Opdracht 19. 19.1a Op de afbeelding zien we vooral de kleuren: Rood, geel en bruin. Het zijn tinten van die kleuren. 19.1b Ja, dat zien we, want de bruin gele achtergrond komt terug in kleren van de man. Zijn hemd, en zijn enkel banden zijn geel, en zijn huidskleur is bruin. Aan de bovenkant van de foto zie je een roodachtige lijn. De vrouw op de foto draagt een rode jurk.
19.2a De voorwerpen op de kleding van de man, de versieringen op het hoofddeksel van de vrouw. Ook de motieven in de kleding zijn zeer authentiek. 19.2b De staf die de man en de vrouw in hun handen hebben, want het ziet er speciaal uit. De staf zal worden gebruikt bij een feest of een ceremonie. Het zal wel een speciale betekenis voor de mensen hebben. 19.2c De handtas van de vrouw, en de man heeft een soort schoenen aan. En de ring om de vrouw haar hand zou ook westers kunnen zijn. Het is een westers model. 19.2d Ja, die zie je, denk maar eens aan Afrikaanse kunst die mensen kopen. Of aan Afrikaanse dansen die je in de schouwburg kunt gaan bekijken. Of een Afrikaans eethuis.
19.3 -Het gaat om Keyniaanse mensen.
Ze leven in het Samburu national park. Ze behoren tot de Bantoets.
Foto1
Ze zijn bruin, en ze dragen niet westerse kleding. Op de foto’s is ook te zien dat ze nog in hutjes wonen. Het zijn zeker geen huizen van steen. Ze leven heel eenvoudig en arm. Ze hebben geen schoeisel aan. Dat kun je zien aan de eenvoudige huizen waarin ze wonen. Ook de bestrating is niet al te goed. Het is gewoon een zandweg. Hun kleding is wel en vorm van kunst. De kleding is heel mooi versierd met verschillende patronen en figuren. Over de godsdienst kunnen we helaas niks zeggen.
Foto 2: Het gaat om Keyniaanse mensen. Ze leven in het Samburu national park. Ze behoren tot de Bantoets. Ze dragen traditionele kleding, daaraan kun je zien dat het om de oorspronkelijke bewoners gaat en ze hebben de geit met een bijl geslagen om bloed af te tappen. En dat bloed drinken ze op. Het leven is heel eenvoudig, dit kun je zien aan de kleding met name de schoenen. Ook kun je een beetje van de omgeving zien, en dat ziet er niet echt modern uit. De beker die ze gebruiken is een vorm van kunst. Iemand uit de stam zal zo’n beker gemaakt hebben. Ook de sieraden om de nek van de man zijn een vorm van kunst. Over de religie kun je niks zeggen.
Foto 3: Het gaat om Keyniaanse mensen. Ze leven in het Samburu national park. Ze behoren tot de Bantoets. Ze dragen traditionele kleding, daaraan kun je zien dat het om de oorspronkelijke bewoners gaat. Ook de dans die ze uitvoeren hoort bij die bevolkingsgroep. Het leven is heel eenvoudig, dit kun je zien aan de kleding met name de schoenen. De veren op het hoofd van de voorste man en de stokken die ze bij zich hebben zijn een vorm van kunst. De dans die ze uitvoeren zou een religieuze dans kunnen zijn, maar dat konden wij niet goed opmaken uit de foto.
De kleur rood zie je de hele tijd terug. Rood is de kleur van warmte en van bloed. Door die kleding willen ze er anders uitzien als een andere stam. De kleur rood is dus een soort herkenningskleur. Alleen hun stam draagt zulke rode kleren.
4b. Het masker is van leer, veren, touw en hout gemaakt. 4c. Het hout is gegutst, dat kan je zien doordat ze van een stuk hout een gezicht hebben gemaakt. Ze hebben ogen en neus gegutst. Het touw hebben ze aan het masker vast gemaakt zodat het een baard lijkt. Het gezicht hebben ze geschilderd en versierd met allerlei dingetjes. 4d. Het masker zat hoog op het gezicht, omdat je alleen door het touw van de baard kon kijken. De rest van het masker was gesloten, zodat je er niet doorheen kan kijken. 4e. Je kunt dat zien door de veren. De veren zijn van de blauwe fazant. De veren zijn groot en staan fier op het masker. Daaraan kun je zien dat het om de verering van de blauwe fazant gaat.
5b. Het masker is gemaakt van touw, een soort zaden/schelpen en hout. Het hout is in de goeie vorm gesneden, en de zaden/schelpen zijn op het hout geplakt in een patroon. Het touw is in bosjes op het masker geknoopt. 5c. Het eerste masker is erg rood van kleur, terwijl het tweede masker groen/wit van kleur is. De materialen komen wel overeen, alleen zijn ze anders gebruikt. Het tweede masker is ook een stuk groter dan het eerste. Het eerste masker is makkelijker om op te zetten, want je kunt door de baard heen kijken. Volgens ons kun je niet door het tweede masker kijken.
6a. De bewegingen van de danser met het tweede masker zullen niet moeilijk zijn, want hij kan niks door het masker zien. Hij zal daarom wel op zijn plaats blijven en daar een dans opvoeren. De danser met masker een zal zich veel beter kunnen bewegen, omdat de danser is ziet. De muziek zal vrij ritmisch zijn, met veel trommels en gezang. Bij het tweede masker zal de muziek wat rustiger zijn, omdat de danser zich minder makkelijk kan bewegen. 6b. Masker 1: We vinden het een best mooi masker. Het lijkt ons heel moeilijk om zo’n masker te maken met primitieve middelen. De ogen van het masker zijn wel een beetje kil. Dat hadden wij anders gedaan. Masker 2: Het masker ziet er vrolijk uit, alleen vinden wij hem minder mooi dan de eerste.
Opdracht 20. 1. “Diamonds on the soles of her shoes” cd van Paul Simon, Graceland.
2. Er worden instrumenten gebruikt die origineel Afrikaans zijn. Er worden slaginstrumenten gebruikt. Ook worden er blaas instrumenten gebruikt die uit de westerse cultuur komen. Verder zijn er nog geluiden te horen die volgens ons door computers zijn geproduceerd. In het nummer wordt er gezongen over een meisje dat zo rijk is dat ze dimanten op de zolen van haar schoenen plakt. Ze laat dus duidelijk zien dat ze heel rijk is. Aan de andere kant hebben ze het over een jongetje die hard moet werken om zich gewone schoenen te kunnen veroorloven. Verder moet hij slapen in een portiek, dus hij is dakloos. Deze tegenstelling past wel bij de Afrikaanse blues. Over het verschil in arm en rijk. Verder wordt er a capella gezongen door een afrikaans gospel koor. De zanger zingt gewoon in het Engels.
3. We hebben muziek beluisterd van Baba Ken Okulolo and the Nigerian Brothers met het nummer Salotu. Deze muziek is gemaakt door Afrikanen. Ze beginnen ook met a capella muziek. Ze gebruiken ook originele slaginstrumenten en rammelaars. We hebben in dit nummer echter geen westerse invloeden of andere culturen gevonden.
4.
Opdracht 21.
1. Nummer 1: Bigi Emiri fu Ban Ban dyari siton graman behoort volgens ons tot de Kaseko stroming. Het is een vlot dansnummer. Verder is het gespeeld door the Surinam Kaseko Troubadours. Nummer 2: Gron Tapu is een nummer uit de Kawina stijl. Er is duidelijk voor- en nazang. Verder worden er veel slaginstrumenten in dit ritmische nummer gebruikt. Nummer 3: Oedho Bhoorwa Medhoer Poere Djaiho klinkt erg oosters maar is niet erg moderne muziek. Vooral aan de zang waar ze heel lang dezelfde tonen aanhouden. Daarom denken we dat dit Baithak Ghana muziek is. Nummer 4: Golden Sail in Japanese Rain is Gamalan muziek. De muziek klinkt ook wel aziatisch. Met veel belletjes en andere rinkelende instrumenten. Ook uit de naam van het nummer is op te merken dat het nummer wel eens uit indonesië kan komen. Nummer 5: Mi Sen a Boi vinden we heel ritmisch en feestelijk. Daarom behoort deze tot de Kaseko muziek.
2a. De instrumenten moeten niet te groot en te zwaar zijn. Verder moet je ritmisch op de muziek kunnen lopen en er wat danspasjes erbij kunnen maken. Het moet dan ook vrolijke muziek zijn die mensen in een feeststemming brengen. 2b. Het nummer voldoet wel aan deze eisen. Het wordt gespeeld met verschillende blaasinstrumenten. En klinkt erg ritmisch en feestelijk. 2c. De kaseko muziek is ontstaan uit militaire muziek, jazz muziek en dansmuziek als de mambo. Het nummer heeft zeer ritmische stukken die terug te herleiden zijn op de militaire marsmuziek. Verder worden er blaasinstrumenten gebruikt die je ook in de jazz tegenkomt. Het totaal levert een swingend nummer waar je goed op kan dansen. 2d. 3a. Het eerste stuk is rustig met veel blaasinstrumenten en geeft een beetje een droevige sfeer weer. Daarna komt een stuk met slaginstrumenten en zang. Dit is iets verlichtend. Tot slot barst het los en komen veel instrumenten door elkaar heen. Er komt een echte feestsfeer los. 3b. Winti is een afro-amerikaanse verering van geesten van de creolen. De geesten nemen bezit van de dansers en maken zo verborgen zaken bekend en genezen ziektes. 4. we vinden het nummer Gron Tapu het mooiste. Dit is echt een imboorlingen nummer. Weinig begeleiding, alleen slag instrumenten. Verder is de zang met vraag en antwoord en is niet te verstaan, zoals dat hoort bij een afrikaans nummer.
Opdracht 22. 22.1a B’Anansi nodigde Fa Faya (het vuur) uit om op bezoek te komen, hij wilde dit in eerste in stantie niet, maar B’Anansi bleef aandringen. Uiteindelijk gaf Fa Faya toe en ging op bezoek maar onder weg werd Fa Faya heel erg groot en gevaarlijk. Toen B’Anansi hem aan zag komen, wilde hij dat Fa Faya wegging, maar die trok zich daar niks van aan en ging naar binnen waardoor het huis in brand vloog. B’Anansi kon nog vluchten maar zijn familie zat gevangen in het huis en overleed. 22.1b De les uit dit verhaal is, dat je niet altijd moet blijven doorzeuren. Als iemand nee zegt, moet je je daar bij neerleggen. Anders zou het wel eens fout kunnen gaan aflopen. 22.2 Het zou iets betekenen van: Nodig mij niet uit, want ik ben het vuur, je zult spijt krijgen van je uitnodiging. Het is wel van belang om te weten, maar zonder die zin snap je het verhaal ook wel.
22.3a De functie van het verhaal is kinderen zeuren af te leren met een voorbeeldverhaal. De culturele waarde is dat het verhaal van ouder op kind is doorvertelt en zo het verhaal al eeuwen heeft kunnen overleven en het een stukje geschiedenis is. 22.3b De overeenkomsten van dit verhaal met de West-Europese verhalen is dat beide een les hebben die we met een verhaal de kinderen willen leren. Het verschil is dat de verhalen in West-Europa meestal een goed einde hebben.
22.4 Enerzijds is dit wereldliteratuur, omdat het een functie heeft en omdat het al een heel oud verhaal is. Anderzijds is het geen literatuur, omdat het veel te kort is en er is geen ontwikkeling van de personen. Daarnaast vertelt het niets over hoe de Surinamer zijn en leven. Daarom vinden wij dit geen wereldliteratuur. 22.5
Opdracht 23. 23.1 Het zijn hele oude afbeeldingen, uit de tijd van het kolonisme.
23.2a Bij 18a: Het hoofd van het dier en het bot.
Bij 18b: Het (netjes) langs elkaar zitten op de bank
Bij 18c: De waaier is van bankbiljetten
23.2b De cilindervorm van de kachel en het bij elkaar zitten van mensen zijn universele aspecten.
23.3 18a: Er was eens een man die leefde in het oerwoud. De man moest tegen grote en gevaarlijke beesten vechten. Op een dag had hij vuur bij zich en alle grote en gevaarlijke beesten bleven weg. Toen dacht de man: Waarom blijven alle beesten uit mijn buurt. Hij dacht dat het aan het vuur lag en nam sindsdien elke keer vuur mee in het oerwoud, en werd nooit meer aangevallen door de gevaarlijke en grote beesten. Afbeelding 18b: Er was eens een mandie vaak van huis was. Hierdoor liet hij zijn vrouw dan alleen thuis. Op een dag dat hij weer thuis kwam was zijn vrouw voor de tweede keer zwanger. Toen het kindje geboren werd bleek hij van een andere, blanke man te zijn. Dit zagen ze aan de huidskleur van de jongen. De man ging het leger in en vermoorde de verkrachter van zijn vrouw en kwam hierdoor op een hoge functie terecht in het leger. Afbeelding 18c: Er waas eens een vrouw die trouwde met een rijke man. De vrouw hoefde niets te doen, omdat ze genoeg geld hadden om alles te laten doen. Ze hadden heel veel vrienden in de hogere kringen. Toch was de vrouw niet gelukkig en kon niet langer haar achtergrond verloochenen. Ze ging toen elke week met een paar arme arbeiders op het achtererf zitten praten.
23.4 In de eerste twee afbeeldingen is het kleurgebruik licht, dat vrolijkheid uitspreekt. Het laatste schilderij is donker, dat iets slechts voorspeld. In de tweede afbeelding is niet gedetailleerd getekend in tegenstelling tot de laatste afbeelding die heel gedetailleerd geschilderd is. In de eerste en tweede afbeelding is geen symboliek, terwijl er in de derde afbeelding wel symboliek is, zoals de bankbiljetten.
23.5a Afbeelding 18c, omdat die iets duidelijker is dan de andere twee en omdat er meer op te zien is en het onheilspellende spreekt ons ook aan. 23.5b
Opdracht 25. 25.1a Bij afbeelding 19a: De achtergrond is heel statisch, terwijl het paard met de ruiter heel dynamisch beweegt. Verder is de achtergrond licht, terwijl het paard en de ruiter samen met de balken donker zijn. Bij afbeelding 19b: Het water is dynamisch, terwijl de rest statisch is. De waterval waar het water uit komt is dominant aanwezig door de lichtere kleur ten opzichte van de achtergrond. Daardoor valt de waterval op. 25.1b Wij denken dat de muren bij beide afbeeldingen gemaakt zijn van beton. Dit omdat er lichtere en donkere pukkels op de muren zitten en dat heb je bij beton. Verder zijn de paardenstallen van hout gemaakt. Dit zie je aan de kleur en de balkvorm. 25.1c Het water dat uit de waterval is stroomt is heel dynamisch. De statische blokken beton geeft hij dynamischiteit, door er verschillende grote en kleine blokken neer te zetten e omdat hij twee verticale inhammen in het grote betonblok heeft gemaakt.
25.2a
25.2b
25.2c Wij denken dat op de grote rotonde in Geldrop wel mooi zou zijn als er een werk van Barragán. Deze rotonde is momenteel een saai verkeersplein en als er een mooi kunstwerk staat is dit een visitekaartje van Geldrop.
25.3 Afbeelding 19a: Praktische functies hebben de omheining, omdat anders de paarden weglopen.daarnaast heeft de balkconstructie ook een praktische functie, namelijk dat je de paarden daar kan leren springen en je kunt er een rondje omheen lopen met de paarden. De beeldende functies is vooral de betonblokken als omheining, hij heeft ervoor gezorgd dat het wel een praktische functie heeft, maar heeft eraan ook een beeldende functie aan gegeven. Afbeelding 19b: Praktische functies hebben de omgeving van de waterval. Daarnaast heeft de waterval ook een praktische functie, namelijk het vervoeren van water zonder verandering te brengen aan het grondwaterpeil, waardoor het hout eerder gaat rotten. De beeldende functie van deze afbeelding is de waterval, die met zij opvallende kleur en zijn hoogte de ogen van de voorbijganger aantrekt
25.4
Opdracht 26. 26.1 Het gedicht heeft iets treurigs en het heeft iets van trots. Het treurige is dat Manuel dood is en het trotse is dat hij voor de aarde dood is gegaan.
26.2a Deel 1: Op de vochtige aarde werd hij geboren….. Op de vochtige aarde ging hij dood. Deel 2: Om haar hebben ze hem gedood…..De aarde die e hem hadden nagelaten. Deel 3: Naar de vochtige aarde keerde hij terug…. Door de strijd van indo Manduel. In deel 1 wordt het leven van de man beschreven, in deel 2 gaat over waarom hij dood is gegaan en deel 3 gaat over de gevolgen van zijn dood. 26.2b Deel 1 vrolijke (primaire) kleuren, want dat is vrolijk. Deel twee donkere kleuren, aant dat gaat over de dood en deel 3 grijs, blauw, van de wolken die huilen.
26.3a
26.3b
26.4 Indo Manduel wilde zijn land verdedigen, maar werd door de vijand verslagen.
26.5 Wij vinden het een leuk gedicht. De vorm is anders dan normaal en dat is ook eens een keer leuk om te lezen. Daarnaast is het woordgebruik niet te moeilijk en het verhaal heeft ook een, niet moeilijk te ontdekken, boodschap. Dat maakt het gedicht een leuk gedicht.
Opdracht 27. 27.1a Ze wil laten zien dat ze veel geleden heeft. Dat blijkt uit de bovenstaande tekst, op het schilderij kun je het zien aan de ketting van stekels. 27.1b Dat ze het slecht heeft laat ze zien aan de stekelketting. Aan de bloemen op haar hoofd en hun oor kun je zien dat ze hoop heeft op betere tijden.
27.2a Je ziet weer hetzelfde soort mensen. 27.2b Dag en nacht. 27.2c Het samengaan van de tegenstellingen, want ze lopen in elkaar over. Er is geen duidelijke scheiding te zien. 27.2d Je kunt het zien doordat de Godin overal bovenuit steekt. Het lijkt erop of alles bij hun begint. Uit het lichaam komen allemaal natuurlijke elementen. Haar armen betekent dat zoij de wereld bij elkaar houd. Zij zal waken over de wereld. Zij zorgt dat alles goed komt. 27.2e Dat hij de toekomst kan voorspellen. 27.2f De liefdesomarming betekent dat zij de wereld en de mensen leuk, aardig vindt. Daardoor heeft ze veel over voor hen. Ze zorgt voor de mensen.
27.3a Afbeelding 21 a is van veel dichterbij geschilderd. Daarnaast staan er maar twee personen op de afbeelding en hebben ze hun haar heel anders zitten. 27.3b Afbeelding 21b, omdat ze ook iets zegt over hun wereld en denkwereld. Die geeft je meer informatie over haar. 27.3c Afbeelding 21b, denken we, omdat op afbeelding 21a ze iets aan heeft dat overal te koop is, niet speciaal iets Mexicaans. 27.3d Afbeelding 21a, waant bij afbeelding 21b heeft ze haar man nog in haar armenen wordt ze beschermd door de Godin.
27.4 De overeenkomstigen in de symboliek zijn dat bij beide afbeeldingen het symbolisch liefde wordt weergegeven. Op de ene afbeelding door bloemenkrans, op de andere afbeelding door de omhelzing. Verder heeft afbeelding 21a geen syboliek, terwijl afbeelding 21b veel symboliek heefty, namelijk dag en nacht, twee mensen in een paradijs.
27.5 Niet afbeelding 1b: Op vochtige aarde werd hij geboren en naar de vochtige aarde keerde hij terug. Het leven begint bij de godin en eidigt in de armen van de Godin. Ze hoeven niet te strijden, want ze worden beschermt door de Godin en zitten in een fluwele kussen.
Opdracht 28.
1a) Vooral als je de tekst leest, merk je dat er wel passie in zit. Ook vinden
wij het een beetje een zwoele tekst. Maar dit komt vooral tot uiting in de
muziek. De zangeres zingt/spreekt soms heel rustig en langzaam, en soms juist
sneller en harder. Toch concluderen we dat het niet heel erg passioneel is zoals
vele andere Zuid-Amerikaanse tangoliederen.
b) De tango geeft je hoop, een goed gevoel en verandert slechte dingen in goede
dingen. De tango laat je leven.
c) Nee, we vinden het een beetje saai eigenlijk. Vooral de tekst is wat aan de
saaie kant gesproken, er zit weinig bezieling in. Instrumentaal is het wel goed.
d) Typisch cultuurgebonden elementen in de muziek is de bandoneon, een kleine
accordeon. Qua tekst is het zingen/spreken van de zangeres, dit is typisch voor
deze cultuur.
e) Op deze vraag konden wij helaas geen antwoord bedenken……
2. Een bandoneon is een in Latijns-Amerika populair geworden kleine accordeon
waarop akkoorden akkoordknopen ontbreken. Beide zijden zijn voorzien van
knoptoetsen waarop men alleen enkelvoudige tonen kan laten horen.
3. Deze cd is echt niet te vinden!!!
4 a) Als de tekst rustig wordt gesproken, is de muziek heel rustig of weg en
als ze sneller/harder spreekt, wordt de muziek ook harder.
b) Expressief betekent met veel gevoel. De tango is naar onze mening ook een
dans waar je veel gevoel voor moet hebben, en de dans zelf is ook erg
expressief.
c) Als de tekst en de muziek rustig/langzaam is, is het dansen ook rustig en met
meer gevoel, terwijl als de tekst en muziek sneller/harder is, wordt het dansen
sneller en wordt het minder expressief.
Opdracht 29. 29.1a – 29.1b/c Kuifje begon zijn loopbaan als verslaggever van het Brusselse blad le Petit Vingtième, aan het einde van de jaren 20. De jonge tekenaar Hergé, zijn geestelijke vader, was lichtelijk jaloers op zijn schepping. Hij zelf had er altijd van gedroomd een groot journalist en fotograaf te worden. Kuifje is een verslaggever die niet klakkeloos opschrijft wat hem wordt verteld, in plaats daarvan gaat hij zelf op onderzoek uit en laat hij zich door niemand afschrikken. Kuifje\'s eerste reis ging naar de Sovjetunie. In de volgende avonturen vertrekt Kuifje naar Congo ( Dit was toen nog een kolonie van België ), en naar America. Kuifje zat nooit stil, dit blijkt uit zijn volgende avonturen. Hij komt vereenvolgens in de Arabië, Midden- America, Zuid-America en nog een keer in Zuid-America, in China, in Tibet en zelfs twee keer op de maan, namelijk Raket naar de maan en Mannen op de maan. Zo vaak als Kuifje reist, zo weinig zit hij nog achter de schrijfmachine. Soms loopt hij nog wel met een fototoestel rond maar nooit lezen we diepgravende interviews, heet van de naald opgeschreven nieuws of breed gedocumenteerde achtergrondreportages.
Hergé
Al 70 jaar weet Hergé, Kuifjes schepper, mensen van jong tot oud te inspireren met de albums van Kuifje (TinTin). Het was een van de eerste populaire strips in Europa. Kuifje was vernieuwend. Kuifje is niet zomaar leesplezier. Hergé heeft in 50 jaar de meest uiteenlopende albums gemaakt. Albums met puur avontuur, albums waarin hij zijn diepste gevoelens kwijt kon, tot politieke satire en gedetailleerde voorspellende (a la Jules Verne) Science Fiction. In die 50 jaar heeft hij geprobeerd de wereld waarin hij leefde weer te geven doormiddel van zijn strips. Zijn boeken zijn een geschiedenisles van de 20e eeuw. Kuifje is een kinderboek, literatuur en kunst tegelijk
29.1c zie 29.1b
29.1d Hergé tekent alleen wat noodzakelijk is om het verhaal te begrijpen. Hierdoor is het voor de beginnende striplezer makkelijk te begrijpen, maar wij vinden dat niet leuk. Hij tekent kleurrijk, wat leuk is om te lezen.
29.1e Wij hebben al jaren geen srips gelezen, dus kunnen wij het niet vergelijken met onze favorite strip.
29.2a Het zijn houten beeldjes. Zijn zijn niet heel erg nauwkeurig. Ze zijn niet mooi afgewerkt. Ze lijken ook niet echt op mensen. Ze staan er nogal statisch bij. Een van de beeldjes heft een pleister op zijn wang. Hij is gevallen met zijn nieuwe fiets. 29.2b afb. 22a mist een voet en heen hand. Afb 22d heeft een touw om zijn buik, en een pleister op zijn hoofd. En er is relief te zien op de buik. En ook op zijn arm. Maar de beeldjes lijken over het algemeen sterk op elkaar. Het verschil van afb 22a heeft er mee te maken dat het al een heel oud beeldje is. En het is dus versleten.
29.3a Je kijkt linksboven, omdat alle personen op de afbeelding ook die kant op kijken. 29.3b Hij is geschrokken, dat zie je aan de sterrentjes om zijn hoofd. En hij geeft zichzelf een klap voor zijn hoofd. En hij remt heel abrupt af. 29.3c Hij zoekt een beeldje, maar nu ziet hij heeeeel veel beeldjes.
29.4a Het komt uit Peru en was prehistorisch
REACTIES
1 seconde geleden