Emil und die Detektive door Erich Kästner

Samenvatting Emil is vijf jaar als zijn vader overlijdt, hij woont samen met zijn moeder in Neustadt. Zijn moeder heeft een eigen kapperszaak, in ieder geval knipt en wast ze mensen de haar. Af en toe geeft ze geld aan Emil zijn oma, maar zelf is ze ook niet rijk. Emil zijn oma woont samen met Emil zijn nichtje Pony Hütchen in Berlijn. Emil gaat een week logeren bij zijn oma in Berlijn, en hij neemt dan voor oma een bos bloemen en DM 120 mee. Als Emil in de trein zit valt hij in slaap en dan wordt zijn geld gestolen. Het wordt gestolen door een man die Grundein heet, die zat bij Emil in de trein. Door alle schrik en verwarring stapt hij ook bij de verkeerde halte uit. Ondanks alles komt hij toch in Berlijn terecht, maar dan is oma al weg. Op het station ontmoet hij een jongen die Emil meeneemt naar zijn vrienden, en daar verteld hij wat er is gebeurd. De jongen heet Gustav. Ze spreken met z’n alle af om detective te spelen en het geld en de dief op te sporen. Iedereen krijgt een eigen taak, en Emil schrijft een briefje aan oma dat er niks aan de hand is en dat ze zich geen zorgen hoef te maken. Na een tijdje krijgen ze dief op het spoor en ze besluiten om hem te gaan volgen. De man overnacht in een hotel en de volgende ochtend gaat hij naar de bank. Nadat de man naar binnen is gegaan, gaan de detectives ook naar binnen. Emil gaat naar de bankdirecteur en legt alles uit. De man wordt op gepakt en Emil krijgt een beloning omdat de politie al langer opzoek was naar de dief. Hij krijgt een beloning van DM 1000. Maar Emil verteld de politie dat hij het niet zonder de detectives had gekund. De volgende dag komt Emil zijn moeder met de trein en de detectives naar oma voor wat eten en drinken.