Deel 2 - hoofdstuk 14: Je levensstroom

Beoordeling 5.3
Foto van een scholier
  • Begrippenlijst door een scholier
  • vwo | 444 woorden
  • 19 mei 2011
  • 3 keer beoordeeld
Cijfer 5.3
3 keer beoordeeld

Begrippenlijs biologie hoofdstuk 14: Je levensstroom

- Het foramen ovale: De verbinding tussen rechter en linker boezem bij de bloedsomloop van een foetus

- Ductus Botalli: verbinding tussen de longslagader en de aorta bij de bloedsomloop van een foetus

- Ductus Venosus, het bloedvat waarin de navelstrengader uitmondt, komt terecht in de onderste holle ader

- Dubbele bloedsomloop: hart-longen-hart-lichaam-hart

- Plaque: vetachtige stoffen die zich aan kleine beschadigingen in het dekweefsel van de slagaders hechten.

- Atherosclerose: vernauwing van de bloedvaten

- Diastole: het ontspannen van de boezems en de kamers

- Boezemsystole: samentrekken van de boezems

- Kamersystole: samentrekken van de kamers

- Sinusknoop: natuurlijke pacemaker, zorgt voor het kloppen van het hart

- Atrio-ventriculaire knoop: de boezem-kamer knoop

- Bundel van His: groep geleidingscellen in de wand tussen de twee kamers

- Purkinjevezels: zijtakken die impulsen afgeven aan de kamerwanden

- ECG: elektrocardiogram, laat de elektrische activiteit van het hart zien

- Hemoglobine: de natuurlijke zuurstoftransporteur in rode bloedcellen

- Sikkelcelanemie: erfelijke aandoening waarbij de bloedcellen bij een lage zuurstofconcentratie veranderen in sikkelvormige cellen die in de haarvaten vast komen te zitten.

- Heemgroep: elk hemoglobinemolecuul bestaat uit het eiwit globine met vier heemgroepen. Het ijzer in het centrum van elke heemgroep kan een zuurstofmolecuul binden

- Rode beenmerg: plaats waar rode bloedcellen worden geproduceerd

- Plasma-eiwitten: eiwitten die een rol spelen bij het binden en transporteren van andere stoffen, bij het handhaven van de colloïd osmotische waarde en bij de afweer als antistoffen

- Tromboplastine: enzym dat uit beschadigde weefsels komt bij een wond, het zet een reeks reacties op gang.

- Fibrine: vormt fibrinedraden, wordt gevormd uit fibrinogeen door een reeks van reacties

- EPO: erythropoiëtine, een hormoon dat de productie van bloedcellen stimuleert

- Bovendruk: druk in de slagaders tijdens de kamersystole

- Onderdruk: druk in de slagaders tijdens de diastole

- Bloed-hersenbarrière: in de hersenen sluiten de dekweefselcellen beter aan, veel stoffen passeren alleen door actief transport de haarvatwand

- Filtratie: het persen van bloedplasma door de haarvaten waardoor het weefselvocht wordt

- Resorptie: het terugstromen van weefselvloeistof naar het bloedplasma

- Colloïd osmotische waarde: zorgt ervoor dat weefselvocht aan het einde van de haarvaten terug het bloed in stroomt

- Lymfevaten: een ander stromingssysteem dat met afweer te maken heeft en eindigt in de bovenste holle ader

- Lymfeknopen: plaatsen in het lymfesysteem waar zich grote aantallen witte bloedcellen bevinden

- Oxygenatie: een speciaal type binding die eenvoudig te verbreken is van zuurstof aan hemoglobine

- Dissimilatie: verbranding

- Carbaminohemoglobine: HbCO2, koolstofdioxide dat bindt aan hemoglobine

- Koolzuuranhydrase: enzym (katalysator) in de rode bloedcel dat CO2 met H2O sneller laat reageren tot koolzuur

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.