Carla, 15 jaar en zwanger door A.P. Wisse

Gegevens over de schrijver: De heer Wisse is geboren op 14 september 1946 in Zaamslag, Zeeuws Vlaanderen en woont sinds 1969 in Barneveld. Hij is getrouwd en vader van zes kinderen. Zijn hobby\'s zijn: geschiedenis, muziek, de natuur en schelpen verzamelen. Tot 1977 werkte hij in de grafische sector en sinds 1977 is hij journalist bij het Nederlands Dagblad. Eerst op de kerknieuwsredactie en nu op de research redactie. Hij heeft verschillende boeken geschreven. · 1981: Anti-abortus in perspectief · 1982: Jehova\'s getuigen aangeklaagd · 1983: Schelpen langs het strand · 1984: België · 1987: Geloof het of niet · 1990: Kan jou\'t schelen · 1993: Geloof je\'t zelf
Tussen 1980-1989 was hij redacteur van het blad \'Laat leven\' van de VBOK (Vereniging Ter Bescherming van het Ongeboren Kind). Dit boek is gebaseerd op wat de maatschappelijk werksters van de VBOK dagelijks in de hulpverlening van zwangere vrouwen en meisjes meemaken.

Personages: Hoofdpersoon: Carla - Carla is niet verlegen, maar in dit boek is ze erg gesloten. Dat komt omdat ze veel moet verwerken. Ze trekt zich niet veel aan van anderen. Zoals velen haar aanraden abortus te plegen, dat wil ze dan ook doen, maar dan vindt ze het heel erg dat ze Stan en Mieke moet teleurstellen met haar keus. Bijpersonen: de vader en moeder van Carla, Niels (Carla\'s vriend), Stan (Carla\'s vriendin), Mieke (van de VBOK)

Tijd en plaats: Het verhaal speelt zich af in onze tijd (1990). In het geheel duurt het verhaal ongeveer 9 maanden. Vanaf het begin van de zwangerschap tot op de dag van de geboorte. Carla is opgegroeid in een eenvoudig, niet-christelijk gezin. Het boek speelt zich af bij Carla thuis, bij Niels thuis en in de abortus kliniek.

Samenvatting: Als Niels en Carla elkaar weer zien na een lange vakantie, komt het naar voren dat ze veel van elkaar houden. Ze gaan op de kamer van de vriend van Niels met elkaar naar bed. Als er na een paar weken nog geen teken van menstruatie is, gaat ze zich ongerust maken. Ze vertelt het aan Niels, maar die denkt dat het allemaal nog wel mee zal vallen. Maar na een zwangerschapstest blijkt dat ze zwanger is. Het dreunt de hele tijd door haar hoofd; ik ben zwanger, ik ben zwanger. Na een poosje vertelt ze het aan haar vader en moeder. Die hebben ook moeite om het te verwerken. Daarna is er de vraag: wat nu? Volgens de vader en moeder van Niels is het beter dat ze abortus doet. Dan komt niemand het te weten en haar jeugd zal niet verknald worden. Carla denkt dat dit ook het beste is, maar toch is er telkens weer twijfel. Haar vriendin Stan zegt: “Je moet doen wat goed is voor jullie drieën, want het is al een kind.” Nu gaat Carla weer twijfelen. Als ze uit school komt en een poster ziet hangen van de VBOK, neemt ze contact op met Mieke, die bij de VBOK werkt. Mieke is begripvol en probeert haar ervan te overtuigen dat het al een kindje is en geen doodgewoon klompje. Dus geen abortus. Ook zegt ze dat de meeste mensen denken dat ze er vanaf zijn en rustig verder kunnen leven. Maar dat is niet zo, want na een tijdje gaat hun geweten knagen en dan is het te laat. Dit alles zet Carla aan het denken. Niels en haar vader willen haar overtuigen dat ze nog te jong is voor een abortus en dat haar toekomst in het water zou laten vallen. Uiteindelijk maakt ze toch een afspraak met een abortuskliniek. Ze krijgt nog bedenktijd. In die bedenktijd droomt ze over kinderen die schreeuwen dat ze willen leven. Ook komt ze onverwachts bij een vrouw in huis die aan Carla vertelt dat ze geen kinderen kon krijgen en dat ze nu toch een kind heeft, waar ze heel blij mee is. Carla weet het nog steeds niet en toch zit ze al in de bus die naar de kliniek gaat. De grote stap is gezet… ze kan geen kant meer op. Ze gaat een abortus doen. Toch blijkt dat ze nog wel terug kan, want als ze binnen is bij de abortuskliniek dan is ze er van overtuigd dat ze toch geen abortus wil. Een vrouw vindt dat raar maar de dokter zegt: “Als je het echt zeker weet, mogen wij je niet tegenhouden.” Opgelucht gaat ze naar huis. Er is bijna geen tegenspraak meer, omdat ze nu zeker weten dat Carla het kind wil houden. Na 7 maanden wordt er in het ziekenhuis een zoon geboren, Alex. Iedereen is blij dat Carla het kindje gehouden heeft. Niels blijft nog een paar jaar thuis wonen en dan zullen Niels en Carla gaan trouwen.

Compositie: Het boek heeft 96 bladzijden en het bestaat uit 15 betitelde hoofdstukken. Het boek begint dat Carla in de bus zit op weg naar de abortuskliniek, en vanuit de bus vertelt Carla het verhaal totdat ze uit de bus stapt. Dan gaat het verhaal weer verder in de directe tijd. De tijd daarvoor is een flashback. Het boek eindigt nadat Carla is bevallen.

Thema en titelverklaring: Het thema is ziekte. De titel heet zo omdat de hoofdpersoon Carla is. Zij is 15 jaar en zwanger. Dus vandaar de titel: Carla, 15 jaar en zwanger.