Zakelijke gegevens
Eerste druk: mei 2007
Gebruikte druk: 3e
Aantal bladzijden: 188
Uitgever: Nieuw Amsterdam
Gegevens voorkant Op de voorkant staat de afbeelding van een trappetje omhoog met een hekje dat de weg afsluit. De omgeving wijst verder op een duinlandschap.
Waardering Thomas Verbogt kan een roman componeren. Dat staat buiten kijf. In korte hoofdstukken maakt hij een mix van verleden en heden die spannend blijft tot aan het einde. Daar vallen ook de meeste puzzelstukjes weer in elkaar. De roman geeft een beeld van de gelukzoeker Boudewijn Naghthuys die zelf van mening is dat hij niet zo trots hoeft te zijn op wat hij bereikt heeft. Verbogt ontspint zijn verhaal voor de lezer stukje bij beetje en die techniek beheerst hij heel goed. Zijn taalgebruik is beeldend en hier en daar filosofisch (soms een beetje pseudo-filosofisch)
“Eindelijk aan zee “ is een queesteroman naar het zinvolle in iemands leven langs de wegen van de vriendschap en de liefde. Een universeel thema derhalve dat scholieren kan aanspreken. Geen moeilijk te lezen roman, al zul je af en toe de neiging hebben om nog wat passages terug te slaan. Dan merk je ook dat Verbogt een goed gebouwd kunststukje heeft afgeleverd. Geschikt voor havo-en vwo-scholieren van de bovenbouw. Waardering 2 punten.
Genre “Eindelijk de zee”is een psychologische roman over vriendschap en geheimen..
De flaptekst Boudewijn Nagthuys is hoofdredacteur van een opinietijdschrift. Op zijn drieënvijftigste verjaardag wordt zijn beste vriend begraven. Tijdens de plechtigheid ontmoet hij een vrouw, een goede kennis van zijn gestorven vriend. Ze is psychiater, en bijna zestig. De twee krijgen een hartstochtelijke relatie. Is zij de vrouw van zijn leven? En zou zij dat geweest zijn als ze beiden twintig jaar jonger waren? Intussen worstelt Nagthuys op zijn werk met een ingewikkelde kwestie. Hij kan een onthulling publiceren die veel stof zal doen opwaaien, maar hij wordt verscheurd door twijfel. Behalve een roman over moraliteit is Eindelijk de zee een vertelling over passie, over hoe levens die lang en intens zijn geweest zich in elkaar kunnen voegen. Thomas Verbogt stelt in deze roman de schrijnende vraag wat er van liefde en vriendschap overblijft als een groot deel van je leven achter je ligt.
Motto en opdracht
Er is een motto:
Going down to the beaches
On the river city line
Where I tell her my secrets
She says I’ ll keep them with mine.
Deze tekst gaat over het onthullen van een geheim terwijl de verteller aan het strand loopt., waarbij het vrouwelijke personage zegt dat ze het geheim zal bewaren. Het is een aantal regels uit het liedje “Black haired Girl “van de zanger Jesse Malin van zijn cd “Glitter in the Gutter “(release in 2007)
Dit motto slaat uiteraard op het vertellen van het grote geheim in de roman: eerst wordt het geheim verteld door Sam en later door diens moeder Judith. Ze heeft al die jaren het geheim voor zich gehouden, maar aan het einde van de roman vertelt ze de waarheid toch aan Boudewijn Nagthuys.
Structuur en verhaalopbouw De roman is opgebouwd uit 29 getitelde hoofdstukken. De titels van de hoofdstukken zijn steeds woorden, woordgroepen of gedeelten uit een pasage die uit het hoofdstuk afkomstig zijn. De lengte van de hoofdstukken varieert sterk. Er zijn heel korte hoofdstukken (van 2 bladzijden) Het langste hoofdstuk is 18 bladzijden. De tijdlagen uit het heden en verleden lopen heel vaak door elkaar in deze roman. Hij begint met een hoofdstuk uit 1962. Maar daarna wordt er weer verteld over de begrafenis van Sam die op de 53e verjaardag van de verteller plaatsvindt. Het is dan 2005.. Verbogt is sterk in het maken van zijn compositie. De lijnen komen keurig samen.
Perspectief Er is sprake van een ik-perspectief. De verteller is de vijftiger Boudewijn Nagthuys. Hij is 53 jaar, hoofdredacteur bij een opinietijdschrift. Hij vertelt ook in de flashbacks in de o.t. t.
Titelverklaring “Eindelijk de zee”is een symbolische titel voor het vinden van je plaats in de wereld. Het verhaal begint in Bergen aan Zee en het eindigt op die plek wanneer Julia Beamond hem naar het dorp mee terug neemt. Op die plek voelt Boudewijn Nagthuys zich gelukkig. Aan het einde is hij er met Julia, die hem dus teruggevoerd heeft naar de plek waar de roman met weliswaar een dood liefdespaar begon.
Tijd en decor Boudewijn wordt in 1952 geboren ( Hij is namelijk 10 jaar in 1962) Op zijn 53e overlijdt zijn beste vriend Sam. Dan moet het verhaal in het Verhaal- Nu zich dus afspelen in het jaar 2005. Dat klopt wel met interne tekstgegevens, want er wordt gesproken over de dood van Theo van Gogh. Een personage vermeldt namelijk dat Van Gogh niet de regisseur was van de film Submission. De tijd die in de roman beschreven wordt, is dus van 1962 tot aan het jaar 2005.
Gedeelten van de roman spoelen zich af in Bergen aan zee. (nl. het eerste en het laatste hoofdstuk) Daarmee krijgt de roman wel iets van een queeste, nl. naar de zin van het bestaan. Zij wonen aanvankelijk in Nijmegen, maar later gaan de wegen van de twee vrienden uiteen. Zo gaat schilder Sam naar Parijs, waar Boudewijn hem regelmatig opzoekt. Zelft trekt Boudewijn naar Amsterdam, waar hij redacteur van een opinieblad wordt.
Samenvatting van de inhoud Verbogt schrijft een verhaal waarin de vele tijdlagen door elkaar lopen. Daardoor is het niet eenvoudig om een overzichtelijke samenvatting van de inhoud te maken.
In het eerste hoofdstuk maken we kennis met Sam en Boudewijn. Ze hebben vakantie en zijn in Bergen aan Zee, ze zijn tien jaar (het is 1962) en in een schuilkelder (bunker?) treffen ze de lichamen aan van een man en vrouw die doodgeschoten zijn. De revolver is in handen van de man die ook dood is. Het is een van de eerste kennismakingen tussen beide vrienden. De ouders van Boudewijn Nagthuys hebben een hotel. In dat hotel werkt een 21-jarige ongehuwde moeder. Deze Marieke maakt een prettige indruk op de beide jongens. Haar 6-jarige dochter Simone lijkt voorbestemd voor een toekomstige relatie met Boudewijn. Zo denkt hij tenminste als kleine jongen.
Het verhaal-nu
Dan maakt het verhaal een sprong naar de 21e eeuw. Sam is overleden en Boudewijn is bij de begrafenis. Sams moeder is tachtig en heeft haar zoon overleefd. Er is een familiegeheim waarover nauwelijks wordt gesproken. Een week na zijn dood moet Boudewijn naar de tv-studio,omdat er een televisieprogramma over zijn leven zal worden opgenomen. Maar als hij hoort wat de regisseur van plan is, ziet hij er toch maar vanaf.
Het verleden In 1982 neemt Boudewijn afscheid als leraar geschiedenis. Hij heeft een affaire gehad met een leerlinge die alleen thuis was toen haar ouders op vakantie waren. Ze had hem verleid en later bij de schoolleiding aangegeven.
Op de avond van de examenfeesten is ook zo iets gebeurd. Sam en Boudewijn zijn met een meisje van het gymnasium meegegaan en hebben de nacht met haar doorgebracht. Het meisje wil later niet veel meer van Boudewijn weten.
Sam vertelt kort daarop aan Boudewijn dat hij iemand heeft gedood, toen hij nog maar tien jaar oud was. Het slachtoffer is een oorlogsmisdadiger die zijn moeder na de oorlog nog had toegevoegd dat ze als joodse “vergeten was bij de zuiveringen.” Sam had ooit het pistool van het dode paar in de schuilkelder meegenomen en had de man thuis neergeknald en daarna het huis in de brand gestoken. Hij had het nooit verteld, alleen nu aan Boudewijn. Hij heeft wraak genomen voor de opmerkingen tegen zijn moeder.
Boudewijn gaat Nederlands studeren, maar hij geeft de studie op na een onzinnig tentamen en vreemde vrouwelijke studentes. Op dat moment ontmoet hij Claartje: het meisje valt hem op omdat ze een boeket bloemen tegen de muur kapot slaat. Ze krijgen een relatie: hij blijft veertien jaar bij haar. Ze krijgen geen kinderen die ze wel gehad zouden willen hebben. Boudewijn heeft na deze relatie psychische hulp nodig. Hij gaat tijdelijk in een appartement van Sams moeder vlak bij het strand wonen. Claartje begeleidt hem toch. Ook veel later blijft ze hem steunen in de moeilijke strijd tegen de dingen. Boudewijn denkt aan de situatie van jaren geleden toen zijn moeder hem verteld had dat zijn vader hen zou verlaten. Ze lopen op dat moment langs de vloedlijn. Hij voelt zich zelf een angstig jongetje.
Weer een andere tijdlaag is dat Boudewijn Simone ( de dochter van Marieke ontmoet) Ze was naar Canada mee verhuisd, maar haar ouders waren gescheiden en ze was nu teruggekomen. Later worden ze door een groep hangjongeren op straat in elkaar geslagen. Boudewijn wordt in het ziekenhuis wakker en Simone wordt enkele dagen later toegetakeld gevonden. Ze sterft aan haar verwondingen zeven maanden later: de daders worden nooit gepakt.
Het verhaal –Nu Boudewijn neemt in 2005 afscheid van zijn werk als hoofdredacteur. Een acteur Cees Ceusten komt hem op zijn bureau een geheim onthullen. Het is niet Theo van Gogh die de film Submission heeft geregisseerd. Hij heeft alleen maar wat tips gegeven. Die is dus eigenlijk een onnodige dood gestorven. Boudewijn weet niet of hij zijn bron moet geloven. De waarheid is maar wat je er zelf in ziet.
Hij was korte tijd ervoor opgebeld door Sam die hem had verteld dat hij maagkanker had en dat hij een opgegeven geval. Was. Sam had besloten via euthanasie niet langer te lijden. Op zijn sterfbed spreken ze af dat er geen toespraken zullen worden gehouden.
Na de begrafenis van Sam ontmoet Boudewijn een vrouw: Julia Beaumond: ze is de psychiater van Sam geweest. Hij beschouwt Julia als een cadeautje van Sam voor hem. Sam heeft haar op zijn pad gebracht. Julia is een vrouw van bijna zestig. Boudewijn wordt op haar verliefd, maar ze laat hem rustig betijen.
Intussen neemt Boudewijn afscheid van zijn baan als hoofdredacteur bij De Wereld. De toespraken vindt hij niet geweldig, maar hij is wel ontroerd door het liedje van zijn secretaresse Merel. Cees de acteur voert een stukje op, maar ook dat is van een tweederangs niveau. Hij krijgt als geschenk een reisje naar New York voor twee personen aangeboden.
Hij brengt daarna 53 rozen naar de moeder van Sam. Zij is het “vergeten jodinnetje”. Boudewijn vindt dat hij het geheim van Sam(over de gedode oorlogsmisdadiger) aan haar moet vertellen. Dat zal een ander licht op haar zoon werpen, nl. één van moed. Maar dan vertelt Judith het ware verhaal. Zij had de revolver van Sam afgepakt en was zelf naar het huis van de oorlogsmisdadiger gegaan. Zij had de man doodgeschoten. Dat werpt een ander licht op de prestaties van Sam. Die heeft Boudewijn dus voorgelogen om moediger te zijn dan hij was. Daarna gaat Boudewijn bij Julia Beaumond (let op de achternaam) langs. Ze had hem wel verwacht. Ze is een zeer stabiele vrouw die wel een rol in het leven van Boudewijn wil spelen, maar toch ook d’r eigen weg gaat. Zo wil ze bijvoorbeeld niet meevliegen naar New York, maar wacht hem wel weer op wanneer hij is teruggekeerd. In het laatste hoofdstuk gaan ze naar een huisje aan zee (In Bergen aan Zee) Daar is het verhaal ook begonnen: de cirkel is rond. Boudewijn is op de plek (thuis!) waar hij graag wilde zijn : “eindelijk de zee”
Thematiek “Eindelijk de zee” is een roman over vriendschap en relaties. De vriendschap is er één tussen twee jeugdvrienden Sam en Boudewijn , die tijdens hun schooltijd veel met elkaar optrekken. Na hun middelbare schooltijd gaan hun wegen uit elkaar, maar ze blijven wel contact houden. Ze praten wanneer ze de middelbare schooltijd achter de rug hebben veel over de zin van het leven. De roman is dan ook m.i. een moderne queeste naar de zin van het bestaan. Daarom begint het verhaal en eindigt het op dezelfde plaats. In Bergen op Zee heeft Boudewijn eindelijk de rust gevonden dankzij de psychiater Julia Beaumond. (Mooie Wereld) De opdracht van de zoektocht is voltooid. Boudewijn moet er na een aantal vreemde en minder geslaagde relaties achterkomen wat zijn koers in de wereld is. De rijpere vrouw Julia wijst hem de weg. Hij is verliefd op haar en hij laat zich dan ook door haar leiden. Hij is in zijn leven herhaaldelijk verkeerd gegaan in relaties: meestal kwamen ze bij toeval op zijn weg: Claartje met wie hij een tijd heeft samengewoond maar bij wie hij kinderloos bleef, Simone die door een noodlottige vechtpartij op straat hem ontvallen is, meisjes met wie hij als scholier, student of als leraar een verhouding had. Zo is er ook nog de journaliste Femke die hem een keer komt interviewen, maar die niets met hem wil nadat hij gehoord heeft dat zijn zaad niet super is, gaat ze er vandoor. Alleen al de gedachte dat ze een kind van hem zou willen. Door deze vluchtige relaties is hij niet in staat zich te hechten aan mensen. Boudewijn voelt zich dan ook op momenten heel erg eenzaam. Hij staat op een aantal cruciale momenten in zijn leven toch alleen voor keuzes. Zo is hij ook erg geschrokken van de mededeling van zijn moeder dat zijn vader bij het gezin weggaat. Ook dat was hem verteld terwijl ze langs de vloedlijn liepen. In zijn recensie in het NRC vindt Pieter Steinz Boudewijn dan ook een typische Verbogtfiguur Boudewijn Nagthuys is een typische Verbogt-held, uitgeblust in zijn carrière (als hoofdredacteur van een opinieweekblad) en geconfronteerd met zijn verleden (door de dood aan kanker van zijn boezemjeugdvriend Sam). Aan de hand van flashbacks krijgen we een beeld van het leven dat aan deze late-life crisis voorafging: een van Kuifje vervulde jeugd in de jaren vijftig in kleinsteeds Nijmegen, het verlangen om weg te breken uit de burgerlijkheid, de carrière in Amsterdam, de relaties- van-korte-duur met vrouwen-op-wie-niets-is-aan-te- merken, en boven alles de vriendschap met Sam, zijn stoere alter ego die als kunstenaar in veel opzichten het leven geleid heeft waarvan ze allebei droomden.
Boudewijn is toch min of meer een looser in zijn eigen ogen. Hij kan geen relaties in stand houden, hij kijkt tegen de creatieve kunstenaarsvriend Sam aan, maar die laat hem ook in de steek als hij kanker krijgt. Hij kan geen kinderen krijgen en de oorzaak ligt waarschijnlijk bij hem. Hij moet ontslag nemen als leraar na een korte affaire met een scholiere. Hij is uitgeblust als redacteur van het tijdschrift. Hij vindt dat hij het niet gemaakt heeft.
Op een rijtje de belangrijkste motieven in de roman: - zoektocht naar de zin van het bestaan - vriendschap tussen twee mannen - moeilijkheden in relaties tussen mannen en vrouwen - het onthullen van een geheim - de dood van een vriend - hechting en onthechting - eenzaamheid - wraak op een oorlogsmisdadiger
Recensies Over de roman zijn al veel positieve recensies verschenen. De verhalende stijl van Verbogt wordt algemeen geroemd. Hij schrijft verhalen als een film, is de tendens van recensies over zijn werk. Op www.recensieweb.nl schrijft Nico Voskamp in augustus 2007: Schijftechnisch is het verhaal prima gedoseerd. Korte stukken worden afgewisseld met langere beschrijvingen, verhalend proza met spreektaal. Dat laatste is overigens niet altijd even geslaagd. Als hij Sam laat vertellen over zijn geheim, kan Verbogt de spreektaal niet volhouden. Sam gaat op een gegeven moment in boekentaal over: ‘Ik dacht: ik ben anders, niemand heeft gedaan wat ik heb gedaan, niemand hier. Ik voelde me opeens ouder. Anders én ouder… En later, jaren later besefte ik ineens dat het moed was.’ Daarentegen wordt het verhaal prettig verlucht met messscherp geformuleerde uitdrukkingen. De amusementswereld bijvoorbeeld komt er niet zo goed af. Over de ontmoetingen tussen Boudewijn en B-acteur Cees Ceusten: ‘Hij bleef komen, gelukkig niet al te vaak, alleen als hij denkt dat hij iets bijzonder heeft, en dat denkt hij vaker dan ik het vind.’ Of als Boudewijn voor een tv-programma geïnterviewd wordt, en de interviewer in stereotype neptaal vervalt: ‘Dikke doeg.’ [……]Een boek dat ontroert zonder een tranentrekker te zijn, vakwerk. Verbogt zet een keurig architectonisch bouwwerkje neer. Het komt speels op gang, met zijsprongetjes en terzijdes, maar na een paar hoofdstukken merkt de lezer dat vooral die zijsprongetjes belangrijk zijn om de geschiedenis te snappen. Een solide verhaal vol ingetogen vertelde emoties en onverwachte wendingen. Een plezier om te lezen.
Max Pam in HP/De Tijd van 22 juni 2007 staat bekend als een scherpe criticus maar hij is ook heel positief. Wat in dit opzicht zeker in het voordeel van Verbogt spreekt, is dat zijn romans zeer toegankelijk zijn, bijna op een filmische manier. Ook is Eindelijk de zee gespeend van enige aanstellerij of andere postmoderne rimram. Het boek vertelt gewoon een verhaal, een werkelijk tragisch verhaal dit keer, van a naar b. De Tweede Wereldoorlog speelt er een belangrijke rol in, een duidelijk teken dat Verbogt zijn eigen baan schaatst en zich niets aantrekt van de notie dat die periode in onze literatuur nu toch wel heeft afgedaan. Hoofdpersoon is Boudewijn Nagthuys, hoofdredacteur van een krant, die op het punt staat afscheid te nemen van zijn redactie. Hij heeft de krant vele jaren geleid en als hij met zijn leven nog iets anders wil, moet hij dat nu doen. Hij is geliefd bij zijn medewerkers, misschien juist omdat hij hen ook niet te veel op de nek zit. In diepste wezen is Nagthuys een Einzelgänger, die een hekel heeft aan sociaal corvee en die er ook niets voor voelt om zich bij zijn vertrek nog eens extra te laten fêteren. Zijn naderend afscheid stelt hem staat terug te denken aan zijn jeugd, aan het verleden dat niet voorbij is getrokken zonder sporen achter te laten.
Minder positief is Pieter Steinz in het NRC van 15 juni 2007. Hij vindt de verhaalfiguren van Verbogt wat zeurderig overkomen. Het is een klassiek schrijversprobleem: Verbogt heeft duidelijk zijn best gedaan om iemand te schetsen die door het leven waait, maar juist dat maakt dat zijn personage weinig tot de verbeelding spreekt. Zijn vage, dromerige manier van formuleren (Ik stond naar die zee te kijken en dacht ook dat nu alles ging beginnen, zonder dat ik een idee had wat) gaat steeds meer irriteren, zeker als je niet afgeleid wordt door de humor die Verbogt gelukkig vaak in zijn zinnen laat doorklinken: Zéggen wat je denkt vind ik vaak te moeilijk, aan wat ik denk heb ik mijn handen al vol. Anders dan in Onze dagen/Het ongeluk (net bij Nieuw Amsterdam in een mooie omnibus verschenen) krijgt het getob van Verbogts romanhelden iets zeurderigs: De wereld om me heen wordt te klein voor wat ik wil, zonder dat ik weet wat ik wil, ik heb alleen een vermoeden van wat ik wil, maar voor dat vermoeden heb ik geen woorden. Ik heb nergens woorden voor. Alle woorden voor wat ik belangrijk vind zijn ongeldig geworden, zoekend gestamel. Bij zon bespiegeling slaat de vermoeidheid van de hoofdpersoon onvermijdelijk over op de lezer. Zelfs al is dat op een kwart van de roman
Ook Edith Koenders in De Volkskrant van 15 juni is niet alleen maar positief: In de roman Eindelijk de zee van Thomas Verbogt blikt een man van middelbare leeftijd terug op zijn leven en vooral op zijn vriendschap met de onlangs overleden kunstenaar Sam. Een riskante onderneming voor een schrijver die zelf de vijftig is gepasseerd. De weemoed, en erger nog, het sentiment ligt op de loer. Verbogt weet deze valkuil net te vermijden. Het scheelt weinig of levenswijsheden als ‘de waarheid is wat wij ervan maken (. . .) Die waarheid hebben we nodig, alleen die waarheid’, beginnen op geneuzel te lijken.
Over de schrijver Thomas Verbogt (1952) schrijft romans, verhalen en toneelstukken, is columnist bij De Gelderlander, redacteur van het literaire poptijdschrift WAHWAH en al sinds jaar en dag regelmatig bij de VPRO-radio te horen. Ondanks zijn vele literaire tentakels en zijn inmiddels enorme oeuvre is Verbogt ten onrechte relatief onbekend bij het grote publiek. Zijn oeuvre, waarin kleine alledaagse ergernissen een grote rol spelen, kenmerkt zich door een sobere, licht melancholieke stijl en doet denken aan het neorealistische werk van schrijvers als Remco Campert en Bob den Uyl. Onlangs schreef Verbogt samen met Tamar van den Dop de verboeking van de film Blind.
Bibliografie De feestavond (1981) Glazen schaduwen (1984) De tucht (1985) Ooit Sakahama! (1987) Nijlpaard in bad (1988) Onvolledig landschap (1989) Het laatste uur van de middag (1991) De man bij een meer (1992) Fifth Avenue - St. Annastraat (1994) Verkeerde sneeuw (1994) Geen danstype (1995) Gebroken glimlach (1996) De zomerval (1998) De verdwijning (1999) My generation (2000) Onze dagen (2001) Het ongeluk (2003) Eindelijk de Zee (2007)
REACTIES
1 seconde geleden