Tolerantie: alles (veel) toestaan
Poldermodel: groepen met verschillende overtuigingen werken samen
Elite: bovenste klasse
Conservatief: behoudend
Geglobaliseerd: internationaal
Hypothese: veronderstelling
Plausibel: geloofwaardig
Postoperatieve: van na de operatie
Geëscaleerd: uit de hand gelopen
Placentazoogdier: zoogdier dat in de baarmoeder gevoed wordt via de placenta
Binoculair gezichtsvermogen: twee naar voren gerichte ogen (en daardoor afstanden kunnen schatten)
Drogreden: verkeerd argument
Contaminatie: twee woorden door elkaar gehaald
Exterieur: buitenkant
Postcommunistisch: van na het communisme
Openbaar Ministerie: instantie die bepaalt wie voor de rechter moet verschijnen
Vervolgen: voor een strafbaar feit voor de rechter laten komen
Voorarrest: gevangen zetten voor de veroordeling
Seponeren: niet vervolgen
Transactie: boete betalen of taakstraf uitvoeren
Lik op stuk: meteen bij de overtreding de boete moeten betalen
Sepot: besluit tot niet-vervolging
Dagvaarding: brief waarin staat wanneer en waarvoor iemand voor de rechter moet verschijnen
Tenlastelegging: opsomming van feiten waarvoor iemand terecht moet staan
Openbare aanklager: officier van justitie
Requisitoir: betoog van openbare aanklager waarin hij een straf eist
Taakstraffen: bij wijze van straf onbetaalde arbeid moeten verrichten
Leerstraf: bij wijze van staf een cursus moeten volgen
Pluk-ze-actie: winsten van misdadigers afnemen
TBS: dwangverpleging
Aansprakelijk: financieel aansprakelijk voor schade
Alibi: bewijs dat je op een andere plaats was ten tijde van een misdrijf
Amnestie: iemand die zich schuldig maakt aan herhaling van een misdrijf
Bij verstek veroordelen: bij afwezigheid veroordelen
Billijk: rechtvaardig en redelijk
Een strafblad hebben: al eerder veroordeeld zijn
In beroep gaan: herziening van een vonnis vragen bij een hogere rechtbank
Legaal: wettelijk, rechtmatig
Maffia: misdaadorganisatie
Op heterdaad betrappen: betrappen tijdens het plegen van de misdaad
Pleidooi: betoog in het voordeel van iets of iemand
Recidivist: iemand die zich schuldig maakt aan herhaling van een misdrijf
Reclassering: organisatie die ex-gevangenen begeleidt bij de terugkeer in de maatschappij
Witteboordencriminaliteit: criminaliteit bedreven door burgers van achter hun bureau
Witwassen: zwart geld legaal maken door investeringen
Gedetineerden: gevangenen
Gedoogd: toegestaan
Geliquideerd: vermoord
Hechtenis: gevangenisstraf
Gratie: kwijtschelden van straf
Mediation: bemiddeling
Sterke arm: politie
Legitiem: wettelijk
Willens en wetens: opzettelijk en bewust
Delinquenten: misdadigers
Geassimileerd: helemaal aangepast
Gastarbeiders: arbeidskrachten uit andere landen
Gezinshereniging: gezin over laten komen om met zijn allen te zijn
Multiculturele samenleving: samenleving waarin verschillende groepen vreedzaam met elkaar samen leven
Geïntegreerd: ingeburgerd
Segregatie: scheiding
Polarisatie: verder uit elkaar groeien
Autochtone: oorspronkelijke
Allochtone: vreemde
Xenofobie: angst voor vreemdelingen
Antisemitisme: racisme gericht tegen de joden
Braindrain: wegtrekken van hoger opgeleiden uit ontwikkelingslanden naar de geïndustrialiseerde landen
Chauvinisme: overdreven vaderlandsliefde
Economische vluchteling: iemand die om economische redenen zijn vaderland verlaten heeft
Eerwraak: wraak om de familie-eer te herstellen
Fundamentalisme: teruggaan naar de basis van een geloof en alles wat daarvan afwijkt, streng afwijzen
Halal: voor moslims toegestaan
Imam: hoofd van een moskee of mohammedaanse rechtsschool
Inburgeren: burger van een land worden, integreren
Nationalisme: eigen land en volk bewonderen
Participatie: deelname
Radicaliseren: in een bepaalde opvatting zó ver gaan, dat geweld gebruikt kan worden om je doel te bereiken
Ramadan: negende maand van het mohammedaanse jaar waarin gevast wordt
Remigratie: terugkeren naar land van herkomst
Seculier: wereldlijk, onkerkelijk
Algemene beschouwing: bespreking in de tweede kamer van het voorgenomen regeringsbeleid
Kanttekening: puntje van kritiek
Oppositiepartijen: partijen die niet in de regering zitten
In het gedrang komen: in de knoei komen, er op achteruit gaan
Het gros: het merendeel
Kiezersbedrog: beloftes aan de kiezers doen en die niet nakomen
Te berde brengen: naar voren brengen, zeggen
Demagogie: volksmennerij
Premier: minister-president
Lijsttrekker: nummer 1 op de verkiezingslijst van een partij
Achterban: leden van een partij of vakbond
Afromen: door hoge belasting verminderen
Een proefballonnetje oplaten: door het doen van een uitspraak de mening van andere peilen
Formateur: samensteller van een kabinet
Informateur: politicus die onderzoekt of een kabinet kans van slagen heeft
Interruptie: het onderbreken van iemand die aan het woord is
Kaasschaafmethode: iets financieren door kleine bezuinigingen op vele onderdelen
Klokkenluider: iemand uit een organisatie die misstanden binnen die organisatie naar buiten brengt
Koehandel: afspraak waarbij de ene partij de ander tegemoetkomt, op voorwaarde dat de andere partij dat ook doet
Lijstduwer: iemand die als stemmentrekker op een kieslijst wordt gezet, maar niet verkozen wil worden
Nepotisme: familie en vrienden bevoordelen bij benoemingen
Parlementaire enquête: onderzoek naar een belangrijk onderwerp ter informatie van de tweede kamer
Petitie: schriftelijk verzoek van een grote groep
Speerpunten: onderwerpen waaraan op dit moment het meeste belang wordt gehecht
Amper: nauwelijks
Associëren: in verband brengen met, door het denken aan het ander
Beducht: bang, bevreesd
Blijkens: zoals blijkt uit
Cruciaal: heel belangrijk, doorslaggevend
Dynamisch: veranderlijk, steeds in beweging, niet statisch
Esthetisch: kunstig, kunstzinnig
Expliciet: in duidelijke woorden, uitdrukkelijk, niet impliciet
Gedogen: toestaan, dulden
Hiërarchie: rangorde, volgorde van belangrijkheid
Intrinsiek: wezenlijk, innerlijk, niet extrinsiek
Meewarig: met een beetje medelijden
Offensief: aanval
Oneigenlijk: voor iets anders dan waar het voor bedoeld is
Pragmatisch: uitgaand van de mogelijkheden die er zijn
Randvoorwaarden: absolute noodzaak, zonder welke iets niet bereikt kan worden
Steevast: iedere keer weer, volgens een vaste gewoonte
Ten spijt: ondanks
Uitwijzen: aantonen, aan het licht brengen
Vergen: vragen omdat het nodig is, eisen
Arsenaal: verzameling (oorspronkelijk van wapens), grote hoeveelheid
Begiftigd (met): in het bezit zijn van
Derhalve: daarom, dus
Eenduiding: voor slechts één uitleg vatbaar
Evenzeer: in dezelfde mate, eveneens, ook
Exponentiële: zeer sterk, snel stijgend
Gestaag: onophoudelijk en in een vast tempo
Idealiter: in het beste (ideale) geval
Invalshoek: manier om een probleem te benaderen/bekijken
Karikatuur: belachelijke voorstelling van iets
Memoreren: in herinnering brengen
Ogenschijnlijk: zoals het lijkt
Ontaarden: uitlopen op iets wat slechter is
Preventie: maatregel om iets vervelends te voorkomen
Relaas: verslag van iets wat je hebt meegemaakt
Taboe: onbespreekbaar onderwerp, iets wat niet mag
Teloorgang: ondergang
Uniform: helemaal gelijk, helemaal hetzelfde
Verloedering: verslonzing, verrotting, achteruitgang
Weerzin: hekel, afschuw, aversie
Anderszins: op een andere manier
Bejegenen: behandelen, omgaan met
Dimensies: afmetingen
Effect sorteren: resultaat, uitwerking hebben
Expanderen: groeien, uitbreiden
Fenomeen: opvallend verschijnsel
Halfslachtig: onzeker, niet krachtdadig
Ideologische: gebaseerd op publieke overtuiging of geloof
Inventiviteit: vindingrijkheid
Kennelijk: blijkbaar, klaarblijkelijk
Middels: door middel van
Niet aflatend: zonder op te houden, steeds volhoudend
Omwille van: omdat het nodig/goed is voor
Paradox: uitspraak die tegenstrijdig lijkt
Permanent: blijvend, voortdurend
Repressieve: onderdrukt
Ten deel vallen: krijgen, ontvangen
Urbane: stedelijke
Vermeende: waarvan men denkt dat hij… is
Wezenlijk: essentieel, heel belangrijk
Appelleren: een beroep doen op
Bespiegelingen: overdenkingen, beschouwing
Doemscenario: voorspelde gang van zaken met noodlottige afloop
Efficiënt: doelmatig, snel en effectief
Evident: heel duidelijk, zonneklaar
Fungeren: de taak hebben van, dienst doen als
Handzaam: gemakkelijk in het gebruik, handig
Impliciet: tussen de regels door gezegd, niet openlijk
Inzake: betreffende, aangaande, te maken hebben met, omrent, over
Kentering: verandering, ommekeer
Latent: verborgen, onzichtbaar aanwezig
Lijdzaam: zonder verzet, berustend
Naarmate: naargelang, ‘geeft een verhouding aan’
Onderkennen: onderscheiden, constateren
Perceptie: waarneming
Prognose: voorspelling
Resistent: bestand tegen, immuun
Trachten: proberen
Urgent: dringend, spoedeisend
Voorbarig: te vroeg, op de gebeurtenissen vooruitlopen
Ambitieus: eerzuchtig, strevend naar iets beters/hogers
Arbitrair: willekeurig, zoals het toevallig uitkomt
Authentiek: echt, niet nagemaakt
Elitair: niet voor de gewone man
Gedijen: groeien
Hang: verlangen, vorderend
Heimelijk: stiekem
Innovatie: vernieuwing, modernisering
Jegens: ten opzichte van, tegenover
Lotgevallen: belevenissen
Louter: enkel en alleen, puur, zuiver
Oeverloze: zonder einde, tot niets leidend
Ondermijnen: aantasten, verzwakken
Pril: pas ontstaan, jong (en onbedorven)
Prominente: vooraanstaande, belangrijke
Schaars: slechts in kleine hoeveelheden beschikbaar
Triviaal: gewoon, onbeduidend, alledaags, banaal
Ultieme: allerlaatste
Vergaren: verzamelen
Voortschrijdend: verdergaand, vorderend
Aan de kaak stellen: duidelijk laten zien dat iets verkeerd is
De kroon spannen: de beste zijn
De schijn tegen hebben: het lijkt erop dat je schuldig bent of niet de waarheid spreekt
Een hoge vlucht nemen: zich goed ontwikkelen
Afbreuk doen aan: minder goed/mooi maken
Geen hout snijden: ergens niets aan hebben
Gepaard gaan met: samen gaan met
Goede sier maken: pronken, genieten, bewonderd worden
Hoog aangeschreven staan: een goede naam hebben
Met argusogen bekijken: met wantrouwen bezien
In strijd zijn met: niet samengaan met, niet in overeenstemming zijn met
Op de koop toe nemen: een (nadelig) neveneffect er extra bij nemen
Over één kam scheren: op dezelfde manier beoordelen, geen onderscheid maken
Te hoop lopen tegen: protesteren
Van de hand wijzen: weigeren, niet accepteren
Aan banden leggen: beperken, verminderen
Bij de pakken neerzitten: moedeloos zijn
De spuigaten uit lopen: te ver gaan, te erg zijn
Een brug slaan: met elkaar in contact brengen
Gebaat zijn bij: voordeel hebben van
Geen been zien in: geen bezwaar hebben tegen, niet terugschrikken voor
Geen zoden aan de dijk zetten: geen effect hebben, niet helpen
Gelijke tred houden met: zich in hetzelfde tempo ontwikkelen
Haaks staan op: totaal anders zijn, tegengesteld zijn
Hand in hand gaan met: samengaan, gepaard gaan
In het gedrang komen: verdrukt dreigen te worden
Op zijn beloop laten: laten gebeuren
Op gespannen voet staan met: moeilijk samengaan met, niet overeenkomen met
Te kampen hebben met: last hebben van
Zich neerleggen bij: berusten, accepteren
REACTIES
1 seconde geleden
P.
P.
Amnestie is het vrijstellen of herroepen van strafvervolging voor bepaalde daden door het hoogste gezag van een staat.
8 jaar geleden
AntwoordenP.
P.
recidivist
Webdefinities
Recidive betekent letterlijk herhaling. De term recidive wordt hoofdzakelijk gebruikt waar het gaat om strafbare feiten ofwel: gaan mensen die ooit veroordeeld zijn opnieuw in de fout? Recidivecijfers geven aan in welke mate mensen na een veroordeling in herhaling vallen. .
8 jaar geleden
AntwoordenD.
D.
Het waren niet zulke hele goede woorden ofzo. Ik heb er helemaal niks aan gehad eigenlijk.
8 jaar geleden
AntwoordenH.
H.
slecht
7 jaar geleden
AntwoordenA.
A.
goed
6 jaar geleden
Antwoorden