Informatie
Titel: (Origineel) Karel ende Elegast (ca. 1240);
Karel en Elegast (Tekst in Context) (2010)
Uitgever: onbekend, (Origineel);
Amsterdam University Press
Auteur: onbekend, (origineel) Karel ende Elegast;
Hubert Slings, (bewerkt) Karel en Elegast
Klas: 5 VWO
Datum: 12 september 2019
Samenvatting
Karel de Grote krijgt ‘s nachts bezoek van een engel. Deze vertelt hem dat hij moet gaan stelen. Dit gelooft Karel eerst niet, maar nadat de engel voor de derde keer langs komt besluit Karel om de opdracht uit te voeren.
Buiten in het bos, in zijn volle harnas en te paard, ontmoet Karel Elegast; een vroegere hertog wiens eigendommen en titel Karel onrechtmatig heeft afgepakt. Karel introduceert zich aan Elegast als een vuile dief die pakt wat hij kan. Elegast gelooft er meteen al weinig van, maar gaat er niet op in. Wanneer Karel aan Elegast voorstelt dat ze samen kunnen gaan stelen, stemt hij toe. Elegast stelt op zijn beurt voor om het kasteel van Eggerik, Karels zwager, te beroven. Hier is Karel in eerste instantie tegen, maar geeft uiteindelijk toe.
Bij het kasteel hakken de heren zich een gat door de muur. Elegast stopt wat toverkruid tussen zijn kiezen om de dieren op het plein te kunnen verstaan en zo makkelijker de wachten te ontwijken in het kasteel. De dieren hebben het over dat de koning buiten de muren staat. Hier schrikt Elegast van en Karel vraagt hem wat er aan de hand is. Wanneer ook Karel toverkruid tussen zijn kiezen heeft verzint hij snel een excuus om zijn identiteit geheim te houden. Onzeker over Karels eigenschappen laat hij hem wacht staan terwijl hij zelf het kasteel in gaat.
In het kasteel overhoort Elegast Eggerik spreken over een poging van moord op Karel. Elegast die nog altijd trouw was aan Karel blijft luisteren voordat hij met volle handen naar buiten treedt. Hij vertelt Karel wat hij heeft gehoord, die hem aanzet om naar de koning te gaan en zijn verhaal te doen. Dit durft Elegast echter niet, maar maakt wel een afspraak om de volgende ochtend in het bos te zijn.
Terug in zijn palts laat Karel zijn geheime raad bijeenkomen en vertelt hen over het verraad van zijn zwager. Het is die dag hofdag in de palts. Wanneer zijn zwager en handlangers binnenkomen worden ze gelijk gearresteerd en aangeklaagd. Elegast wordt opgehaald uit het bos en doet zijn verhaal voor het hof. De dag eindigt met een tweegevecht; geëist door Eggerik. Elegast wint het gevecht en Eggerik wordt alsnog opgehangen. De vrouw en eigendommen van de hertog worden overgenomen door Elegast wiens eer is hersteld.
Genre
Wie was Karel de Grote?
Karel de Grote leefde tussen de jaren 747 en 814. In het jaar 768 werd hij gekroond als koning der Franken. Vanaf het jaar 800 was hij de keizer van het Roomse Rijk. Op zijn grootst strak zijn rijk van Oostenrijk tot de Atlantische oceaan en vanaf Saksen tot de Middellandse Zee. Zijn veroveringen includeren Lombardije, Baiern en de Spaanse Mark.
Tijdens Karels regering gingen er ook meerdere mensen naar school. Het waren hoofdzakelijk de rijken en de adel, hoe dan ook werd het onderwijs toegankelijker. Zo was Karel zelf erg geïnteresseerd in rekenen en astronomie. De scholen die opgericht werden blijken van groot belang te zijn geweest voor de ontwikkeling van de huidige cultuur en wetenschap.
De verhalen over Karel
Vele van de ridderverhalen die wij vandaag kennen zijn afkomstig van de Karelepiek. Verhalen uit de Karelepiek schilderen avonturen die verschillende ridders en ook Karel uitvoerde in en om zijn hof. Karel en Elegast is een van de weinige verhalen waarin Karel zelf de hoofdrol speelt. Dit noemen we een “Koningscyclus”. Alle verhalen afkomstig van de Karelepiek worden gesorteerd onder Karelromans.
Karelromans in het Frans
In de tijd waarin Karel als koning en keizer heerste gebruikten ze Frans als hoofdtaal naast het Latijn van de kerk. Vele van de verhalen die we vandaag in het moderne Nederlands kunnen lezen zijn vertaald uit het oud-Frans of het oud-Nederlands dat zelf ook ooit uit het Frans werd vertaald. Als je hebt over de Karelromans in het Frans heb je het over de “Chanson de geste”, het lied van Karel.
Verschillende Karelromans
Zoals eerder genoemd kennen we ook andere verhalen over Karel de Grote zijn tijd. De verhalen die we het beste kennen binnen de Nederlandse literatuur van de Middeleeuwen en Karelromans zijn naast Karel ende Elegast: “de Vier Heemskinderen” en “het Roelandslied”. De Vier Heemskinderen staan ook bekend onder de naam “Reinout van Montelbaen”, en het Roelandslied als “Chanson de Roland”.
Arthurromans
Uit de middeleeuwen kennen we ook andere ridderromans van andere afkomst. Zo heeft men wel eens gehoord over de fictieve Koning Arthur van Engeland. De verhalen van Arthur en de Ronde Tafel zijn wereldberoemd. Er zijn ook meerdere films en series over ze gemaakt. De verhalen staan in de literatuur bekend als de “Arthurromans”.
Meest bekende verhalen
De meest bekende verhalen over Arthur en zijn ridders van de Ronde tafel gaan niet over Arthur maar een van zijn ridders, net zoals bij de Karelromans. Zo hebben we het verhaal van “Lanceloet en het Hert met de Witte Voet” en “Heer Gawein en de Groene Ridder”. Een belangrijk kenmerk bij de Arthurroman is dat de verhalen beginnen met een hofdag. Vanaf hier volgt het verhaal een van de ridders die op jacht, een slagveld op gaat of een gevaarlijke missie heeft. Ze komen natuurlijk allemaal heelhuids terug en dan vieren ze nog wat meer.
Hoofse en vóórhoofse ridderromans
Hoofsheid gaat allemaal over het gedrag van iemand. Je gedrag moet kunnen aanpassen aan het hof. Daarom ook de benaming hoofs. Het hoffelijke gedrag ging vooral over je capaciteit aan zelfbeheersing. Vernedering en eerverlies was het ergste wat je kon gebeuren, hoe waar het ook was of niet. Hoofse ridderromans waren daarom ook bedoeld om het ideale gedrag aan te tonen. Het ridderlijke nette gedrag werd in deze verhalen rijkelijk beloond. Zo moest je je gedragen.
De term vóórhoofs is het gedrag dat je hebt voordat je het juiste gedrag wordt aangeleerd, het hoofse gedrag. Zo gaan de voorhoofse ridderromans ook over de fouten die men maakt en hiervan te kunnen leren. De ridders maakten elk hun fouten en moesten eer herstellen door heldendaden uit te voeren. Beide verhaalstijlen waren doordacht en gericht op hoe je je hoorde te gedragen en hoe niet.
Is Karel ende Elegast vóórhoofs?
Karel en Elegast is een prachtexemplaar van een vóórhoofse roman van de Karelepiek. Hoewel Karel uit gaat om te stelen is het een bevel van God overgeleverd door een engel. Zo`n bevel kon je wat het ook was niet negeren. Het gaat dus niet om wat Karel doet, maar waarom hij het doet.
Zijn zwager zit namelijk in een complot tegen hem en heeft met zijn handlangers een moordpoging op hem afgesproken. Dit is zeer vóórhoofs gedrag, landsverraad was en blijft een serieuze misdaad. Wanneer Karel ervan af weet bestraft hij ook de verraders. Elegast die aan Karel had bekend dat hij hoe dan ook trouw was gebleven aan Karel kreeg zijn eer en titel weer terug. Het verhaal is dus duidelijk een vóórhoofse ridderroman. Eggeriks gedrag symboliseert hoe je je niet moet zijn en Elegast als hoe je wel moet zijn; trouw aan je land en diens staatshoofd. Hun daden heeft hun allebei opgeleverd wat ze hebben uitgevoerd, de zwager opgehangen en Elegast gelukkig met zijn eer hersteld.
Ontstaansgeschiedenis
In de tijd van de middeleeuwen was het vertellen van verhalen zeer populair en normaal. Verhalen over vroegere koningen en keizers en hun ridders al helemaal. De meeste verhalen over Karel de Grote stammen van rond om 400 jaar na zijn dood. Dit was echter wel wanneer ze voor het eerst werden neergeschreven. De verhalen werden waarschijnlijk al vroeg na de dood van Karel bedacht.
De taal en het verhaal
De ontwikkeling van Karel ende Elegast gaat over meerdere eeuwen. De gebruikte motieven stammen van de 12de eeuw. De geschreven versie van Karel en Elegast ontstond in de 13de eeuw rond 1240. Doordat het zo lang geleden is, is de auteur ons niet bekend. De door ons bekende handschrift-fragmenten dateren terug naar de laatste helft van de 14de eeuw. De oudste gedrukte versies van de roman in onze bezitting zijn van 1490 tot 1520.
De taal gebruikt in de roman is over de jaren ook veranderd. Het Nederlands heeft zich in de middeleeuwen veranderd, de verschillen zijn eenvoudig te duiden. Zo veranderde bijvoorbeeld de “v” zich naar een “f” rondom de eeuwwisseling van de 15de naar de 16de eeuw. De romans in zichzelf zijn ook niet allemaal hetzelfde. Dit komt voornamelijk doordat men boeken met de hand moest laten kopiëren door kopiisten voordat het mogelijk werd om het met een drukpers te doen. Pas na 1452 was dit mogelijk. Dit zorgde ervoor dat de verhalen meer constant bleven.
De vertellers van de middeleeuwen
In de middeleeuwen was het normaal om tijdens een feestelijk maaltijd naar een minstreel te luisteren. De amuserende teksten die we uit deze tijd kennen, kenmerken dat ze voor een luisterend publiek te zijn geschreven. Naast de tekst stonden er namelijk vaak instructies aan de voorlezer van de auteur om het verhaal beter te kunnen vertellen. De verhalen werden vaak voorgedragen aan het publiek bij hoffeesten. Het zelf zitten lezen van een boek was een uitzondering.
Doordat er zo veel naar de professionele verhalers werd geluisterd en het een belangrijk beroep werd, geloven veel mensen dat er groot analfabetisme heerste onder de adelen in de middeleeuwen. Deze aanneming klopt niet. Doordat Karel de Grote scholen had opgericht waren er juist minder analfabeten dan tevoren. Degene die geleerd waren in theologie en Latijn werden erkend als geleerde. Sinds degene die wetenschap en cultuur hadden bestudeerd niet erkend waren als geleerde, geloven velen dat men vroeger vele van adelen waren die niets meer konden dan lezen en schrijven.
Feodaliteit
De middeleeuwen
De gemeenschap van de middeleeuwen was heel anders opgebouwd dan die we nu hebben. Het is opgebouwd als een Pyramide, wie boven wie is. Zo is het vandaag natuurlijk ook, maar niet op dezelfde letterlijke manier. Men antwoord de wet en daarnaast zijn lokale baas, die weer een andere baas heeft enzovoort. Het verschil tussen de huidige feodaliteit en die van de middeleeuwen, is dat elk mens gelijkwaardig is. In de middeleeuwen leefde je van je stand en kwam je moeilijk hogerop.
Bovenaan zit God, de machtigste in het geloof van de Rooms-Katholieke kerk. De koningen en keizers waren vazallen van God, ze leenden delen van zijn rijk om over te heersen. De koningen konden zelf niet over hun hele land heersen en leenden grondgebieden uit aan hun vrienden en familie, de hertogen en graven. Deze konden ook niet op hun eigen hun land verbouwen en leenden hun stukken land uit aan boeren, de laagst staande van de Pyramide. Ter betaling voor het mogen verbouwen van een stuk land legden ze een eed af van trouw en militaire aan hun leenheer. Deze eed legden ook de ridders, hertogen en graven af aan de koning of keizer. De hoogst staande, koning of keizer, antwoorde alleen aan God.
In “Karel ende Elegast”
In het verhaal wordt de feodaliteit uitgedaagd doordat Eggerik, een hertog, en zijn volgelingen een poging tot moord wagen op Karel. Ze willen een staatsgreep plegen. Karel en zijn zus zijn de enige die in hun weg staan.
Gehoorzaamheid
Als vazal heb je een trouw en gehoorzaamheid aan je leenheer waaraan je je verplicht. Als ridder had je een riddereer die bepaalde hoe waardig je was, vaak bepaald door je gedrag en je moed om voor jezelf op te staan en wat goed was. De ridders waren de helden van een koninkrijk en moesten zich ook zo presenteren aan het volk. Verder waren de hertogen en graven trouw aan de koning en die weer aan God alleen.
De hofdagen
Een hofdag is een dag waarop een koninklijke familie zijn waardigheid aan het volk presenteert op een feestelijke wijze. Op deze dag hopen ze hun positie als regent te versterken, bevestigen en met beleid en recht een rechtszaal houden om onenigheden tussen de hoogst staande een eind aan te maken. De hofdag eindigt vaak in een groot feest met een banket en amusement.
De hofdag is een belangrijk element in de verhalen van de middeleeuwen. Zowel in de Karelromans als de Arthurromans. Het verhaal over Reinaert de Vos begint in de rechtszaal van een hofdag, net zoals de meeste Arthurromans.
Prinsjesdag
In Nederland is er nog steeds een jaarlijkse hofdag. Deze wordt Prinsjesdag genoemd en valt op de derde dinsdag van september. De koninklijke familie rijdt met de Gouden koets naar de ridderzaal in ’s Gravenhage. Op deze dag wordt de troonrede opgelezen en de miljoenennota door het Ministerie voorgelegd.
Kastelen en paltsen
Een palts is een afkorting van paleis. Zo verbleef Karel de Grote in meerdere paltsen rond om in zijn land. Samen met zijn hofhouding verhuisde hij enkele keren per jaar van de ene palts naar het andere. Hij had te veel paltsen om ze allemaal te bewonen in de loop van het jaar en volgde daarom een bepaalde volgorde zodat hij overal gepresenteerd werd in de loop van een bepaalde tijd. De meest bekende in en om Nederland zijn de palts in Nijmegen, Aken in België en Ingelheim in Duitsland. Naast de paleizen had Karel ook vele kastelen, vaak bewoond door de graven en hertogen, en zelfs ook ridders.
Een theocentrisch wereldbeeld
De Rooms-Katholieke kerk
In het verhaal zien we meerdere kenmerken dat het verhaal zich afspeelt in een tijd met een theocentrisch wereldbeeld. Karel wordt bijvoorbeeld aangesproken door een engel gestuurd door God. De engel beveelt hem om wat te doen en na drie keer aarzelt Karel niet meer en gaat erop uit. Dat Karel en zijn volk Rooms-Katholiek zijn weten we ook doordat er door de verschillende personages smeekgebeden en gebeden naar God richten. Aan het einde bidt ook Karel God het gevecht tussen Elegast en Eggerik te beëindigen door zijn steun te geven aan de rechtmatige persoon.
God als rechter
Een oordeel oftewel rechtsprocedure werd vroeger vastgesteld met de wil van God. Vaak werd er tussen een beschuldigde en schuld-gevende een tweegevecht uitgevoerd zodat God zijn kampioen kon kiezen, degene die gelijk had en recht sprak. Deze persoon werd geholpen naar de overwinning van het gevecht. Zo werd schuld en onschuld voor het gerecht bewezen.
Heilige getallen
Het getal 3 is een heilig getal in de Rooms-Katholieke kerk. Het getal komt wel vaker voor in de Bijbelse verhalen en teksten. Zo heb je bijvoorbeeld de triniteit; de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Wanneer je een kruisje slaat noem je ook deze drie belangrijke figuren en beëindig je met amen.
Magie
Toverkruid
Het gebruik van toverkruid werd beschouwd als heidens. Men geloofde dat het gebruik van toverkruid echt werkte. De recepten werden beschouwd als zeer serieus. Omdat ze er zo veel in geloofden, had de kerk meerdere van deze recepten aangepast om zo hun geloof aantrekkelijker en modern te houden. Zo moest je bijvoorbeeld een gebed erbij zeggen om het toverkruid te laten werken.
Pratende dieren
Een ander sprookjeselement naast het overduidelijke “...nog lang en gelukkig”, is het gebruik van dieren die kunnen spreken. Het gebeurt wel vaker in sprookjes dat dieren kunnen communiceren met de personages. In Karel ende Elegast roddelen de dieren in het kasteel over dat de koning buiten de deuren staat. Elegast en Karel geloven echt dat wat ze zeggen waardoor Karel een excuus moet vinden om zijn identiteit verborgen te houden. Doordat de hoofdpersonages er niet aan twijfelen dat de dieren konden praten door het toverkruid, gelooft het luisterende publiek het ook eerder. Sprekende dieren is een sprookjeselement dat vaak wordt gebruikt.
Symboliek
Menselijkheid
Het citaat uit het verhaal r. 227-233 “Ik ontnam hem... ridders en dienaren”, maakt duidelijk dat een wandeling door een donker bos je tot je bezinning kan brengen. We zien ook dat Karel menselijker wordt en zichzelf bekritiseert.
Zwart in het donker
Elegast is gekleed in het zwart. Naast het overduidelijke feit dat zwarte kleding een fantastische camouflage is, symboliseert deze kleur ook kwaad en onbekendheid. Zo is Elegast een roofridder en iemand die Karel eerst niet herkent. Hier symboliseert het zwart dat Elegast illegale daden uitvoert, want geen betrouwbare man bevindt zich in het bos, ’s nachts, gekleed in zwart en in de middeleeuwen.
Eigen oordeel
Het verhaal over Karel en Elegast vind ik interessant. Het leest als een sprookje dat je als kind voor het naar bed ging zou kunnen lezen. Toch is het nog niet normaal dat je leest over iemand van de top van de Pyramide die genoodzaakt is om zich voor te doen als iemand anders om uiteindelijk zichzelf te redden. Een leuke tekst om te lezen die de Nederlandse literatuurlijst meer kleur geeft door zijn sprookjesachtige elementen.
REACTIES
1 seconde geleden