Hoogbegaafden worden vaak gezien als relatieloze nerds die véél te serieus zijn. Maar mijn schoolgenoot Wesley (16) voldoet niet aan dit cliché. Met plezier ontkracht hij daarom een zestal mythes over hoogbegaafden. Al vindt hij sommige dingen stiekem wel waar.

Mythe 1: hoogbegaafden hebben geen tijd en zin in relaties
Wesley: "Klinkklare onzin. Kijk maar naar mij; ik heb gewoon een vriendin. Toch is het wel zo dat veel hoogbegaafden het druk hebben. Zelf moet ik ook echt tijd vrijmaken voor mijn vriendin. Ik kan alleen echt niet flirten. Daarvoor zijn mijn hersens te logisch ingesteld; ik ben niet subtiel. Ook denk ik soms teveel na als het om mijn relatie gaat. Zo had ik van tevoren zoveel nagedacht over mijn eerste zoen, dat ik compleet flipte toen het zover was. Uiteindelijk kwam dat wel goed hoor."

Mythe 2: hoogbegaafden hebben alleen nerd-vrienden
Wesley: "Welnee, dat wordt hartstikke saai. Toen ik nog jonger was had ik wel alleen maar nerds als vrienden. Dit was zo omdat ik graag vrienden van mijn niveau wilde. Maar nu zijn mijn vrienden wat meer badass. Die nerds stressten al als ze een proefwerk misten; mijn nieuwe vrienden spijbelen gerust. Daardoor ben ik zelf ook wat losser en chiller geworden."

Mythe 3: hoogbegaafden vinden elk vak leuk
Wesley: "Fout!! Hoogbegaafden hebben vaak een aantal vakken waar ze in uitblinken, zo ben ik zelf heel goed met exacte vakken. Maar Frans en Duits bijvoorbeeld zijn niets voor mij: ik sla compleet op slot als ik daar een toets voor moet maken. Voor natuurkunde haal ik achten en negens, voor die twee talen vooral onvoldoendes. 

Mythe 4: hoogbegaafden lopen emotioneel achter
Wesley: "Niet helemaal waar. Er zijn wel hoogbegaafden die emotioneel achterlopen, maar dat is vaak niet omdat ze hoogbegaafd zijn, maar omdat ze niet in hun omgeving passen. Zelf liep ik vroeger wel achter. Dan kon ik urenlang in dezelfde emotie blijven hangen bijvoorbeeld. Maar door therapie heb ik een flinke inhaalslag gemaakt. Zo heb ik geleerd om mijn emoties onder de knie te krijgen. Vanochtend miste ik bijvoorbeeld de bus. Dan baal ik wel, maar ik ga niet huilend op de grond liggen ofzo. Hoogbegaafden die emotioneel achterlopen hebben vaak ook een vorm van autisme, die combinatie komt namelijk vaak voor. En dan heb je dus veel last van je emoties."

Mythe 5: hoogbegaafden hebben geen hobby's
Wesley: "Het is echt niet zo dat wij de hele dag met onze snufferd in de schoolboeken zitten. Hoogbegaafden hebben vaak juist een hobby waarin ze uitblinken. Mijn hobby is kloten met elektronica. Daar kan ik me 100% op focussen, je moet me echt slaan om me uit mijn concentratie te halen. En ik heb zelfs nog andere hobby's. Ik zwem vaak, game veel en ga graag chillen met vrienden. Dus zo'n saaie gozer ben ik niet."

Mythe 6: hoogbegaafden halen nooit kattenkwaad uit
Wesley: "Niet waar. Vroeger ging ik bijvoorbeeld vaak belletje-lellen. Dat was toen echt een hobby van mij. Maar tegenwoordig haal ik minder kattenkwaad uit, omdat ik inzie dat het niet erg slim is. Hoogbegaafden wegen vaak de nadelen tegen de voordelen op, en kattenkwaad levert in mijn ogen meer nadelen dan voordelen op."

Geen grapjes voor Wesley
Zijn dan alle fabeltjes over hoogbegaafden onzin? "Nee", vertelt Wesley mij. De mythe dat hoogbegaafden niet van een geintje houden, zou wel eens kunnen kloppen. "Ik neem veel letterlijk en daardoor snap ik grappen vaak niet. Ik kan op zich wel tegen een geintje, maar ik vind het al snel irritant worden. Vroeger ging ik dan schoppen en slaan, nu waarschuw ik iemand als ik een grap te ver vind gaan."