijft en de herinneringen die bij hem opkomen. De zin die ik het treurigst vond was ‘Ze hebben een heel klein beetje te doen / met mij, omdat opa mijn vader was.’ Hierin zie je terug dat de kinderen het nog niet helemaal begrijpen maar toch een soort medelijden voelen en dat de verteller er dus een beetje alleen voor staat en stoer moet blijven want hij is hun grote vader. Meestal zijn de gedichten van Kopland wat afstandelijker dus dit is een interessante verandering.

Ook vond ik het een erg realistisch gedicht. Het is een herkenbaar gevoel en de beschrijvende manier waarop Kopland schrijft zorgt voor een goede verbeelding van de boodschap van het gedicht.

Dit gedicht laat ook duidelijk de melancholie die Kopland voelt bij het leven. Over de onveranderlijkheid en dat men altijd op weg is naar hetzelfde. In de rest van de bundel is dit ook te merken. Naast de gedichten over zijn overleden vader zijn er ook gedichten over een andere geliefde die of weggegaan is of ook overleden. Verder zijn er nog een aantal losstaande gedichten, maar toch allemaal hebben ze dat weemoedige randje.

De ‘zeven argumenten’

Emotief:          Het gaat over het rouwproces, een geliefde verliezen

Esthetisch:      mooi verloop, sterk einde

Moreel:           ik denk het feit dat het leven doorgaat, niet te lang stil staan bij de dood

Realistisch:      Het is een heel realistisch gedicht, iedereen verliest op een gegeven moment een ouder, of iemand anders die ze liefhebben/hadden.

Structureel:      Het is een mooie opbouw waar de wandeling en herinneringen elkaar afwisselen met aan het einde een realisatiemoment.

Intentioneel:   er zit niet echt een intentie of bedoeling in het gedicht

Stilistisch:       Ik vind de stijl van Kopland erg mooi. Het is/lijkt simpel, maar er zit vaak veel meer achter.

Slot

Het gedicht ‘De lange wandeling’ is een vrij persoonlijk gedicht van Rutger Kopland. De herkenbare stijl van Kopland, makkelijk taalgebruik, beschouwend en melancholisch, is ook in dit gedicht terug te vinden. De wandeling gebruikt Kopland hier als een metafoor voor de onveranderlijke levensloop die ieder mens aflegt. Naast dit thema, wat in de rest van de bundel ook voorkomt, zit er in dit gedicht nog een extra laag, namelijk het rouwproces bij het verliezen van een geliefde. Dit gedicht is namelijk geschreven na de dood van zijn vader. Het beschrijft hoe het leven verder gaat, terwijl het voor een ander net gestopt is. Een mooi aspect van dit gedicht vond ik hoe Kopland zijn vaderlijke rol in een ander licht zag. Hij moet, net als zijn vader was, een goede vader zijn voor zijn dochters. De kernzin van dit gedicht vind ik dan ook Wandelend in het duister voel ik / hun koude handen, moet ik / hun dorre bloemen dragen, / hun neuzen snuiten, / hun knopen sluiten, / hun vader zijn. Het beschrijft goed hoe Kopland zich voelt over zijn vaderlijke rol na het verliezen van zijn eigen vader.

Het gedicht is erg melancholisch, net als de rest van de bundel. Dat past ook bij het thema van de bundel, namelijk leven en dood. Kopland weet dit toch wel zware thema door middel van zijn ironie goed over te brengen. Een goed voorbeeld hiervan is de titel van de dichtbundel: ‘Het orgeltje van yesterday’. Hoewel dit vrij opgewekt klinkt, heeft het eigenlijk een droevige betekenis. Namelijk het onveranderbare verleden en het alsmaar doorgaande heden.

Ondanks dat ik niet dol ben op poëzie, werd ik aangenaam verrast door de dichtbundel en vooral door het gedicht ‘De lange wandeling’. Ik vond het een prettige leesbare en indrukwekkende dichtbundel. Kopland is zeker voor herhaling vatbaar!

Bijlage 1: bronnen/secundaire literatuur

Beek, M. (z.d.). Rutger Kopland - Bi(bli)ografie. Geraadpleegd op 16 december 2020, van http://www.schrijversinfo.nl/koplandrutger.html

de Jager, G. (2003). Nederlandse Letterkunde. Jaargang 8 · dbnl. Geraadpleegd op 11 december 2020, van https://www.dbnl.org/tekst/_ned021200301_01/_ned021200301_01_0005.php

Eccleston, D. (2013, 25 september). Paul McCartney: “The Song’s Your Psychiatrist”. Geraadpleegd op 17 december 2020, van https://www.mojo4music.com/articles/7087/paul-mccartney-the-songs-your-psychiatrist

Jessurun d’Oliveira, H. U., & Oversteegen, J. J. (1973). Literair lustrum 2. Een overzicht van vijf jaar Nederlandse literatuur 1966-1971 · dbnl. Geraadpleegd op 14 december 2020, van https://www.dbnl.org/tekst/fens001lite02_01/fens001lite02_01_0014.php

van den Hoofdakker, R. (1999, 30 januari). EEN HARDE PSYCHIATER, EEN HARDE DICHTER. Trouw. Geraadpleegd van https://www.trouw.nl

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Het orgeltje van yesterday door Rutger Kopland"