1.1
• Politiek = houdt zich bezig met nemen van beslissingen over wat er met de samenleving moet gebeuren.
In de politiek zijn politici actief. • Politici = zijn mensen die tot taak hebben verantwoorde keuzes te maken bij maatschappelijke kwesties.
De beslissingen die zij nemen gaan bijvoorbeeld over - de leerplicht tot 18 jaar - en brommer moet verzekerd zijn - criminelen moeten worden gestraft - het milieu moet schoner worden - er moeten meer banen voor jongeren komen
Het politiek bestuur kent 4 niveaus in ons land
- het hele land
- de provincie
- gemeente
Daarnaast worden ook internationale besluiten (Eu) genomen bijvoorbeeld over het invoeren van de euro in europa.
1.2
Politici kunnen niet zomaar besluiten nemen zij moeten zich houden aan:
1. de grondwet
2. de politiek word op de voet gevolgd door de media
3. de vrijheid wordt beperkt door de kiezers in het land
We spreken niet over de overheid maar over het gezag. Het gezag is de macht die: - wettelijk is geregeld - wordt gecontroleerd door de bevolking - wordt geaccepteerd door de burgers 1.3 Als inwoner van een land kun je invloed uitoefenen op de regering d.m.v - stemmen - lid worden van een politieke partij - contact opnemen met politici - een verzoek indienen - de pers benaderen - een actiegroep opstarten - overgaan tot burgerlijke ongehoorzaamheid 2.1
• Ideologie = het geheel van ideeën over de mens, menselijke relaties en de inrichting van de samenleving
Ideologieën hebben duidelijke standpunten over: - normen en waarden die voor iedereen zou moeten gelden - de gewenste sociaal-economische structuur - de gewenste machtsverdeling in de samenleving 2.2 • Progressief = met name vooruitstrevend, ze pleiten voor grondige veranderingen. Daarom ook vaak contacten met actiegroepen. • Conservatief = met name behoudend, benadrukken vooral datgene wat men al bereikt heeft. Men wilt soms ook wel eens reactionair handelen, achteruitstrevend dus.
Politiek links sluit direct aan op de progressieve uitgangspunten. Maar daarbij benadrukt links ook het principe van gelijkwaardigheid. Links komt met name op voor mensen met een achterstand positie.
Politiek rechts sluit vaak aan bij conservatieve uitgangspunten. Rechts legt daarbij de nadruk op ( persoonlijke en economische) vrijheid. Daarom pleit politik rechts voor een passieve overheid. Individuele burgers en het bedrijfsleven moeten zoveel mogelijk hun eigen zaakjes kunnen regelen. 2.3 De liberalen richtten zich vooral op het ideaal van de vrijheid, omdat ze vonden dat mensen te veel werden onderdrukt. Zij willen vooral: - persoonlijke vrijheid - economische vrijheid - ze willen een passieve overheid 2.4 Het socialisme is ontstaan vanuit een reactie op het liberalisme
De socialisten kiezen daarom voor gelijkheid of gelijkwaardigheid als uitgangspunten. Vooral ontstaan door arbeiders uit de 19e eeuw
De sociaal democraten willen dat de zaken die zij behandelen via en democratische manier word bereikt 2.5
De christen-democraten streven naar een samenleving op christelijk grondslag. Binnen de christelijke stroming is het rentmeesterschap een belangrijk beginsel: de overheid dient door god aan de mens gegeven aarde op zorgvuldige wijze te beheren. Daarbij heeft de overheid een aanvullende rol.
De christen democraten zijn evenals een middenpartij. De middenpositie van de christen-democraten zie je onder andere terug in het feit dat ze niet echt kiezen voor de werkgevers of voor de werknemers. Ze benadrukken juist de gezamenlijke verantwoordelijkheid die werkgevers en werknemers hebben om samen te zorgen voor welvaart en goed arbeidsverhoudingen.
2.6 PvdA • is een linkse partij • vindt dat kennis macht en inkomen eerlijk moeten worden verdeeld • vind dat de overheid de economie moet besturen om massale werkeloosheid te voorkomen • lage inkomen sneller moeten stijgen dan de hoge • vindt dat buitenlanders die langer dan 5 jaar in Nederland wonen ook kiesrecht moeten krijgen voor alle politieke organen
CDA • is een middenpartij • Vind dat mensen meer voor elkaar moeten zorgen. • vind dat een vrouw niet alleen mag beslissen over abortus • vind dat ouders in 1e instantie zelf verantwoordelijk zijn voor een goede kinderopvang
VVD • is een rechtse partij • voor persoonlijke en economische vrijheid • groot voorstander voor bezuiniging van rijksuitgaven • vind dat inkomstenverschillen zijn toegestaan
D66 • is een linkse partij • in 1966 opgericht door mensen die vonden dat de Nederlandse regering was vastgelopen • vind dat mensen meer betrokken moeten worden bij de politiek • gevangenisstraffen moeten worden vervangen door alternatieve straffen • wil dat de kiezers direct een minister-president kiezen, en die zijn eigen ministers kiest
Groen Links • een linkse partij • vind bescherming van het milieu erg belangrijk • vind dat bedrijven moeten worden gedwongen om schoner te produceren • is een voorstander van het matigen van de economische groei • gratis openbaarvervoer alternatief voor de auto • homoseksuele moeten dezelfde wettelijke behandeling krijgen als heteroseksuele koppels
SP • meest linkse partij van de 2e kamer • zit niet alleen inde politiek maar werkt ook voor mensen apart • komt vooral op voor de armen en is van mening dat rijken daardoor meer belasting moeten betalen. 3.1
We spreken van een onafhankelijke staat wanneer er 3 elementen aanwezig zijn - een vast grondgebied - op het grondgebied woont een bevolking - er wordt een vorm van gezag uitgeoefend
• Dictatuur = een staat waarin de macht in handen is van 1 persoon of kleine groep mensen. 3.2
Een rechtstaat is dus een staat waarin de overheid is gebonden aan wettelijke regels en waarin de bevolking beschikt over politieke en sociale rechten. Een land is een rechtstaat als
- er een grondwet is.
- er een onafhankelijke rechtelijke macht is
- burgers kunnen in gelijke mate invloed uitoefenen op de politiek
- Er zijn mensenrechten zoals:
vrijheidsrechten
politieke grondrechten
sociale grondrechten
3.3
• Democratie = een staatsvorm waarbij de bevolking invloed heeft op de politieke besluitvorming • Referendum = een volksstemming over een wetsvoorstel
Het referendum heeft 2 duidelijke voordelen: - de bevolking word meer betrokken bij de overheid - Politici zijn beter op de hoogte van de meningen van de bevolking over een kwestie.
Het referendum heeft ook nadelen: - Het is erg kostbaar en organisatorisch onuitvoerbaar voor de overheid - Extreme denkbeelden of niet realistische maatregelen kunnen onderwerp worden over waarover de bevolking een referendum wilt.
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
1 seconde geleden