De schrijver
Monsieur Ibrahim et les fleurs du Coran is geschreven door Eric-Emmanuel Schmitt. Schmitt is geboren in Lyon op 28 maart 1960. Op dit moment wordt hij erg veel gelezen, nagespeeld, en vertaald. Zo schreef hij 4 boeken die elk over een andere religie gingen, het jodendom, het christendom, het boeddhisme en natuurlijk over de islam . Zelf gelooft hij wel in god, maar dan in een god zonder religie. Naast zijn boeken over de verschillende religies schrijft hij ook veel toneelstukken. Momenteel leeft hij in Elsene , in belgië.
Algemene informatie
De versie die wij in de klas gelezen hebben is uitgegeven door Wolters Noordhof in 2001. De Franse uitgever is Albin Michel S.A.. de door ons gelezen versie heeft 40 pagina’s, en achterin nog een woordenlijst. De omslag is ontworpen door Studio Eric Wondergem BNO in Baarn.
Samenvatting verhaal:
Het boek gaat over de joodse jongen Momo, hij is dertien jaar oud en hij leeft in een achterbuurt van parijs. Zijn moeder is vlak na zijn geboorte met zijn broer weggegaan.
Momo moet altijd boodschappen doen van zijn vader, zijn vader geeft hem altijd heel weinig geld mee, precies genoeg om eten voor de dag te kopen. Daarom steelt Momo blikjes in de kruidenierszaak van meneer Ibrahim. Op die manier houdt hij geld over, en met dat geld gaat hij naar de hoeren, omdat hij denkt dat hij dan een echte man is. Momo voelt zich niet schuldig dat hij van meneer Ibrahim steelt, want het is toch maar een Arabier. Later komt Momo erachter dat meneer Ibrahim geen Arabier is, maar dat Arabe betekent dat de winkel van 8 uur s ’ochtends tot 12 uur s ’nachts open is, ook op zondag. Meneer ibrahim weet de hele tijd al dat Momo steelt, en op een gegeven moment zegt hij dat ook tegen Momo, dan leert hij Momo ook trucjes om minder geld uit te geven, zodat hij geld overhoudt voor de hoeren. Meneer Ibrahim leert Momo nog veel meer dingen, zo vertelt hij hem dat je altijd moet lachen, want dat je dan alles kan krijgen wat je wil. Alleen zijn vader stelt het niet op prijs dat Momo lacht, maar bij zijn vader doet Momo eigenlijk nooit iets goed, want zijn oudere broer, Popol, die samen met zijn moeder vlak na Momo’s geboorte is vertrokken, zou het toch allemaal beter doen.
Op een dag is Momo’s vader zomaar verdwenen. Hij heeft wel een briefje achtergelaten waarin hij vertelt dat hij weg is en dat hij al zijn geld voor Momo heeft achtergelaten, ook staan er 4 namen op met mensen die Momo moet informeren. Momo wil niet dat bekent wordt dat zijn vader verdwenen is, dus doet hij alsof zijn vader er nog is. Hij kookt voor 2, dekt de tafel voor 2, en zit zelfs een paar avonden per week met zijn vaders kleren aan in de stoel van zijn vader. Op een dag staat de politie aan de deur, en die vertellen Momo dat zijn vader voor de trein gesprongen is. Ze willen dat Momo naar Marseille gaat om het lichaam te identificeren. Meneer Ibrahim zegt dat hij in plaats van Momo naar Marseille gaat om dit te doen.
Een tijdje later staat er opeens een vrouw voor de deur van het appartement van Momo, die beweert dat ze de moeder van Momo is. Momo zegt dat hij Mohammed heet, en dat Moïse (de echte naam van Momo) vertrokken is. In dit gesprek komt Momo er ook achter dat zijn zogenaamde broer Popol helemaal niet bestaat. Na dit alles adopteert meneer Ibrahim hem. Om dat te vieren gaan ze samen een auto kopen. Meneer Ibrahim laat bij aankoop een papier zien waarvan de man die de auto’s verkoopt denkt dat het zijn rijbewijs is (het is in een andere taal, iets van egyptisch ofzo geschreven) terwijl dat niet zo is. Omdat meneer Ibrahim niet meer weet hoe je moet rijden, besluit hij rijles te nemen. Momo kijkt mee vanaf de achterbank.
In de zomer vertrekken ze samen richting de zee waar meneer Ibrahim geboren is. Tijdens deze reis vertelt meneer Ibrahim veel over zijn leven en zijn geloof. Nog voordat ze bij de zee zijn gearriveerd gaat meneer Ibrahim dood. Eenmaal thuis aangekomen merkt hij dat dit al die tijd al het plan van meneer Ibrahim was geweest, en dat deze hem alles heeft nagelaten, ook een koran met daarin gedroogde bloemen.
De hoofdpersonen
Als eerste heb je natuurlijk Momo, dat is een joodse jongen van 11 jaar oud. Hij woont samen met zijn vader. Hij heeft het idee dat hij het naar zijn vaders idee nooit goed doet, dat komt doordat zijn vader altijd zegt dat Popol, de broer van Momo die eigenlijk helemaal niet bestaat, het veel beter zou doen. Ik kreeg het idee dat Momo niet heel goed nadenkt over anderen. Dat komt doordat hij steelt van meneer Ibrahim, en dat hij dan vindt dat het dan toch niets uitmaakt omdat het maar een arabier is. En daarnaast ook nog aan de manier waarop hij reageert als zijn vader doodgaat, dan doet hij gewoon alsof hij nog bestaat. Momo is dik en moet van zijn vader heel veel doen, zoals koken, boodschappen doen en studeren.
Naast Momo heb je natuurlijk ook nog meneer Ibrahim, dit is een wijze oude man. Meneer Ibrahim runt een kruidenierswinkel in de wijk van Momo. Soms krijg je het idee dat hij gedachten kan lezen, want hij heeft meteen door dat Momo denkt dat hij een arabier is. Daarnaast weet hij ook meteen dat Momo steelt. Hij wordt niet boos als Momo steelt, wat er voor zorgt dat je de man nog wijzer gaat vinden. Meneer Ibrahim is moslim, en gelooft daardoor ook in de koran, waar hij Momo veel over vertelt. Hij krijgt een erg bijzondere band met Momo, en als diens vader doodgaat, adopteert hij Momo. Meneer Ibrahim heeft pistache kleurige ogen, draagt altijd een grijze broek met een wit overhemd. Zijn tanden zijn ivoorkleurig en hij heeft een droge snor. Hij lacht veel, wat hij later ook aan Momo leert, maar daarentegen zegt hij erg weinig.
Verder heb je ook nog Momo’s vader, hij is advocaat en, blijkt later in het boek, ook behoorlijk ongelukkig. Hij heeft zijn ouders in de tweede wereld oorlog verloren. En het feit dat hij Joods is, is voor hem dan ook niet meer dan een ongelukkige herinnering. Hij is erg zuinig en hij is van mening dat geld om te sparen is en niet om uit te geven. Zijn vader vindt dat Momo het nooit goed doet, Popol zou het altijd beter doen.
Thema en motief
Ik denk dat de 2 belangrijkste thema’s in dit boek vriendschap en religie zijn. Als eerste heb je natuurlijk de religie, die een belangrijke rol speelt. Zo is het feit dat Momo’s vader joods is, en zijn ouders in de 2e wereldoorlog gestorven zijn, belangrijk voor het boek, omdat zijn vader daardoor zelfmoord pleegt. Daarnaast heb je natuurlijk meneer Ibrahim, die moslim is, en verschillende wijsheden uit de koran haalt, waar hij Momo veel over verteld. Verder is vriendschap natuurlijk erg belangrijk, namelijk de bijzondere vriendschap tussen meneer Ibrahim en Momo.
Dan heb je natuurlijk nog de motieven, een van de belangrijkste is de betekenis van het woord Arabe, eerst denkt Momo dat dat betekent dat meneer Ibrahim arabisch is, maar later komt hij erachter dat dat betekent dat de kruidenier van s’ ochtends vroeg tot s’ avonds laat open is. Verder kon ik eigenlijk niet echt een motief vinden, maar waarschijnlijk heb ik dat dan gemist.
Tijd
het boek speelt zich af in de jaren 50 van de vorige eeuw en is chronologisch verteld. De vertelde tijd is moeilijk te beoordelen, maar ik schat dat het boek zich in ongeveer een half jaar à driekwart jaar afspeelt.
Opbouw boek
Het boek bestaat uit 40 bladzijden, geen voorwoord en geen nawoord. Het eigenlijke verhaal begint pas op bladzijde 5. Het boek heeft geen hoofdstukken. Daarnaast is er ook geen moto of inhoud. Het boek bestaat dus eigenlijk alleen maar uit het verhaal en een woordenlijst ( die van bladzijde 41 tot en met 50 duurt). Het boek bevat geen illustraties.
Ruimte
Het boek speelt zich grotendeels af op de Rue Bleue in Parijs. Daar wonen Momo en zijn vader namelijk, in een donker en ongezellig appartement. Daar is ook de winkel van meneer Ibrahim. Het laatste gedeelte van het boek zijn Momo en meneer Ibrahim niet in Parijs, maar zijn ze onderweg naar de geboorte zee van meneer Ibrahim. Dan reizen ze dus door allerlei verschillende landen.
Vertelperspectief
Het boek is verteld in ik-perspectief. Momo vertelt het verhaal, en je krijgt ook een duidelijk beeld van zijn gedachtes.
Titelverklaring
Als je de titel letterlijk vertaalt betekent het, meneer Ibrahim en de bloemen van de koran. In het boek wordt een keer, bijna helemaal aan het einde, verwezen naar de bloemen van de koran. Meneer Ibrahim heeft namelijk alles nagelaten aan Momo, dus ook zijn koran waar 2 gedroogde bloemen inzitten. Je zou de titel natuurlijk ook anders kunnen opvatten, zo zou je kunnen denken dat de koran een positieve invloed had op het leven van meneer Ibrahim, en dat zijn leven daardoor als het ware opbloeide, dit is in het boek ook wel het geval, meneer Ibrahim leeft namelijk grotendeels volgens de wetten van de koran.
Genre
Het boek is een Roman.
Mijn mening
Ik vond het enerzijds een leuk grappig boek, maar anderzijds ook heel erg triest, omdat er toch behoorlijk veel trieste dingen gebeuren, zo moet Momo heel veel van zijn vader, maar is het nooit goed. Daarnaast kent Momo zijn moeder niet eens en pleegt zijn vader zelfmoord. De manier waarop hij met de verdwijning van zijn vader omgaat is enerzijds grappig, maar anderzijds vraag je je ook wel af of hij wel goed bij zijn hoofd is. Ik vind het verhaal ook een beetje onrealistisch, maar daar zijn boeken voor. Ik kon me alleen niet echt inleven in de hoofpersoon, omdat hij niet heel uitgebreid zijn gevoelens vertelde, en daarnaast behoorlijk ver van mij afstaat, maar dat gaf niet heel erg, ik vond het toch leuk om dit boek te lezen.
Monsieur Ibrahim et les fleurs du Coran door Éric-Emmanuel Schmitt
6.7
'Hoe lukt u dat toch, meneer Ibrahim, om gelukkig te zijn?'
'Ik weet wat er in mijn koran staat.'
'Misschien moet ik uw koran maar eens inpikken. Ook al hoor je dat niet te doen als je joods bent.'
'Ach Momo, wat zegt jou dat nou, joods zijn?'
'Weet ik veel. Voor mijn vader betekent het de hele dag somber zijn. Voor mij.…
'Hoe lukt u dat toch, meneer Ibrahim, om gelukkig te zijn?'
'Ik weet wat er in mijn koran staat.'
'Misschien moet ik uw koran maar eens inpikken. Ook al h…
'Hoe lukt u dat toch, meneer Ibrahim, om gelukkig te zijn?'
'Ik weet wat er in mijn koran staat.'
'Misschien moet ik uw koran maar eens inpikken. Ook al hoor je dat niet te doen als je joods bent.'
'Ach Momo, wat zegt jou dat nou, joods zijn?'
'Weet ik veel. Voor mijn vader betekent het de hele dag somber zijn. Voor mij.. is het alleen maar iets waardoor ik niet iets anders kan zijn.'
Meneer Ibrahim stak me een pinda toe.
'Je hebt geen goede schoenen, Momo. Morgen gaan we schoenen kopen.'
In het Parijs van de jaren zestig van de vorige eeuw raakt Momo, een joods jongetje van twaalf jaar, bevriend met de oude Arabische kruidenier in de rue Bleue. Er ontrolt zich een prachtig verhaal dat de grenzen van de religies overstijgt.
Oefenen voor je mondelingen?
Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.
REACTIES
1 seconde geleden
O.
O.
Bedankt!
13 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
Geweldig, hoef ik dat boekje niet te lezen:P
12 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
heel erg bedankt, door dit boekverlsag heb ik een 8 gehaald
12 jaar geleden
AntwoordenY.
Y.
Prachtig verteld!
niets aan toe te voegen!
12 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
chill, tnx!
12 jaar geleden
AntwoordenL.
L.
Zeer helpvol, denk juist dat het de jaren 60 zijn ipv 50?
12 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
''dan leert hij Momo ook trucjes om minder geld uit te geven, zodat hij geld overhoudt voor de hoeren''
Hij leert het hem om geld te besparen, en niet voor de hoeren, daar weet hij niet eens van.
12 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
''Meneer Ibrahim laat bij aankoop een papier zien waarvan de man die de auto’s verkoopt denkt dat het zijn rijbewijs is (het is in een andere taal, iets van egyptisch ofzo geschreven)''
Het is arabisch en dat staat er ook bij, in Egypte wordt overigens door bijna iedereen arabisch gesproken, dus weet niet hoe je aan de egyptische taal komt ...
12 jaar geleden
AntwoordenA.
A.
de zee is geen echte zee maar een denkbeeldige...
11 jaar geleden
Antwoorden