Begrippenlijst 3vwo Hoofdstuk 2:
bondgenootschappen=
Door de spanningen in Europa omstreeks 1900 waren bondgenootschappen ontstaan. Duitsland steunde Oostenrijk-Hongarije en vormde zo een centraal blok in midden Europa: de centralen.
Frankrijk en Rusland vormden een bondgenootschap om samen een Duitse aanval te weerstaan. De bedoeling van deze bondgenootschappen was om oorlog te voorkomen, maar de praktijk bleek anders te verlopen.
Centralen=
Duitsland vormde met Oostenrijk-Hongarije een bondgenootschap. Door hun centrale ligging in Midden-Europa werden zij \'de centralen\' genoemd. In de eerste Wereldoorlog waren het de tegenstanders van de geallieerden. Turkije en Bulgarije sloten zich bij hen aan.
Communisten=
Na de Oktober Revolutie kwamen in Rusland de communisten onder leiding van Lenin aan de macht. De communisten wilden alle bedrijven en grond gemeenschappelijk bezit maken. De communisten zeiden te regering in naam van geheel het volk, maar in feite was er sprake van een dictatuur van een partij (de communistische partij)
Geallieerden=
De tegenstanders van Duitsland en Oostenrijk-Hongarije in de eerste wereldoorlog wereden de geallieerden (de verbondenen) genoemd. De belangrijkste geallieerden waren: Frankrijk,Rusland,Engeland en na 1917 ook de VS van Amerika.
Loopgraven=
Nadat het Von Schlieffenplan was mislukt moesten de Duitsers zelf gedeeltelijk terugtrekken. Ze groeven zich in in loopgraven. Aan het westelijk front ontstond een uitputtingsoorlog waarbij de legers elkaar vanuit loopgraven bestookten. Wij spreken ook wel van loopgravenoorlog.
Neutraliteit=
Een land dat tijdens een oorlog geen partij kiest is een neutraal land. Als een oorlogvoerend land zo\'n neurtraal land toch aanvalt dan wordt de neutraliteit geschonden. Duitse troepen vielen op 4 augustus 1914 België en Luxemburg binnen. Zij schonden zo de neutraliteit van deze landen (beide landen hadden zich namelijk neutraal verklaard)
Preventieve oorlog=
De Duitse generaals waren bang voor een tweefronten oorlog tegen Rusland en Frankrijk. Volgens het Von Schlieffenplan konden zij die alleen winnen als eerst de Fransen zouden worden verslagen. In de zomver van 1914 was een oorlog in het oosten tegen Servië en met name ook Rusland aanstaande.
Om een tweefronten oorlog te voorkomen begon Duitsland direct een preventieve oorlog te voeren tegen Frankrijk om dat land eerst te verslaan.
Russische Revolutie=
In 1917 verlangden veel Russen naar vrede. De grote ontevredenheid leidde in 1917 tot twee revoluties. De Februari-Revolutie maakte een einde aan het bewind van de tsaar. Maar de nieuwe regering zette de oorlog voort. Na de Februari-Revoluite kwamen in de Oktober-Revolutie (1917) de communisten onder leiding van Lenin en Trotzki in Rusland aan de macht. Lenin beloofde brood, vrede en grond. Met de Duitsers werd onderhandeld over vrede. De Oktober-Revolutie is het beginpunt van de supermacht Sovjet-Unie (USSR).
Von Schlieffenplan=
Generaal Von Schlieffen had een oplossing bedacht voor een dreigende tweefronten oorlog tegen Rusland en Frankrijk. Volgens dat Von Schlieffenplan moest Duitsland eerst Frankrijk aanvallen via de neutrale landen en dat land snel verslaan (een directe aanval was vanwege de zwaar verdedigde grens niet mogelijk). Daarna zouden de troepen met vereende krachten in het oosten Rusland verslaan.
Tweefronten oorlog=
Duitsland lag ingeklemd tussen Rusland en Frankrijk. Die twee landen waren bondgenoten van elkaar. De grootste Duitse angst was een tweefronten oorlog te moeten voeren, tegelijkertijd tegen zowel Frankrijk als Rusland. De Duitse generaal Von Schlieffen bedacht een plan om een tweefronten oorlog om te zetten in twee opeenvolgende oorlogen.
Verdrag van Versailles=
In 1919 werd het Verdrag van Versailles getekend. Duitsland werd als enige schuldige aan de Eerste wereldoorlog aangewezen. Als boete moest het alle kolonies afstaan, 132 miljard goudmark betalen en grensgebieden aan de Europese buurlanden geven (zoals Elzas-Lotharingen aan Frankrijk)
Zelfbestuur=
Wil zeggen dat een volk een eigen gebied krijgt en zichzelf mag besturen. Oostenrijk-Hongarije telde binnen haar grenzen een groot aantal volkeren die naar zelfstandighei verlangden. De Hongaren bijvoorbeeld kregen al in 1848 een grote mate van zelfbestuur. Zij hadden echter nog geen eigen land. Dat kregen ze pas in 1919 na de eerste Wereldoorlog, toen nog een groot aantal volkeren in Midden- en Oost-Europa zelfbestuur kreeg.
REACTIES
1 seconde geleden
M.
M.
waarom moest oostrijk-hongarije geen boete betalen, zij gegonden toch met de oorlog.
12 jaar geleden
AntwoordenF.
F.
erg goed uitgelegd, ik heb het nu ook over de eerste wereldoorlog, ik vind dat preventieve oorlog wel iets beter uitgelegd mag worden, ik heb er veel aan gehad aan jou 'verslagje'
11 jaar geleden
Antwoorden