Examenchat Biologie

Examenchat Biologie

Door Roos

Examenchat Biologie

Woensdagmiddag om 16:00u zat Biologiedocent Henry samen met een collega achter de pc om al jullie ingewikkelde biologische vragen op te helderen. Heb je deze chat gemist? Lees dan alle vragen en de antwoorden nog even terug hieronder in de chatlog. Onderin vind je ook de links naar de andere chats!

Chatlog

ashley_8253: hoi
Docent_Henry: Dag Roos en ashley,
ashley_8253: bent u docent biologie?
Docent_Henry: jaashley_8253: als je een kringloop wil maken wie wie eet dan moet je toch met de planten onderaan beginnen?en de pijltjes naar boven tekenen?
Docent_Henry: ashley, als je voedselketen/voedselweb moet maken wijst de pijl van het organisme dat wordt gegeten naar het organisme dat het eet. Bij kringlopen is er geen "onderaan", bij voedselpiramides wel en daarbij staan de planten onderaan.
ashley_8253: dank u wel. 

Marila: wie kan mij de stikstofkringloop uitleggen?
Docent_Henry: Marila, de stikstofkringloop bestaat eigenlijk uit twee aan elkaar gekoppelde kringlopen die als gemeenschappelijk punt nitraat hebben. Hier beginne we nu.
Marila: oke en dan..
Docent_Henry: Marila, nitraat wordt opgenomen door planten en gebruikt bij de voorgezette assimilatie bij het maken van aminozuren. Aminozuren worden vervolgens bij de eiwitsynthese aan elkaar gekoppeld. Eiwitten kunnen door rottingsbacteriën worden afgebroken tot ammoniak. Ammoniak reageert in de grond tot ammoniumionen. Deze ionen worden door nitrietbacteriën omgezet tot nitriet. Nitraatbacteriën maken hier vervolgens nitraat van. De tweede kringloop bestaat uit omzetting van nitraat in stikstofgas door denitrificerende bacteriën en het weer omzetten van het gas in nitraat door stikstofbindende bacteriën.
Docent_Henry: Marila, stikstofkringloop zie binas tabel 93H.
Marila: oke bedankt! 

ilse_8401: kunt u uitleggen wat X-chromosomaal inhoud?
ashley_8253: x chromosomaal betekent dat het op de x overgegeven word,dus niet op de y
ilse_8401: Oke ashley, en de vader geeft die alleen aan zijn dochter?
ashley_8253: ja
Docent_Henry: Ilse, X-chromosomaal wil zeggen dat een erfelijke eigenschap ligt op het X-chromosoom.
ilse_8401: Oke! 

Benj_5734: Ik heb een vraag i.v.m. de voorwaarden om levend te zijn
Benj_5734: is de enigste voorwaarde DNA hebben
Docent_Henry: Benj, een organisme vertoont levenskenmerken zoals ademhalen en voortplanten.
Benj_5734: ok bedankt.
Benj_5734: maar een virus is toch ook levend en dat doet niet aan ademhalen?
Docent_Henry: Benj, het hebben van DNA is geen eenduidig argument. Virussen kunnen ook DNA hebben en worden door veel biologen niet gerekend tot de levende natuur.
Benj_5734: de volgende les nog wat doorvragen zodat ik weet wat ik moet invullen op het examen. 

Nina_: Wat hoef je nou niet te weten van de fotosynthese (VWO) ?
Docent_Henry: Nina, op jou vraag kunnen we geen antwoord geven. Zie syllabus-vwo op www.examenblad.nl
Nina_: oke jmmr.
Docent_Henry: Nina, wat je wel moet kennen over de fotosynthese zijn de plek waar dit plaatsvindt, de stoffen die nodig zijn en ontstaan bij de lichht- en donkerreactie (zie binas tabel 69). Je moet deze tabel kunnen gebruiken. Ga zeker niet alle chemische reacties letterlijk uit je hoofd leren.
Nina_: bedankt! :) 

Birds: Ik heb een vraagje: wat is precies het verschil tussen het bloed van een moeder en het bloed van haar foetus, en dan vooral met betrekking tot de hoeveelheid en eigenschappen van het hemoglobine?
Docent_Henry: Birds, een foetus heeft een ander type hemoglobine dan de moeder. Het hemoglobine van een foetus kan veel makkelijker zuurstof aan zich binden. De verzadigingscurve loopt dan veel meer naar links in de grafiek. Het voordeel hiervan is dat zuurstof van het hemoglobine van de moeder over kan worden gedragen op dat van de foetus.
Birds: Ok bedankt! 

Nina_: Kan je dat hele verhaal van hardy weinberg uitleggen? want ik snap daar niets van, die formule ken ik maar ik kan er alleen helemaal niets mee.
Docent_Henry: Nina, de wet van Hardy-Weinberg gaat over allelfrequenties, d.w.z. hoeveel elk allel voorkomt in een populatie. p staat voor de frequentie (getal tussen 0 en 1) van het dominante allel, q voor de frequentie van het recessieve allel. Bij AA is de frequentie p in het kwardaat, Aa is de frequentie 2pq en bij aa is de frequentie q in het kwadraat.
Nina_: maar dan in de vraag: het al of niet gestreept zijn van de vacht van katten wordt bepaald door de allelen A (streping) en a (geen streping). De soort sterping van de vacht wordt bepaald door de allelen T voor regelmatige streping en t voor onregelmatige streping. De allelen A en T zijn dominant, niet X-chromosomaal en erven onafhankelijk van elkaar over. Onderzoek bij zwerfkatten in een voorstad van Londoen heeft aangetoond dat de frequentie van allel a in deze grote populatie katten 40% is. de frequentie van het allel t is 80%. Bereken, met behulp van de regel van hardy-Weinberg.
Nina_: het percentage onregelmatig gestreepte katten dat in deze voorstad voorkomt. Rond je uitkomst af op een geheel getal. Hoe begin je daar dan aan?
Docent_Henry: Nina, tt betekent allelfrequentie q kwadraat; tt omdat de kat onregelmatig gestreept is. A? beteknt allelfrequentie p kwadraat + 2pq, omdat de kat gestreept is. Kansen met elkaar vermenigvuldigen levert het eindantwoord op. 

Nina_: ik snap die populatiegenetica nog steeds niet, ik snap het hele kansen niet, en als er dan 2 verschillende allelen zijn klap ik helemaal dicht is er iets hoe ik dit stap voor stap kan aanpakken?
Docent_Henry: Nina, om de populatiegenetica te kunnen begrijpen zul je eerst de klassieke erfelijkheid (de wetten van Mendel) moeten begrijpen. Gebruik je biologie voor jou of Nectar of een andere methode?
Nina_: biologie voor jou
Docent_Henry: Nina, neem dan eerst goed thema 3 uit het v4 boek door en oefen met monohybride, dihybride en x-chromosomale overerving. Als je dit goed in de vingers hebt, raden we je aan om verder te gaan met de populatiegenetica.
Nina_: die basis die heb ik, monohybride, dihybride en x-chromosomale overerving dat kan ik allemaal met blokkenschema's maar verder kom ik niet..
Docent_Henry: Nina, bij de wetten van Mendel ga je uit van een stel ouders en nakomelingen met bepaalde fenotypes en genotypes. Bij Hardy-Weinberg ga je uit van een hele populatie. Het gaat daarbij om de hoveelheid allelen die je tegenkomt in deze populatie. De frequentie is daarbij het totaal aantal van een bepald allel dat voorkomt in de populatie gedeeld door het totaal van alle allelen. Dit levert een getal op tussen 0 en 1.

ilse_8401: Een sleutelprikkel krijgt elke keer dezelfde reactie. Maar er zijn ook supranormale sleutelprikkels. Wat zijn dat dan? En wat is een voorbeeld van deze prikkel?
ashley_8253: borstvergroting bijvoorbeeld
ashley_8253: of overdreven korte rokjes en brede heupen
Docent_Henry: Ilse, supranormale prikkels zijn overdreven sleutelprikkels. Denk bijv. aan het verlengen van de benen van een fotomodel, extra ronde hoofden van baby's, waarbij de reactie ook sterker is dan bij een sleutelprikkel. 

roosidoosi: wat zijn nou precies enzymen en wat doen ze?
Marila: roosidoosi enzym is een eiwit en de functie is dat het reacties versnelt.
Docent_Henry: Enzymen zijn biologische katalysatoren. Ze helpen chemische reacties te ondersteunen door de activeringsenergie omlaag te brengen, waardoor de chemische reactie bij een lagere temperatuur (lichaamtemp) kan verlopen. Deze enzymen zijn eiwitten die niet worden verbruikt bij de chemische reactie. 

Marila: weet u een goede site voor het oefenen van genetica? k heb namelijk moeite met genetica
Docent_Henry: Marila, kijk eens op www.bioplek.org bij erfelijkheidsleer. 

Anne_1778: hoe kan ik biologie havo het beste leren? Ik dacht zelf aan veel doorlezen en een paar examens maken.
Docent_Henry: Anne, we raden je aan veel te oefenen met oude examens en daarnaast de teksten door te lezen en eventueel samen te vatten. 

joojo: Ik heb een vraag
joojo: Heeft u het eindexamen al gezien of ingekeken?
Docent_Henry: Joojo, wat denk je zelf?
joojo: ik denk van niet... 

brigitte-x: hoi ik heb een vraagje, ik snap niet goed hoe de grote bloedsomloop werkt, hoe kan ik dat het beste aanpakken?
Docent_Henry: Brigitte, op welk niveau wil je deze vraag beanwtoord hebben? vmbo of havo/vwo
brigitte-x: havo niveau ;)
the_man_2900: ik ook ;)
Docent_Henry: Brigitte, stel je zelf voor als een rode bloedcel en start in de linkerkamer. Hoe kom je terug in het hart in de rechterboezem? In je lesboek vind je vast een schema, zie ook binas tabel 84A.
brigitte-x: oke, ik ga even kijken
brigitte-x: ik heb tabel 84 in de binas erbij, maar ik kom er echt niet wijs uit hoe ik nu moet kijken
Docent_Henry: Brigitte, de grote bloedsomloop bestaat uit het volgende: linkerkamer - aorta - slagaders naar verschillende organen (behalve longslagader), haarvaten in verschillende organen (behalve de longhaarvaten), aders vanaf de verschillenbde organen (behalve de longader), holle aders - rechterboezem.

Pepijn183: Wat is precies het verschil tussen exciterend en inhiberend?
Docent_Henry: Pepijn, exciterend betekent stimulerend, inhiberend betekent remmend.
Pepijn183: maar mijn docent zij dat het inhiberen is als er hyperpolarisatie ontstaat, en anders is het exciteren.
Docent_Henry: Pepijn, een remmend signaal van de ene zenuwcel naar de andere zenuwcel levert een IPSP op dat leidt tot hyperpolarisatie. Een stimulerend signaal levert een EPSP op dat leidt tot depolarisatie. Als er genoeg EPSP's zijn en niet teveel IPSP's zijn kan de drempelwaarde worden overschreden en leidt dit tot een actiepotentiaal.

roosidoosi: wat bedoelen ze met resus+ en resus- is dat gewoon om bloed onder te verdelen zoald de 4 bloedgroepen?
Docent_Henry: Roosidoosi, op rode bloedcellen zitten verschillende stoffen aan het oppervalk op het celmembraan. Sommige van deze stoffen behoren tot het ABO-bloedgroepensysteem, andere tot de resusfactor. Als je de resusfactor hebt noem je dit Rh+, als je dit stofje niet op de celmembraan van de rode bloedcekl hebt noem je dit Rh-.

Pepijn183: en wat is precies het verschil tussen het centraal zenuwstelsel en het perifere zenuwstelsel.
Docent_Henry: Pepijn, het centrale zenuwstelsel bestaat uit de hersenen en het ruggenmerg. De rest is perifeer.
Pepijn183: oke top bedankt!

brigitte-x: ik weet niet of mijn vraag net aangekomen is, maar wat is successie?
Docent_Henry: Brigitte, successie is de ontwikkeling van een gebied van een pioniersstadium tot uiteindelijk een climaxstadium, waarbij de complexiteit van het gebied toeneemt. Hierbij valt te denken aan toenamen van het aantal soorten.

roosidoosi: veel mensen gebruiken rustgevende middelen voor het examen maar heplt dat echt en wat doet het met je?
Docent_Henry: Roosidoosi, op je vraag over rustgevende middelen kunnen we niet ingaan.

Marila: waar staat wat je niet hoeft te leren havo CE?
Roossmetsers Marila: kijk eens op http://www.examenblad.nl/9336000/1/j9vvhinitagymgn_m7mvh57gltp77x8_n11vg41h1h4i9qd/vhi1n4dt1ayp?topparent=vg41h1h4i9qd misschien vind je daar wat je zoekt?

Marila: wat zijn precies endocryne klieren en exoclyrne klieren?
Docent_Henry: Marila, endocriene klieren geven hormonen af aan het bloed, exocriene klieren geven producten niet aan het bloed af. Een voorbeeld van een exocriene klier is de speekselklier.

Het is 17u, dat betekent dat de Examenchat Biologie is afgelopen. We willen docenten Henry en zijn collega graag heel erg bedanken voor hun tips, uitleg en hun tijd. We gaan zo meteen verder met de Examenchat Duits!
brigitte-x: okee heel erg bedankt.
Marila: Bedankt!

 

Bekijk ook de uitwerkingen van de andere chats:

Nederlands

Scheikunde

Duits

Economie

Engels

Geschiedenis

Wiskunde

Natuurkunde

Aardrijkskunde

Frans

Gepubliceerd op 14 mei 2011

REACTIES

C.

C.

hoe bekijk je de antwoorden al heb je je examen bio op de computer gemaakt (GT)?

13 jaar geleden

L.

L.

hej, ik snap de cyclus van de menstrutie cyclus niet, ik heb allemaal filmpjes erover gekeken maar ik snap het gewoon niet?

11 jaar geleden

N.

N.

wat heeft een kapper te maken met biologie?

7 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.