Boekverslag ‘Elckerlijc’
Genre en uitleg:
Het genre van het boek is een wereldlijk toneelstuk. Het wereldlijk toneelstuk is ontstaan in de kerk, de liturgie. In de kerk speelden de geestelijke verhalen uit de Bijbel na, zodat de mensen de verhalen begrepen. De mensen konden de Bijbelteksten niet zelf lezen, omdat ze niet konden lezen of schrijven, of ze konden geen Latijn lezen. De monniken brachten zo toch de verhalen over aan het volk. Omdat er zoveel mensen kwamen, werden de toneelstukken eerst verplaatst naar achter in de kerk. Maar er kwamen zo veel mensen dat ook dit te weinig plek was. De toneelstukken werden verplaatst naar het kerkplein. Hieruit is het echte wereldlijke toneel ontstaan.
Elckerlijc is een ‘moraliteit’. Een toneelstuk waarin geen historisch-echte, of als zodanig beschouwde geschiedenis verwerkt werd. Het is een verzonnen verhaal, dat een moraliserende bedoeling had. Een moraliteit is een soort preek in toneelvorm.
De ontstaansgeschiedenis van het werk en de periode waarin het is geschreven:
Het spel stamt uit de 15e eeuw. Over de schrijver van het spel is men het nog niet eens. In de Latijnse vertaling wordt hij Petrus Diesthemus genoemd, waarschijnlijk Pieter van Diest. Het zou kunnen dat achter deze benaming Petrus Dorlandus of Peter Dorlant schuilgaat. Hij was een geleerde monnik van het kartuizerklooster in Zelem bij Diest in België.
Het spel is aan ons overgeleverd in drie oude drukken en een handschrift. De drukken dateren waarschijnlijk uit 1495, 1501 en 1525. Het handschrift is van ongeveer 1495.
De publieke belangstelling was in die tijd erg groot. Het stuk is erg vaak gespeeld en in diverse vertalingen en bewerkingen uitgegeven. De oudste en meest bekende vertaling is die in het Engels in de vijftiende eeuw. Lange tijd was het niet zeker of deze Engelse tekst of ons Middelnederlandse verhaal de oorspronkelijke versie was. Tegenwoordig wordt er gedacht dat deze ´Everyman´ een vertaling is van de oudere, niet bewaard gebleven, editie van onze Middelnederlandse Elckerlijc.
Algemene kenmerken van de middeleeuwen:
In het stuk Elckerlijc is god erg belangrijk. Het hele verhaal gaat erover. Als je op aarde een ‘goed’ leven leidt, zoals god dat wil, dan kom je in de hemel terecht. Elckerlijc leidt geen goed leven op aarde, daarom moet hij van god een reis maken.
In de middeleeuwen was dit ook zo. God was ontzettend belangrijk. De mensen dachten dat God alles zag wat je deed en dat je uiteindelijk in de hemel of in de hel terecht kwam.
De middeleeuwen zijn verdeeld in twee verschillende periodes. De vroege en de late middeleeuwen. De vroege middeleeuwen waren van ongeveer 500 n. Chr. tot 1000 n. Chr. De late middeleeuwen waren van 1000 n. Chr. tot 1500 n. Chr.
Kenmerken van deze periode:
Een kenmerk dat hierboven al genoemd is, is het geloof. In de middeleeuwen stond het geloof in de samenleving centraal.
Standenmaatschappij. In de middeleeuwen ontstond er een standenmaatschappij. De bevolking werd verdeeld in drie groepen. De geestelijkheid, de adel en de boeren/arbeiders. De verschillen tussen deze standen waren erg groot. Zowel op politiek en op sociaal gebied.
Vooral in de vroege middeleeuwen was er vaak sprak van een feodaal stelsel. Dit stelsel hield in dat er een leenman was, die een stuk grond bezat. De leenheer ‘huurde’ zijn stuk land uit aan een vazal. De vazal of leenman, mocht dit land bewerken en een deel van zijn opbrengst ging naar de leenheer.
De literatuur in de middeleeuwen, is ontstaan uit Bijbelverhalen. De monniken moesten de teksten uit de Bijbel vertalen. De burgers konden de Bijbelteksten zelf namelijk niet lezen. Deze teksten wilden de kerk verspreiden, om zo meer volgelingen te krijgen. De monniken moesten daarom alle teksten overschrijven.
De meeste verhalen zijn mondeling overgebracht en later opgeschreven. De verhalen zijn daarom vaak erg veranderd van het originele verhaal.
Algemene informatie:
Het thema in dit boek is God, de dood en je verantwoording afleggen bij God, wat ook het onderwerp is. God ziet namelijk alles wat jij doet, zo ook je zondes. Daarvoor moet je je verantwoording afleggen.
Om dit te doen, heeft Elckerlijc hulp gekregen. Hij heeft meerdere eigenschappen opgeroepen, dit in dit toneelstuk als gewone mensen zijn. Dit zijn:
- Gezelschap, (Gheselschap)
- Vrienden en familie, (Maghe, Neve)
- Bezit, (Tgoet)
- Deugd, (Duecht)
- Zelfkennis, (Kenisse)
- Biecht, (Biechte)
- Schoonheid, (Scoonheyt)
- Kracht, (Cracht)
- Wijsheid, (Vroetscap)
- Vijf zinnen/zintuigen, (Vijf Sinnen)
Verder zijn natuurlijk God en de dood ook een belangrijke personage.
Deze laatste twee, God en de dood, zijn ook gelijk motieven voor het toneelstuk Elckerlijc. Trouw, zonde en spiegel zijn de laatste 3.
Het vertelperspectief is moeilijk te bepalen. Het kan namelijk zijn dat je vindt dat er een verteller is, die jou het toneelstuk voordraagt. Dan is het een auctoriale verteller.
Het kan ook zijn dat je vindt dat er een meervoudig perspectief is, omdat iedereen zijn eigen tekst heeft en die wel speelt vanuit het ik-perspectief. Dat is dus lastig.
De vertelde tijd, daarentegen, is wel te bepalen. De dood zegt in het begin van het boek, dat Elckerlijc een dag heeft, om zijn zonde af te leggen. Waarschijnlijk gebeurt dat dan ook zo, want in de rest van het boek wordt de tijd niet meer ter sprake gebracht.
Verder bestaat het boek uit 50 bladzijdes, waarvan er op elke linkerpagina het oorspronkelijke verhaal staat, en op elke rechterpagina de vertaalde versie, waardoor je eigenlijk maar 25 bladzijdes leest.
Het boek heeft geen flashbacks of dergelijke dingen; het is dus geheel chronologisch geschreven.
Het boek bestaat verder uit 3 delen:
- De epiloog,
- Het middenstuk,
- De proloog.
De epiloog is kort, de auteur vertelt alleen:
“Hier beghint een schoon boecxken ghemaeckt in den maniere van eenen speele ofte esbatemente op Elckerlijc mensche Ende inden eersten spreeckt God almachtich aldus.”
Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
1 seconde geleden