De duivel en de maagd door Hubert Lampo

Beoordeling 7.9
Foto van een scholier
Boekcover De duivel en de maagd
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Klas onbekend | 2929 woorden
  • 30 maart 2000
  • 40 keer beoordeeld
Cijfer 7.9
40 keer beoordeeld

Boek
Auteur
Hubert Lampo
Genre
Geschiedenis
Mysterie
Taal
Nederlands
Vak
Eerste uitgave
1955
Geschikt voor
havo/vwo
Punten
2 uit 5
Oorspronkelijke taal
Nederlands
Literaire thema's
Dood,
Moord

Boekcover De duivel en de maagd
Shadow
De duivel en de maagd door Hubert Lampo
Shadow
ADVERTENTIE
Slim oefenen met Mijn Examenbundel

Wil jij onbeperkt online oefenen met examenopgaven, uitlegvideo's en examentips bekijken en je voortgang bijhouden? Maak snel een gratis account aan op mijnexamenbundel.nl. 

Ontdek Mijn Examenbundel

Zakelijke gegevens

Algemene

gegevens
Auteur: Hubert Lampo
Titel: De duivel en de maagd
Ondertitel: De roman van Blauwbaard en Jeanne d'Arc.
Aantal blz.: 207
Leestijd: 15 uur
Uitgelezen: 17 december 1999
Druk/jaar: 10e/1982
Eerste druk: 1955
Uitgever: Meulenhoff, Amsterdam

Verantwoording van de keuze

Mijn moeder werkt in een boekenwinkel. Een collega van haar zei me toen ik het over ‘De komst van Joachim stiller', had:" Als je dat boek leuk vindt, dan moet je ook de duivel en de maagd eens lezen; dat vind je leraar ook vast leuk". Nou, dat heb ik dus gedaan.
Verwachtingen vooraf

Zij vertelde me dat het boek over Jeanne d'Arc ging en dat het voor een groot deel waar is gebeurd, in de Middeleeuwen. Deze naam zei me wel iets en ik wist dat deze vrouw toen grootse legers aanvoerde, ik verwachtte dus dat het zou gaan over deze gevechten. Na het eerste hoofdstuk bleek dat al niet het geval te zijn, en ik snapte er niet veel van. Toen ben ik er een film over gaan kijken.
Eerste reactie achteraf

Ik vind dit werk 1 niet 2 een beetje 3 erg
spannend 3
meeslepend 3
grappig 1
realistisch 2
fantasierijk 1
origineel 3
goed te begrijpen 2
* Dit werk heeft me aan het denken gezet. Ja
* Ik heb iets aan dit werk gehad. Ja
Dit werk spreekt me heel erg aan omdat het erg interessant is en eigenlijk twee thema's heeft:
het verhaal van Gilles de Rais, en ‘het occulte'.
Samenvatting van de inhoud

Gilles de Rais, maarschalk van Frankrijk, woont de hoorzitting van zijn oorlogsmetgezel, Jeanne d'Arc, bij. Het vonnis is de brandstapel. Tot die tijd zal ze opgesloten worden in
Rouen.
Gilles reist af naar Rouen, verkleed als student om niet op te vallen. Hij vindt onderdak in café ‘de Gouden Aap' waar de soldaten ‘s avonds ook altijd komen. Er wordt dan ook altijd gedobbeld om geld. Gilles ziet zijn kans. Hij dobbelt tegen de hoofdwachter en wint alles. Wanneer deze wachter geen geld meer heeft vraagt Gilles hem nog een potje te spelen, maar dan om een uurtje bij de maagd(Jeanne d'Arc). Ook dat wint hij.

Wanneer hij bij haar in de cel komt lijkt ze een totaal ander mens. Ze is helemaal niet bereid meer te vechten voor haar leven en lijkt niet eens blij te zijn Gilles te zien. Hij vraagt haar mee, hij wil met haar vluchten, maar ze weigert en zegt dat als haar rechters haar dood willen dat ze maar dood moet, omdat alles zal gebeuren zoals het sedert de aanvang van de eeuwigheid geschreven staat.
Jeanne wordt verbrand. Gilles kijkt er met ontzetting naar. Die avond zitten er in ‘de Gouden Aap' niet alleen soldaten, maar ook burgers ambachtslui en vrouwen. Twee van de vrouwen pappen met hem aan, maar een van hen is bang, bang omdat ze vindt dat Gilles op de duivel lijkt. Gilles wil er niets van weten. De vrouwen nemen aan dat hij een aanhanger is van pater Bosquier.
Gilles raakt met hem aan de praat. Aan het einde van dit diepgaande, Godlasterende gesprek heeft Gilles een theorie bedacht, voor de dood van Jeanne, en de afwezigheid Gods daarbij; God walgt van zijn ganse schepping, zo erg, dat hij de totale mensheid de rug heeft toegekeerd. De duivel heeft God overwonnen!
Gilles woont een duivelse sabbat bij. Een groot houten monster dat als duivel dient wordt aanbeden en alles wat God verboden heeft wordt uitgevoerd.
Gilles heeft trekt zich op zijn landgoederen in Bretagne terug en leeft er in grote weelde en geeft paradijselijk zijn geld uit. Werkt zich daarmee ook diep in de schulden. Dit verontrust hem echter niet; hij is ervan overtuigd op het punt te staan, het geheim van het levenselixer en het alchemistisch goud te ontsluieren. Hij wordt daarbij bij geholpen door mythomanen, die hem bewust voorliegen dat je voor dat geheim bij de duivel moet zijn.
Hij probeert de duivel te paaien door hem offers te schenken die hij heeft overgehouden aan zijn sadistische driften. Zijn handlangers worden op pad gestuurd om kinderen weg te lokken of zelfs te roven, honderden kinderen, bij voorkeur van het mannelijke geslacht. Ze worden naar zijn kasteel gelokt, waar ze eerst ten prooi vallen aan zijn beestachtige geslachtsdriften om daarna op gruwelijke wijze vermoord te worden.
Maar door deze schulden werden steeds meer van zijn bezittingen hem afgenomen. Dat is echter niet hetgeen hem kwaad maakte; het was meer de houding van de hertog die zijn woede opwekte. Hij zon op wraak. Toen heeft hij een priester waarvan Gilles dacht dat hij zijn vroegere onderdanen zou hebben laten mishandelen uit zijn oude kasteel getrokken en
meegenomen.
Gilles is klaar om de duivel op te roepen. Samen met zijn magiër, Francesco Prelati, zet hij het tafereel klaar. Wanneer Prelati hem beveelt zijn ziel de duivel prijs te geven krabbelt hij terug.
Het duurt jaren voor het gerecht ingrijpt. Verpletterend zijn de getuigenissen op grond waarvan hij te Nantes als kindermoordenaar, bedrijver van sodomie en zwarte kunst en als godloochenaar voor het wereldrijk en kerkelijk hof wordt gedaagd. Hij blijft stellig alles ontkennen en beledigt het hof om de haverklap. Iets wat zijn situatie niet verbetert. Het is zelfs zo erg dat de kerkelijke ban over hem uitgesproken wordt.
Zijn vrouw (die hem eerder in het verhaal al verlaten had) en dominicaan Bosquier zoeken Gilles op in zijn cel en proberen hem tot bezinning te doen komen. De pater overtuigt Gilles ervan een vriend van hem te zijn en zelfs Gilles' kindertijd wordt in ogenschouw genomen. Er rolt een traan over zijn wang.
De volgende dag loopt hij vol berouw het hof binnen en hij gaat over tot het uitspreken van een pathetische biecht, waarin hij de ouders en verwanten van de door hem aan de duivel geofferde kinderen zijn wandaden beschrijft en hun om vergeving vraagt.
Zijn vertoning is zo aangrijpend dat de eerder over hem uitgesproken kerkelijke ban wordt opgeheven, doch, het vonnis luidt dat hij, samen met zijn trawanten, zal worden opgehangen en verbrand. Deze dag wordt hij, vergezelt door een talrijke biddende menigte, geleid naar het galgenveld, waar hij, zo wil de traditie het, en voorbeeldige christelijke dood zal sterven.
Verdiepingsopdracht 23

Zoek in secundaire literatuur (bijvoorbeeld in een literatuurgeschiedenis of in een recensie) informatie over thema en motieven in het werk dat je gelezen hebt en voeg er je eigen conclusies op dit punt aan toe.

Om iets te weten te komen over het thema ‘occultisme', en dan in het bijzonder duivelsverering en alchemie (dit waren de vormen van occultisme waar de hoofdpersoon uit het boek, Gilles de Rais, zich voornamelijk mee bezig hield), heb ik de boeken: ‘Art and symbols of the occult' van James Wasserman, en ‘Elseviers encyclopedie van het occultisme en de parapsychologie' van Richard Cavendish, geraadpleegd.
Tegenwoordig wordt alchemie of alchimie, vaker metallurgie genoemd. In moderne industrielanden is de metallurgie een onderdeel van de technologie, zonder enige ‘paranormale' implicaties. In het beginstadium echter werd het als geheimzinnige magische kunst beschouwd; een smid was evenzeer magiër en priester als vakman. In die tijd bereidden de Europese alchemisten hun wonderen diep in het geheim voor, en verhulden hun methoden in duistere symbolen en onbegrijpelijke formules, die zowel met scheikunde als geestelijke ontwikkeling te maken hadden.
De alchemisten stelden een bepaalde soort metaal aan hitte bloot, en vermengde het met een ander soort materiaal. Zij geloofden dat ze door hun geheime procédés lagere metalen konden omzetten in het waardevolste van alle metalen, nl. goud, terwijl zodoende de alchemist zelf de ‘gouden staat van geestelijke perfectie, kon bereiken. Men dacht dat de veranderingen die zich voltrokken in de materialen van de alchemist een weerspiegeling waren, zelfs deel uitmaakten van de geestelijke veranderingen van de alchemist.
Omdat de kennis der chemie in de Middeleeuwen gebrekkig was en de pogingen goud te maken (bijna) altijd mislukten, wendden latere beoefenaars zich af van de metaalbewerking, en legden zich geheel toe op de geestelijke kant van deze kunst.
Het hoofddoel van de alchemisten was het vinden van de Steen der Wijzen, waarmee men alle grondstoffen slechts hoefde aanraken om ze in goud te doen veranderen, en die tegelijk het levenselixer was, het geneesmiddel dat alle kwalen genas en dat onsterfelijk maakte. Alchemisten schreven erover in uiterst paradoxale taal. Het is een steen en het is geen steen, het komt in de natuur voor maar is miskend en veracht, onbekend en toch kent iedereen het, van vuur en van water, een gewichtloze vloeistof komend van god en toch niet komend van god.
Dat was ook hetgeen Gilles de Rais naar zocht, maar was er door zijn magiërs van overtuigd dat je het alleen kon verkrijgen als je de duivel goedgezind was, hem offers gaf en zelfs je ziel in zijn lot overliet.
Voor informatie over duivelsverering moest ik de encyclopedie openslaan, maar ook daar werd ik niet veel wijzer van. Er stonden wat voorbeelden van duivelvereerders in maar daar stond Gilles de Rais niet bij. Wat wel interessant is met het oog op de relatie tussen het thema en het door mij gelezen boek is een stukje dat ik letterlijk over zal schrijven. In tegenstelling tot wat sommige op sensatie beluste romans de oppervlakkige lezer zouden willen doen geloven, is echte duivelsverering -de bewuste aanbidding van de machten van het kwaad- en het is een betrekkelijk nieuw verschijnsel en hoewel het te ver zou gaan te stellen dat er in de Middeleeuwen geen individuele duivelvereerders waren, is het vrijwel zeker dat de georganiseerde groepen duivelvereerders pas in de 17e eeuw ontstonden.
Mijn conclusie is dat ik niet geloof in een duivel noch een god, laat staan dat alchemie of duivelverering ooit tot een of andere paranormale of spirituele ontdekking heeft geleid.
De persoonlijke beoordeling

Het onderwerp
* Ik vond het een interessant onderwerp.
* Het onderwerp was niet herkenbaar in mijn eigen belevingswereld.
* Voor ik dit boek las dacht ik wel na over dit onderwerp.
* Mijn mening over dit onderwerp is dat er niet in geloof.
* Het onderwerp had erg veel diepgang.
* Ik zou niks veranderen aan het onderwerp.
* Ik ken geen film die over dit onderwerp gaat.

De gebeurtenissen
* Ik denk dat de gebeurtenissen in dit boek even belangrijk zijn als de gevoelens en gedachten van de personen.
* Naar mijn mening waren er iets te veel gevoelens.
* De gebeurtenissen waren spannend.
* Ik vond de gebeurtenissen geloofwaardig, ze werden geloofwaardig beschreven.
* Er vonden schokkende gebeurtenissen plaats.
* De gebeurtenissen riepen gevoelens bij mij op.
* Ik vond het boek een mooie afloop hebben.
De personen
* De hoofdpersoon kwam levendig over.
* Ik kon me niet goed inleven ik de hoofdpersoon.
* Ik herkende geen eigenschappen van de hoofdpersoon in mijzelf.
* Ik herkende geen personen in mijn eigen leefwereld.
* Ik ben niet door het gedrag van de hoofdpersoon beïnvloed.
* Ik zou de hoofdpersoon niet anders laten handelen.
De opbouw
* Ik kon het verhaal niet vlot lezen.
* Er zaten delen in het boek die zaai en onbegrijpelijk waren.
* Het deel dat ik spannend vond was toen de hoofdpersoon berecht werd.
* Ik vond de afloop goed.
Het taalgebruik
* Ik vond het taalgebruik redelijk moeilijk.
* De gebeurtenissen werden op heldere wijze beschreven.
* De dialogen werden op natuurlijke wijze weergegeven.
* Ik zou de scene willen onthouden waarin Gilles in de gevangenis zit en bezoek krijgt
van Catherine en Bosquier.
Perspectief

Het verhaal wordt verteld in de ik-persoon, namelijk door Gilles de Rais. Hij vertelt wat hij heeft meegemaakt. Het laatste hoofdstuk wordt verteld door pater Bosquier, zodat het verhaal wat realistischer lijkt.

Titelverklaring

De duivel, uit de titel, is Gilles de Rais. Daar was hij bezeten van. De maagd, zo werd Jeanne d'Arc genoemd, en dat komt weer uit de legende die in Frankrijk tijdens grote armoede is ontstaan, die beweerde dat een maagd frankrijk er doorheen zou slepen.
Toen Jeanne d'Arc legers aan ging voeren dachten de Fransen dat zíj deze veelbesproken maagd was.

Mottoverklaring

Het motto is artikel 37 uit de akte van beschuldiging:

Item, que malgré lesdits serment, voeu et promesse, depuis ledit Gilles de Rais, accusé, ainsi que le chien retourne a son vomissement, aux lieux susdits inhumainement plusieurs enfants males et femelles tua et égorger, et ledit péché de sodomie fit et commit comme est dit ci-dessus et sa luxure, contre nature, ci-dessus, continua, et a cause duquel péché de luxure, contre nature, qui selon les dispositions de droit faites sur la terre, est pestilence sur terre, des conjurations et invocations de malins esprits qu'il fit et procura, et a cause de cela, Gilles, accusé, dans lesdits crimes et péché retomba et est retombé, et qu'ainsi fut et est vrai, public, notoire et manifesté.
Hier staat dat Gilles de Rais wordt beschuldigt van ketterij en het doden en wurgen van vele jongens en meisjes.
Tijd

Hubert Lampo heeft bij het schrijven van dit boek gebruik gemaakt van een historisch gegeven, namelijk de terechtstelling van Gilles de Rais.
Hij heeft dit verder uitgewerkt, maar heeft niet de nadruk gelegd op de historische feiten, maar op de gevoelens van Gilles de Rais.
Het verhaal speelt van maart 1431 tot oktober 1440.
Het verhaal is een grote flash-back, omdat Gilles zijn verhaal verteld als hij al terecht gesteld is en tot bezinning is gekomen. Hij besluit dan om zijn verhaal op te schrijven.
Het verhaal zelf is chronologisch verteld.
Eerst wordt lang niet alles verteld. Zo weet je bijvoorbeeld niet welke afschuwelijke dingen Gilles de Rais gedaan heeft, daar kom je pas tijdens de rechtszaak achter. Als veel ouders hem beschuldigen van moord op hun kinderen, komt beetje bij beetje de waarheid naar boven en dringt het langzaam tot je door wat voor dingen hij op zijn geweten heeft.
Je weet pas echt wat hij allemaal gedaan heeft, wanneer hij alles opbiecht.
Dit gedeelte van het boek, de rechtszaak, bevat dus veel flashbacks, er worden allerlei herinneringen opgehaald uit het verleden.
Versnellingen zitten er weinig in het verhaal, alleen reistijd wordt overgeslagen of heel snel afgehandeld.
Vertragingen zijn er meer, vooral bij de dialogen. (zoals bij het gesprek met Jeanne, de filosofische gesprekken en de rechtszaak)
Het verhaal speelt zich af in de 15e eeuw, dat is dezelfde tij als waarin deze gebeurtenissen, zich echt voltrekken.

Ruimte

Het verhaal speelt zich af in Rouen, bij de terechtstelling van Jeanne d'Arc bij. In tiffauges, waar Gilles de Rais allerlei wrede proeven uitvoert. En in Nantes, waar hij voor zijn wreedheden terechtstaat, en boet. In deze plaatsen hebben deze gebeurtenissen, ook werkelijk plaatsgevonden.

Personages

Gilles de Rais
Woont de ter-dood-veroordeling van zijn oorlogsgezel bij, raakt daarna bezeten van de duivel. Trouwt later met Catherine de Thouars. Experimenteert met alchemie en duivelsaanbidding en word daarom ter dood veroordeeld.

Jeanne d'Arc
Legeraanvoerster die door Frankrijk werd gezien als hun redder, maar door de kerk al s een bedriegster, omdat ze zij dat de profeten tot haar spraken. Werd daarom ook door de kerk terechtgesteld, en ter dood veroordeeld.
Catherine de Thouars
Cathérine de Thouars: vrouw van Gilles, trouw en toegwijd aan hem, vlak karakter. Probeert Gilles nog te waarschuwen met een brief over het feit dat ze in Nantes van zijn experimenten op de hoogte zijn.
Prelati
Afvallige priester die Gilles helpt bij allerlei magische proeven, hij is ook bezeten van de duivel, vlak karakter. Volgens Gilles de Rais, de enige persoon die hem strak in de ogen keek, en die hij zelfs vreesde.
Pierre de Bosquier
Dominicaan, priester, ook hij heeft in Rouen een tijdje getwijfeld aan het bestaan van God en werd daarom een ketter genoemd, maar hij is later overtuigend gelovig geworden. karakter
Stijl/opbouw

Hubert Lampo schrijft in dit boek naturalistisch, d.w.z.: bij zijn beschrijvingen haalt hij veel details aan, hij beschrijft alles uitvoerig. Hij schrijft veel uitgebreide zinnen, waarin hij rijke taal gebruikt.
Een "doorsnee" Nederlander zou nooit zo spreken.
Hij gebruikt ook oude woorden zoals "doch," en "thans." Er zitten veel dialogen in het boek, die meestal gaan over filosofische zaken.
Het boek is geschreven in de verleden tijd.
Een proloog is er niet, maar er is wel een epiloog.
Daarin heeft Pierre Bosquier, een dominikaan beschreven hoe het na het proces van Gilles afliep met hem.
Het boek is verdeeld in drie delen, die het eerste, tweede en derde boek genoemd worden. Het eerste boek speelt in Rouen, het tweede boek in Tiffauges en het derde boek in Nantes.
De hoofdstukken zijn genummerd met Romeinse cijfers.

Informatie over boek en schrijver

Hubert Lampo heeft bij het maken van dit boek gebruik gemaakt van een historisch gegeven, namelijk de terechtstelling van Gilles de Rais.
Hij heeft dit verder uitgewerkt, maar hij heeft niet de nadruk gelegd op de historische feiten, maar op de gevoelens van Gilles.
Het boek speelt in de vijftiende eeuw.
Dat is dezelfde tijd waarin het verhaal ook echt plaatsvindt.
Hubert Lampo is geboren in 1920 in Vlaanderen. Hij heeft \"de duivel en de maagd\" geschreven in 1955. In deze tijd schreef hij magisch-realistische romans, zoals meer Vlamingen in die tijd. Het is een stroming waarin veel over magie en bovennatuurlijke zaken wordt geschreven. Vaak zijn dit zwarte romans; romans die heel somber geschreven zijn en veel over de dood gaan.
Deze kenmerken zijn ook in \"de duivel en de maagd\" terug te vinden.

Eigen mening

Ik vond het een heel goed boek, alleen sommige passages vond ik wat moeilijk te begrijpen.
Ik vond vooral de passage goed waarin Bosquier en Catherine, Gilles de Rais terug aan de grond helpen waardoor hij weer het vertrouwen in god terug krijgt. Alleen is die passage ook de enige waar ik een aanmerking op heb, namelijk dat die passage vergeleken met de rest van het boek een beetje zoetsappig en paradoxaal is.

REACTIES

R.

R.

He! Bedankt voor je samenvatting. Dit was de enige echt nuttige inzending betreft de Duivel en de Maagd. Goed werk!

21 jaar geleden

C.

C.

Naturalisme is wel iets anders. Dat is namelijk dat men niet kan ontkomen aan zijn lot, terwijl je geloof ik iets anders bedoelt. Verder goed boekverslag!

12 jaar geleden

F.

F.

Bedankt! Je hebt me heel erg geholpen door jouw boekverslag!

11 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.