Vanaf het jaar 2015-2016 is de maatschappelijke stage niet meer verplicht. De Kamer heeft besloten om het verplichte schoolonderdeel af te schaffen. Scholen mogen dan voortaan zelf beslissen of hun leerlingen nog stage moeten lopen, of niet. 

Het afschaffen van de verplichte stage levert de overheid zo'n 75 miljoen euro op. De partijen VVD, PvdA, D66 en PVV stemden allemaal voor de afschaffing.

Het CDA is het er echter niet mee eens. Zij zorgden er in 2011 voor dat de maatschappelijke stage werd ingevoerd. Volgens de partij was de MaS een goede manier om scholieren een bijdrage te laten leveren aan de samenleving.

Gewend

Dat vindt het kabinet ook, alleen is het volgens de Kamer niet meer nodig om de stage verplicht te stellen omdat het heel goed is opgepikt door scholen. Staatssecretaris Sander Dekker van Onderwijs, verantwoordelijk voor de nieuwe plannen, zegt hierover: "Als scholen eraan gewend zijn, staat niets ze in de weg ermee door te gaan." 

Toen de MaS in 2011 werd ingevoerd waren veel scholen er nog fel op tegen. De afgelopen jaren liepen jaarlijks meer dan 200.000 jongeren stage. Op het moment is die tegenstand veranderd in enthousiasme. Meer dan 70 procent van de middelbare scholen biedt maatschappelijke stages aan. Meer dan de helft van die scholen wil er ook mee doorgaan als de verplichting afgeschaft wordt. 

Rapport

Als je nog wel een maatschappelijke stage volgt, dan krijg je gewoon een cijfer voor je stage op je rapport. Dat gaat staatssecretaris Dekker regelen. De stage moet dan wel 'iets voorstellen' en minimaal dertig uur geduurd hebben.