De grijze jager deel 3 (Het IJzige Land) door John Flanagan

Dit deel gaat over een grote oorlog in het verre oosten het land heet Nihon - Ja. De keizer die daar de baas is, is een geliefd man en word door zijn volk gerespecteerd en hij wil als koning het land zo goed mogelijk regeren, maar er zijn meer mensen die op de troon willen zitten.

Arnaut is een ridder uit Araluen. Hij is misschien nog wat jong maar hij is de beste zwaardvechter van het land. De koning van Araluen vind dat hij eens naar een ander land zou moeten gaan om daar wat te leren over de verschillende technieken van zwaardvechten in de hoop er ervaring op te doen en hij gaat samen met een oude vriend zijn naam is George. Hij krijgt persoonlijk les van de keizer en hij leert veel over de techniek die de mensen daar gebruiken om daar te vechten. Als hij naar huis terug wil keren wordt de keizer aangevallen door de Senshi-clan. Ze willen de keizer vermoorden om zo op de troon te komen. Arnaut besluit de keizer te helpen vluchten. Ze kunnen maar naar één plek toe, het fort van

Ran-Koshi. Het is een lange tocht maar ze hebben geen andere keuze. George gaat niet mee. Voor hem is de tocht te zwaar en als hij niet meegaat kan hij hulp halen uit Araluen om te helpen tegen de Senshi-clan. Er zijn natuurlijk maar een paar mensen die hun kunnen helpen in zo’n moeilijk situatie het zijn de goede vrienden van Arnaut en George het zijn: Will, Halt (mentor van Will) Alyss (zij trouwt op het eind met Will) Cassandra (prinses van de koningin van Araluen, een noorman uit Skandia en een kreiger uit het oosten die ze in een ander boek ontmoet hebben.  Als ze eindelijk het fort gevonden hebben versterken ze het en hopen ze dat er snel hulp komt voordat de Senshi-clan eraan komt. Maar zelfs met de hulp erbij zijn ze niet opgewassen tegen de grote overmacht van de Senshi. Er is nog maar een ding dat ze kunnen doen. De kans is niet groot maar er zijn verhalen dat er in de buurt van het fort nog een vechters stam leeft. Het zijn woeste krijgers die met duizend zijn. Ze worden de Hasanu genoemd. Er wordt beweerd dat ze nog steeds trouw aan de keizer zijn, hun hulp is het enige dat hun nog kan redden. Maar zullen ze bereid zijn te vechten?