De versierde mens
Harry Mulisch
Uitgave: 1986, De Bezige Bij
Bundel met 7 verhalen
Keuring
Sander Broodman krijgt een oproep voor het leger. Hij gaat niet, maar de volgende ochtend wordt hij uit zijn bed gelicht door soldaten. Tot zijn bevreemding zijn de soldaten allemaal verminkt. Hij wordt in een vrachtwagen gestopt met de tweeling Hein en Kees Ankersmid, Kuif en Pleister. Wanneer hem wordt bevolen te dansen, doet hij onder luid gebral een lollig dansje. Alle rekruten krijgen eerst een test met heel fel licht, keihard geluid, er wordt op ze geschoten. Tijdens de laatste oefening valt Sander flauw van de spanning. Kuif is een pacifist, en laat geen gelegenheid liggen om zijn afkeer van het leger te uiten.
Als de hele troep een oefening krijgt, waarbij ze op onschuldige kinderen en voorbijgangers moeten schieten, draait Pleister door; hij schiet op alles wat los en vast zit. Kuif schiet hierop Pleister in zijn schouder, en wordt afgevoerd.
Sander wordt gek, denkend aan zijn ex-vriendin Ena. Hij valt flauw, en tijdens zijn bewusteloosheid krijgt hij een injectie toegediend. Wanneer hij uit de kazerne wil lopen, schiet de sergeant op hem. Vervolgens pakt Sander zijn revolver, en schiet de sergeant neer. Buitengekomen loopt hij naar een snelweg. Hij hoopt dat een voorbijkomende auto hem, als liftende soldaat, wel snel een lift zal geven.
Soort verhaal: Erg absurdistisch. De ruimtes waarin het verhaal zich afspeelt zijn vreemd. De tests die de soldaten moeten doorstaan zijn allemaal erg pijnlijk. Het verhaal is erg gewelddadig. Het lijkt een aantijging tegen het militarisme.
De terugwinst
De vader van de hoofdpersoon werd door de buurtbewoners vroeger ‘de Dorpjeskijker’ genoemd. Deze man struinde altijd door de omgeving, spelend op zijn ukelele. Een aantal jaar geleden is hij echter aan de verkeerde kant van zijn dromen wakkergeworden (doodgegaan). De moeder van de hoofdpersoon is ook dood.
Hij woont nu in huis bij zijn kinderloze oom. Hij zit op school maar zakt voor een examen. Daarna gaat hij bij zijn oom werken, maar die gaat dood na een tijdje.
Zijn vader werkte wel, maar trok in het voorjaar altijd de natuur in. Als hij in een dorp was, danste hij terwijl hij over gruwelen zong. Na een paar maanden keerde hij dan weer terug naar huis. Zijn vrouw was dan altijd erg pissig.
Nu is de hoofdpersoon oud, en denkt hij aan zijn eigen zoon. Eigenlijk keert zijn vader na diens dood nog steeds terug. De hoofdpersoon besluit de plaatsen op te zoeken waar zijn vader vroeger altijd kwam. Daar wordt hij raar aangekeken, want niemand verwacht dat een rare zwerver zo’n welopgevoede zoon zou hebben.
De Sprong der Paarden en de Zoete Zee
Dit verhaal speelt zich af op Schokland, een eiland, dat nu een heuvel is in het landschap van de Noordoostpolder. De hoofdpersoon van het verhaal is Gustaaf Nagelhout, 13 jaar. Wanneer hij op straat loopt, ziet hij Bessie, de dochter van een piloot, al dansend langslopen. Hij besluit op straat te blijven staan totdat hij haar weer voorbij zal zien komen. Ondertussen mist hij de bijles van drs. Scharr. Wanneer hij erachter komt wie ze is, betaalt hij een klasgenoot om hem aan haar voor te stellen. De klasgenoot regelt een ontmoeting bij een visvijver, maar na deze ontmoeting negeert ze hem. Hij heeft nog wel haar hoed, die hij als aandenken aan haar bewaart.
Door al het gedoe zakt hij ondertussen voor zijn examens. Eerst wil hij zelfmoord plegen, maar dan bedenkt hij zich dat hij beter iets anders kan doen: Bessie vermoorden.
Door deze vreselijke gedachten begint hij te kotsen en ijlt hij vier dagen lang.
Wanneer hij bijkomt en weer naar buiten gaat, ziet hij de begrafenisstoet van BESSIE! Hij pakt haar hoed, rent de stad uit en begint achter een haag te schrijven. Zijn hele verhaal van zijn liefde voor Bessie etc.. zet hij op papier.
Plotseling komt er van achter de haag een paard gesprongen, half op Gustaaf. Het paard slaat over de kop, waardoor de bereidster van het paard haar nek breekt.
Deel 2
Gustaaf doet er niet meer toe, die is gek geworden door alle gebeurtenissen. Een broodbezorger die toevallig langs de plek van het ongeval loopt, vindt daar het achtergelaten verhaal van Gustaaf. Hij begint te lezen, en wordt zo geboeid door het verhaal dat hij het aan al zijn collega’s vertelt, en ook aan een chauffeur. De bezorger sterft. De chauffeur vertelt het verhaal door aan zijn vader, alleen dan als sprookje. Hierna sterft de chauffeur. De vader gaat naar een boot in de Zuiderzee, met z’n vier broers; allen hebben zij geen zonen meer. Zij zijn allen Schoklanders. In de boot treuren ze erover dat er binnenkort van de Zuiderzee niks meer over zal zijn dan een paar akkers, en dat de Schoklanders zullen uitsterven. De vader vertelt het sprookje door aan zijn broers, maar dan als beschrijving van de Godendynastie van Schokland. De boot zinkt, en alle broers verdrinken in het ZOETE water.
Quauhquauhtinchan in den vreemde
een sprookje
Een zwangere indiaanse vrouw loopt door de natuur. Zij is zwanger van Quauhquauhtinchan. Ze is te ver van huis gegaan, en nu is er niemand in de buurt om haar te helpen. Tijdens de bevalling overlijdt ze. De oude man Xquiq, die altijd tussen de ruïnes struint, vindt het kind. Hij en z’n vrouw Zuruquia zijn altijd kinderloos gebleven, en daarom beschouwt hij dit kind als een geschenk van de aarde. Wanneer de rest van het dorp hem ziet aankomen met het kind, weten ze niet wat ze er van moeten denken. Vooral Nazario probeert de ‘gekke’ Xquiq te beschuldigen van kinderroof en moord.
Na een klein tijdje overlijdt Xquiqs vrouw, maar dat vindt Zquiq eigenlijk niet zo erg.
Quauhquauhtinchan wordt gezoogd door Sumac, de vrouw van Nazario. Xquiq besluit al zijn energie te besteden aan het grootbrengen van Quauhquauhtinchan, alhoewel Nazario blijft roepen dat Quauhquauhtinchan een duivelskind is, en dat hij het hele dorp ongeluk zal brengen. Toch krijgt Quauhquauhtinchan een relatie met Zuruquia, diens dochter.
Er waart een man rond het dorp, ene Totec, die verschrikkelijk verbrand is en overal brand sticht. Eigenlijk is dit Quauhquauhtinchans vader, maar dat weet Quauhquauhtinchan niet. Wanneer Totec rond het dorp sluipt, en hij de hut van Xquiq en Quauhquauhtinchan binnen dreigt te komen, slaat Quauhquauhtinchan hem in het donker neer. Wanneer hij het levenloze lichaam naar buiten sleept, komt hij er pas achter dat hij Xquiq heeft neergeslagen!
Quauhquauhtinchan valt neer, en het hele dorp verzamelt zich om hem en z’n vader heen. Nazario komt zijn gelijk halen; Zie je nou wel dat Quauhquauhtinchan verdoemd is?
Toch ziet iedereen hem voor wat hij is: een dwaze ezel.
Ondertussen begint Quauhquauhtinchan te groeien. Hij wordt groter en groter, en op een gegeven moment is hij bijna acht meter. De toeristenindustrie ontdekt hem, en dagelijks komen vele toeristen hem bekijken. Terwijl hij groter wordt, vernietigt hij het halve dorp, en steeds meer inwoners trekken weg. Op een gegeven moment zijn alleen nog Zuruquia, Sumac en Nazario over. Ze houden een wake bij het lichaam. De kleine Zuruquia overlijdt, omdat ze zelf ook bewusteloos is geraakt. Er komt een onderzoeksteam kijken bij Quauhquauhtinchan, die alsmaar groter wordt, en ondertussen zo’n 150 meter is.
Quauhquauhtinchan blijft maar groeien en groeien, en na een tijdje is hij groter dan de hele aarde, dan het sterrenstelsel.
Wat gebeurde er met sergeant Massuro?
Het verhaal is een brief van Luitenant Loonstijn gericht aan het Ministerie van Oorlog, over de gebeurtenissen omtrent sergeant Massuro. Alle soldaten zijn gelegerd in Nieuw Guinea, waar ze aan het koloniseren zijn. Loonstijn kent Massuro nog van vroeger.
Op een gegeven moment kan Massuro zijn ledematen niet goed meer bewegen, dus besluiten ze hem naar het dichtstbijzijnde dorp te brengen. Massuro wordt ook steeds zwaarder. Wanneer hij sterft, blijkt hij van binnen geheel graniet te zijn geworden, uit innerlijke wroeging.
De versierde mens
De hoofdpersoon Bernard Brose is een militair die gelegerd is in een geheime legerbasis in een rots. Er woedt een hevige oorlog, en ondertussen zijn er al 40 miljoen mensen aan hun kant gesneuveld en veel steden liggen in puin. Brose, die toch al geen familie meer heeft, krijgt het bevel van de admiraal om het konvooi waarmee het ‘Beest’ vaart, de leider van de vijand’ neer te halen met een voor hen onzichtbare onderzeeër. De volgende uren realiseert hij zich dat hij onherroepelijk dood zal gaan. Zijn doel is namelijk om zijn duikboot te laten exploderen op de boot van het Beest. Zijn leven kan miljoenen andere levens redden. Hij slaagt erin om in zijn eentje in zn nauwe duikboot het konvooi te bereiken, en duikt er tussen op. Niemand heeft hem in de gaten. Hij wil tegen de boot varen, maar glipt er net onderdoor. Hij probeert het weer een keer, maar steeds houdt iets hem tegen. Na een paar uur is hij al mijlenver van het konvooi verwijderd, en sterft hij op de zeebodem door zuurstofgebrek.
Een stad in de zon
Surrealistisch verhaal over Ankor, een paardenverzorger. Hij heeft een soort trip, en verbeeldt zich de raarste dingen. Uiteindelijk blijft hij met vleugels half steken in een rots.
REACTIES
1 seconde geleden