Mijn strijd tegen die verdomde telefoontas

Mijn strijd tegen die verdomde telefoontas

Het was de tweede dag na de zomervakantie. Je zou het niet denken na weken van bloedhitte, maar pas op school bereikte ik mijn kookpunt. Dat komt door het constante gedram van de docenten over hun nieuwe speeltje. Waar ze tot een jaar geleden nog zeiden: ''Hallo Martijn, fijne vakantie gehad?'', zeggen ze nu ''Hallo Martijn, telefoon in de tas?''

Ook bij de aardrijkskundeles was het laatst weer zover. Maar ik  – redelijk eigenwijs – houd mijn mobiel altijd netjes in mijn eigen schooltas.
 
Maar mijn aardrijkskundedocent is niet gek: die zag dat er te veel lege vakken in haar telefoon-tas zaten en weigerde de les te beginnen voordat iedereen zijn/haar mobiel had ingeleverd. Twee jongeren gaven schoorvoetend toe. Daarmee was de kous af, zou je zeggen. De docent telde echter nog eens, en er verscheen een sadistische blik op haar gezicht.

Er ontbreekt er één
 

Haar vinger priemde de lucht in. ''Er ontbreekt nog één mobieltje.'' Siddering door de klas. ''Ga allemaal staan.'' Een voor een wees ze de gsm's in de tas aan, en als-ie van jou was moest je gaan zitten. Slik. Het werd aftellen tot ik alleen overbleef in deze afvalrace. 

De helft van de klas was inmiddels al gaan zitten. Hartkloppingen en steeds roder gezicht. Kan ik nog terug? Is het geloofwaardig als ik zeg dat de mijne in mijn kluis ligt? Wil ik daar eigenlijk wel over liegen? Ik bereidde me voor om een speech te geven die Martin Luther King zou doen vergeten.
 
Als een eenzaam stokstaartje bleef ik over.

- ''Martijn, waar is jouw mobieltje?''

- ''Gewoon in mijn tas mevrouw.''

- ''Doe hem even in de telefoon-tas of in de kluis.''

- ''Nee, dat is onzin, daar doe ik niet aan mee!''

- ''Nee, dat zijn schoolregels Martijn, die gelden ook voor jou.''

- ''Maar ik ben achttien, ik kan hem zelf wel bijhouden.''

- ''Nee.''

- ''Dan ga ik wel naar de afdelingsleider!''

- ''Oké, dat kan je ook doen.''
 
Hoe kan dit? 
Ik pakte mijn spullen en liep weg. Verbazing alom in de klas. Wat doet hij nou? Wat is er met die stille, brave jongen gebeurd? 

Nou, dat is heel simpel. Ik ben gewoon fel tegen de telefoon-tas, omdat de scholen hiermee een verkeerde boodschap afgeven. Ze zeggen eigenlijk dat ze ons niet vertrouwen. Ondanks dat veel leerlingen, zoals ik, wél de discipline kunnen opbrengen om er niet op te kijken tijdens de les. Geef ons op z'n minst een kans. Overtreders moeten gestraft worden, maar je moet toch niet iedereen bij voorbaat al zien als onbetrouwbaar?
 
Gevoel voor drama
Uiteindelijk kwam de brave jongen in mijzelf weer terug. Na het gesprek met de afdelingsleider besefte ik dat dit een strijd was die ik niet kon winnen. Ik zette mijn trots opzij, liep het lokaal in, liet met het nodige gevoel voor drama mijn mobiel in de zak ploffen en ging lachend als een boer met kiespijn weer aan het werk.
 
Bij alle andere vakken houd ik echter mijn telefoon nog wel zelf bij. Geheimpje. Niet doorvertellen.
Gepubliceerd op 11 september 2018

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.