Geronnen bloed door René Appel

Beoordeling 6.8
Foto van een scholier
Boekcover Geronnen bloed
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Klas onbekend | 3413 woorden
  • 14 februari 2009
  • 4 keer beoordeeld
Cijfer 6.8
4 keer beoordeeld

Boek
Auteur
René Appel
Genre
Thriller & Detective
Taal
Nederlands
Vak
Eerste uitgave
1994
Pagina's
214
Geschikt voor
vmbo/havo/vwo
Punten
1 uit 5
Oorspronkelijke taal
Nederlands
Literaire thema's
Dood,
Geestelijk gehandicapt,
Misdaadliteratuur,
Moord

Boekcover Geronnen bloed
Shadow
Geronnen bloed door René Appel
Shadow
ADVERTENTIE
Zo weet je precies wat je nog moet leren voor je examens! 📚✅

Al aan het stressen voor je eindexamens? Niet met Examenbundel! Maak per vak de gratis quickscan en check hoe je ervoor staat. Zo krijg je direct inzicht in wat je al beheerst en wat je nog moet leren en oefenen.
 

Naar de quickscan

Leesverslag

Titel: Geronnen bloed
Auteur: René Appel
Eerste druk: 1994

Aantal bladzijden: 214
Soort werk: Roman
Literaire stroming: Moderne Nederlandse literatuur

Motivatie
Ik heb vooral gekozen voor dit boek, omdat de bibliothecaresse het mij aanraadde. Verder leek het me ook een leuk boek, omdat het gaat over een moordonderzoek, terwijl het toch weer wat dieper gaat dan een normale detective. Ook stond de flaptekst me wel aan.

Korte samenvatting van het boek
Het boek gaat over een rechercheur, Josien, die een moord op een vrouw genaamd Bea onderzoekt. Uiteindelijk komt ze erachter wie de moordenaar was. Namelijk de broer van Bea, Gerard, die zwakbegaafd is en waar Bea een (verkeerde) seksuele relatie mee had. Nadat Gerard Josien alles erover had verteld, wilde hij haar verkrachten, omdat hij Josien net zo leuk als Bea vond. Net als Josien haar kleren uit heeft, komt haar man Theo eraan en hij slaat Gerard dood met een ijzeren pook. Hierdoor hebben Josien en haar team van de politie nog een moordzaak. Josien begint zich dan steeds rotter te voelen, omdat zij hem hebben vermoord en gaat aan de drank. Ook gaat het steeds slechter tussen Theo en haar.

Informatie over het boek
De schrijver van het boek staat buiten het boek.
Het verhaal is geschreven in de hij/zij-vorm.
De tijd verloopt chronologisch.
Er verloopt ongeveer een paar maand tussen de eerste en de laatste bladzijde.

Het verhaal is verdeeld in hoofdstukken.

Het verhaal speelt zich af in Amsterdam en omstreken. De hoofdpersoon is vaak te vinden op haar werk, in de woonboot van Gerard, in haar eigen huis en ’s avonds vaak in cafés in Amsterdam. Het verhaal speelt zich af in de moderne tijd.

Het thema van dit boek:
Een rechercheur is bezig met een moordzaak, maar wordt er plotseling heel persoonlijk bij betrokken.
Dit is de rode draad van het verhaal, dit is,heel erg globaal weergegeven, waar het verhaal nou eigenlijk over gaat.

De motieven zijn:

Moord: Het verhaal draait uiteindelijk om de twee moorden die zijn gepleegd en wie de daders zijn

Zwakbegaafdheid: Gerard, het broertje van Bea is zwakbegaafd. Zwakbegaafdheid speelt een belangrijke rol in het verhaal, want dit is de reden dat Bea niet bij haar vriendje kan wonen en dat Gerard zo gestoord reageert als ze bij hem weg wil gaan. Gerard had Bea denk ik ook niet vermoord als hij niet zwakbegaafd was en dan hadden we dit hele verhaal niet eens gehad.

Alcohol: Vanaf het moment dat Theo Gerard heeft vermoord gaat Josien aan de drank. Hierdoor verslechterd haar relatie met Theo en gaat het ook steeds slechter op het werk. Ook is alcohol de reden dat zij vreemd gaat met Arno, een man die ze had ontmoet in een café.

Relatieproblemen: Het gaat steeds slechter met haar relatie met Theo. Dit zorgt er ook voor dat ze steeds vaker naar cafés gaat om te drinken en dat ze uiteindelijk in haar eentje met de boot van Gerard en Bea wegvaart.
Broer-zus relatie: De seksuele broer-zus relatie tussen Bea en Gerard heeft er ook indirect voor gezorgd dat Gerard Bea heeft vermoord, want toen Bea niet meer met Gerard naar bed wou, kon hij dat niet bevatten. Toen er ook nog is bij kwam, dat Bea weg wilde gaan om bij Steef te gaan wonen kon Gerard het niet meer aan en vermoorde hij haar.

Titel en motto:
De titel van het boek is Geronnen bloed. Deze woorden komen ook voor in het verhaal zelf. Als Gerard wordt vermoord krijgt zij zijn bloed op haar lichaam.
Geciteerd: “Op haar rechterarm zaten roodbruine vlekken, geronnen bloed.”

Er is geen motto.

Welk stuk heeft veel indruk op je gemaakt?
Vooral de passage waar Gerard Josien wilde verkrachten, waarbij Theo net op tijd langs kwam om haar te redden en Gerard dan doodslaat. Dit was allemaal wel heel indrukwekkend, want eerst zaten Josien en Gerard nog normaal te praten en dan begint hij Josien het hele verhaal te vertellen. Hij vertelt haar dat hij Bea heeft vermoord toen zij hem vertelde dat zij bij haar vriend Steef ging wonen, terwijl zij had beloofd altijd bij hem te blijven. In zijn woede wurgt hij haar. Ook vertelt hij haar dat Bea en hij een seksuele relatie met elkaar hadden en dat dat stopte toen Bea een vriendje kreeg. Dat vond hij ook niet leuk.

Personen
Josien is de hoofdpersoon van dit boek. Zij onderzoekt samen met haar collega Fred de moord op Bea. Josien lijkt me een aardige vrouw. Ze is heel meelevend en bekommert zich daarom ook om de broer van Bea, Gerard, die zwakbegaafd is en niet goed voor zichzelf kan zorgen.

Gerard is de broer van het slachtoffer van de eerste moord, Bea. Hij is zwakbegaafd en kan niet goed voor zichzelf zorgen. Hij heeft het karakter van een klein kind. In het begin lijkt hij een hele aardige, goede jongen, maar later kom je erachter dat dat niet zo is. Hij is namelijk de moordenaar van zijn zus en hij wilde Josien verkrachten.

Theo is de man van Josien. Hij is leerkracht op een school en lijkt me een aardige vent. In het begin is Josien heel positief over hem, maar naarmate je verder in het verhaal komt wordt dat steeds minder en gaat het steeds slechter met hun relatie.

Fred is een collega van Josien. Hij gaat steeds met haar mee om de verdachten te ondervragen. Verder is hij homoseksueel en heeft hij een vriendje Anne. Hij is wel een aardige kerel die goed mensen kan ondervragen.

Advies aan de hoofdpersoon
Ik zou graag aan Josien willen vragen het goed te maken met Theo en zichzelf aan te geven bij de politie. Ze heeft nu al zo’n enorm schuldgevoel en dat zal echt niet minder worden. Ook kon ze het eerst zo goed vinden met Theo, maar nadat hij (met een goede reden) Gerard heeft doodgeslagen ging het niet meer goed. Ik denk dat als ze het heeft bekent en nadat ze haar straf heeft uitgezeten ze zich een stuk beter zal voelen. Het zal moeilijk zijn voor haar, maar het is dat, of voor de rest van haar leven met een enorm schuldgevoel rondlopen.

Altenatieve Titel
Een alternatieve titel voor dit boek zou kunnen zijn: De onschuldige ziel.
Dit slaat op de zwakbegaafde Gerard. Hij lijkt van binnen op een heel onschuldig jongetje, terwijl hij eigenlijk de ergste dingen doet die je je maar kan voorstellen. Eerst heeft hij een seksuele relatie met zijn zus, dan vermoord hij Bea, dan wil hij Josien verkrachten en zelfs als hij dood is veroorzaakt hij nog problemen. Door hem is de relatie tussen Josien en Theo verpest, moeten ze misschien in de gevangenis, moet Josien haar collega’s voorliegen en gaat Josien uiteindelijk in haar eentje weg met de boot.

Evalutatie

Het onderwerp
Het boek ging over een moordonderzoek. Ik vond dat wel een leuk onderwerp, niet zo origineel, maar toch een goed onderwerp om een boek over te schrijven. Het onderwerp was niet herkenbaar in mijn belevingswereld en ik hoop ook dat dat het nooit zal worden. Ik heb er wel is over nagedacht, hoe het is als je een moordzaak oplost. In al die detectiveseries gaat het allemaal zo makkelijk en vallen ze van het ene bewijsstuk in het andere, maar ik denk dat dat in het echt heel anders is. In dit boek is dat allemaal wel best reëel gedaan, want totdat Gerard bekend dat hij zijn zus heeft vermoord, lijkt het alsof de politie er nooit achter zal komen wie de dader was. Ze hadden elke verdachte al meerdere malen verhoord en niemand leek het hebben kunnen doen. De manier zoals het moordonderzoek in dit boek werd gedaan kwam wel goed overeen met mijn gedachten. Ik denk dat het in het echt ook meestal zo moeizaam loopt en dat er vaak geen schot in de zaak zit. Ik vind dat er wel genoeg diepgang zat in het onderwerp, terwijl dat soort detectives vaak een beetje oppervlakkig zijn. Ik zou het eind van het boek helemaal anders hebben gedaan. Het is nu een open eind, maar zo lijkt het alsof het nog niet af is. Dit einde laat je met veels teveel vragen achter en je hebt hierbij zo’n gevoel van: waarom is het nu afgelopen?!
Ik zou er dus een gesloten einde van maken. Bijvoorbeeld dat Josien het niet meer aan kan en zelfmoord pleegt, of dat zij en Theo zich aangeven bij de politie. Ik ken genoeg boeken en andere films die over dit onderwerp gaan. Zo heb je bijvoorbeeld de Baantjer reek op tv en in boeken en er zijn nog genoeg andere films die ook over moordonderzoek gaan.

De gebeurtenissen
De belangrijkste gebeurtenis van dit boek was toch wel de moord op Bea. Daar is het boek mee begonnen en dat is waar het boek vooral om draaide. Een andere belangrijke gebeurtenis was dat Gerard bekende dat hij zijn zus had vermoord. Dat was dit stuk:

“’En toen probeerde je haar tegen te houd?’’ja natuurlijk. Ze mocht niet zomaar weggaan.’ ‘Nee en zeker niet midden in de nacht,’suggereerde Josien. Hij knikte, ‘Ze duwde me weg. Ik pakte haar vast en ze zei dat ze vies van me was, dat ik haar niet meer mocht aanraken… m’n eigen zus!’ Er klonk nu een oprechte verbazing en verontwaardiging door in zijn stem. ‘En toen…’ ‘En toen wat?’ vroeg ze bijna fluisterend. Hij stond op en kwam naar haar toe. Zijn ogen keken wanhopig naar iets wat heel ver lag, onbereikbaar ver. ‘Ik weet het niet meer. Ik heb haar vastgepakt… heel stevig vastgepakt. Ze moest weten dat ze niet weg mocht.’ Hij deed een stap naar voren. ‘Jij mag ook niet weg…nooit meer. Anders kom je iemand anders tegen, ook een Steef, en dan wil je niet meer met me vrijen.’”

Het aantal gebeurtenissen dat in dit boek voorkwam was goed. Het was niet zo dat er zo weinig gebeurtenissen waren dat je je verveelde en er waren er ook niet teveel. De meeste gebeurtenissen waren gewoon normaal, zoals de ondervragingen die Fred en Josien steeds bij de verdachten uitvoerden en dat ze steeds maar weer over de zaak dachten. Er waren ook wel een paar spannende gebeurtenissen. Het stuk dat Gerard Josien wil verkrachten en dat Theo er dan aan komt en hem doodslaat vind ik het meest spannend.

Dat is dit stukje:

“Ze stond nu in haar slipje en beha, Gerard keek haar aan, veegde met de mouw van zijn overhemd wat bloed weg van zijn gezicht. ‘De rest,’zei hij met schorre stem. Ze hield zich stil. Hij deed een stap dichterbij. Ze sloeg haar ogen neer, maakte achter haar rug de beha los en liet hem op de grond vallen, haar handen beschermend als kuipjes om haar borsten. Gerard ademde zwaar in en uit. ‘Je moet ’t niet doen, Gerard,’ zei ze met haperende stem. Plotseling werd ze verschrikkelijk bang. Alle overwegingen waren in één keer weggeduwd door een mateloze angst. Ze voelde nu door haar hele lichaam de pijn, de scheurende, stekende pijn. Er kwam een puffende motorboot voorbij. Het schip schommelde licht. ‘Je broekje uit,’ zei Gerard. Hij deed een pas in haar richting, zijn ene hand naar voren gestoken. Het bloed druppelde van zijn gezicht op zijn overhemd. Hij leek het zelf niet te merken. ‘Je moet je broekje uitdoen. Als… als jij ;t niet doet, dan doe ik ‘t.’ Achter Gerard zag ze een silhouet. Ze had bijna geschreeuwd, maar sloeg net op tijd een hand voor haar mond. Ze herkende het hoofd. ; Je broekje uit,’ zei Gerard opnieuw, en hij deed weer een stap naar voren. Toen sloeg Theo toe. Ze zag niet waarmee, maar hoorde iets door de lucht zwiepen dat Gerard keihard op zijn moest hebben geraakt. Half vallen, schreeuwend van de pijn, draaide Gerard zich om. Hij probeerde Theo aan te vallen, maar die sloeg wild van zich af. Nu zag ze dat hij de zware pook als wapen gebruikte. Ze was zelf versteend. Uit alle macht wilde ze roepen dat hij op moest houden, maar haar keel was dichtgeslibd van angst. De kreten van pijn van Gerard werden minder, en gingen over in kokhalzend, rochelende geluiden. Theo sloeg nog twee keer, zo te zien met alle kracht die in hem was. Waarom, vroeg ze zich toen al af, waarom?”

De laatste zin was ook voor een groot deel de reden dat het steeds slechter ging tussen Josien en Theo. Josien vindt dat Theo Gerard niet dood had moeten slaan, terwijl Theo dat wel vind.
De gebeurtenissen waren heel geloofwaardig, vond ik. Ik vond het zo geschreven dat het ook echt gebeurt had kunnen zijn. Het stukje dat ik het meest schokkend vond was dat Gerard vertelde dat hij met zijn zus naar bed ging. Dat vond ik wel echt ziek. Dat Gerard niet weet dat dat fout is, is één ding, maar het is al helemaal erg dat zijn zus ermee instemt. De gebeurtenissen riepen wel gevoelens bij me op. Bij het stukje hierboven voelde ik wel een beetje walging van die zus. Iedereen dacht dat ze zo perfect was, maar dat blijkt hier dus voor een deel van niet. Bij het stukje dat Gerard Josien wil verkrachten kreeg ik wel een beetje een haatgevoel voor Gerard. Over de afloop heb ik het al bij het onderwerp gehad. Ik voelde me niet echt bevredigt met het eind.

De personen
De hoofdpersoon kwam levensecht op mij over. Dit was vooral zo, omdat het een heel normaal persoon was en ze heel normaal overal op reageerde. Ik kon me wel goed inleven met de hoofdpersoon. Dit was vooral omdat de hoofdpersoon zo levensecht over kwam. Ik herkende wel bepaalde eigenschappen van de hoofdpersoon in mezelf. Ze kan wel goed met mensen overweg, ik ook wel en verder is ze gewoon een normaal persoon met gevoelens en een leven. Ik herkenden geen personen uit het boek in mijn leefwereld. Dit is vooral, omdat de mensen echte stereotypes waren. Het waren meestal ook wel een beetje extreme personen. Meneer Veld, de buurman van Bea en Gerard, is zo’n vieze oude kerel met veel te veel pornoblaadjes en die mensen begluurt. Steef, de vriend van Bea, is een echt patsertje.
Meneer Beekman, de baas van Bea, is een dikke man die niet met zijn handjes van Bea of kon blijven. En Deppo is een drugsdealer, die heel veel drinkt, rookt, smoked en andere drugs gebruikt. Ik ga niet echt met zulke mensen om, dus ik herkende ze ook niet in mijn leefomgeving. Ik ben denk ik niet door het gedrag van de hoofdpersoon beïnvloed, dat komt ook omdat zei in een situatie zat, die voor mij onbekend is. Ik waardeerde het van Josien dat ze zo goed met mensen overweg kon en dat ze zich zo bekommerde om Gerard. Wat ik wat minder vond is dat ze aan de drank ging na de moord op Gerard, dat ze vreemdging en dat ze aan het eind zomaar iedereen in de steek liet en er vandoor ging op de boot van Bea en Gerard. Ik zou de hoofdpersoon niet anders laten handelen behalve aan het eind dan, want zo gaat het verhaal nu eenmaal en ik vind het verder goed zoals het is geschreven.

De opbouw
Ik vond het verhaal in het begin wel een beetje moeilijk opgebouwd, omdat het bij een volgende alinea ineens heel ergens anders over kon gaan. Zie bijvoorbeeld dit:
“Theo zat te ontbijten. Ze liep naar de keuken en schonk een glaasje Spa in, dat ze tegen het aanrecht geleund opdronk…” Dan denk je dat Josien met Theo aan het ontbijten is. De volgende alinea begint dan zo: “Ze pakte een snee brood en belegde die ruim met kaas. Gerard had in de keuken vier dikke bruine boterhammen met kaas klaargemaakt, zijn hoofd gebukt vanwege het lage plafond.” Dan is ze dus weer bij Gerard, maar dan begint de volgende alinea weer met: “Theo ging naar de badkamer. Ze maakte nog een boterham klaar.” Dit soort dingen heb je de hele tijd, dus je moet wel goed blijven opletten bij dit boek, maar na een tijdje ben je er wel aan gewent. Het ligt dus aan de kleine flashbacks dat het verhaal soms wel een beetje ingewikkeld is. Er zaten geen delen in het verhaal die ik te moeilijk vond. Zoals ik net al heb verteld vond ik het deel van de verkrachting en de moord op Gerard wel spannend en ik vond ook dat ze precies op tijd kwamen. Ik vond de afloop onbevredigend.

Het taalgebruik
Ik vond het taalgebruik precies goed. Het was niet erg moeilijk, maar je las het ook zeker niet zoals een kinderboek. De gebeurtenissen werden op een heldere wijze beschreven en ik kon me er heel goed een voorstelling van maken. Er kwamen heel veel dialogen in het boek voor en ze werden ook heel natuurlijk weergegeven. Dit is ook het geval bij de vele ondervragingen van Fred en Josien. In dit geval de ondervraging van Meneer Veld door Josien:

‘Goed, dan zullen we het over iets anders hebben. Wat vond u van Bea?’ Veld draaide een sigaret en stak hem aan. ‘Dat heb ik al verteld,’ zei hij tenslotte. ‘Vond u haar een leuke meid?’ De man knikte. ‘Natuurlijk.’ ‘U was wel in haar geïnteresseerd?’ ‘Hoe bedoelt u?’ ‘Nou, zo’n man alleen, zoals u.’ ‘Ze wees naar de tijdschriften. ‘Seks…was u seksueel in haar geïnteresseerd?’ ‘Misschien…maar misschien ben ik in meer vrouwen seksueel geïnteresseerd, zoals u dat noemt. Is dat een misdaad of zo? Ik dacht dat ’t juist gezond was.’ ‘Natuurlijk heel gezond.’

Ik vind dit gewoon een heel natuurlijk gesprek. De man en Josien reageren steeds precies zoals een normaal mens ook zou kunnen reageren. Dit gesprek had ook zomaar in het echt kunnen plaatsvinden.

Er is ook wel een fragmentje in het boek die ik zou willen onthouden, omdat het best wel grappig is. Anne, de vriend van Fred heeft een bepaalde theorie over de moorden, die tot op het puntje klopt, maar Fred neemt hem totaal niet serieus en vindt dat hij maar wat kletst.

“‘We hebben gasten, Anne, die hebben misschien wel honger. Die zijn misschien helemaal niet geïnteresseerd in jouw theorietjes, in jouw bedenkseltjes.’ ‘Jij wel, hè Josien?’ Josien knikte nauwelijks merkbaar. ‘Als die jongen nou eens zo van de kaart is omdat-ie…’ Anne keek de anderen om beurten aan. Hij nam een toostje en at het tergend langzaam op. ‘…omdat-ie zelf z’n zus heeft vermoord. Wat zou je daarvan denken?’”

In het deel ervoor en erna legt hij helemaal precies uit hoe het zou kunnen zijn gebeurt en hij bedenkt zelfs dat de broer en zus met elkaar naar bed gingen. Het is best wel humoristisch dat Fred eigenlijk al het hele verhaal heeft gehoord hoe de twee moorden zijn gepleegd en de achtergrond daarbij, maar het zelf niet doorheeft.

Al met al vond ik het een heel interessant boek, het was een uitstekend boek om te lezen. Het onderwerp vond ik interessant, de gebeurtenissen waren boeien, de personen waren levensecht, de opbouw was goed, en het taalgebruik was ook precies juist.

Biografie René Appel
René Appel is geboren in Hoogkarspel op 19 september, 1945. Hij is een Nederlands schrijver van misdaadromans en taalwetenschapper. Appel studeerde Nederlandse taal en letterkunde en richtte zich in zijn academische loopbaan vooral op het bestuderen van de tweedetaalverwerving van allochtonen en de ontwikkeling van Nederlands taalonderwijs voor deze groep. In 1984 promoveerde hij cum laude op Immigrant children learning Dutch; sociolinguistic and psycholinguistic aspects of second language acquisition. Van 1994 tot 2003 was hij bijzonder hoogleraar \'Verwerving en didactiek van het Nederlands als tweede taal\' aan de Universiteit van Amsterdam.
Hij schreef ook korte verhalen voor enkele bladen zoals studentenweekblad Propria Cures, Hollands Maandblad en Maatstaf. Vanaf 1976 tot 1986 was hij recensent voor misdaadliteratuur van het NRC Handelsblad.
Daarnaast was hij sinds begin jaren zeventig actief als schrijver; vanaf midden jaren tachtig richtte hij zich op het schrijven van misdaadromans. Zijn debuut, Handicap, verscheen in 1987 en werd gevolgd door een flinke reeks andere romans. Zijn derde roman, De Derde Persoon won in 1990 de prijs voor de beste Nederlandse misdaadroman, de Gouden Strop. In 2001 sleepte Appel die prijs nogmaals in de wacht voor Zinloos geweld.
Daarnaast hield Appel zich bezig met het schrijven van een filmscenario en een kinderboek (Complot). Sinds 2003 is Appel volledig werkzaam als schrijver.
René Appel is getrouwd en heeft twee kinderen. Hij is woonachtig in Amsterdam.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.