Scholieren tussen 13 en 17 jaar gezocht!

Doe mee aan dit korte onderzoek over statiegeld en maak kans op 20 euro Bol.com tegoed

Meedoen

Belledonne kamer 16 door Anke de Vries

Beoordeling 6.8
Foto van een scholier
Boekcover Belledonne kamer 16
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 3e klas havo | 2226 woorden
  • 16 december 2001
  • 54 keer beoordeeld
Cijfer 6.8
54 keer beoordeeld

Boek
Auteur
Anke de Vries
Genre
Dagboek
Jeugdboek
Taal
Nederlands
Vak
Eerste uitgave
1977
Pagina's
136
Oorspronkelijke taal
Nederlands

Boekcover Belledonne kamer 16
Shadow
Belledonne kamer 16 door Anke de Vries
Shadow
ADVERTENTIE
Examenstress? Niet met Examenbundel!

Over minder dan drie weken zit je jouw examens te maken. Slaat de examenstress toe? Sla nog snel Examenbundel, Samengevat en Examenbuddy in voor je probleemvakken en own je examens! Jij. Kunt. Dit.

Ik wil slagen
A. Zakelijke gegevens

1- Belledonne kamer 16
2- Anke de Vries
3- Lemminscaat Rotterdam 1977

B. Ik heb dit boek gekozen, omdat ik de meeste boeken van Anke de Vries erg mooi vind en ik veel positieve dingen over dit boek heb gehoord en gelezen. Ook speelde het stukje dat op de achterkant staat een grote rol, omdat dat wel veel vragen bij mij opriep.
C. Bespreking

1- Eerste persoonlijke reactie.
Nieuwsgierig makend, want iedere keer als Robert iets ontdekt wordt je vanzelf nieuwsgierig wat dat met de rest van het verhaal te maken heeft en er zitten veel open stukken in.
Origineel, want ik heb nog nooit zo’n soort verhaal gelezen waarin een jongen over het leven van een volkomen onbekende man dingen uit gaat zoeken.
Spannend want, iedere keer als Robert met iemand praat of iets doet merk je dat er iets niet helemaal goed zit in het dorpje Nizier.

Samenvatting
Als Robert samen met zijn moeder bij z'n grootvader aan het opruimen is na z'n overlijden, vindt hij een zakboekje en een kogel. Het is van ene Robert Macy. In het zakboekje staat maar weinig. Het eerste wat Robert leest, is: "Ik leef, ik leef. Mijn God hoe is het mogelijk." Er staan ook een aantal mensen in het boekje genoemd. Van alle namen zijn alleen de beginletter opgeschreven. Op een naam na; Eleonore. Ook staat de naam van een pension voluit geschreven; Belledonne. Voor de rest staan er alleen nog wat korte gedachtes. Robert besluit wat rond te trekken in Frankrijk, om het raadsel achter het boekje te vinden. Na lang zoeken komt hij bij Belledonne. Daar hoorde hij twee mensen ruzie maken. Hij besloot tussen beide te komen. Hij wilde een kamer huren, maar toen bleek dat het al jaren geen pension meer was, maar een gewoon café. Maar de man van het stel, monsieur Mons, wilde voor hem wel een uitzondering maken. Het waren erg brakke kamers, maar daar nam Robert wel genoegen mee. 's Avonds kreeg Robert van de man een rare opdracht: hij moest een gele roos op het graf van iemand legen die de volgende dag begraven zou worden. Robert beloofde hem het te doen.
De volgende dag ging Robert naar de begrafenis. Hij wachtte tot iedereen weg was, en legde toen de roos op het graf. Toen hij omkeek, zag hij iets verbazingwekkends. Hier rust Robert Macy, stond er, op de grafsteen naast die van Pauline (de vrouw die was begraven).
Toen hij die middag naar huis liep, vloog een bromfietser die met veel te hoge snelheid reed, uit de bocht. Robert snelde de bestuurder te hulp. Hij nam d'r mee naar het café, en daar werd goed voor haar gezorgd. Het meisje bleek de dochter van de net overleden dame te zijn, en ze heette Cristine. Samen met monsieur Mons moest Robert haar thuis brengen. Daar aangekomen werden ze meteen binnen gelaten. De stemming was erg treurig. Weer 'thuis' aangekomen, vroeg Robert aan monsieur Mons wie met madame de B. wordt bedoeld. Het was zo'n naam waarvan alleen de beginletter in het boekje stond. Meneer Mons dacht dat daar madame de Befort mee werd bedoeld. Dus besloot Robert de volgende dag naar haar toe te gaan. Toen madame de Befort hoorde dat Robert de neef was van Robert Macy (een smoes die hij gebruikte), werd hij er meteen uitgezet.
Op een middag ging Robert weer eens op bezoek bij Cristine. Samen gingen ze een ritje maken op de brommer. Ergens buiten de stad, informeerde Robert over de dood van Cristines moeder. "Ik denk dat ze er gewoon geen zin meer in had," zei ze. "Zelfmoord?" vroeg Robert. "Nee. dat hoort bij drukke mensen. En druk of spanning was er bij m'n moeder niet Er was helemaal niets aanwezig." "Kende je je moeder goed," vroeg Robert. "Niemand kende haar," was het vage antwoord. "En ze hield ook van niemand. Niet van m'n vader, niet van mij."
Het regende, keihard. Robert was een stukje gaan wandelen, maar toen was de lucht zwart geworden. Nu liep hij richting het café van Lucette. Daar ontmoette hij de oom van Lucette, die gestoord was. Door het onweer was hij bang geworden, en riep hij telkens: "Paf, paf, dood! Monsieurs Moustache!" Lucette legte uit dat Luncien (de oom) gek is geworden doordat de Duitsers hem aan het eind van de oorlog in een ravijn gegooid.
Toen Robert die avond thuis kwam, werd hij weer opgewacht door monsieurs Mons. Daar praatte ze samen over dokter Pascal, die in Nizier had gewoond in de 2e wereld oorlog. Robert dacht dat dat de P. uit het zakboekje was. Dus besloot Robert hem maar eens op te zoeken.
Dokter Pascal wist meteen wie Robert Macy was. "Dat is die jongen die ze aan het eind van de oorlog te pakken hebben gehad tegelijk met Lucien." Toen realiseerde Robert zich dat de L. die in het boekje voorkomt wel Lucien moet zijn. De dokter ging over Macy vertellen: "Robert Macy was een expert in ontsnappen, en is op wonderlijke wijze uit een concentratie kamp weten ontsnappen. In dat kamp is zijn hele familie uitgemoord. Amacy kwam na zijn ontsnapping aan bij madame de Befort, die al veel mensen had laten onderduiken. Daar ontmoette hij een meisje wat daar ook vaak over de vloer kwam. Ze werden verliefd, en ontmoetten elkaar in het geheim. Op een dag was het gebeurd. Ze hadden hem te pakken gekregen, en die Lucien hebben ze ook in het ravijn gegooid." "Dat meisje waar Robert Macy van hield, was dat Eleonore? Die naam komt namelijk vaak in het boekje voor, en is de enige naam die vol uit word geschreven." Vertelde Robert. "Nee, ze heette Pauline Gireauld." "Dat is die vrouw die laatst is begraven," zei Robert verrast. Later vroeg Robert nog aan dokter Pascal of hij misschien wist waar de laatste naam, monsieurs M, voor stond. Ook hij wist dat niet.
Weer in Nizier terug gekomen, hoorde Robert dat Cristine weer terug ging naar haar woonplaats, eerder dan geplant. Toen Robert haar belde, kreeg hij te horen dat het moest van monsieur Girauld. Cristine wilde het adres doorgeven, maar opeens werd de telefoon opgehangen. Dus besloot Robert naar haar toe te gaan. Daar zag hij vanaf een afstand monsieur Girauld zitten, aan een tafel, met een fles alcoholische drank. Opeens stond hij op, pakte een boek uit de kast, en pakte er iets uit. Het was een sleutel. Hij deed er een bureaula mee open, en pakte daar weer iets uit. Het was een pistool! Ging hij zelfmoord plegen? Robert moest wat doen, dus ging hij inbreken. Op een goed moment ging hij door de openstaande achterdeur naar binnen, en liep naar het bureau waar daarnet monsiuer Girauld nog zat. Robert griste het pistool uit de la, en verliet het gebouw.
Robert was uitgenodigd door madame de Befort, om een keer koffie bij haar te drinken. Aan de tafel praatte ze over wat er nou precies was gebeurd met Robert Macy: "Op de avond dat Macy vermoord werd, zat Pauline, ook wel Eleonore genoemd, in het pension te wachten op de komst van Robert. Toen hoorde ze schoten. Ze was er naartoe gegaan, en had hem daar gevonden. dood. Ik vraag me af hoe Robert Macy, die altijd zo goed op de hoogte was van gevaar, zo'n makkelijke prooi kon worden van de Duitsers." "Er staat nog een monsieur M. in het boekje, weet u misschien wie dat kan zijn?" vroeg Robert, toen het weer stil was geworden. "Het kan natuurlijk monsieur Moustache zijn," zei madame de Befort. Robert stokte. "Wie was dat?" "Dat was de naam die Lucien voor monsieur Girauld had verzonnen," was daarop het antwoord.
's Middags besloot Robert dan maar naar monsieur Girauld te gaan. Daar aangekomen vroeg Robert om het adres van Cristine. Maar Girauld weigerde. Robert vertelde dat hij had beloofd Cristine op te zoeken in Parijs. Monsieur Girauld negeerde hem. "Is het om Robert Macy?" vroeg Robert. "U haatte hem immers?" "Wat wil je?" zei monsieur Girauld verbaasd? "De waarheid," was het antwoord. Eerst ontkende monsieur Girauld nog, maar toen Robert met de bewijzen kwam, werd hij boos. "Vuile jood! Dat was die oom van je! En die had wat met MIJN dochter! Ja, ik heb hem gedood. Op een avond heb ik hem op gewacht. Hij was niet slim! Hij liep recht op me af toen ik hem riep. Ik schoot."
De volgende ochtend hoorde Robert dat monsieur Gilaurd zelfmoord heeft gepleegd.
Onderwerp:

Ik had niet verwacht dat het verhaal opeens ook een beetje over de tweede wereldoorlog ging ik vond het ook best bijzonder hoe je op gegeven moment erachter komt dat Robert Macy in de 2e WO dood is geschoten.
Ik ben door het verhaal anders op dit onderwerp gaan kijken, want het is eigenlijk best wel erg dat iemand een moord pleegt en er zoveel jaren zomaar mee kan leven zonder dat iemand anders het weet.

Gebeurtenissen:

Ik vind dat het verhaal genoeg gebeurtenissen bevat om mij te boeien, want ik heb dit boek met veel plezier gelezen doordat er zoveel gebeurt
Het stuk dat monsieur Gilaurd bekend dat hij de moordenaar was heeft het meeste indruk op mij gemaakt, omdat dat beschrijft hoe verraderlijk sommige mensen kunnen zijn.

Personages:

Ik heb bewondering voor het doorzettingsvermogen van Robert, omdat hij ondanks alle dingen die hij ontdekt toch doorgaat met het mysterie op te lossen.
Ik ben het eens met de beslissing van Robert om het pistool van monsieur Gilaurd te stelen. Ik ben het alleen niet eens met de beslissing om te vertellen dat hij hem doorheeft, want dat was waarschijnlijk de grootste reden waarom hij zelfmoord had gepleegd
Ik vind dat de personages niet voorspelbaar reageren en ik vind dat best leuk, want dat houd de vaart in het verhaal.

Bouw

Ik vind het verhaal spannend, omdat alles wat robert ontdekt heel onvoorspelbaar is.
Ik vind het verhaal best boeiend, want ieder keer als je een bladzijde leest wil je de volgende ook lezen.
Er zitten veel terugblikken in de tekst, ik vind dit niet storend maar best normaal, omdat het verhaal om een terugblik gaat.
Ik vind het eind best goed, want hij heeft het raadsel opgelost en hij kan in Nizier blijven.

Taalgebruik

Ik vond het verhaal niet lastig om te lezen, alhoewel er best veel moeilijke en Franse, maar toch werden ze goed uitgelegd.
Ik vind dat de taal heel goed bij het gedrag van de mensen en bij het onderwerp past.

Verwerkingsopdracht

- Robert Reuling; Robert is ongeveer 16 jaar, maar zijn leeftijd niet precies wordt genoemd. Hij kan makkelijk vrienden maken, en kan ook goed geheimen bewaren. Hij is nooit boos, en altijd vriendelijk. Over zijn uiterlijk wordt niet geschreven. Robert is soms wel twijfelachtig, maar is bijna nergens bang voor. Hij gaat recht op z'n doel af. Andere mensen helpt hij graag. Hij is weinig eisent. In het begin was het voor Robert een gewone vakantie. Aan het eind van het verhaal besluit hij nog langer te blijven, omdat hij zich in het dorp thuis voelt. Door zijn spontane karakter is hij snel geliefd bij de andere personages. Als hij boos is, zegt hij dingen die hij eigenlijk niet had durven zeggen. Z'n opvattingen zijn vrij standaard. Maar het is niet iemand die meteen z'n oordeel uitspreekt, over iemand.

- Robert Macy; Hij wist altijd aan de Duitsers te ontsnappen in de 2e wereld oorlog. Van hem was het boekje wat Robert (andere) een aantal jaren later vond. Vanwege de geheimzinnige teksten is Robert naar hem opzoek gegaan. Doordat hij al dood was, had hij geen verhouding met de hoofdpersonage. Hij was verliefd op de moeder van Cristine.

- Monsieur Mons; Hij is oud, en kan moeilijk lopen. Hij zweet heel veel, en stinkt. Hij verhuurt een kamer aan Robert. Hij geeft Robert de opdracht een gele roos bij het graf van Pauline te leggen. Hij komt bijna nooit buiten, en dus is de verhouding tot de andere personages onduidelijk.

- Lucette; Ze is aardig tegen Robert, en ook tegen de andere mensen. Ze werkt in een café, en als ze wegloopt hebben haar heupen veel bekijks. Ze helpt Robert als hij in de problemen zit.

- Cristine; Ze is in de war. Ze kende haar eigen moeder niet goed, en was dus niet onder de indruk tijdens de begrafenis. Tegen Robert was ze niet erg vriendelijk, in het begin. Later bespreekt ze haar problemen met hem.

- Pauline; Leeft niet meer op het moment dat Robert in de stad komt. Dan wordt ze net begraven. Ze zei gaf om niemand of niks. Er kwamen altijd mannen bij haar over de vloer, maar het was binnen een korte tijd weer "uit". Tijdens de oorlog kwamen zij en Robert Macy in het geheim samen. Na Robert Macy z'n dood is ze nooit meer normaal geworden. Ze wilde naast Robert Macy begraven worden.

- Monsieur Gireauld; Het is een ouwe man, maar sterk en nooit ziek. Hij is fel tegen Robert. Dat komt onder andere omdat Robert heeft ontdekt dat hij Robert Macy heeft vermoord

- Madame de Béfort; Ze komt ongeinteresseerd over. Ze is oud, en heeft in de 2e wereld oorlog Robert Macy geholpen met onderduiken. Eerst stuurt ze Robert (andere) weg als hij aanbelt. Later legt ze het hele verhaal aan Robert uit.

REACTIES

B.

B.

heb jij een foto van Anke De Vries voor mijn boekverslag???
ik zou heel blij zijn als je voor mij er een heb!!!
oke dan
daaaaaag
afz:bahar
ps:niet vergeten A.U.B

23 jaar geleden

M.

M.

Mooi boekverslag, door jou kan ik mijn verwerkingsopdracht maken, bedankt :)!
XXX
Marjan

22 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.