Het Noorden tegenover het Zuiden.

Beoordeling 5.4
Foto van een scholier
  • Begrippenlijst door een scholier
  • 3e klas havo | 301 woorden
  • 23 januari 2012
  • 7 keer beoordeeld
Cijfer 5.4
7 keer beoordeeld

2.1
Regionale ongelijkheid: Ongewenste verschillen in welvaart tussen bepaalde gebieden.

BNP per hoofd: Alles wat in een jaar in een land word verdiend, gedeeld door het aantal inwoners.

Ontwikkelings index: Cijfer tussen 0 en 1 dat gebaseerd is analfabetisme, de levensverwachting en het inkomen in een land.

Noord-Zuidtegenstelling: De grote verschillen tussen het rijke Noorden en het arme Zuiden.

Wereldtriade: De drie dominerende handelsplaatsen in de wereld. Noord-Amerika, Oost-Azië en de EU.

Buitenlandse directe investeringen: Geld dat in een ontwikkelingsland geïnvesteerd wordt door en een bedrijf te beginnen of over te kopen.

2.2
Globalisering: Het proces dat steeds meer landen deel uit maken van de wereld handel.

Exportsubsidie: Geld dat bedrijven van de overheid krijgen zodat ze met hun goederen kunnen concurreren op de buitenlandse markt.

Protectiemaatregelen: Bescherming van eigen bedrijven door een maatregel die buitenlandse goederen van de eigen markt moet weren.

2.3
Multinationals (MNO): Grote bedrijven zoals bijv. Philips en McDonald’s die vestigingen hebben over de hele wereld.

Wereldhandel organisatie (WTO): Een organisatie die toeziet op de naleving van afspraken over de handel tussen landen.

4.1
Marktgerichte globalisering: Bedrijven verplaatsen hun productie naar een ander land vanwege de markt.

Kostengerichte globalisering: Bedrijven verplaatsen hun productie naar een ander land met als doel kosten te besparen.

Directe werkgelegenheid: De banen die direct ontstaan door de vestiging van een bedrijf. (bijv. personeel aan de lopende band)

Indirecte werkgelegenheid: Werkgelegenheid dat indirect ontstaat door de vestiging van een bedrijf, (bijv. schoonmaker via een schoonmaakbedrijf)

4.2
Multilaterale hulp: (Ontwikkelings)hulp waarbij meerdere landen hulp verlenen aan één of meer arme landen, vaak via hulporganisaties.

Bilaterale hulp: (Ontwikkelings)hulp die van het ene land naar het ander gaat.

Niet-gouvermentele organisaties (NGO): Een organisatie (niet van de overheid) die voor een bepaald belang opkomt.

Millenniumdoelen: De acht doelen op het gebied van ontwikkelingssamenwerking, van armoedebestrijding die in 2015 bereikt moeten zijn.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.