begrippenlijst

Beoordeling 6.3
Foto van een scholier
  • Begrippenlijst door een scholier
  • 4e klas havo | 206 woorden
  • 18 mei 2011
  • 13 keer beoordeeld
Cijfer 6.3
13 keer beoordeeld

Kernbegrippen geschiedenis:

Confessionalisme: Ideologie die stelt dat de politiek op religieuze grondslagen gebaseerd moet zijn.

Democratisering: Streven naar meer inspraak: steeds meer groeperingen krijgen invloed op het bestuur en politiek.

Emancipatiebeweging: Maatschappelijke groepering die ijvert voor gelijkberechtiging op een bepaald gebied.

Feminisme: Beweging die streeft naar een gelijkwaardige behandeling van vrouwen en mannen.

Imperialisme: Proces waarbij landen hun macht in andere delen van de wereld willen vergroten, bijvoorbeeld door er handelsposten te vestigen of invloed uit te oefenen op het lokale bestuur.

Industriële Revolutie: Omschakeling van handmatig naar machinaal vervaardigde goederen.

Industriële samenleving: samenleving waarbij een groot deel van de bevolking in fabrieken werkt en in steden woont.

Liberalisme: ideologie die vrijhei voor het individu nastreeft, met name op staatkundig en economisch gebied.

Modern imperialisme: Fase van het imperialisme (vanaf ongeveer 1850) waarbij de Europeanen steeds meer overzeese gebieden veroveren en tot kolonies maken.

Nationalisme: Vorm van groepsbewustzijn die zich uit in sterke voorkeur voor eigen volk of land.

Politieke stroming: Een groep mensen die dezelfde politieke overtuiging aanhangt.

Sociale kwestie: In de 19de eeuw leefden veel arbeiders in miserabele omstandigheden. De welgestelde mensen die het voor hen opnamen, betitelde dit als de ‘sociale kwestie’.

Socialisme: Ideologie die streeft naar meer gelijkheid voor alle burgers.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.