motto: geen motto
titelverklaring: De nabestaanden draait om de levens van een moeder en een dochter waarvan de vader overleden is. De moeder gaat uiteindelijk na de dood bij haar dochter wonen omdat ze het alleen niet meer redt. Omdat haar moeder veel last heeft van het overlijden van haar man, veranderen allebei hun levens ingrijpend op dat moment.
Samenvatting inhoud: Het begint wanneer de moeder en de dochter allebei in het park zitten. Dan gaat de moeder mee met een Marokkaan naar een café. Ze wordt dronken en Cleo (dochter) moet haar daar weghalen. Dan hebben ze ook een discussie over racisme. Cleo wil niet dat ze over haar moeder gaan roddelen de moeder is boos dat Cleo zich zo laat beinvloeden door haar omgeving. In hoofdstuk 3 gaat het over Tilly (moeder) haar dromen. Ze droomt van het incident in het café. Hoofdstuk 4 gaat over hoe Tilly bij Cleo terecht is gekomen. Tilly kan het niet aan om na de dood van haar man in het huis in Naarden te blijven. Daarom gaat ze naar een zus in Italie. Ze wordt daar alleen wel depressief. Je leert ook dat Tilly eigenlijk niet de dood van hara man verwerkt heeft, ook al doet ze wel zo. Na een briefwisseling komt Tilly bij Cleo in Amsterdam wonen. Tilly blijkt in dat hoofdstuk ook maar een moeilijk mens. Ook zag Cleo, toen ze nog bij haar ouders woonden, vroeger haar moeder liever gaan dan komen. In hoofdstuk 5 gaat Tilly na haar nachtmerrie naar het balkon. Daar moet ze huilen en haar buur, Radboud, vangt haar op. Ze gaat daarna weer naar huis alwaar ze een oude vriend, Dolf, van haar man opbelt. Het gaat ook over hoe hij na een receptie haar zijn brandende liefde had verklaard. Hij was dronken. Het volgende hoofdstuk,6, is een flashback over een toneelstuk waar Cleo in had gespeeld om haar vader een plezier te doen. Het belangrijkst van dat hoofdstuk is denk de vader. Die leren we kennen als een verstrooide, gedreven man. Hij geeft latijn en organiseert het toneelstuk. In hoofdstuk 7 gaat Cleo eerst bij een schrijver langs die te lui is om open te doen. Als ze het opgeeft gaat ze daarna maar naar de botanische tuin alwaar ze een oude vriend, Evert heet hij, vind die op een bankje zit, hij is dronken. Hij is zo dronken omdat het tegenzit en zijn compagnon, Pietje, er niet meer is om mee te helpen aan de oudijzer en slopenonderneming. Pietje reed altijd. Maar Evert stuurt haar weg. In hoofdstuk 8 gaat het over de vriendschap tussen Cleo en Evert. Ze hadden elkaar ontmoet in de pub. Het duurde voor Evert een tijd om haar naar zich toe te trekken maar daarna waren ze gewoon echt goeie vrienden. Ze zagen elkaar altijd in de stamkroeg van Evert, waar Cleo zat te vertalen. Evert woonde boven die kroeg. Het is een aparte relatie. Evert is een oude schipper die een oudijzer onderneminkje heeft en rond de 60 is. Toch kan hij nog meisjes krijgen. OP een dag weet Evert haar dronken te voeren en neemt haar mee naar boven. Maar Cleo wil niet met hem naar bed omdat ze nog steeds alleen met Lieuwe naar bed wil. I hoofdstuk 9 waait het heel hard en probeert Tilly haar man te herdenken. Omdat haar amn het echter ook onzin zou hebben gevonden en omdat het zo’n hondenweer is draait ze toch om. In hoofdstuk 10 komt Cleo Lieuwe tegen. Die zegt dat hij met zijn ex en hun dochter buiten gaat wonen. Cleo haat zowel als houd van lieuwe. Ze maken ruzie en Cleo loopt weg. Ze wordt heel boos dat ze eigenljik nog steeds van Lieuwe houdt maar het is een onmogelijke liefde. Ze komt thuis en krijgt ook ruzie met haar moeder, naar wie ze het verwijt gooit dat ze het altijd te druk had m voor Cleo te zorgen omdat ze voor haar man moest zorgen. Daarna droomt ze van het hele gebeuren. In hoofdstuk 11 is het december en Tilly loert op feestelijkheid. Ze pland een tentje met oude vrienden en de onderburen. Cleo voelt zich erg depressief dan en heeft er helemaal geen zin in. Ze gaat naar het park alwaar ze Simone tegenkomt, het kind van Lieuwe. Ze gaat naar het cafe waar Evert altijd zit met het doel hem te bezoeken. In het cafe is het mooi versierd. Maar Evert is er niet. Als ze navraag doet blijkt hij verongelukt te zijn. Ze gaat naar een drankwinkel en koopt Jamaicaanse Rum. Dan gaat ze naar huis en laat zich verwennen door haar moeder alsof ze weer een kind is. In haar moedeloosheid laat ze zich ook meenemen naar het etentje. In hoofdstuk 12 gaan ze eten en hangt Cleo een fantasieverhaal op over de dood van Evert waarin Evert in een band zat. De volgende dag gaat ze niet mee met de rest maar schrijft een verzonnen excuusbriefje over afspraken. Ze neemt de trein naar Amstedam. Dan komt er nog een flashbackstukje over een treinritje met haar vader naar de verjaardag van haar tante in het buitenland. En daarna heeft ze een “gesprek” met haar vader over dat Tilly met Dolf wil trouwen. Hij vindt het goed. In hoofdstuk 13 is ze thuis aangekomen. Lieuwe belt dan op dat hij haar moet spreken. Ze spreken af in een café. Daar zegt hij dat hij niet meer zonder haar kan maar ondertussen leeft hij wel al weer samen met zijn ex en verwachten ze een kindje. Ze gaan een eindje rijden en ze hebben sex maar Cleo moet huilen. Omdat Lieuwe haar altijd weer zover weet te krijgen en ze dat helemaal niet wil. Lieuwe vraagt wat ze heeft en ze word boos op hem. Ze stappen uit en ze duwt hem in het water. Cleo loopt weg en komt verkleumd aan bij een molen waar ze een wodak drinkt. Dan neemt ze een taxi naar huis.
Personages De hoofdpersoon is Cleo. Een vrouw die alleen woont en bij een uitgeverij werkt, Ze houdt van Lieuwe en ze haat hem na een mislukte relatie met hem. Nadat haar vader doodgaat neemt ze haar moeder in huis. Ze is een moderne vrouw maar toch is ze ook af en teo erg afhankelijk. Bijpersonages zijn Tilly, haar moeder, en Lieuwe, haar ex. Een ander belangrijk personage is haar vader, die een rode draad door het verhaal sis. Het is een verstrooide man die Latijn geeft en niet helemaal voor zichzelf zorgen kan. Een ander belangrijk personage is Evert, die een goeie vriend van haar is en veel voor Cleo betekent.
Opbouw Het boek is ingedeeld in 12 hoofdstukken die zijn genummerd. Er zijn niet echt bepaalde periodes ofzo.
Ruimte Bijna alles speelt zich af in Amsterdam. Belangrijke plekken daar zijn haar woning, het park en het café waar Evert zit. Hele normale plekken eigenlijk.
Tijd Het is tijdens de apartheid want daar word ook nog over gepraat in het boek. Ik denk zo rond 1980-1985. Er worden geen data genoemd. Het verhaal duurt ongeveer een jaar. Tot en met december in ieder geval.
Perspectief In het boek is gebruik gemaakt van een ik-perspectief. Er is geen alwetende verteller ofzo en je weet nooit meer dan het personage. Af en toe bekijk je het wel vanuit de ogen van de moeder.
Thema Verwerking van de dood en de onmogelijke liefde.
Motieven De flashbacks met haar vader komen steeds terug en ook het verlangen naar Lieuwe.
Genre Roman
gegevens auteur geboren: 1946 Werken: Mooie boel (1977) Wilbert’s lunchpakket (1978)
Basilok Dok op vrije voeten (1979) Koude kermis (1983)
Huis en hemel (1986) De nabestaanden (1988)
De animist (1989) Een verlegen man (1994)
Onrustige slapers (1998) De ontsnapte dieren (1999)
De grotten van Olim (2000) Nemo (2000)
De dieren van het verdronken land (2001)
Ze heeft een mooie, directe schrijfstijl zonder onnodige woorden. Werkelijk prachtig!!
REACTIES
1 seconde geleden