De brief voor de koning door Tonke Dragt

Gegevens

1. De datum is 14 juni 2001
2. De titel van het boek is “de brief voor de koning”.
3. De auteur is Tonke Dragt
4. Het genre is spanning en avontuur

Inhoud

5. Tiuri wordt in zijn riddernacht gewekt door een man. Hij brengt Tiuri bij De Ridder met het Witte schild. Van hem krijgt hij een brief voor koning Unauwen en een ring. Na een paar dagen reizen komt hij in kasteel Mistrinaut. Daar wordt hij gevangen genomen, maar later toch weer vrij gelaten door de Grauwe Ridders. De Grauwe Ridders brengen hem een eind weg. Dan moet hij de bergen over, samen met Piak. Ook wil Jaro mee reizen, een spion. Maar later vindt hij zijn eigen te zwak, en geeft hem informatie over Slupor, een andere spion. Als ze in Dangria aankomen, een stad na de bergen, worden ze gevangen genomen. Maar na een list kunnen ze ontsnappen. Dan komen ze bij de Regenboogrivier waar ze moeten betalen om er over te komen. Ze proberen het eerst met een boot maar als Tiuri de ring laat zien, mogen ze door. Dan komen ze bij koning Unauwen en die verteld na een paar dagen wat er in de tekst stond. Het ging over oorlog met een buurland, Evielan. Weer thuis aangekomen mag Tiuri toch nog ridder worden.
6. De hoofdpersoon in dit boek is Tiuri, een jongen van 16 jaar oud. Hij is de zoon van Tiuri de dappere, een vroegere ridder van koning Dagonaut. De belangrijkste bijpersonen zijn Piak, een jongen die woont bij Menaurus, in de bergen, en Slupor, die een spion is en probeert de brief van Tiuri te pakken te krijgen. Ook is de Ridder met het Witte schild een belangrijk persoon.
Het karakter van Tiuri is rustig, en erg wantrouwend tegenover iedereen, maar dat is niet zo gek met een belangrijke brief. Het karakter van Piak is dat hij erg druk is. Het karakter van Slupor is niet goed op te maken, en die van de Ridder met het Witte schild ook niet omdat hij dood is.
Het uiterlijk van Slupor was van groot belang. Hij had normaal zwart/bruinig haar maar had heel erge krachtige en scherpe ogen. Daar herkenden Tiuri en Piak hem aan.
Piak maakt in het boek een ontwikkeling door. Hij heeft eerst altijd in de bergen gewoond, hij had nog nooit plat land gezien en hij zou ook zeker nooit weg willen uit de bergen. Maar op het laatst als Tiuri terug gaat naar de stad van koning Dagonaut, komt Piak hem toch achterna, omdat hij bij Tiuri wil zijn.
7. Het verhaal speelt zich af in het land van koning Dagonaut en van koning Unauwen. Tussen die twee landen liggen de Grote bergen. Daar speelt het ook af.
Het verhaal speelt zich in twee verschillende landen af. De koningen zijn broers van elkaar, en de twee landen zien er bijna hetzelfde uit, alleen staan in het land van koning Unauwen, meer tolpoorten.
8. Het verhaal speelt zich af in ongeveer de Middeleeuwen. Toen bestonden er veel ridders en kastelen. Ook liepen ze noch met paard en wagen, dus het kan nooit kort geleden zijn dat het verhaal zich afspeelde.
De vertelde tijd is iets langer dan een maand. Dat wordt zo letterlijk in het boek gezegd.
De verteltijd is 340 bladzijden.
In het boek is wel sprake van een tijdversnelling. Dat is bijvoorbeeld op Tiuri’s terugreis. Over de heenweg doet hij denk ik 250 bladzijden en de terugreis is beschreven in 50 bladzijden. Hij gaat opeens van kasteel Mistrinaut naar de stad van koning Dagonaut.
Alles wordt wel in chronologische volgorde verteld. Eerst hoe hij aan de opdracht komt, dan zijn reis, en dan weer de terugreis.
Er zijn geen flashbacks in dit verhaal.
9. Het verhaal begint als Tiuri in de nachtkapel zijn nachtwakte doet. Dat betekent dat als hij een nacht daar doorbrengt hij de volgende dag zijn ridderslag zal krijgen. Hij wordt in de nachtkapel door de schildknaap van de Ridder met het Witte schild opgewekt. Hij krijgt dan een opdracht van de Ridder met het Witte schild.
Het verhaal begint met een Inleiding. Er wordt verteld over de Ridders van koning Dagonaut.
10. Het belangrijkste probleem in dit boek is dat Tiuri de brief moet brengen naar koning Unauwen. Hij wordt onderweg steeds lastig gevallen door Rode ruiters. Ook door spionnen van de vorst van Evielan.
Het boek heeft een goede afloop. Tiuri heeft de brief veilig en goed overgebrach naar de koning van Unauwen. Ook komt hij weer terug naar het land van koning Dagonaut, zijn eigen land. Daar wordt hij tot Ridder geslagen, en hij mag het paard van de Ridder met het Witte schild, Ardanwen, bereiden.
Het boek heeft een gesloten einde. Tiuri is weer terug in zijn eigen land, wordt ridder en heeft dus niks te klagen. Er kunnen geen andere gebeurtenissen bij komen.
Het boek is volgens mij best realistisch, maar dat is moeilijk te zeggen, omdat ik het me niet voor kan stellen dat dat nog zo gaat. Nu pak je gewoon even de telefoon of mail je even. Maar voor in die tijd geleefde mensen, zou het best realistisch kunnen zijn.
11. Het boek is vanuit het ik-perspectief geschreven. Je ziet de gevoelens en gedachtens van Tiuri.
Het perspectief blijft het hele boek hetzelfde.
12. De titel van het boek is dat Tiuri de brief bij de koning moet brengen.

Beoordeling

13. Ik vond het een heel mooi boek. Het was vooral spannend, vooral bij de stukken waarin Slupor voorkwam en met de Grauwe Ridders. Wel vond ik het niet al te leuk, dat het boek zo dik is. Als je achteraan bent, weet je niet meer wat er vooraan precies gebeurd is. Dan is het ook heel moeilijk een samenvatting te maken. Het boek was best makkelijk te lezen. Dat kwam omdat er achter in het boek een kaartje zat waar de belangrijkste plaatsen in voorkwamen.