Titel (+ondertitel): Een bruid in de morgen
Naam auteur: Hugo Claus
Plaats, jaar uitgave: Amsterdam, 1973
Jaar 1e druk: 1955
Soort boek: Geschreven toneelstuk
Geboren: 5 april 1929
Debuut: Kleine reeks (1947, poëzie)
Genres: Poëzie, roman, novelle, kort verhaal, toneel, scenario
Bijzonderheid: Is beeldend kunstenaar, filmmaker én de meest bekroonde auteur uit het Nederlands taalgebied; in 1997 ontving hij voor De Geruchten de Libris Literatuurprijs en in 1998 de Aristeionprijs; de hoogste Europese literaire onderscheiding
Citaat: ‘Ik heb vijftig jaar doorgebracht met het aanbrengen van allerlei subtiele dingetjes in mijn werk die misschien niemand eruit heeft gehaald. [...] Dat is toch om verdrietig van te worden. (Haarlems Dagblad, 17-1-1998)
Recent werk: De Komedianten (Pas de deux II) (1997, toneel), Onvoltooid verleden, (1998, roman), Het laatste bed (1998, novelle), Het huis van de liefde (1999, poëzie), Wreed geluk (1999, poëzie), Een andere keer, de andere verhalen (2000), Een slaapwandeling (novelle, 2000)
Instructie: Dit is het vierde boek dat je leest. Het maakt echter ook onderdeel uit van je schoolonderzoek in 6vwo, daarom is het handig de korte inhoud van je boek op te nemen. Doe dat in onderstaand kader. Uiteraard geef je ook de bron van de korte inhoud weer.
Titel: Een bruid in de morgen.
Korte inhoud: Het verhaal gaat over een hele trieste familie die een verbitterd leven leidt (of lijdt). De moeder is een gevoelig iemand die door de lange jaren gehard is en regelmatig harde uitvallen heeft, de vader is een trieste werkloze die alsmaar hoopt om ooit inspiratie op te doen om zijn concerto af te schrijven. Zij hebben samen een zoon en een dochter, Thomas en Andrea. Deze zijn hun hele jeugd samen geweest en zijn er niet normaler op geworden. De vader en de moeder nodigen nicht Hilda uit en zij hopen dat deze met Thomas zal trouwen om zichzelf uit de financiële problemen te krijgen. Ze hebben het namelijk niet gemakkelijk met enkel het geld van de bijstand. Nicht Hilda vindt dit prima, maar Thomas zelf weet het allemaal niet zo, omdat hij zo'n close band met zijn zus heeft. Andrea ziet het niet zitten om haar enige echte kameraad te verliezen en gaat fel tegen alle ontwikkelingen in. De moeder kan alleen maar denken aan het geld dat hen te wachten staat. Ze hoopt dat ze daar allen gelukkiger van zullen worden, maar diep in haar hart weet ze dat ze allen onwrikbaar vastgeroest zitten. Het is erg triest om te zien hoe schijnheilig de moeder gezellig zit te doen met Hilda, gevoelens van Thomas uitspreekt die er niet zijn en die gevoelens bij Thomas aanpraat. Ze is verschrikkelijk egoïstisch en de vader gaat gewoon met haar mee, maar probeert zelf niet om Thomas over de drempel te krijgen. De vader zit gewoon maar. Thomas gaat steeds meer naar de kant van zijn ouders en dus naar nicht Hilda overhellen en Andrea ziet op een gegeven moment in dat de bruiloft tussen haar broertje en Hilda de enige eventuele redding voor deze vrij hopeloze familie is. Maar zij wil niet zonder Thomas verder leven en pleegt zelfmoord. Dit wordt door de moeder verzwegen tegenover Thomas en Hilda, zodat die gewoon kunnen gaan trouwen en zij haar portie hoop voor de toekomst niet in gevaar brengt. Het meest trieste is nog dat ze allen nooit gelukkig zullen worden…
Bron:
Kies een gedeelte uit het boek waarvan je denkt: ”Dit stukje is onmisbaar in het boek geweest”. Beschrijf die passage hier.
Nicht Hilda maakt haar entree. Ze kijkt het huisje rond en praat ondertussen met de over(nep)vrolijke moeder. De moeder zet in deze passage haar gezellige masker op tegenover haar nichtje. Ze kletsen samen wat af, tot Thomas beneden komt en Hilda met een brede glimlach begroet. Hilda groet Thomas heel verlegen en begint dat vele woorden te stamelen.
Motiveer waarom je dit gedeelte gekozen hebt:
Deze passage is zo belangrijk voor het verhaal, omdat de komst van nicht Hilda de aanleiding is voor alle veranderingen in het gezin die zich in het verhaal afspelen. Door haar komst werd het kinderlijke leventje van Thomas en zijn zus ruw verstoord en komt het egoïsme van de moeder boven. Door dit egoïsme, wat echt geen gezond portie te noemen is, pleegt Andrea zelfmoord en zal de onwetende Thomas uiteindelijk de bruidegom van zijn nicht worden. De komst van Hilda is de aanzet tot deze reeks gebeurtenissen, daarom is het een ontzettend belangrijke passage.
S3: verwerking: structuur en samenhang
Instructie: Voordat je deze sheets kunt gaan maken, moet je de theorie van het informatieboek uit hfst 9 (A) goed bestuderen
Zoals je dan weet, heeft elk verhaal samenhang .Geef nu vier verschillende manieren waarop een schrijver voor samenhang kan zorgen en geef een toelichting.
Manier 1: Herhaling
Toelichting: In een verhaal kan samenhang ontstaan door het herhalen van tekstelementen
Manier 2: Overeenkomsten
Toelichting: In het verhaal kan samenhang ontstaan doordat elementen en gebeurtenissen op elkaar lijken of identiek zijn.
Manier 3: Tegenstellingen Toelichting: In het verhaal kan samenhang ontstaan doordat verschillende elementen tegenover elkaar staan.
Manier 4: Contrast
Toelichting: In het verhaal kan samenhang ontstaan doordat gebeurtenissen of tekstelementen een contrast vormen met elkaar.
Voor welke manier of manieren heeft de schrijver van jouw boek gekozen?
Manier, manieren: Herhaling en contrast.
Motivatie:
Herhaling: de scène waarin Andrea en Thomas als twee kindjes bij elkaar zaten, werd regelmatig herhaald. Al zeiden ze dan net wat anders, de situatie was toch hetzelfde. De herhaling werd toegepast om de mooie band tussen broer en zus duidelijk te maken.
Contrast: het doen en laten van de moeder, stond in contrast met wat ze echt voelde. De moeder voelde alleen maar intense pijn, weggeperst door de vreselijke jaren, maar in plaats van te huilen snauwde ze iedereen af. Ze gedroeg zich als een gestraft hondje. Natuurlijk was er ook een groot contrast met hetgeen dat ze voelde en hoe ze zich gedroeg tegenover Hilda. Dit had de rede om Hilda in te palmen en haar nog gekker op Thomas te laten worden.
Geef hieronder aan uit hoeveel verhaallijnen jouw boek bestaat. Geef een korte samenvatting van de inhoud van elke verhaallijn.
1e verhaallijn
Inhoud: De moeder van een ongelukkig gezin probeert de zoon Thomas met de nicht Hilda te laten trouwen met de hoop dat haar geld hen allen gelukkig zal maken.
Tot slot nog een stukje over het begin. Beantwoord de onderstaande vragen.
Welke manieren zijn er om een verhaal te beginnen.?
Ab ovo (begin van het verhaal met de 1e gebeurtenis, waarna de andere gebeurtenissen in chronologische volgorde worden verteld), in medias res (het verhaal begint midden in de handeling. Er zal een ontwikkeling in het heden plaatsvinden en het verleden zal duidelijk worden door terugverwijzingen en flashbacks) en post rem (het verhaal begint met de laatste gebeurtenis. De eerst gepresenteerde gebeurtenis is dus de afloop)
Voor welk begin heeft de auteur van jouw boek gekozen?
Leg uit in medias res, omdat de familie in mijn verhaal van alles heeft meegemaakt, maar ook nog van alles gaat meemaken. Zo hebben ze allen al een moeilijke, verbitterd makende tijd achter de rug en gaan ze nog alle ontwikkelingen rond de planning van de trouwerij van Thomas en Hilda meemaken. Het verhaal begint midden in een gebeurtenis, namelijk midden in het sollicatatieproces van Thomas om chauffeur te worden.
Wat vind je van zo’n verhaalbegin?
Ik vind in medias res een leuk verhaalbegin, omdat je als lezer benieuwd wordt naar zowel de verleden als de toekomst van de personages. Bij de andere verhaalbeginnen is er geen sprake van verleden of toekomst, omdat het ene verhaalbegin begint met de 1e gebeurtenis en het andere verhaalbegin begint met de laatste gebeurtenis. Bij het boek dat ik gelezen had, vond ik dit verhaalbegin goed gekozen, omdat de spanning er grotendeels af was geweest bij post rem. Ik had in ieder geval minder leuk gevonden als het verhaal was begonnen met de zelfmoord van Andrea en het verhaalbegin ab avo was saai geweest, omdat er dan begonnen had moeten worden in de tijd dat de moeder en de vader net getrouwd waren (dat was het vroegste punt in hun bestaansgeschiedenis waarnaar de terugverwijzingen wezen) want het is niet echt boeiend om een familie verbitterd zien te raken, terwijl er voor de rest niks gebeurt.
S4: verwerking: perspectief
Instructie: Raadpleeg eerst hfst 11 van je informatieboek Laagland. Dan kan je dit sheet maken.
Welke verschillende vertelsituaties kunnen we onderscheiden? Leg uit wat ze inhouden.
1. Alwetende vertelsituatie Toelichting: het verhaal wordt gepresenteerd vanuit het perspectief van een alwetende verteller. Een alwetende verteller weet alles van alle gebeurtenissen en personages af. Deze verteller overziet alles in ruimte en tijd en staat boven het verhaal. Hij kan eventueel de lezer toespreken. Dat is net als bij het toneelstuk Faust waarin ik heb meegespeeld: tussendoor wordt er samengevat wat Faust en Mefisto allemaal hebben uitgespookt. De laatste zin van dat stukje is: en nu verwacht ik hem in Rome, om de hofhouding van de paus te zien en deel te nemen aan de feesten die daar nu worden gevierd. Bij het einde van het stuk spreekt de alwetende verteller de kijker toe met een doordringende boodschap, een wijze les: gebroken is de stam, die voluit had kunnen groeien. Verbrand is de lauwerkrans, die ooit de man omkranste. Faust is niet meer, dit was zijn weg naar de hel. Laat zijn duivelse lot een wijze les zijn, afstand te nemen van onzuivere zaken, waardoor gedachten soms verleidt, om meer te doen, dan waar liefde toe reikt. (Deze twee stukken waren een gedeelte van mijn tekst, die ik letterlijk moest weten, omdat ik hem precies tegelijk met een ander meisje op moest zeggen. Daarom kan ik dit zo opschrijven)
2. Ikvertelsituatie Toelichting: het verhaal wordt gepresenteerd vanuit het perspectief van de ikpersoon. De ikpersoon is in zo'n verhaal tevens verteller en personage. Door een verhaal in de ikvertelsituatie te lezen, leer je als lezer de ikpersoon erg goed kennen, maar je moet je wel afvragen of het perspectief van hem of haar wel betrouwbaar is. Het verhaal staat trouwens in de ik-vorm geschreven.
3. Personale vertelsituatie Toelichting: lezers nemen de verhaalgebeurtenissen, ruimtebeschrijvingen en personagebeschrijvingen waar door de ogen van een personage in het verhaal. Het verhaal staat in de hij-of zijvorm en lezers merken niet dat er een verteller aanwezig is.
4. Meervoudige vertelsituatie Toelichting: het verhaal wordt aan de lezer gepresenteerd door verschillende vertellers die allemaal hun eigen visie op het verhaal hebben. Vaak wisselt een verhaal in een meervoudige vertelsituatie per hoofdstuk of deel van verteller.
Geef nu aan welke met welke vertelsituatie we te maken hebben in het door jou gekozen boek en geef aan of je de verteller(s) betrouwbaar vindt.
Vertelwijze: alwetende vertelsituatie
Wel betrouwbaar, want er wordt heel onomwonden verteld wat er allemaal precies aan de hand is. Het boek begint zelfs met de beschrijving van de personages en de plaats waar het zich afspeelt, omdat dit nodig is voor een regisseur om dit boek in een toneelstuk om te kunnen zetten. De verteller is er eerlijk en duidelijk. Hij kan niet liegen, omdat dan het hele toneelstuk in de soep zou lopen. De verteller uit dit boek is dus enorm betrouwbaar.
Nu nog een stukje over het begin.
Welke manieren zijn er om een verhaal te beginnen?
Ab ovo (begin van het verhaal met de 1e gebeurtenis, waarna de andere gebeurtenissen in chronologische volgorde worden verteld), in medias res (het verhaal begint midden in de handeling. Er zal een ontwikkeling in het heden plaatsvinden en het verleden zal duidelijk worden door terugverwijzingen en flashbacks) en post rem (het verhaal begint met de laatste gebeurtenis. De eerst gepresenteerde gebeurtenis is dus de afloop)
Voor welk begin heeft de auteur van jouw boek gekozen? Leg uit
In medias res, omdat de familie in mijn verhaal van alles heeft meegemaakt, maar ook nog van alles gaat meemaken. Zo hebben ze allen al een moeilijke, verbitterd makende tijd achter de rug en gaan ze nog alle ontwikkelingen rond de planning van de trouwerij van Thomas en Hilda meemaken. Het verhaal begint midden in een gebeurtenis, namelijk midden in het sollicatatieproces van Thomas om chauffeur te worden.
S5: reflectie: eigen oordeel
Instructie: Het schrijven van een recensie van een boek is niet zo gemakkelijk. Je moet niet alleen een eigen mening hebben over een boek (is het leuk, of niet), maar je moet je mening kunnen beargumenteren. Je moet een boek kunnen beoordelen door niet alleen te letten op welke gevoelens het boek bij jou losmaakte, maar je moet ook iets verstandigs kunnen zeggen over personages, tijdsaspecten, perspectief etc.
Bespreek nu de aspecten die je dit jaar gehad hebt voor het 4de boek dat je gelezen hebt:
Verwachtingen/open plekken (zie periode 1), personages ,tijdsaspecten (zie periode2) en structuur, samenhang en perspectief (zie periode 4). Je beschrijft dus eerst deze aspecten en dan geef je je mening erover.
Recensie van: Een bruid in de morgen.
Verwachtingen: het genre van het boek is een toneelstuk. Hierbij verwacht je natuurlijk een heel andere manier van schrijven dan je als lezer gewend bent. Ik vond het leuk om een toneelstuk te lezen, omdat alle karakterbeschrijvingen zo onomwonden werden gedaan. Dat vond ik mooi, dat het boek begon met aantekeningen voor de regisseur, waarin precies stond hoe het er met iedereen aan toe was. Het verhaal is geen waarheidsgetrouw verslag van de een of andere gebeurtenis uit de geschiedenis. Het verhaal wordt gerekend tot de fictie, dus dan verwacht je een verhaal vol fantasie, dat zich niet te houden heeft aan de richtlijnen van de geschiedenis. Dit vind ik leuk, omdat heleboel non-fictie boeken over de oorlog gaan en ik niet van oorlogsboeken houd. Op school lees ik al bijna enkel non-fictieboeken, dus vind ik het leuker om in mijn vrije tijd fictionele boeken te lezen, het liefst fantasyboeken. Alhoewel, de laatste paar jaren lees ik erg veel non-fictie over vorige levens, aura's, gidsen en paranormale vermogens als telepathie en dat bevalt me prima. Ik leer dan namelijk erg veel bij over onderwerpen die ik zinnig vind voor mijn leven. Maar goed: de titel geeft niet een specifieke gebeurtenis aan en kan op vele manieren geïnterpreteerd worden, dus daardoor heb ik weinig verwachtingen geschept. Ook dit vind ik wel leuk, omdat je vaak op 3 kwart van het boek er achter komt waar de titel op slaat (het oooooooh, vandaaaaaar-effect) en dat vind ik altijd wel geinig. Een wat vage titel zorgt natuurlijk ook voor spanning, een open plek, omdat je er graag wilt achter komen wat de schrijver met de titel bedoeld heeft. De presentatie van het boek schept ook weinig verwachtingen, omdat de tekeningen die op de voor-en achterkant staan ook niet echt een specifieke gebeurtenis aangeven en de plaatjes kunnen ook op vele manieren geïnterpreteerd worden. Er ontstaat zo weer een open plek. Dit vind ik opzich wel spannend, omdat je je toch steeds afvraagt wat dat ene plaatje nou eigenlijk wil zeggen. Er staat geen klein stukje tekst op de achterkant, zodat je geen achterkanttekstje kan lezen als inleiding op het boek. Dit vond ik zwaar vervelend, omdat ik binnen een bepaalde tijd een boek voor Nederlands letterkunde gelezen moest hebben en ik helemaal niet wist aan wat voor verhaal ik begon.
Personages: er waren vier hoofdpersonen (de vader, de moeder, Andrea, Thomas en Hilda) en enige bijpersoon (meneer Alban, zijn bediende, wat mensen die naar een voorgespeeld stukje op de kerkorgel hadden geluisterd en een bovenbuurman die niet goed tegen herrie kon). De hoofdpersonen worden al beschreven voordat het verhaal begint, dus je kent ze eigenlijk al voordat je ze nog hebt zien spreken. Dit vond ik fijn, omdat ik wel van interessante karakterbeschrijvingen houd. Ik vond het erg interessant ineens heel veel van een persoon te weten waar ik enkele seconden geleden nog helemaal niks vanaf wist. De karakters van de hoofdpersonen worden in het verhaal duidelijk.
Tijdsaspecten: de fabel is bijna gelijk aan het sujet, omdat er naar mijn weten maar een flashback in voorkomt. De gebeurtenissen worden dan ook bijna geheel chronologisch gepresenteerd. Het verhaal is continu, omdat het verhaal enkel uit dialogen bestaat en bijna alle dialogen die in de verstreken tijd gevoerd worden, uitgeschreven worden. Verder staat er bij het begin van elke scène uit nog een samenvattinkje van het kleine beetje tijd dat tussen de scènes wordt overgeslagen, dus het verhaal kan met zekerheid continu worden genoemd. Ook dit vind ik weer prima, omdat ik het interessant vind om van deze groep mensen in een korte tijd veel te zien.
Er vinden geen vooruitverwijzingen plaats en de terugverwijzingen gaan meestal over dingen die hebben gezorgd voor het ontstaan van de ellende van de vader en de moeder. Van mij hadden er nog best wat meer terugverwijzingen in gemogen. Ze hadden nog wat dieper in kunnen gaan op de precieze rede van al deze ellende.
De verteltijd is 78 bladzijdes en de vertelde tijd is ongeveer vier dagen. Ik vond het niet erg dat de verteltijd maar 78 bladzijdes was, omdat het einde van een schooljaar nooit erg rustig is en wat de vertelde tijd betreft: interessant om bijna alle gebeurtenissen van zo'n korte tijd gepresenteerd te krijgen.
Samenhang en structuur:
Herhaling: de scène waarin Andrea en Thomas als twee kindjes bij elkaar zaten, werd regelmatig herhaald. Al zeiden ze dan net wat anders, de situatie was toch hetzelfde. De herhaling werd toegepast om de mooie band tussen broer en zus duidelijk te maken.
Ik vond het goed dat deze herhaling plaatsvond, omdat het zo goed duidelijk werd hoe Thomas en Andrea met elkaar omgingen.
Contrast: het doen en laten van de moeder, stond in contrast met wat ze echt voelde. De moeder voelde alleen maar intense pijn, weggeperst door de vreselijke jaren, maar in plaats van te huilen snauwde ze iedereen af. Ze gedroeg zich als een gestraft hondje. Natuurlijk was er ook een groot contrast met hetgeen dat ze voelde en hoe ze zich gedroeg tegenover Hilda. Dit had de rede om Hilda in te palmen en haar nog gekker op Thomas te laten worden
Dit vond ik interessant, maar triestmakend. Interessant, omdat ik de psyche van de mens erg interessant vind. Triestmakend, omdat de moeder niet kan zijn, maar enkel kan doen, omdat ze zo'n pijn heeft.
Perspectief: het verhaal wordt gepresenteerd vanuit het perspectief van de alwetende verteller. Deze weet alles en zegt alles wat van belang kan zijn om dit verhaal een goed toneelstuk te maken. Dit vind ik interessant, omdat het, zoals ik al eerder zei, hapklaar is. Je kunt het gewoon lekker lezen en als waarheid beschouwen. Heerlijk!
REACTIES
1 seconde geleden