Daniël Maandag door Yvonne Keuls

Boekverslag Nederlands – Daniël Maandag

De Titel: Daniël Maandag
De Schrijfster: Yvonne Keuls
De Uitgever: Malmberg
Het jaar van uitgave: 1988
Aantal hoofdstukken: 14 hoofdstukken
Aantal bladzijde: 78
Foto: Jutka Rona

1. Waar gaat het boek over? (Minimaal 100 woorden).

Het verhaal Daniël Maandag speelt zich af in de oorlogsjaren (2e wereldoorlog). Hij woont in een huis met zijn zus (Rosalinde), zijn vader en zijn tante. Het is een joods gezin. Zijn moeder zit in een sanatorium in Zwitserland, in de loop van het verhaal krijgen ze te horen dat ze gestorven is aan TBC (eind 1940). Daniël heeft een muzikale familie. Zijn vader is muziekleraar en heeft als hobby het repareren van klokken. Zijn zus speelt viool. De tante van Daniël vindt dat hij ook viool moet gaan spelen, maar Daniël heeft hier geen zin in. Omdat Daniël geen muziekinstrument bespeeld is hij een beetje een buitenstaander, daarom speelt hij veel op straat. Hier speelt hij met andere jongens. Op een dag in de oorlog komen er twee tantes op bezoek. Daniël moet op straat gaan spelen. Hij hoort dat zijn vader en zijn tantes ruzie hebben. Zijn tantes vinden dat hij moet onderduiken. Maar zijn vader wil dit niet, hij is in het bezit van vervalste papieren en hij vindt dit genoeg. Op straat hoort hij van de andere jongens dat hij uit een joodse familie komt en dat joden naar kampen in Duitsland worden gestuurd. Als hij thuis aan zijn vader vraagt hoe het precies zit krijgt hij een heel ingewikkeld verhaal te horen. Voor de zekerheid laten ze Rosalinde toch maar onderduiken, ze gaat naar een kennis van haar muziek leraar. Bij Daniël thuis wordt ook een schuilplaats gemaakt: in een luchtkoker tussen hun huis en het huis van de buren. Deze schuilplaats wordt samen met buurman Prakke gemaakt. Daniël moet oefenen om snel in de schuilplaats te komen. Tijdens de oorlog eten ze veel suikerbieten. Als Daniël een keer suikerbieten gaat snijden dan snijdt hij in zijn vingers. Na een tijdje gaat het zeer doen, dit zegt hij dan tegen zijn tante. Er wordt een dokter bij gehaald en er wordt geconstateerd dat hij voedselvergiftiging heeft. Omdat er weinig te eten is gaan ze bij de boeren langs om eten te halen. Ze geven een viool an de tante mee om te ruilen. Bij de vierde boerderij waar ze komen hebben ze succes. De boer wil de viool wel hebben voor zijn zoon. Als ze terug komen in hun eigen straat merken ze dat er een razzia aan de gang is. Daniël sluipt gauw hun eigen huis in, en ziet daar hoe zijn vader opgepakt en weggevoerd wordt. Hier stopt het boek. Je weet dus niet wat er daarna nog gaat gebeuren met Daniël.

2. Wat wil de schrijver in dit boek duidelijk maken? (Wat is haar mening over het onderwerp?)

De schrijver wil met dit boek duidelijk maken hoe het was om als jood de oorlog te moeten overleven. In het boek lopen ze tegen allemaal problemen aan die joden ook hadden tijdens de WO II. Ik denk dat de menig van de schrijfster Yvonne Keuls negatief is over het onderwerp: WO II. Ze heeft hem zelf ook gemaakt en ze weet dus waar ze over schrijft. De schrijfster wil de lezer dus informeren over het leven van een joodse familie in de WO II en dit doet wellicht op eigen ervaringen.

3. Welk perspectief wordt gebruikt: alwetend of personaal? Of is er sprake van een wisselend perspectief? Geef een voorbeeld uit het boek.

Het boek is geschreven in het personaal perspectief. De lezer komt wel gevoelens en gedachte van de hoofdpersoon te weten en men weet niet meer dan de hoofdpersoon zelf. Je ziet de gebeurtenissen door de ogen van Daniël.
Voorbeeld: wanneer Daniël van zijn vrienden door een mijnenveld moet lopen. Je ziet deze gebeurtenis door de ogen van Daniël. De gevoelens van zijn vrienden worden door de ogen van Daniël beschreven.

4. Hoe heten de hoofdpersonen?

De hoofdpersoon in het boek is Daniël Maandag
Andere rollen: zijn vader, zijn moeder, zijn tante en zijn zus.
Daniël Maandag: hij is een half joods jongetje, zijn vader is joods zijn moeder niet. In het begin van het boek is hij 7-8 jaar oud aan het einde van het boek 10-11 jaar. Hij is erg eigenwijs, hij heeft geen zin om viool te spelen. Verder is hij een klein mager jongetje. Hij heeft redelijk wat lef voor zijn leeftijd en daarom maakt hij aardig wat mee.
Daniël’s vader: zijn volledige naam Daniël Zacharias Maandag. Hij is een joodse man. Hij leeft voor de muziek. Hij is daarom ook muziek leraar. Daarnaast heeft hij een andere hobby: klokkenmaker. Hij is net zo als zijn zoon, best wel eigenwijs. Hij wil niet onderduiken omdat hij dan niet meer piano kan spelen. Uit eindelijk wordt hij opgepakt tijdens een razzia.
Daniël’s moeder: over haar wordt weinig verteld. Ze sterft aan TBC in een sanatorium in Zwitserland.
Rosalinde Maandag: zij is de ongeveer 2 jaar oudere zus van Daniël. Ze net als de rest van haar familie erg muzikaal. Ze wordt door haar tante en muziek leraar als een wonderkind aangezien en daarom wordt ze volgens Daniël voorgetrokken.

5. Veranderen ze in de loop van het verhaal? Vertel iets over deze verandering.

Daniël is de persoon wat echt verandert in het boek. In het begin is hij nog maar een klein jochie. Hij is dan nog vrij kinderlijk. Hij fantaseert over van alles en nog wat. Hij vindt de opmars van de Duitse soldaten eigenlijk wel leuk en spannend. Hij heeft nog niet het besef dat het mensen zijn met slechte bedoelingen. Aan het einde van het boek is hij een stuk volwassener. Hij begrijpt opdat moment een stuk meer van de wereld, dit komt vooral doordat hij veel heeft meegemaakt in de oorlog. Hij is dan zelfs instaat zijn tante Isabel te troosten.

6. Met welk personage kun jij je het best identificeren en waarom?

Ik denk met Daniël, hij is een avontuurlijke jongen die van alles meemaakt. Hij is ook best wel eigenwijs. Zijn familie vindt dat hij een muziekinstrument moet spelen, maar dit wil hij niet. Ik kan me hier ook wel in vinden, ik heb ook helemaal niks met muziek.

7. Waar speelt het verhaal zich af?

In het verhaal wordt niet precies duidelijk waar Daniël woont. Maar op een website waar ik naar een plaatje zocht van de voorkant van dit boek stond dat het zich afspeelde in Den Haag. Het verhaal speelt zich vooral af in het huis van Daniël, in de tuin, op straat en op boerderijen. Het verhaal loopt van 1940 tot 1944 (tot op de dag dat zijn vader wordt weggevoerd).

8. Zou jij dit boek iemand aanraden? Waarom wel? Waarom niet?

Ik zou iemand anders dit boek wel aanraden. Je moet wel houden van het genre oorlog. In het boek wordt alles mooi omschreven. Ik vind het wel jammer dat er ineens zo’n abrupt einde aan het boek komt: Daniël’s vader wordt opgepakt in zijn huis. Er wordt dan nog even iets verteld en dan stopt het boek. Op dat moment begon het net spannend te worden. Het boek kent geen happy end. Hij heeft beide ouders verloren. Je weet niet hoe het daarna met Daniël gaat. Ondanks dat is dit een boek wat ik iemand anders kan aanraden!