I. Titelbeschrijving. 1. Boelsums, M, Slangen aaien. Meulenhoff, Amsterdam, 1998 (eerste druk). 2. Recensies: - Kuipers, W., Gevaarlijk leven, De Volkskrant, 27 februari 1998. - Goedkoop, H., Gevaar in de ogen kijken, NRC handelsblad, 27 maart 1998.
II. Informatie over het boek. 1. Korte samenvatting. Mariecke Grauw (of Grayson, zoals haar vader liever heeft) is een meisje van zeventien jaar. Ze zit in een soort inrichting voor criminele meisjes omdat ze haar Nederlands leraar vermoord heeft. Een reclasseringsambtenaar komt bijna elke dag langs om met haar te praten over de reden dat ze haar leraar heeft vermoord. Ze noemt die mevrouw “Lipstick”, omdat ze altijd roodgestifte lippen heeft. Mariecke heeft het meestal alleen maar over koetjes en kalfjes. Maar aan ons (de lezers) verteld ze precies wat er is afgespeeld en wat ze gedaan heeft. Mariecke woont in Nederland bij Mevr. Dendermonde, een soort gastgezin. Haar ouders wonen in Genève. Ze zou daar heen gaan maar voordat ze daar heen zou gaan wilde ze eerst nog een keer uitgaan. Wat haar achter af niet goed beviel. Ze kreeg zin om iemand te bellen en belde toen Daniëlle op. Daniëlle had ze ontmoet in een van de saaiste vakantieoorden die de vader van Mariecke had uitgekozen in Valtirano. Samen met Daniëlle haalden ze veel kattenkwaad uit. Zo was de vakantie toch niet zo saai. Ze hadden wat gepraat en spraken af in een klein stadje Villeneuve bij een benzinestation met een blauw dak. Mariecke heeft daar drie dagen gewacht op Daniëlle, maar ze kwam niet. Mariecke besloot niet naar haar ouders in Genève te gaan maar naar Sammy in Amsterdam. Met Sammy gaat ze naar de discotheek ”HITIT” daar ziet ze Daniëlle en word heel boos op haar. Daniëlle reageert daar erg koel op en daardoor kalmeert Mariecke. Ze neemt Mariecke mee naar haar huis, een kleine, onverzorgde kamer. Ze werkt in een topless-bar en handelt in drugs. Doordat Mariecke per ongeluk aan een jongen te veel drugs mee geeft die dat ook nog niet had betaald werd Daniëlle ontzettend boos en wil dat Mariecke mensen gaat overvallen om het geld terug te verdienen. Na een mislukte poging komen ze bij het huis van Mariecke’s leraar, Freek van Brunschot. Mariecke moet hem bezig houden terwijl Daniëlle van alles jat. Maar omdat het gezellig is besluiten ze nog wat langer te blijven. Daniëlle ziet een foto op de kast van drie jongens op het strand en stelt voor om naar het strand te gaan. Daar begint de ellende. Van Brunschot en Daniëlle waren stomdronken en wisten niet wat ze deden. Van Brunschot begon Daniëlle te betasten. Daniëlle verstijfde en kon geen woord meer uitbrengen. Mariecke vond dat ze moest ingrijpen en duwde van Brunschot onder water tot er geen teken van leven meer was.
2. Titelverklaring. Toen ik het boek zag en de titel las dacht ik echt: ‘waar gaat dit boek over?’ Ik had het idee dat je de titel niet figuurlijk moest nemen maar letterlijk. Toen werd in nieuwsgierig naar welke boodschap daar achter zat en ben ik dus dit boek gaan lezen. Al heel snel kwam je er achter wat het had te betekenen. Mariecke ontmoet op vakantie (naar het saaiste vakantieoord die de vader van Mariecke had uitgekozen in Valtirano) Daniëlle. Mariecke zit bij de beek en op eens komt Daniëlle er aan. Ze pakt de slang die ze in het water zag liggen, aait hem en kijkt hem recht in de ogen aan. Mariecke durfde dit niet te doen. Maar later snapte ze opeens wat Daniëlle bedoelde:”Je moet het gevaar (slang) recht in de ogen aan kijken.”
3. Tijd. Haar problemen beginnen al voordat ze de moord pleegt, ze was toen zeventien jaar. Twee jaar daar voor had ze Daniëlle ontmoette dus toen was ze vijftien jaar. Maar daarvoor was er ook al het een en ander gebeurt. Op 29 juli, zaterdag op zondagnacht, in de jaren \'90 word Freek van Brunschot vermoord. Het speelt dus in de twintigste eeuw en duurt een paar maanden.
4. Ruimte. Het verhaal speelt zich op vele plaatsen af. Voor het grootste gedeelte in de inrichting voor criminele meisjes. En in haar gedachten beleeft ze ook alles weer op nieuw. De plaatsen die in het boek genoemd worden zijn o.a.: in Italië: in een hotel, in Frankrijk: in een dorpje, in Amsterdam bij een aantal mensen thuis. Maar de meeste gebeurtenissen spelen zich af op straat.
5. Soort verteller. Het is geschreven in het ik perspectief, omdat Mariecke de gebeurtenissen aan de lezer vertelt.
6. Spanning. Het spannendste moment vind ik als Mariecke te veel drugs geeft aan een jongen die zegt het betaald te hebben en dat dus niet heeft gedaan. En hoe Daniëlle daar dan op reageert en met een oplossing komt om mensen te gaan overvallen. Met dat doel waren ze ook bij het huis van, van Brunschot aangekomen en dan zie je dat zoiets een hele andere wending geeft in het verhaal.
7. Thema en motieven. Het thema is Puberteit en alle dingen die daar bij horen. Het motief is opstandigheid door haar ouders.
8. Hoofdgedachte van het verhaal. Kijk het gevaar in de ogen aan.
9. Karakterisering van de hoofdpersonages. Mariecke en Daniëlle zijn de hoofdpersonen. Mariecke beschouwt Daniëlle als haar voorbeeld. Daniëlle heeft veel invloed gehad op Mariecke. Mariecke haar ouders zijn erg rijk maar toch wil Mariecke niet bij hen horen. Mariecke komt heel veel voor haar zelf op en draait ook erg om de waarheid heen. Ook heeft ze in de loop van de jaren ontdekt dat er geen waarom bestaat, maar alleen toeval. Mariecke heeft haar eigen grenzen en die gaat ze niet verleggen. Van Daniëlle leert ze dat je of dader of slachtoffer bent. Een tussenweg is er niet. Mariecke is een beheerst type met een goed stel hersenen. Daniëlle is erg arrogant en heeft een sterke eigenwil.
Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
1 seconde geleden