Grammarnazi met carnaval

Grammarnazi met carnaval

Nog een paar weken en het zuiden van ons land gaat weer los met carnaval. De prins is benoemd, de kiel is gewassen en de vaten bier zijn ingeslagen. Ondanks dat ik niet echt een carnavalsliefhebber ben, maakte ik vorig jaar tijdens de 'voorpret' toch iets mee waardoor ik dat jaar niet snel zal vergeten...

Ik woon in het Brabant en dat betekent dus carnaval. Ons dorp heet dan Gimde. Ik ben nooit echt fan van carnaval geweest. Jezelf klem zuipen en de polonaise dansen in een druk, benauwd, naar bier en zweet ruikend café met iets te harde Nederlandstalige muziek is gewoon niet per se mijn hobby. Maar ja, helaas kan je er nou eenmaal niet echt omheen want overal vind je levensgrote posters, kleurige krantjes en bij alle toegangswegen welkomstborden. Zo ook in ons dorp, met de schreeuwende slogan van het jaar: 'Gimde brand los'. Auw.

De missie

'Brand los'? Toen ik in groep 4 zat was een van de eerste lessen: 'bij hij, zij of het wordt er na de stam een 't' bij gezet'. 'Stam plus t' lijkt me nou niet bepaald de moeilijkste spellingsregel in onze taal. Natuurlijk, een foutje kan gebeuren, maar in hemelsnaam… was er dan niemand bij de PR-commissie van het carnavalsgebeuren die deze fout zag?

Het meest frustrerende vond ik dat die fout consequent op alle spandoeken, folders, insignes en welkomstborden prijkte waardoor ik het steeds opnieuw zag. Ook op een bord midden in een weiland waar ik dagelijks langs fietste op weg naar school. Dat moest aangepast worden. Ik kreeg meteen een Jason Bourne of Mission Impossible-beeld bij dit avontuur.  'Om drie uur 's nachts het huis uit sneaken, door maïs en modder tijgeren en een keurige 'T' achter brand zetten. Daarna via de stallen en pillen-labs terug naar huis, iets te koud in bed gaan liggen en vervolgens tegen mezelf "mission accomplished" kunnen fluisteren.' Dit leek me nou echt gaaf.

Meer helaas...

De realiteit was een stuk minder Hollywood-achtig. Om te beginnen heeft dus niet iedere 16-jarige jongen – in tegenstelling tot wat boomers denken - een bus graffiti op zijn kamer. Het moest dus heel saai met watervaste stift. Ook besloot ik niet te kruipen, maar gewoon op de fiets te gaan. 

Het bord stond in een weiland bij een driesprong. Om er te komen, moest ik over een sloot springen. Ik zou dan vervolgens wel vol in de schijnwerper van een lantaarnpaal staan die er pal naast stond. Ik had weinig zin in boze buurtbewoners over een of andere betweterige taalpurist, dus ik moest op een moment wachten waarop er geen auto's voorbij kwamen. Dat duurde verbazingwekkend lang voor een vrijdag in het holst van de nacht. Ik bleef daarom maar een beetje op en neer fietsen.

Toen er eindelijk geen auto meer te bekennen was, waagde ik mijn kans, nam een aanloop en sprong. Tot mijn enkels in de modder banjerde ik naar het bord en kladde er snel een keurige 't' achter. In de verte doemden alweer de koplampen van een auto op, dus ik moest voort maken om niet gezien te worden. Net op tijd sjeesde ik met weg met nog steeds gierende adrenaline door mijn lichaam. Mission accomplished.

Trots

De dagen erna reed ik vol trots langs het bord met de door mij gecorrigeerde fout. Helaas was mijn vreugde van korte duur. Ik weet niet precies wanneer en laat staan waarom, maar een eigenwijze dorpsgenoot besloot met witte verf mijn excellente verbetering weg te halen. 

Taalbarbaar...

Gepubliceerd op 3 februari 2020

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.