Gabber door Lydia Rood

Dit boek gaat over Lucien, ook wel door de rest van het circus Coquille genoemd wat schelp betekent omdat hij zo’n stille jongen is. Iedereen in het circus heeft een bijnaam en vaak komt deze naam uit het Frans of Spaans. Lucien is geboren in het circus en hoort daar ook echt thuis. Zijn vader is de directeur van het circus dat Circus Cameo heet. Zijn vader is dol op paarden en vind dat Lucien ook hogeschoolrijder moet worden. Maar Lucien wil iets heel anders. Het liefst wil hij in de nok van de tent aan de trapeze zwaaien, samen met zijn jongere broertje Gabber. Ze willen dan optreden al ‘The Cameo Brothers’. Helaas is Gabber niet zo’n jongen. Gabber is niet helemaal goed. Hij moet al huilen als hij een handstand moet maken. Toch geeft Lucien niet op. En Gabber helpt hem ondanks alles. Gabber woont ook niet in het circus, hij woont in een kostschool. Hij woont in een kostschool omdat er altijd op hem gepast moet worden en daar heeft zijn moeder ook geen tijd voor. Zijn moeder doet namelijk heel veel voor het circus. Ze doet de administratie, ze kookt voor het hele circus en ze doet nog veel meer. Toch komt er verandering in. Een meisje Cor komt met het verhaal dat ze helemaal gek is op paarden en er graag mee werkt. De manege waar ze altijd werkte is afgebrand en zodoende kon ze daar niet meer werken. In het begin is Lucien een beetje verliefd op Cor maar dat gaat al gauw over. Cor wordt aangenomen om voor de paarden te zorgen en ook ,wat Lucien heel leuk vindt, voor Gabber te zorgen. Nu kan Lucien toch samen met Gabber oefenen voor de Cameo Brothers. Maar Gabber wil helemaal geen acrobaatje spelen. Toch besluit Lucien om door te gaan. Als ze weer naar een andere plaats reizen komen ze een man tegen. Deze heeft een tip, Gabber moest maar eens gaan jongleren met doekjes. Want als Gabber het met gewone jongleerballen probeert, kan Gabber er niet eens één vangen. Met de doekjes kan hij het ineens met vier doekjes tegelijk. Toch vinden een ze een andere oplossing, ze mogen in de pauzes optreden als clowns. Alleen kunnen ze niet erg goed oefenen, Gabber vindt het moeilijk om te doen alsof hij in de circuspiste staat. Ze kunnen namelijk niet in de circustent oefenen want het moet geheim blijven. Dus oefenen ze niet. Als ze moeten optreden gaat alles ineens perfect, Gabber verzint de gekste dingen. Zo red Gabber de Cameo Brothers.
Maar helaas was al deze pret alleen maar voor in de zomervakantie. Want Cor moet weer terug naar huis, want ze moet weer naar school. Dat betekent dus ook dat Gabber weer terug naar de kostschool moet. Ook Lucien moet naar een kostschool in Parijs. Eerst kreeg hij altijd les van zijn moeder, samen met een aantal andere kinderen uit het circus. Maar helaas is Lucien te oud geworden en kan zijn moeder hem ook niets nieuws meer leren. Hij moet dus naar een kostschool. Als ze in Parijs zijn om de school te bekijken, gaan ze ook naar een restaurant waar bijna alleen maar mensen van het circus komen. Daar wordt ook de circustaal gesproken, een mengelmoesje van allerlei verschillende talen. Ook komt zijn vader daar een oude vriend tegen, de zogenaamde meneer Fignon. Hij is vroeger een hele beroemde acrobaat geweest. Hij wil Lucien wel les geven in de tijd dat hij op de kostschool verblijft. Lucien vindt het helemaal te gek en stemt er meteen mee in. Hij gaat dus naar de kostschool en vind het daar heel fijn. Einde