Boekverslag: “Aimal Farm” Auteur: George Orwell
Titel: Animal Farm
Aantal pagina’s: 95
Jaar eerste uitgave: 1945

Thema Animal Farm is een satire op het Russische totalitaire regime. De thema’s van het boek is dan ook macht en onderdrukking. In het boek wordt beschreven hoe dieren (mensen) langzaam meegesleurd worden in de tirannie van een totalitaire leider.

Samenvatting Op een boerderij in Engeland worden de dieren slecht behandeld door hun baas Mr. Jones. Hij is bijna altijd dronken. Het boek beschrijft hoe de boerderij van Mr. Jones wordt overgenomen door de dieren die op de boerderij leven. De varkens leiden de revolutie tegen Mr. Jones die meteen slaagt. The Manor Farm van Mr. Jones werd omgedoopt tot Animal Farm. Op deze boerderij, geleid door de varkens, wordt op basis van gelijkheid van alle dieren, een nieuwe periode van rust begonnen. Er wordt een lied bedacht dat de revolutie tegen Mr. Jones symboliseert en worden wetten (commandments) opgesteld. Zo ontstond het gezegde “Four legs good, two legs bad”. De varkens moeten de macht hebben, omdat zij het slimst zijn. Alle dieren zijn het daar mee eens. In het begin wordt Animal Farm bestuurd door twee varkens. Napoleon en Snowball. Napoleon is echter de totalitaire leider in dit verhaal en laat Snowball verjagen. Doordat de varkens de enige dieren zijn die de wetten goed kunnen lezen, is het voor Napoleon niet moeilijk deze constant te veranderen in voor hem gunstigere wetten. De varkens en de honden maken onder leiding van Napoleon de dienst uit. En gaan daardoor steeds meer op mensen lijken. Ze slapen in bedden en lopen zelfs op twee poten. Dingen die net na de revolutie nog verworpen werden. En het ideaal van gelijke rechten wordt door de slimme varkens veranderd. De slogan “All animals are equal” veranderde in “All animals are equal but some are more equal than others”. Animal Farm wordt een republiek en Napoleon wordt, als enige kandidaat, tot president benoemd. Alle fouten die Napoleon maakt worden toegeschreven aan Snowball. Squealer het hulpje van Napoleon laat de dieren geloven dat hij een spion is en Animal Farm probeert te ruineren. Voor de andere dieren worden de omstandigheden veel slechter dan voor de revolutie, maar hen wordt voorgehouden dat het leven nu toch beter is, omdat ze ten minste vrij zouden zijn. De varkens en honden leiden een luxe leventje. Op het eind kunnen de andere dieren geen verschil meer zien tussen de varkens en de boeren van andere boerderijen. De varkens zijn als mensen geworden. Perspectief/tijdsbeeld

Het gehele verhaal speelt zich af op de boerderij waar de dieren wonen. Dat is ook juist een belangrijk gegeven van het boek: de dieren mogen de boerderij niet af. Wanneer het verhaal speelt is niet van belang voor het boek. Je kunt wel uit het boek halen dat het verhaal speelt rond het midden van de 19e eeuw, maar het had ook nu kunnen spelen. De boodschap van het verhaal zou dan nog net zo goed overkomen.

Personages Napoleon Napoleon is de leider van Animal Farm. Hij is een slim varken, dat weet hoe hij de dieren moet manipuleren. Door zijn intelligentie en sluwheid krijgt hij de dieren in zijn greep.

Squealer Squealer is een van de varkens op de boerderij. Hij is het hulpje van Napoleon. Hij is een ontzettend goede spreker. Hij kan allerlei onwaarheden in een vorm gieten waardoor de dieren het toch geloven. Allerlei oneerlijkheden verwoordt hij zo dat de dieren het als normaal aannemen.

Stijl en structuur Het verhaal wordt verteld door een verteller. Hij kent alle gedachten van alle dieren op de boerderij en ziet alles wat er gebeurt. Daardoor wordt het verhaal heel totaal.

Eigen Mening Ik vond Animal Farm een ontzettend goed boek. Ik vond het leuk om te lezen, omdat alles precies goed in elkaar zat. De vergelijking met het totalitaire Sovjetregime is subliem. Alle aspecten van een totalitaire staat zijn toegepast op Animal Farm. De schrijver weet dingen zelfs voor de lezer te verbloemen. Dingen die op het eerste ogenblik onschuldig lijken zijn op het eind ineens wreed. In het verhaal wordt duidelijk hoe de dieren (mensen) niet kunnen protesteren. Het gevoel van oneerlijkheid dat heerst onder de dieren, wordt naar het einde van het verhaal toe langzaam opgebouwd. De schrijver is er naar mijn mening in geslaagd om de lezer te laten voelen wat de dieren voelen. Naarmate het verhaal vordert wordt het steeds duidelijker dat de boerderij steeds minder door de dieren zelf bestuurd wordt en steeds meer door een leider.