Megastallen / intensieve veehouderij

Beoordeling 6.9
Foto van een scholier
  • Betoog door een scholier
  • 5e klas vwo | 1848 woorden
  • 28 april 2010
  • 73 keer beoordeeld
Cijfer 6.9
73 keer beoordeeld

Megastallen / intensieve veehouderij
Nederlands betoog

Intensieve veehouderij.
Ik woon zelf op een boerderij. Maar mijn vader is gestopt met boeren omdat het bedrijf niet groot genoeg was en zo kon hij er weinig winst mee maken, de schuren staan er nog en worden nu verhuurd aan een andere varkensboer die ook een intensieve veehouderij heeft. De schuren bij mij thuis zijn slechts een fractie van zijn hele bedrijf.
Mijn oom is ook varkensboer, hij doet ook niet aan intensieve veehouderij, en heeft moeite om zijn hoofd boven water te houden omdat boeren nou eenmaal niet erg winstgevend is.
Iedere boer moet voor 1 april dit jaar op de proppen komen met een bedrijfsontwikkelingsplan. In dat plan moeten boeren laten zien hoe ze ervoor gaan zorgen dat ieder varken minimaal 1 vierkante meter ter beschikking heeft dit wil zeggen, 30% meer stalruimte. Verder moet iedere stal goed geïsoleerd zijn en moeten er luchtwassers zijn die de fijnstof en amoniak uit de lucht filteren waardoor je buiten niks meer van de varkens ruikt.
Voor mijn vader is het duidelijk. De schuur achter het huis gaat plat en het enige wat rest is een mooi uitzicht over het land. Geen probleem want mijn vader heeft inmiddels al jaren een vaste baan, en de schuren hebben hun geld opgebracht.
Mijn oom echter heef heel lang in dubio gezeten. Hij zal een ontzettend grote bedrag moeten investeren in zijn bedrijf om een megastal te bouwen in een landbouw ontwikkeling gebied. Deze investering is groot en riskant, want het rendement op het geïnvesteerd vermogen is laag en het kan helemaal mis gaan. Als hij stopt dan zal hij een baan moeten gaan zoeken, wat op zijn leeftijd niet makkelijk is.
Bovendien dreigt de regering roet in het eten te gooien op het gebied van megastallen. Het ministerie van landbouw natuur en voedselkwaliteit wil de bouw van megastallen verbieden. Ik ben het daar helemaal niet mee eens, en mijn stelling luidt dus ook:
“Het ministerie van landbouw natuur en voedselkwaliteit, moet de bouw van megastallen niet dwarsbomen!”

Megastallen zijn er niet alleen voor varkens, maar ook voor geiten, kippen en koeien. Een gemiddeld varkensbedrijf nu heeft zo’n 2000 dieren. Waarvoor je max. 2,5 hectare bouwblok krijgt. Een precieze definitie van megastal is er niet, maar een megastal kan plaats geven voor zo’n 2500 tot 15000 dieren. Dit hoeft dan niet perse meer hectaren te worden er bestaan nu al varkensflats.

Als eerste het welzijn argument. Megastallen zijn om te beginnen beter omdat je met de juiste aanpak de kans op het verspreiden van ziektes zoals q-koorts, varkenspest of besmetting met MRSA verkleint. Dat is dus een welzijn argument. Onlangs in het nieuws was de Q-koorts. Zoals iedereen wel weet kan de Q-koorts worden verspreid door (zwangere) geiten. Dus als je als boer een geit koopt van een bedrijf verder weg, is er de kans dat je een besmette geit koopt. Daarmee wordt je eigen bedrijf besmet met de ziekte. Zo gaat het nou eenmaal in de werkelijkheid. De boer kan er ook voor kiezen om geen geiten te kopen. Hiermee doet hij zichzelf eigenlijk de das om want hij zal minder gaan produceren en dus minder winst maken. Nu is het zo dat een bedrijf zich gespecialiseerd in een fase van het leven van de geit. Bijvoorbeeld de geboorte. Een bedrijf kan continu geiten zwanger maken en de lammeren verkopen. Het volgende bedrijf koopt de dieren als ze 2 maanden oud zijn, en als ze het juiste gewicht en grootte hebben bereikt worden ze geslacht of weer verkocht aan het eerste bedrijf. Bij een groot bedrijf werkt dit anders. Een groot bedrijf is meestal een gesloten bedrijf. Dit wil zeggen dat een geit helemaal grootgebracht wordt in 1 bedrijf. Dus dat bedrijf maakt geiten drachtig, laat ze lammen, melkt ze en slacht ze als ze daar klaar voor zijn. Er is dus minder transport van dieren dus de kans op het verspreiden van ziektes is ook kleiner. Bovendien, als dieren van hot naar her worden vervoert, kan het gestrest raken. Dit is ook niet goed voor het welzijn van het dier. Ziektes kunnen ook via de lucht worden verspreid, maar met luchtwassers die in elke nieuwe stal zullen zitten worden ook bacteriën uit de lucht gezuiverd. Dus zo wordt die verspreiding aangepakt.

Mijn volgende argument is het ruimtelijke ordening argument. Veel kleine vervuilende bedrijven die het mooie uitzicht over het platte land vervuilen zullen verdwijnen dus dat is beter voor het imago van de boeren.
Afgelopen jaar was een heel slecht jaar voor de agrariërs. Want behalve in de eieren viel er in 2009 slechts droog brood te verdienen voor de boeren. De toestand in de tuinbouw is dramatisch en de melkprijzen klapten ineens in elkaar zoals we in 40 jaar niet meer gezien hebben. Er is dus meer aan de hand dan de gewone prijsfluctuaties. Toch blijven er mooie nieuwe bedrijven als paddenstoelen uit de grond schieten. Dus er is ooit geld verdient, maar hiervoor geld vooral de macht van de grote getallen. Boeren met veel dieren kunnen blijven bestaan omdat zij net iets meer winst kunnen maken. Dit is vaak maar enkele centen per kilo vlees. Boeren die dus doen aan intensieve veehouderij kunnen meer verdienen en zo nog goedkoper produceren. Kleine lelijke bedrijven die niet innoveren zullen kapot gaan omdat ze niet tegen de concurrentie op kunnen boksen. Het bedrijf van mijn vader is daar een voorbeeld van. Er wordt niet geïnnoveerd en het bedrijf gaat eraan onderdoor. Over een paar jaar staat er bij mij thuis geen bedrijf meer. Ik woon dicht tegen het dorp aan, en als de wind de goede kant op staat dan ruik je ons bedrijf op tientallen meters afstand. Dit komt omdat ons bedrijf niet modern is en dus veel stank uitstoot. Mensen kunnen daar last van hebben. Als zo’n kleine bedrijven straks weg zijn dan is dat probleem opgelost. En dan is er ruimte voor mooi landschap, wat steeds schaarser word in Nederland. Nieuwe bedrijven worden vrijwel alleen nog gebouwd in LOG’s. Dat zijn landbouw ontwikkelingsgebieden, het woord zegt het al, daar krijgen boeren mogelijkheid om te ontwikkelen. Die bedrijven daar worden vaak ook zo gebouwd dat ze verdekt zijn opgesteld. Soms staat er zelfs een compleet bos om de schuren heen. Of er word een natuurlijke wal gebouwd om de schuur die beplant wordt waardoor je niks ziet van de schuren.

De stank en andere uitstoten brengt mij bij mijn volgende standpunt het milieu argument. Het milieu heeft minder te lijden als er 1 groot bedrijf zit in plaats van meerdere kleine vervuilende bedrijven. Het bedrijf van mijn vader is een voorbeeld van zo’n klein vervuilend bedrijf. Omdat wij niet innoveren en niet op boksen tegen boeren die wel doen aan intensieve veehouderij stopt ons bedrijf. Als ik in mijn dorp rond kijk zijn er heel veel van deze bedrijven. Ze vervuilen veel omdat ze ammoniak uitstoten wat zorgt voor zure regen. Ze creëren stank waar omwonende last van hebben.
Laten we zeggen dat ieder klein bedrijf een stankcirkel heeft van 500meter. Als zo’n bedrijf tegen de dorpskern aan ligt, dan zijn er zo’n 6 huizen die daar last van hebben. Dit hangt natuurlijk ook af van de wind maar 6 huizen is dan nog een karige schatting. Bij zo’n dorp zijn er zeker 6 vergelijkbare bedrijven. Met een simpele rekensom van 6x6 komen we uit op 36 huizen in een dorp die last hebben van stank.
Zoals ik al zei word de capaciteit van een bedrijf meer dan verdubbeld door een megastal. Dus voor die 6 vervuilende bedrijven zijn nu slechts 2 megastallen nodig. Want zoals ik al zei is het verplicht dat er in iedere nieuwe stal een luchtwasser zit. De stankcirkel zal met meer dieren daardoor toch nog kleiner worden. Laten we zeggen dat die stankcirkel nu slechts 100 meter bedraagt, want met moderne luchtwassers krijg je vrijwel alle fijnstof uit de lucht. Deze megastallen zullen niet tegen de dorpsrand aangebouwd worden, maar in zogenaamde LOG’s. Laat er nou 3 omwonende zijn die last hebben. Met een nog simpelere rekensom van 3x2 zien we dat er nu slechs 6 huizen zijn die last hebben van de stank. De uitstoot van ammoniak is minimaal met luchtwassers dus er zal nog minder zure regen zijn.
Een groot bedrijf is vaak een gesloten bedrijf zoals ik al zij, dus minder trasport wat ook beter is voor het milieu en voor de dieren zelf.

Dan is er nog het werkgelegenheid argument. Als tegenargument zijn er mensen die zeggen dat zo het ideologische plaatje van de boer op zijn akkers zal verdwijnen en de boer zal werkloos worden en dat daarvoor schuren voor in de plaats komen die er uit zien als fabriekshallen. Maar ik ben van mening dat er juist meer werk komt in de agrarische sector. Nu is het vaak zo dat een boer alles zelf doet. Soms heeft hij een knecht die hem een paar dagen in de week helpt, maar meestal zijn dat jongens zoals ik die in het officieuze circuit werken. Een groot bedrijf is meer een onderneming dan een boerderij. Dus geen mooie rieten kap en schaapjes in de wei, maar en grote moderne schuur die zeker geen litteken zal zijn op het landschap. Zo’n grote schuur heeft controle nodig dus zullen er managers worden aangenomen om de boel in de gaten te houden. Meer mensen die het echte werk verrichten zoals de alles controleren en bijvoeren. Er ontstaat dus een hiërarchie in het bedrijf zoals bij grote bedrijven al is. Ik ben een voorstander van schaalgrootte die past bij de ondernemer en zijn omgeving. Die schaalgrootte zal ook moeten voldoen aan de wensen van de maatschappij, want als de kritiek is dat de dieren meer ruime moeten krijgen voor natuurlijk gedrag, dan zijn we het eens. Als de kritiek is dat we lucht uit de stallen moeten zuiveren zijn we het ook eens. Ook over hoe mooi zo’n stal eruit moet zien valt niet te redetwisten. Dus zo’n megastallen zullen dus nooit gebouwen zijn die meer weg hebben dan fabriekshallen dan een agrarisch bedrijf, maar het zullen grote mooie moderne bedrijven zijn.

Ik denk dat ik mijn punt wel duidelijk heb gemaakt. En ik denk dat ik de stelling: “Het ministerie van landbouw natuur en voedselkwaliteit moet de bouw van megastallen niet dwarsbomen.” goed heb verdedigd met als eerste:
Mijn welzijnsargument. De kans op ziektes is kleiner bij een groot gesloten bedrijf.
Ten tweede het ruimtelijke ordening argument. Lelijke kleine bedrijven die een litteken zijn op het mooie landschap gaan eraan onderdoor en zullen verdwijnen.
Ten derde het milieu argument. De concentratie van meerdere bedrijven naar een grote megastal zal beter zijn voor de belasting van het milieu.
En als laatste het werkgelegenheidsargument. Er zal meer geregeld moeten worden voor zo’n bedrijf dus er zijn meer mensen nodig.
Kortom megastallen zijn goed voor de ontwikkeling van de boeren. En wat mijn oom betreft… Hij heeft een flinke investering gedaan en is begonnen aan een bouw van een nieuwe super moderne stal die plaats geeft voor 2500 dieren waar zelfs biologische energie wordt opgewekt.

REACTIES

S.

S.

wat een vet goed betoog zeg!!! NICEEEE!

14 jaar geleden

J.

J.

Wauw, supergoed betoog!

13 jaar geleden

..

..

woow echt goed, 'k woon zelf ook op boerderij en vind 't voornaam dat mensen eens een keer inzien dat iv helemaal niet zo slecht is voor die dieren.

12 jaar geleden

-.

-.

Wow, heel goed betoog!

11 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.