Hoofdstuk 4

Beoordeling 5.9
Foto van een scholier
  • Begrippenlijst door een scholier
  • 1e klas havo/vwo | 303 woorden
  • 4 juli 2009
  • 49 keer beoordeeld
Cijfer 5.9
49 keer beoordeeld


De begrippen van De Geo H4 van 1 Havo/ Vwo.
Sommige heb ik open gelaten, ik wist ze niet allemaal...

Dagelijkse Voorzieningen: Voorzieningen die je bijna dagelijks gebruikt
Gespecialiseerde Voorzieningen: Voorzieningen waar je weinig gebruik van maakt
Reikwijdte: Maximale afstand die mensen willen reizen om naar je winkel te komen
Drempelwaarde: Minimum aantal klanten voor een winkel om te kunnen bestaan
Draagvlak: Aantal mogelijke klanten in een gebied
Verzorging gebied: Een gebied dat allerlei stedelijke voorzieningen heeft.
Verzorging Nivea: Aantal en kwaliteit van de voorzieningen
Verzorging Centrum: Centrale stad
Binnenstad: Oudste deel van een stad
Stadcentrum: Kantoren, winkels en uitgaansgebied
Central Bussines District (CBD): Zakenwijk waar kantoren en winkels overheersen
City Vorming
Oude wijken: 19e eeuwse arbeiderswijk verbonden met opkomst industrie
Nieuwe Woonwijk
Renovatie :
Opknappen van oude huizen
Stedelijk gebied: Gebied van steden dat aan elkaar gegroeid is
Bevolkingsdichtheid: Aantal inwoners per Km2
Landelijk gebied: Gebied met weinig bebouwing
Agglomeratie: Stad met daaraan vastgegroeide steden en dorpen
Stadsgewest
Sub-Urbanisatie: Verstedelijking van het platte land rond een grote stad
Re-Urbanisatie: Als na jaren van afname het aantal inwoners van een stad stijgt
Netwerk stad: Netwerk van contacten over een stedelijk gebied
Anexatie: Inlijven van een bepaald gebied bvb Hulten en Tilburg
Forensisme: In een andere stad werken dan waar je woont
Geboortecijfer: Aantal geboortes per jaar per 1000 inwoners
Sterfte cijfer: Aantal overlijdens per jaar per 1000 inwoners
Verstigingscijfer: Hoeveel mensen zich in een gebied vestigen
Vertrekcijfers: Hoeveel mensen er uit een gebied vertrekken
Migratiesaldo: Verschil tussen de vertrekkende en zich vestigende mensen
Sociale Bevolkingsgroei: Vestiging en vertrek van mensen in een bepaald gebied
Vestigingsoverschot: Als er meer mensen vestigen dan vertrekken
Vertrekoverschot: Als er meer mensen vertrekken dan verstigen
Absolute cijfers: Aantallen en hoeveelheden
Relatieve Cijfers: In % Of Promille
Procent: Hondertste
Promille: Duizendste

Migratie: Verhuizen naar een ander Woongebied
Emigratie: Vertrek uit een land
Immigratie:Binnenkomen in een stad
Landverhuizing: Verhuizen naar een ander land
Allochtonen: Mensen uit een ander land
Niet westerse allochtonen: Mensen uit een niet westers land
Vluchtelingen: Mensen uit een ander land die daar niet veilig zijn

REACTIES

N.

N.

thxx nu hoef ik het zelf niet te typen

6 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.