Het begin van het leven van Frans Hals:
Over het leven van Frans Hals is er weinig bekend. Zelfs het jaartal waarin hij geboren is, weet niemand precies. Zijn ouders zijn in 1581 of
in 1582 getrouwd. Na de inname van de stad Antwerpen is de familie Hals vertrokken naar het noordelijke deel van Nederland, Haarlem. Het is bekend dat Frans Hals mee verhuisd is naar Haarlem. Frans Hals moet dus in de periode van 1581 tot 1585 geboren zijn. Hij heeft nog twee broers, namelijk Joost Hals en Dirck Hals.
In 1610 treedt Frans Hals in het huwelijk met Anneke Harmansdr. Uit Haarlem. Er wordt een eerste zoon geboren, die wordt gedoopt op 2 september 1611. Frans zijn vrouw sterft al in mei of juni 1615. De oorzaak van haar dood was de geboorte van een inmiddels derde kindje. Daarvoor was een tweede kind dood geboren.
In 1616 gaat Frans Hals naar zijn geboortestad Antwerpen, waarschijnlijk voor familiezaken. Op 6 augustus wordt hij aangeklaagd, terwijl hij nog in Antwerpen zit. Hij zou een paar aangeschafte schilderijen nog niet hebben betaald. Maar Frans Hals keert niet terug. In september is hij nog steeds niet terug. De tijd dat Frans Hals niet thuis is, zorgt de voedster voor zijn kinderen. Maar zijn voedster eist geld, dat hij haar nog verschuldigd is. Zijn moeder komt er met de rechters uit. 4 dagen later komt hij weer thuis. Eén van zijn kinderen is dan al overleden.
12 februari 1617, trouwt Frans Hals in Spaarndam, vlakbij Haarlem. Zijn vrouw wordt Lysbeth Reyniers. 9 dagen na het huwelijk wordt hun eerste dochter geboren, Sara. Daarna in 1618 wordt Frans jr. geboren. En het derde kind in 1620. Hij heette Jan Hals.Tussen 1620 en 1634 kreeg het gezin van Frans Hals nog tenminste 8 kinderen.
Op 29 augustus 1666, overlijdt Frans Hals. Drie dagen na zijn dood wordt hij begraven in een eenvoudig graf in de Sint Bavo. Lysbeth Reyniers leeft daarna nog vele jaren.
Het leven als schilder: Het is niet helemaal zeker, maar waarschijnlijk is Frans Hals een tijdje bij Carel van Mander in de leer geweest. Carel Mander was een Vlaamse dichter en schilder, die in 1604 het Schilder-boeck publiceerde.Als dit zo is geweest duurde dit tot hoogstens 1603, toen trok Carel Mander zich terug om zijn Schilder-boeck af te maken. Wat Frans Hals in de jaren daarna heeft gedaan is onbekend. In 1610 werd hij lid van het Haarlemse Sint Lucasgilde. Vanaf dat jaar zijn de eerste schilderijen van hem bekend. En in 1612 werd hij lid van de Sint Jorisschutterij. Hier heeft Frans Hals zijn eerste grote opdracht; het schilderen van de officieren van deze schutterij aan de traditionele afscheidsmaaltijd. In 1616 wordt Hals lid van de rederijkerskamer De Wijngaertrancken, dit was één van de drie Haarlemse toneel- en dichtgezelschappen. Hij bleef lid tot 1625. In de jaren dat Frans Hals zijn meeste kinderen kreeg, 1620-1634, maakte hij de schilderijen die later erg geliefd werden: de volkstypen en de kinderfiguren. Waarschijnlijk gebruikt Hals zijn eigen kinderen als goedkope modellen. Uit de volkstypen uit de late jaren twintig, heeft Hals de penseel nog vrijer gehanteerd. De details in de kleding en het gezicht geeft een spontaniteit. De volkstypen uit die tijd zijn meestal vrolijk. De schilderijen die hij maakte in 1920, hebben grote invloed gehad van schilders uit Utrecht, de Caravaggisten. Frans Hals gebruikt directe lichtval en de compositie; Gezien vanuit een laag standpunt en alleen het bovenlichaam. Een bekend schilderij van Hals is het Huwelijksportret van Isaac Massa en Beatrix van der Laen. Het bruidspaar hebben zich door hun stadsgenoot Frans Hals, ter gelegenheid van hun bruiloft, af laten beelden. (zie de volgende bladzijde) Beatrix toont trots de ringen aan haar rechter wijsvinger. Haar verlovingsring en haar trouwring. Isaac houdt zijn rechterhand op zijn hart; het teken van liefde en trouwe. Vanaf 1630 ontstaat er een nieuwe stijl. Een stijl die uitgaat van een geïdealiseerde weergave van degene die wordt geschilderd, in een elegante positie. Je krijgt zo een sobere, realistische weergave. Het was een internationale stijl. In deze periode kun je aan de portretten van Frans Hals zien dat hij zich ook een beetje heeft aangepast aan deze nieuwe smaak. Toch was de komst van deze nieuwe stijl, voor Frans Hals geen voordeel als je kijkt naar het aantal opdrachten die hij kreeg. Maar ondanks het afnemend aantal worden juist de schilderijen uit deze jaren geroemd. In de late jaren veertig gebruikt Hals steeds sombere kleuren. Hij schildert de achtergrond van zijn portretten donkerder, goudbruin of olijfgroen. En de kleding van de mensen die hij schildert zijn voornamelijk zwart. In deze tijd zijn een aantal van zijn meest opvallende werken gemaakt, zoals bijvoorbeeld het portrettenpaar van Stephanus Geraerdts en Isabella Coymans. Dit schilderij wordt gerekend tot één van de hoogtepunten uit de portretgeschiedenis. Het late werk van Frans Hals heeft een schetsmatige stijl. Het portret bestaat uit een verzameling streken en vlakken, die bepaald worden door licht en donker. Hals’ laatste grote opdracht was de Regenten en de Regentessen van het Oude-Mannenhuis. Waarom de regenten Frans Hals hebben gevraagd om zich te laten schilderen is niet bekend. Waarschijnlijk uit respect voor de oude schilder of omdat hij goedkoper was dan de jonge generatie.
De roem van Frans Hals: Na de dood van Frans Hals wordt hij zeker niet vergeten. Gedurende de gehele achttiende eeuw zullen er kunstenaars zijn die het werk van Hals bewonderen, zijn stijl imiteren en zijn schilderijen te kopiëren. Bijvoorbeeld Wybrand Hendriks, hij had geprobeerd de regenten van het Oude-Mannehuis na te maken, rond 1800. (zie hiernaast) Maar na zijn door hadden de kunstcritici een negatief beeld van Frans Hals. Dit duurt tot ongeveer 1855 en dan draait het negatieve beeld over Frans Hals volledig om. Thoré was een Franse onderzoeker, die Frans Hals voor het eerst tussen de grote kunstenaars plaatsten. Thoré zoekt in oude archieven om Hals’ naam te zuiveren. Zo ontdekken hij dat hij bestuurder is geweest van het Sint Lucasgilde en in het enthousiasme laten ze Frans Hals- ten onrechte- afstammen van een voornaam geslacht. In 1862 wordt het Stedelijk museum geopend. Hier was eencentrale plaats te vinden, waar de groepsportretten van Frans Hals te zien waren. Ook in het buitenland krijgen ze steeds meer bewondering voor de Nederlandse schilder. Dat Frans Hals later weer gewaardeerd werd, was ook te danken aan de opkomst van het Realisme. En aangezien de schilderijen van Frans Hals alleen werkelijke portretten waren, vielen deze werken in die tijd erg in de smaak. Frans Hals had nooit kunnen denken dat er lang na zijn dood een museum naar hem vernoemd zou worden. Het Frans Hals-museum is tenslotte een kunstmuseum geworden, waar niet alleen Hals zijn schilderijen hangen, maar ook schilderijen van andere grote kunstenaars, zoals Hendrick Goltzius, Johannes Verspronck, Judith Leyster, Pieter Claesz, Willem Heda, Adriaan van Ostade, Pieter Saenredam en Jacob van Ruisdael. Ook is er een verzameling meubels en Haarlem zilver- en aardewerk. Het gebouw waar het Frans Hals-museum zich bevind, heeft een lange geschiedenis. In de 17e eeuw was het een Oudemannenhuis, later diende het als weeshuis en in 1913 werd het een museum.
Bronnen: - www.haarlem.nl - www.absofacts.com - www.franshalsmuseum.nl - Frans Hals, leven werk restauratie, Uitgeverij Uniepers - www.rijksmuseum.nl - www.lycos.nl - http://www.noord-holland-tourist.nl/nl/museumplein
REACTIES
1 seconde geleden
A.
A.
Goeie Script !!
Ik heb er veel aan gehad !!
20 jaar geleden
Antwoorden