Titel + auteur:Kinderjaren, Jona Oberski
Eerste druk:1978
Korte achtergrondinformatie van de schrijver:
Naam: Jona Oberski
Geboortedatum-sterftedatum: 20 maart 1938 - heden
Andere werken: De ongenode gast (1995) en de eigenaar van niemandsland (1997)
Korte achtergrondinformatie auteur: Jona Oberski werd in 1938 in Amsterdam geboren en is auteur en ex-fysicus. Kinderjaren werd verfilmd als JonahWhoLived in theWhale, op dvd uitgebracht als Look totheSky, winnaar van het zeventiende Internationaal Filmfestival van Moskou in 1993. Boek en film wonnen datzelfde jaar de vijftiende Efebod’Oro op het festival van Sicilië.
Inhoud:
Korte samenvatting van de inhoud:
I
Het boek gaat over een jongetje van Joodse afkomst. Met zijn vader en moeder woont hij in Amsterdam. Op een dag worden hij en z’n moeder per ongeluk naar Westerbork gestuurd. Na een week mogen ze weer naar huis. Kort daarop is hij jarig; hij krijgt erg veel cadeautjes, waaronder een harlekijntje. De invloed van de oorlog wordt steeds voelbaarder, met name de Jodenhaat wordt duidelijker. De kruidenier wil niets meer aan hen verkopen, maar de glazenwasser komt nog steeds.
II
Hij moet nu een Jodenster dragen. Bij een inval door soldaten moeten ze hun huis uit. Ze moeten naar het Muiderpoortstation, waar ze op de trein gezet worden naar Westerbork. De ouders denken of willen denken dat ze naar Palestina gaan; ze hoeven alleen nog maar de papieren klaar te krijgen. Op een dag worden er mensen omgeroepen die weg mogen uit dit kamp. Zij horen daar ook bij. Helaas gaan ze niet naar Palestina, maar naar een ander kamp waar zijn vader gescheiden wordt van hem en zijn moeder.
III
Hij mag in het nieuwe kamp af en toe mee om de keukenpannen schoon te maken, pas de tweede keer snapt hij dat hij ze leeg moet eten. Op vaders verjaardag zien ze vader eindelijk weer, moeder heeft een taart gemaakt van aardappelen en broodkruimels. Als zijn vader ziek wordt en naar de ziekenbarak moet bevalt hij dit wel, omdat hij zijn vader nu vaker ziet. Als hij van de dokter zijn moeder moet gaan halen omdat zijn vader niet lang meer heeft te leven verdwaalt hij en vergeet de boodschap door te geven. Toch zijn ze er net op tijd bij om vader te zien sterven. Nu moet hij van de grote kinderen een proef afleggen om te bewijzen dat hij bij de groten hoort. Hij moet het ketelhuis binnengaan, hier blijken allemaal lijken te liggen. Als hij zijn moeder hierover vertelt, zegt zei dat dit het knekelhuis heet. Hij mag er nooit meer komen en wordt van top tot teen behandeld met ontsmettingsmiddel.
IV
Moeder en hij vertrekken weer met een andere trein. Nog steeds wordt hem verteld dat ze op weg zijn naar Palestina. Hij heeft geslapen en zijn moeder vertelt hem dingen die hij zich niet kan herinneren. Zij zegt hem dat ze al twee weken in de trein zitten. Als de trein voor langere tijd stopt gaat hij met Trude, een vrouw die hij al kent van voor het kamp, brandnetels zoeken om soep van te koken. De volgende dag komen de Russen hen bevrijden, ze nemen de Moffen mee. De mensen uit de trein worden ondergebracht in verschillende huizen in Tröbitz. Zijn moeder is ziek en wordt naar het ziekenhuis gebracht. Hij slaapt bij Trude en Eva op een kamer. Hij bezoekt zijn moeder nog een keer in het ziekenhuis. Ze is er slecht aan toe, het lijkt of ze gek geworden is. Later zegt Trude dat de weg afgesloten is en hij niet naar zijn moeder kan, maar ze liegt want zijn moeder is dood. Eva vertelt hem dat zijn moeder dood is. Hierop wordt hij zo boos op Trude dat hij koorts krijgt en vijf dagen ziek op bed ligt.
V
Met een Canadese vrachtwagen gaan ze terug naar Amsterdam. Meneer Paul en zijn vrouw willen hem wel adopteren. Eerst weigert hij te eten. Hij kotst ook alles uit, maar omdat hij nu een grote jongen is, hij is immers acht, moet hij het zelf opruimen.
Personages:
Hoofdpersoon: Jongetje met joodse afkomst. Aan het begin is hij 3 of 4 jaar oud en op het einde 8 jaar. Hij snapt niet veel van de oorlog, zo vindt hij zijn ‘vrienden’ belangrijker dan de dood van zijn vader.
Helper: Moeder. Als haar man (de vader) sterft is het jongetje (haar zoontje) het enige wat ze nog heeft. Ze houdt veel van hem.
Relatie helper- hoofdpersoon: De moeder beschermt de hoofdpersoon (haar zoontje).
Tegenstander: De Tweede Wereldoorlog.
Relatie tegenstander – hoofdpersoon: In de Tweede Wereldoorlog worden joden verplaatst naar onder ander Westerbork. Ook in dit verhaal gebeurt dat. Gelukkig komt de bevrijding op tijd voor de hoofdpersoon en de moeder.
Perspectief
Perspectief: het verhaal zie je door de ik-perspectief. Van het jongetje. Het wisselt niet af tussen de hoofdstukken.
Betrouwbaarheid: het is niet echt betrouwbaar, want je ziet hoe een klein jongetje (die eerst 3 was en op het einde 8 jaar) een oorlog meemaakt en in een concentratiekamp terecht komt. Kleine kinderen kunnen dingen anders interpreteren en denken dat je op veel plaatsten kunt spelen, zoals in dit geval het knekelhuis.
Citaat als voorbeeld: 'Toen ik lag was ik bang dat ik eruit zou vallen als ik mij zou omdraaien in mijn slaap. Mijn moeder sprak met de mensen af dat ik op een bank mocht liggen om te slapen. Iedereen zou om de beurt op de bank slapen. Zij stond haar beurt aan mij af. Ik kon niet inslapen en ik mocht weer opstaan. Het was donker. Af en toe vlogen er vliegtuigen over. In de verte klonken schoten. Verder hoorde ik alleen de slapende mensen ademen.’ Blz. 92.
Tijd en structuur
Chronologie: Alles gebeurt in de goede volgorde en duurt zo’n vijf jaar. Er worden wel flinke tijdsprongen gemaakt, de beschrijving van de oorlogsjaren is maar heel kort. Voor je het weet, is de oorlog voorbij. Vooruit- en terugwijzingen zijn er niet.
Verteltijd - vertelde tijd: De verteltijd is gemiddeld een hoofdstuk per gebeurtenis. De vertelde tijd wisselt per hoofdstuk. Soms lees je een middag en de andere keer lees je een soort van samenvatting van een periode.
Spanning
Openplek 1: De titel, Kinderjaren.
Antwoord openplek 1: Het gaat over een joods jongetje die zijn jeugd doorbrengt in de Tweede Wereldoorlog en op een concentratiekamp.
Openplek 2: Fout Westerbork.
Antwoord openplek 2: Er wordt hier geen antwoord op gegeven. En je komt ook niet te weten hoe de moeder wist dat er een fout was gemaakt.
Openplek 3: Naam hoofdpersoon.
Antwoord openplek 3: De naam wordt niet genoemd in het boek, dat geldt ook voor de vader en de moeder.
Thematiek
Thema:De joden in de Tweede Wereldoorlog.
Motief 1: Slechte omstandigheden in de kampen.
Relatie motief 1 – thema: In de oorlog werden joden naar kampen gebracht en vaak ook uitgebuit en later vermoordt. Ook waren die kampen geen pretje om in te zijn, want je kon snel ziek worden en eraan doodgaan.
Motief 2: De dood van de ouders van de hoofdpersoon
Relatie motief 2- thema: Tijdens de oorlog en ook kort daarna vallen veel doden, waaronder ook de ouders van het jongetje. De vader gaat dood in het kamp en de moeder gaat dood na de bevrijding.
Motief 3: Doorreis Palestina.
Relatie motief 3- thema: Wat ik niet wist is dat de joden in de oorlog naar Palestina wilden vluchten. Ook in dit boek wilden de ouders en het jongetje naar Palestina toe. Helaas is dat niet gelukt.
Titel
Titelverklaring: De titel van dit boek is duidelijk, met Kinderjaren worden de kinderjaren bedoeld van de hoofdpersoon, die heel zwaar waren vooral de jaren in de concentratiekampen, waar hij beide ouders verloren is.
Mottoverklaring: Het motto van dit boek is wat minder duidelijk, het motto is:
Gras, in een blauwe theepot, apart tussen het groeiend uitbloeiend, doorlevend gras gezet.
Judith Herzberg
Uit: 'Beemdgras en zachte dravik'
Hiermee kunnen twee dingen bedoeld worden;
Met het gras worden mensen bedoeld. Het gras in een blauwe theepot apart tussen het groeiend, uitbloeiend, doorlevend gras gezet slaat op de joden die in een concentratiekamp gezet worden, apart van de 'andere' mensen, die doorleven of uitbloeien: worden vermoord.
Met het gras dat apart in een blauwe theepot is gezet, wordt de hoofdpersoon, het jongetje zelf, bedoeld. Het jongetje heeft de oorlog overleefd en voelt zich alleen zonder zijn dode familieleden: het uitbloeiend, doorlevend gras.
REACTIES
1 seconde geleden