Docent Stefan had gisteren zijn handen vol aan jullie interessante en goede vragen. Maar gelukkig bezit hij een geniaal Youtube kanaal, waarop talloze superhandige filmpjes staan.
In de chatlog hieronder vind je diverse linkjes naar deze handige filmpjes. Dit is de link naar het Youtube-kanaal van Stefan.
Chatlog Biologie
Docent_Stefan: Nou, ik ben d'r klaar voor
Roossmetsers: Stefan is er klaar voor
Roossmetsers: Heeft er iemand al een vraag over Biologie voor Stefan?
CharlieBrown: Komen bloedgroepencombinaties voor in het examen (havo :$)?
Docent_Stefan: Hmm.. ff zoeken. Huid en immuniteit valt erbuiten. Ik kijk even in de syllabus.
Docent_Stefan: Bloedgroepen lijken erbuiten te vallen. Zie Subdomein 9 van E5.
Docent_Stefan: Maar kijk uit met 'erbuiten vallen'. Soms wordt er toch naar verwezen. Liever toch leren. Zie mijn filmpje op Youtube: bloedgroepen. eerste hit op Google.
Zo�_havo: Okee ik heb ook een vraag: Hoe werkt dat met ATP en de fosfaataccu en wat gebeurt daarna dan?
Docent_Stefan: De fosfaataccu is eigenlijk de combi ATP en CP, oftewel creatinefosfaat
Docent_Stefan: Als de ATP op dreigt te raken, staat creatinefosfaat zijn fosfaat af aan de ADP die daarmee weer ATP vormt.
Docent_Stefan: Je moet weten in welke volgorde je energiesystemen gebruikt:
Docent_Stefan: eerst ATP, dan de CP, dan anaerobe dissimi en dan aerobe dissimilatie.
CharlieBrown: Wat houdt de optimum in een optimumkromme precies in?
Docent_Stefan: CharlieB: optimum: de waarde die op de X-as staat, waarbij (meestal enzymen) het best werken.
Merle_vmbo: Hoe kan je het beste dingen over cellen onthouden bijv dierlijke en planten cellen?
Docent_Stefan: Merle: dingen onthouden over cellen: mogen jullie BINAS gebruiken? Anders staat daar al veel in. Zit niets anders op dan lijstje maken van organellen en daarbij functies zetten: uit hoofd leren. Bioplek.org helpt daar uitstekend bij!
Docent_Stefan: Als ik toch even geen vraag krijg:
Docent_Stefan: Kern: regelcentrum van de cel
Docent_Stefan: Ribosomen, Endoplasmatisch reticulum en Golgi-systeem: eiwitsynthese
Docent_Stefan: Lysosoom: recycling van kapotte organellen: soort minimaagje
Docent_Stefan: Cytoplasma: opslag van stoffen en vorm geven aan de cel
Docent_Stefan: Nog even rijtje afmaken van organellen: celmembraan: bepalen wat de cel in en uitgaat.
Docent_Stefan: Bij plantaardige cellen: chloroplasten / bladgroenkorrels; fotosynthese
Docent_Stefan: Planten: celwand: stevigheid geven aan de cel
Docent_Stefan: Grote vacuole: opslag van stoffen en vorm geven aan de cel
Docent_Stefan: Let op: dierlijke cellen hebben soms ook kleine vacuoles!
CharlieBrown: In de syllabus staat dat je moet kunnen aangeven waarom gezichtsbedrog geen oogafwijking is maar ontstaat in de hersenen, hoe zit dit precies?
Docent_Stefan: CharlieBrown: de waarneming vindt plaats in de hersenen. Signaal uit het oog is maar het begin. Hersenen proberen er vervolgens iets van te maken. Daarbij speelt 'verwachting' van wat je denkt te gaan zien een grote rol.
Docent_Stefan: Waarneming wordt ondersteund door allerlei trucs: centrum in de hersenen dat gemaakt is voor het herkennen van gezichten. Deel dat gemaakt is voor herkennen gevaar, etc.
Zo�_havo: Hoe zit het met bloedgroepen en erfelijkheid?
Docent_Stefan: Vraag kan misschien iets specifieker?
Docent_Stefan: Als je moeite hebt met erfelijkheidssommetjes: zie mijn youtube kanaal: heb hier veel filmpjes over. vind je onder srutenfrans
CharlieBrown: En waar dient de twaalfvingerige darm precies voor?
Docent_Stefan: Twaalfvingerige darm: hier komen afvoerkanaaltjes van Lever en Alvleesklier uit: superbelangrijk. Lever levert gal aan waar vetdruppels door uiteenvallen (geen vertering! en gal is geen enzym!). Alvleesklier levert heel veel spijsverteringssappen. Zie BINAS.
CharlieBrown: En kun je ook nog uitleggen waar filtratie en resorptie precies gebeuren en wat het inhoudt (vindt dat best lastig)...
Docent_Stefan: Filtratie vindt plaats op plekken waar bloedplasma een haarvat verlaat. Da's dus zo'n beetje overal. Het vindt daardoor ook plaats in de nieren. Daar wordt vaak naar verwezen. Resorptie is opname van stoffen: dat vindt plaats in de dunne darm. Als het daar wordt opgenomen in het bloedplasma en het piept er weer uit in een haarvat heb je dus te maken met filtratie. Maar als het even later WEER terug gaat in de bloedbaan, mag je spreken van TERUGresorptie. Het was namelijk al eens geresorbeerd.
Docent_Stefan: Zie filmpje over de werking van haarvaten: http://www.youtube.com/watch?v=v-Uer-X1BgI&list=UUoWtX4BWiyz1Jv2TTFYRTeA&index=45&feature=plpp_video
Docent_Stefan: Filmpje over de werking van de nieren: http://www.youtube.com/watch?v=KDsuGoaZKRY&list=UUoWtX4BWiyz1Jv2TTFYRTeA&index=10&feature=plpp_video
K18_VWO: kan je beter leren met je schoolboeken of met samengevat/examenbundel
Docent-Stefan: Als je wil weten hoe je het beste met de bundel kan werken: zie filmpje: Hoe overleef ik mijn examens: http://www.youtube.com/watch?v=rJgnrCNXDdA&list=UUoWtX4BWiyz1Jv2TTFYRTeA&index=2&feature=plpp_video
K18_VWO: Oke danku
casper_havo: Komt er op het examen nog een vraag over in welke volgorde het bloed door de bloedvaten gaat?
casper_havo: Zo ja, zijn daar nog ezelsbruggetjes voor ofzo?
Docent-Stefan: De kans is erg groot dat er zo'n vraag komt. Be prepared! Trucs: zoek in het (waarschijnlijk hele schematische) plaatje eerst het hart en de lever op. Fijne orientatiepunten. Hart is eitje. Lever heeft drie aansluitingen. Gaat bloed van hart af: slagader. Naam van de slagader: naar welk orgaan gaat het? Dan slagader erachter. Na de haarvaten in het orgaan heet het opeens een ader. Maar nog wel met de naam van het orgaan erbij.
Docent-Stefan: NIet vergeten: kleine bloedsomloop. Wordt vaak vergeten. Haarvaten ook niet vergeten. Gebeurt vaak. Zie ook filmpje: http://www.youtube.com/watch?v=8D0nIIY0ieo&list=UUoWtX4BWiyz1Jv2TTFYRTeA&index=41&feature=plpp_video
Docent-Stefan: Daar geef ik een voorbeeld van zo'n vraag waarbij je allerlei bloedvaten moet benoemen.
K18_VWO: is het ook beter om recente examens te oefenen
K18_VWO: dan die van 2005 bijvoorbeeld
K18_VWO: is zag dat er namelijk een vraag was over brandwonden in het examen van 2011 en ik kan me niet herinneren dat dat een deel van de stof was
Docent-Stefan: K18: examenstof wijzigt soms een beetje. Maar niet zo extreem als geschiedenis. Zorg dus wel dat je zeker weet dat je examenstof aan het oefenen bent. Dat is gewoon op te zoeken op internet: zoek onder syllabus biologie centraal examen 2012 CEVO.
Docent-Stefan: Recente examens of oude, maakt niet zoveel uit. Zorg wel dat checkt of het examenstof is. In de nieuwe examenbundels wordt dat met een sterretje duidelijk gemaakt als het GEEN examenstof is.
Roossmetsers: K18, heb je het antwoord gezien?
Roossmetsers: Hm ik weet niet wat iedereen aan het doen is:p
Docent-Stefan: mijn filmpjes aan het kijken, hoop ik?
K18_VWO: ik was heel toevallig u filmpje aan het kijken jah
K18_VWO: die over het omgaan met examenstress, heel erg leuk!
Docent-Stefan: K18: thanks
CharlieBrown: Hoe werkt het precies met een Monoculture? Wat is het en de voor- en nadelen ervan?
Docent-Stefan: Monoculture: voordeel. Alle planten zijn genetisch identiek. Als je dus de ideale plant hebt, maak je daar gauw een paar miljoen kopietjes van: alle plantjes even hoog, even mooie vruchten, etc. Nadeel: als er eenmaal een ziekte uitbreekt binnen een monoculture, dan heb je een groot probleem. Dan is de kans groot dat de hele oogst naar de knoppen gaat.
laura_vwo: Mag ik al een vraag van vwo stellen? Is het waar dat er steeds meer open vragen komen? En waar moet je op letten als je die beantwoord? Welke vragen gaan het vaakst mis en hoe kan ik dat voorkomen?
Docent-Stefan: Open vraag gehalte is volgens mij elk jaar ongeveer hetzelfde. Waar moet je op letten? Let op signaalwoorden, als 'altijd' of 'uitsluitend' e.d. Het is handig om een deel van de vraag te herhalen in je antwoord. Verder kan je nog meer doen: onderstreep de belangrijke zaken terwijl je leest. Zorg eerst maar eens dat je de vraag begrijpt. Herhaal hem desnoods voor jezelf. Dan voor je begint te schrijven jezelf afvragen: wat ga ik nu precies antwoorden? Dan opschrijven. Dan achteraf checken of je niet bent afgedwaald.
laura_vwo: Dankuwel voor het antwoord.
CharlieBrown: Ik heb trouwens ook heel veel moeite met het herkennen van stoffen die een scheikundige naam hebben (waar in BINAS volgens mij ook veel gebruik van wordt gemaakt) .. aangezien ik zelf geen scheikunde/natuurkunde enzo heb.. is daar nog een hulpmiddeltje voor?
Docent-Stefan: CharlieB: zorg dat je BINAS goed doorgespit hebt voordat je het examen ingaan. Kijk: http://www.youtube.com/watch?v=R1CUiPvHNrk&list=UUoWtX4BWiyz1Jv2TTFYRTeA&index=8&feature=plpp_video
K18_VWO: ik heb daar ook veel moeite mee. doordat ik ook geen nask heb
Docent-Stefan: Leer synoniemen, als je dit lastig vindt: enkelvoudige suikers zijn monosacharide. Dubbele zijn disachariden. Alles groter dan dat: polysachariden. De mono en di komen ook weer terug bij eiwitten: Monopeptiden, dipeptiden, tripeptiden en alles wat groter is polypeptiden. Een monopeptide is gewoon een los aminozuur.
Docent-Stefan: Dan nog zo'n truc: de namen van enzymen. Die eindigen bijna altijd op 'ase'. Dus amylose (zetmeel) wordt verteerd door amylase. Sacharose wordt verteerd door sacharase, etc.
CharlieBrown: Ah dat is echt heel erg handig! Bedankt!
Imn: Maar monoschariden etc. staan toch allemaal in binas?
K18_VWO: dus enzymen met ase zijn eigen enzymen die verteren.
Docent-Stefan: Enzymen met ase: weet eigenlijk niet of die altijd verteren, maar ze zetten wel altijd de stof op waar ze qua naam op lijken.
CharlieBrown: Is de hartspier dwarsgestreept of glad?
Docent-Stefan: Hartspier is dwarsgestreept, maar is niet te vergelijken met de meeste dwarsgestreepte spieren.
CharlieBrown: Ik heb geleerd dat de dwarsgestreepte spier een spier is die je kunt trainen, is dat met je hart dan ook zo?
Docent-Stefan: CharlieBrown: Je hart kun je zeker trainen; door te sporten. Maar dan krijg je niet een twee keer zo dik hart of zo. Je hart werkt zowiezo al keihard, doordat het de hele tijd door moet kloppen.
K18_VWO: Ik heb een hele specifieke vraag , namelijk bij dissimilatie van glucose wordt er steeds een ander opbrengst gezegd van ATP maar is het nou 36,38 of 34 uiteindelijk ?
laura_vwo: Ik dacht dat het netto 36 was. Bruto was het 38, maar die twee ATP waren nodig om de NADH's van de eerste stap te verplaatsen. (Corrigeer als het niet klopt, alsjeblieft)
Docent-Stefan: Dissimilatie: ik zou zeggen: tussen de 36 en 38. Is niet te zeggen. Hangt ervan af hoeveel energie het gekost heeft om NADH naar het mitochondrium te krijgen.
laura_vwo: Is dat niet altijd gelijk dan?
Docent-Stefan: Check filmpje over dissimilatie. Helaas wel wat lang, maar dit wordt daar goed uitgelegd: http://www.youtube.com/watch?v=lRN7gIdQi_Q&list=UUoWtX4BWiyz1Jv2TTFYRTeA&index=7&feature=plpp_video
K18_VWO: Ok, dankje. In de binas staat namelijk een keertje 34atp dus was even in de war
Kidrauhl: Docent-Stefan: wilt u mij helpen?
Kidrauhl: Docent-Stefan: Ik heb een vraagje over Voortplanting en ontwikkeling De hormonen zorgen ervoor dat je geslachtsrijp word toch? ik snap dat hormoon dingen niet waar liggen ze enzo? ps: bedankt als u me wilt hebben ik heb namelijk a.s vrijdag Biologie Examen (Vmbo Kbl)
Kidrauhl: Docent-Stefan: ik heb a.s vrijdag Examen Biologie ik ben heel bang dat ik faal alhoewel ik gemiddeld voor het School examen een 7,2 sta :D
Kidrauhl: hypofyse is dat niet een onderdeel van het hersenen die ervoor zorgen dat je hormonen maakt?? ik wil graag meer uitleg daarover.
Docent-Stefan: Kidrauhl: Ja, klopt. De hypofyse zet dat in werking. Hormonen liggen niet ergens, ze worden op allerlei plekken gemaakt: hypofyse, schildklier, bijnieren, eierstokken, zaadballen. Volgens mij waren ze dat. Hormonen worden verspreid via het bloed, maar werken alleen maar op de plek waar de cellen de bijbehorende receptoren (landingsplaatsen) hebben. Als het hormoon op de landingsplaats past, gaat die cel wat doen.
laura_vwo: Trouwens, een tip voor iedereen die redelijk wat Engels kan en theorie nodig heeft voor exacte vakken (dus ook natuurkunde, scheikunde of wiskunde) : http://www.khanacademy.org Op die site worden dingen echt goed uitgelegd.
laura_vwo: Ik begrijp niet helemaal wat calcium met de werking van spieren (met myosine en actine) te maken heeft. In hoeverre moet ik dat weten?
Docent-Stefan: Calcium is belangrijk voor werking spieren. Calcium blokkeert bindingsplaatsen die tussen actine en myosinefilamenten zitten. Moet eerst weg voordat ze kunnen koppelen.
casper_havo: Moet je dat van calcium voor de spieren ook weten voor HAVO?
Docent-Stefan: casper_havo: Nee, hoef je niet te weten voor HAVO
laura_vwo: Dus als er calcium aan de actine zit, kan de myosine niet binden? Wanneer gaat die calcium weg dan?
Docent-Stefan: laura_vwo: Hier zou ik toch even de boeken voor in moeten. Gaat nu niet lukken. Kijk dit filmpje: http://www.youtube.com/watch?v=f0mDFP7qn1Y&feature=fvst
laura_vwo: Ok, dankjewel. Komt er vaak iets over spieren op examens? Want dat vind ik echt het moeilijkste onderwerp.
Docent-Stefan: laura_vwo: moeilijk te zeggen. Er zijn nogal wat onderwerpen binnen de biologie. Kijk ook op bioplek.org en twenteacademy. Al lid van geworden? Heel handig voor al je vakken.
laura_vwo: bioplek.org ken ik inderdaad wel, twenteacademy nog niet. Maar ik kijk wel best veel filmpjes op khanacademy.org dat helpt vaak ook heel goed. En is nog goed voor mijn engels ook :p
Kidrauhl: Docent-Stefan: Dank u ik had vanochtend van 9 tot 12 uur Biologie training en ik denk en hoop dat ik mijn examen haal :D ben best wel goed in Biologie (mijn favoriete vak)
Docent-Stefan: Kidrauhl: faalangst? Kijk dit filmpje! http://www.youtube.com/watch?v=rJgnrCNXDdA&list=UUoWtX4BWiyz1Jv2TTFYRTeA&index=2&feature=plpp_video
Kidrauhl: Docent-Stefan: hoe weet u dat??
Kidrauhl: Docent-Stefan: ik heb inderdaad faalangst :$
K18_VWO: ik snap ook helemaal niet veel van de stikstofkringloop
K18_VWO: zou u misschien globaal kunnen vertellen wat het belangrijkste daarvan is
laura_vwo: K18_VWO: Voor de stikstofkringloop zou ik vooral proberen de binastabel te begrijpen, want daar kun je over bijna alle vragen iets uit afleiden. En let dan vooral op de richting van de pijlen.
Docent-Stefan: K18_VWO: Laura gaf al mooie tip. Zorg dat je de kleuren weet in BINAS: groen is plant, paars is beest, bruin is reducent. Alle namen bij de pijlen zijn de namen van de processen. Tussen haakjes er achter is de naam van de bacterie die dat proces uitvoert
CharlieBrown: Ik heb ook veel moeite met motorische en sensorische zenuwcellen en daarbij de axon en de neuron en dendriet en al die termen! Voor mij echt een heel warrig verhaal. Klopt het dat schakelcellen, motorische & sensorische zenuwcellen 3 TYPEN zenuwcellen zijn? En dat axon, dendriet en neuron uitlopers zijn van die zenuwcellen die impulsen geleiden?
Docent-Stefan: CharlieBrown: Klopt, er zijn drie typen zenuwcellen. Je had ze al goed. Dendriet is aanvoerende uitloper, soms heel lang, soms heel kort, soms zelfs met Schwanncellen eromheen. Punt is: de naam verandert zodra het cellichaam bereikt is. Check de volgende twee filmpjes als je zenuwcellen lastig vindt: http://www.youtube.com/watch?v=ZlUc5Pj-hb4&list=UUoWtX4BWiyz1Jv2TTFYRTeA&index=9&feature=plcp
Deel twee: http://www.youtube.com/watch?v=5f2jLwYEofY&list=UUoWtX4BWiyz1Jv2TTFYRTeA&index=6&feature=plcp
Beatrijs: biologiepagina.nl is ook goed. Veel plaatjes komen van bioplek, maar er zijn ook veel handige filmpjes en oefenopgaven
Laura_vwo: Kunnen zowel bacteriën als schimmels reducenten zijn? En reducenten zetten organische stoffen om in anorganische stoffen toch? Kunnen ze ook 'gewoon' dissimileren?
Docent-Stefan: Laura: schimmels worden niet altijd tot de reducenten gerekend. Meestal alleen rottingsbacteriën. Maar een enkele keer scharen biologen ook andere organismen onder reducenten, als ze meehelpen om een dood beest af te breken tot kleinere stukjes en uiteindelijk tot CO2, H2O en een boel mineralen.
laura_vwo: Als schimmels dan geen reducenten zijn, zijn het dan consumenten? Want ik neem aan dat ze niet aan fotosynthese kunnen doen, toch?
Docent-Stefan: Laura: rest van je verhaal klopt. Reducenten zetten organische stof om in anorganische stoffen. Weet je de definitie daarvan? Een molecuul is organisch als het twee of meer koolstofatomen bevat. Alle andere moleculen zijn anorganisch. Reducenten dissimileren zelf ook. De hele tijd door! Dat doen alle organismen die leven.
Docent-Stefan: laura_vwo: schimmels zijn heterotroof. Die schimmeldraden zijn erop uit om voedingsstoffen op te nemen.
Docent-Stefan: Laura: ik heb net nog even gechecked. Schimmels worden inderdaad soms onder reducenten geschaard. Als je het zo op je examen verwoord, kan je nooit op je snufferd gaan.
Docent-Stefan: Laura: als je zou moeten kiezen waar je schimmels onder zou scharen, zou ik kiezen voor reducenten en niet voor consumenten.
laura_vwo: Oke, dat dacht ik ook altijd, eigenlijk.
CharlieBrown: En een andere naam voor axon is neuron? Of begrijp ik dat verkeerd?
laura_vwo: CharlieBrown: Dat klopt niet. Een axon is het gedeelte van de neuron die van het cellichaam af gaat.
Docent-Stefan: CharlieBrown: Nee. Een neuron is gewoon een sjieke naam voor zenuwcel.
Docent-Stefan: Charlie: Laura heeft het helemaal goed. Handig Laura, dat je me een beetje helpt. Complimenten.
Docent-Stefan: Charlie: filmpjes kijken! Bespaart je denk ik veel stress.
laura_vwo: Oké, dankjewel voor het antwoord.
laura_vwo: En dankjewel voor de complimenten :) Ik vind het altijd fijn als ik anderen iets kan uitleggen, want dan weet ik dat ik het zelf ook weet, zeg maar.
CharlieBrown: Ja doe ik nu, filmpjes zijn erg verhelderend! Wees eens iets anders dan vanuit de boeken leren :D
Beatrijs: Docent-Stefan: Ik ben nu uw filmpjes op youtube aan het kijken. Echt super handig!
laura_vwo: Eigenlijk heb ik over de theorie niet zoveel vragen, die ken ik wel. En op zich gingen de schoolexamens ook goed. Maar bij het oefenen van de centrale examens van oudere jaren kom ik bijna nooit hoger dan een 6,5. Terwijl ik nu gemiddeld een 8,6 sta.
Docent-Stefan: laura_vwo: misschien ben je te streng voor jezelf met nakijken?
laura_vwo: Misschien, maar vaak gaan er ook meerkeuzevragen fout.
Docent-Stefan: Ik heb er nu een paar keer naar verwezen: ik heb veel lessen opgenomen en op Youtube gezet, ondersteund met materiaal van bioplek en youtube. Kijk eens op mijn kanaal, misschien heb je er wat aan. Kijk onder geuploade video's: http://www.youtube.com/user/srutenfrans?feature=mhee
abdul_havo: Youtube link is erg handig, complimenten hiervoor.
Docent-Stefan: abdul_havo: dank je!
CharlieBrown: Dus als je op het examen een plaatje krijgt van een zenuwcel en je moet aangeven waar de axon en de dendriet zit, dan weet je dat de grens in ieder geval ligt bij de celkern? Als ik het goed begrijp uit het filmpje ...?!
Docent-Stefan: Charlie: klopt. Bedenk je wel dat het eigenlijk alleen maar lastig is bij de sensorische zenuwcel. Die heeft namelijk halverwege de uitloper een cellichaam zitten. Bij de motorische is dat simpeler: cellichaam zit meteen aan het begin. De uitloper is dus altijd een axon. Schakelzenuwcellen hebben soms ook axonen, maar vooral heel veel dendrieten.
Beatrijs: Ik heb een vraag uit veo 2009-I: Opgave over de bloedsomloop:
Docent-Stefan: Beatrijs: VMBO hAVO VWO?
Beatrijs: sorry, type fout. VWO
Beatrijs: Je moet berekenen met welk percentage het slagvolume is toegenomen. Ik heb de uitwerking er bij gepakt, maar ik snap niet precies hoe je dat moet uitrekenen.
Docent-Stefan: Beatrijs: misschien helpt dit. Slagvolume: hoeveelheid bloed die weggepompt wordt. Hartslagfrequ: aantal hartslagen. Hartminuutvolume: hoeveelheid bloed die in totaal wordt rondgepomt. Dus: hartslagfreq x slagvolume.
Roosmarijn-vwo: Kan ik een vraag stellen over een deelvraag van een examen biologie vwo?
Docent-Stefan: Roosmarijn-vwo: lastig, want ik heb geen examen bij de hand, maar probeer maar.
Roosmarijn-vwo: Oke, want om deze vraag te beantwoorden moet je wel het examen zien, maar laten dan?
Roosmarijn-vwo: Het is vraag 7 van examen 2009: katalase gen ontrafeld. Je moet zeggen welke basevolgorde het is, ik dacht zelf alanine maar volgens het antwoord is het isoleucine
laura_vwo: Meneer, u kunt de examens toch op internet opzoeken?
Docent-Stefan: Ja, ik zit al op examenblad.nl. Nu nog even lezen.
Roosmarijn-vwo: Ik begrijp wel dat je dan iets met BT 70 moet doen, maar ik begrijp niet waarom dan isoleucine. Er staat namelijk een hele reeks met lettertjes. Waar moet ik kijken? Dacht zelf namelijk de laatste 3... Het is trouwens 2e tijdvak ;)
Docent-Stefan: Hmm. Nu nog adobe installeren. Dit is niet ideaal.
Docent-Stefan: Zeg maar
Roosmarijn-vwo: Zou heel fijn zijn :)!
Docent-Stefan: Ik heb de vraag voor mijn neus, wat is jouw vraag?
Roosmarijn-vwo: Vraag 7, van het katalasegen ontrafeld. Hoe weet je dat het isoleucine is. Hoe weet ik waar ik in die hele reeks aminozuren moet kijken? @ docent Stefan
laura_vwo: Roosmarijn, volgens mij weet ik het antwoord. Het klopt inderdaad dat je naar de laatste drie basen kijkt, maar wel naar de laatste drie basen van de exons. In introns worden namelijk verwijderd.
laura_vwo: En het laatste exon gaat tot en met base 4619.
laura_vwo: Dus je kijkt naar base 4617, 4618 en 4619.
laura_vwo: En dat zijn TAA, wat in het RNA AUU is. En dat is isoleucine (tabel 70E)
Roosmarijn-vwo: Dankje laura-vwo!
Docent-Stefan: Zullen we Laura_vwo maar even docente maken? Heel goed Laura!
laura_vwo: Haha, ik wil best wel docente worden, trouwens. Dat lijkt me wel heel tof.
Docent-Stefan: Nou Laura, kom maar eens langs als je stage wil lopen: Werkplaats Kindergemeenschap in Bilthoven
laura_vwo: Ja, dankjewel Stefan!
CharlieBrown6747: Hoe kun je uit een karyogram opmaken of het over een man/vrouw gaat?
Docent-Stefan: CharlieBrown6747: Eitje: kijk naar geslachtschromosomen. Man heeft een X en een Y chromosoom. Vrouw heeft twee keer X chromosoom
laura_vwo: CharlieBrown6747: Dan kijk je naar het laatste paar. Dat zijn de geslachtschromosomen. Als die hetzelfde zijn dan is het XX en dus een meisje. Als die verschillend zijn (een kleintje) dan is het XY en dus een man.
laura_vwo: Oeps, te laat. De echte docent had het al beantwoord :p
Docent-Stefan: Charlie: het Y-chromsoom valt heel erg op. Is een heel klein chromosoompje
Docent-Stefan: Nou mensen, ik vond het heel leuk om te doen. Ik hoop dat jullie er wat aan hadden.
Beatrijs: Bedankt stefan! Als ik verder nog vragen heb, denk ik dat ik ook heel ver komt met de youtube filmpjes!
Roosmarijn-vwo: Bedankt voor de hulp!
Roos_vwo: Vraag 25 van examenvwo 2011 tijdvak 1?
Roos_vwo: kan dat nog?
Roos_vwo: Docent Stefan, zou je mijn vraag misschien nog willen beantwoorden ondanks de tijd al voorbij is?
Docent-Stefan: Roos_vwo: Is het antwoord toevallig B?
Roos_vwo: ja, maar begrijp niet waarom?
laura_vwo: Ja, volgens mij is het B
Roos_vwo: Hoe kun je zien dat het B is?
Docent-Stefan: Dissimilatie vindt altijd plaats in elke levende cel, dus in elk levend organisme.
Docent-Stefan: Er vindt echt VERLIES plaats. Dat is typisch voor dissimilatie. Daar verlies je energie mee in de vorm van warmte
Roos_vwo: ja, maar hoe kun je dan zien dat het patient nummer 2 is en hoe kun je dan aan zo'n PCR zien dat zo iemand homozygoot is?
Roos_vwo: Het is vraag 25 van 2011,tijdvak 1, dat heeft toch niks met dissimilatie te maken?
laura_vwo: Roos, het is B omdat 9 tot 35 herhalingen normaal is. Persoon 1 wijkt dus af.
laura_vwo: Er is echter ook eenn bandje van persoon 1 in het juiste gedeelte. Dus heterozygoot.
Docent-Stefan: Nou mensen, ik moet nu echt stoppen. Het was mij een genoegen. Veel succes met leren!
