Uitgeverij: Bert Bakker, Amsterdam 1947
Waarom heb ik dit boek gekozen
Het achterhuis is natuurlijk een heel beroemd boek en daarom vond ik dat ik het eigenlijk gelezen moest hebben. We hebben het boek ook thuis maar het is een oude versie. Ik weet niet of er ook een versie is die makkelijker is geschreven voor kinderen.
Eerste persoonlijke reactie
Het is een interessant boek omdat het over de 2e Wereldoorlog gaat en dat vind ik een ¡¥leuk¡¦ onderwerp. Het is onbekend voor mij want ik heb natuurlijk nog nooit in zo¡¦n situatie gezeten. Het zet me aan het denken over hoe ik me zou voelen en gedragen als ik dat mee zou maken. Het is mooi om iemands dagboek te lezen omdat er veel gevoel inzit en het heel eerlijk is. Het is ook spannend omdat elk moment de Duitsers hun zouden kunnen vinden.
Een samenvatting van de inhoud
Anne Frank is een Duits Joods meisje dat samen met haar ouders en zus naar Amsterdam is gevlucht. In 1942 krijgt ze een dagboek cadeau voor haar 13e verjaardag waar ze gelijk in begint te schrijven. Ze vertelt haar belevenissen aan Kitty, een denkbeeldige vriendin. In de eerste weken na haar verjaardag gaat ze naar het joods Lyceum in Amsterdam, maar al snel moet ze met haar familie gaan onderduiken. Ze gaan onderduiken in een achterhuis van een kantoorpand waar haar vader, Otto Frank, had gewerkt. Door middel van een boekenkast word hun schuilplaats afgesloten. Er wordt nog wel gewerkt in het kantoor dus moeten ze overdag muisstil zijn, zelfs de W.C. mag niet worden doorgetrokken.
Na een week komt de familie Daans ( echte naam van Pels ) bij hun wonen, een maand daarna komt er nog een tandarts bij genaamd Pfeffer, die in werkelijkheid Albert Dussel heet. Anne moet een kamer met haar hem delen maar ze vindt hem helemaal niet aardig. ¡¦s Avonds luisteren ze naar de radio waardoor ze het verloop van de oorlog kunnen volgen. De spanningen lopen natuurlijk hoog op met zoveel mensen in zo¡¦n kleine ruimte, Anne heeft ook vaak ruzie met haar moeder en mevr. Daans. De enige met wie Anne echt kan praten zijn haar vader en Peter Daans.
Een aantal mensen van het kantoor brengen stiekem boeken en eten. Anne weet hun echte namen niet, voor haar zijn het meneer koophuis Kraler, Miep van Santen en Elli Vossen.
Op 4 augustus 1944 vallen de Duitsers het pand binnen waardoor het achterhuis word ontdekt en alle bewoners gearresteerd. Zij worden via Westerbork naar Auschwitz vervoerd en wanneer de Russen dat kamp naderen worden Anne en Margot naar Bergen-Belsen overgebracht. 2 Maanden voor de bevrijding sterven ze beide aan tyfus. Van de onderduikers overleeft alleen Otto Frank de concentratiekampen.
Spanning
Het boek heeft veel spanning, er heerst eigenlijk altijd wel een spanning omdat alles wat ze doen gevolgen kan hebben, zelfs het knippen van je vingers bij wijze van spreken.
Personages
Anne Frank is aan het begin van het verhaal 13 jaar oud. Tijdens de onderduik zie je haar ontwikkelen tot een jonge vrouw met een meer diepzinnig karakter. Ze wordt verliefd op Peter, de zoon van meneer en mevrouw Daans, wat ze eerst maar een saaie jongen vond. Ze wordt door de andere gezien als een vervelend kind en ze kan niet goed met de anderen overweg, alhoewel ze wel een goede band heeft met haar vader. Anne heeft grote plannen voor de toekomst: ze wil schrijfster en journaliste worden, ze is zeer ambitieus. Op 1 augustus 1944 sterft ze.
Otto Frank is de vader van Anne. Hij wordt door de andere onderduikers Pim genoemd. Hij is zorgzaam en ondernemend. In Amsterdam begint hij verschillende bedrijven maar moet deze opgeven omdat hij als jood gevaar loopt. Tijdens het onderduiken helpt hij Anne met studeren.
Moeder Frank Over moeder Frank word niet veel verteld. Anne kan niet goed met haar opschieten, ze heeft het idee dat haar moeder Margot voortrekt.
Margot is de oudere zus van Anne. Anne word vaak vergeleken met haar zus, vooral als ze iets fout doet. Margot is altijd de verstandigste in de ogen van haar ouders.
Peter Daans is iets ouder dan Anne. In het begin vind ze hem maar een slome sukkel maar later door eenzaamheid en behoefte aan praten groeien ze naar elkaar toe.
Mevrouw Daans, Meneer Daans en Pfeffer Met hun kan Anne het helemaal niet vinden. Pfeffer heeft heel vaak commentaar op Anne.
Elli Vossen, Miep van Santen, Kraler en Meneer Koophuis voorzien de onderduikers van voedsel en boeken. Ook vertellen ze verhalen over de buitenwereld. In de loop van het verhaal hebben ze steeds minder mogelijkheden om de spullen te brengen. De beide heren worden bij de inval opgepakt, maar gelukkig overleven ze de concentratiekampen.
Thema
Het thema is natuurlijk de 2e Wereldoorlog.
Opbouw
Het boek is opgebouwd uit brieven aan Kitty, de denkbeeldige vriendin van Anne. De eerste tekstdelen zijn aantekeningen. Het boek begint met een inleiding van mevrouw Annie Romein-Verschoor, zij is een historicus. Aan het eind van het boek zit een slotwoord waarin wordt verteld hoe het afgelopen is met Anne.
Tijd
Het vehaal word in een chronologische volgorde verteld, Anne schrijft elke dag op wat ze meemaakt. De vertelde tijd is ongeveer 2 jaar, van 12 juni 1942 tot 1 augustus 1944.
Vertelsituatie
Je leest het vanuit de ik-persoon omdat het een dagboek is.
Leeservaring
Onderwerp
„h Het onderwerp spreekt me aan omdat ik de 2e Wereldoorlog heel interessant vind.
„h Door het lezen van het boek heb ik geleerd dat ik blij mag wezen dat ik nu leef en niet in een oorlog zit en dat vrede in de wereld erg belangrijk is.
„h Door dit boek ben ik anders over het onderwerp gaan denken. Toen ik oorlogswinter had gelezen vond ik het wel schokkend om te zien hoe een kind de oorlog meemaakt en in dit boek maak je het van heel dichtbij mee, nog veel meer dan in oorlogswinter.
„h Ik ben het eens met de mening die uit het boek blijkt. Ik denk dat de mening is dat er in de 2e Wereldoorlog heel veel onschuldige mensen zijn vermoord. Ook dat joden gewoon mensen zijn zoals u en ik, maar dat wist ik natuurlijk al.
Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
1 seconde geleden
S.
S.
ik vond het echt goed, thanx
21 jaar geleden
Antwoorden