Alles tegelijk
Alles tegelijk, de ene stem in mijn hoofd schreeuwend tegen de andere. “Kan het nu niet even één keer stil zijn?” schreeuw ik tegen mezelf. Ik sla mijn handen op mijn oren en probeer me te concentreren op mijn schoolwerk.
Dit verhaal is geschreven door Lotte van der Made (17) als inzending voor de wedstrijd Talent voor Taal. De afgelopen weken publiceerden wij de tien beste verhalen met thema 'Vriend & Vijand' op ons blog. Lees ook ons verslag van de prijsuitreiking!
Na vijf minuten geef ik het op, het lukt niet meer. De stemmen in mijn hoofd overheersen. “Stop toch met leren, je zult toch wel falen,” zegt de ene stem. “Nee, je moet door blijven gaan, je examen lukt je wel en dan heb je een mooie toekomst,” zegt de andere stem. Al die stemmen in mijn hoofd, ik word er gek van.
Commentaar
Bij alles wat ik doe, denk of zeg krijg ik commentaar. Zijn het de stemmen die ik hoor of ben ik het zelf? Van wie zijn die stemmen? Wat is hun bedoeling? Al die vragen spoken, samen met de stemmen, dag en nacht door mijn hoofd. Was er maar een manier om ze weg te krijgen.
Ik kan er met niemand over praten, niemand weet er iets van af. Ze zullen denken dat ik gek ben of me vast raar vinden. Ik hoor ze al fluisteren in de gangen van de school: “Kijk, zie je dat meisje daar? Zij is gek, ze zegt dat ze stemmen in haar hoofd heeft.”
Maar niemand begrijpt het. Zij worden elke dag wakker en ergeren zich waarschijnlijk aan het feit dat ze weer een lange dag voor de boeg hebben. Dat maakt mij allemaal niet uit. Ik erger me aan het feit dat ik weer de hele dag naar die twee zeurende en ruziemakende stemmen in mijn hoofd moet gaan luisteren.
Chaos
Ik zou er alles aan doen om van die stemmen af te komen, al is het maar voor één dag. Eén dag zonder het gezeur van de negatieve stem, waarvan ik alleen maar hoor dat ik alles fout doe, waardeloos ben en dat ik toch wel zal falen ondanks alles wat ik doe. Of één dag zonder de positieve stem die precies het tegenovergestelde zegt waardoor het een chaos wordt in mijn hoofd.
Ondanks dat ik de hele nacht niet geslapen heb, kom ik uit mijn bed om naar school te gaan. Ik zie er tegen op om mijn kleren uit te zoeken. Ik weet nu al dat de negatieve stem mij gaat vertellen hoe lelijk en dik ik eruit zie in die broek en dat het shirt tegenwoordig echt niet meer kan. Terwijl de andere stem zegt dat ik dit moet aanhouden, omdat ik er echt goed uitzie.
Het is pas zeven uur in de morgen en ik sta nu al te schreeuwen in mijn kamer door de stemmen die mij helemaal gek maken. Ik probeer te stemmen te negeren en besluit dit aan te houden, tot grote ergernis van de negatieve stem.
Wegrennen
Als ik op school aankom, is het nog erg rustig. Gelukkig maar; dan kan niemand over mij roddelen. Als ik naar mijn klas ga, waar ik het volgende uur Nederlands zou hebben, zie ik dat de klas al helemaal vol zit. Ik kijk op mijn horloge en zie dat hij stil staat. Ik kan bijna niet geloven dat ik te laat ben. Nu moet ik dus de klas in, terwijl iedereen me aan zal staren.
De negatieve stem in mijn hoofd begint alweer te schreeuwen: “Hoe kon je nou zo dom zijn? Je had toch op je telefoon kunnen kijken! Ik snap niet dat ik me nog met jou bemoei!” Op dat moment schreeuw ik heel hard: “Ga dan weg!” Dan hoor ik allemaal gelach en ik besef dat ik nog midden in het lokaal stond. Ik kan op dit moment niet anders doen dan wegrennen. Wegrennen! Ik wil het zo niet meer.
Als ik thuis ben, duik in mijn bed in en ik begin te huilen. Langzaam maar zeker komt het besef dat ik mijn eigen vriend en vijand ben.
1 seconde geleden
M.
M.
Mooi. Ik heb ook een stem in mijn hooft. Maar die is net als een broer of zus, alleen dan zonder ruzies. Het is een soort van mijn broer die me begrijpt, me steunt en me troost. Ook al ben ik het eigenlijk zelf en zit het in mijn hooft. Het is toch een grote steun ondanks dat het mijn fantasie is.
10 jaar geleden
Antwoorden