Moya (19) startte een peercoachingsproject op haar eigen school
Ken jij iedereen die op jouw school rondloopt? De kans is groot van niet. Zeker als je in de bovenbouw zit, komt er een moment waarop je beseft dat je eigenlijk de overgrote meerderheid die rondloopt in het gebouw niet meer herkent. Moya (19) merkte dit ook op haar school, het Haags Montessori Lyceum. Zij haalde niet gewoon haar schouders op, maar bedacht een manier om onder- en bovenbouw dichter bij elkaar te brengen.
Moya is namelijk een peercoachingproject gestart. Dat houdt in dat bovenbouwers onderbouwers coachen en dus helpen bij allerlei zaken rondom schoolwerk, maar ook bijvoorbeeld een gebrek aan motivatie. “Onze school bestaat tegenwoordig bijna voor de helft uit eerste- en tweedeklassers. Ik merkte dat doordat de school steeds groter wordt, de kloof tussen onder- en bovenbouw ook groeit. Daar wilde ik graag iets aan veranderen. Daarom ben ik met oud-leerling Vincent, die nu psychologie studeert en met Florence, die hier op school werkt, dit project gestart.”
Leren coachen
Het lijkt zeker te werken, want als ik aanschuif bij een van de trainingen die Moya en Vincent aan de toekomstige coaches geven, val ik bijna van verbazing achter over. Hier zitten twaalf ontzettend gemotiveerde bovenbouwers driftig mee te pennen met alles wat Vincent vertelt. Moya maakt een hele volwassen indruk, ze weet precies waar ze het over heeft en de sfeer in de groep zit er goed in. Het gaat over gesprekstechnieken: hoe voer je een gesprek waar je zoveel mogelijk uit haalt en waarbij je de ander ook op zijn gemak stelt. Vincent legt uit, waarna de toekomstige coaches oefenen, terwijl Moya vragen beantwoordt en checkt of alles goed gaat. Op deze school heerst een klimaat waarin je elkaar helpt en samen aan de school werkt, dat is duidelijk, maar hoe bereik je zoiets?
Moya legt uit: “Leerlingen hebben hier op school echt het gevoel dat ze iets te zeggen hebben. Dat is omdat ze dat ook daadwerkelijk hebben. Er wordt hier echt naar de leerling geluisterd. Zo hebben we bijvoorbeeld leerlingencommissies. Dat zijn een soort leerlingenraden, maar dan eentje voor elke jaarlaag. Die commissies worden heel serieus genomen: als ze met een goed plan komen, mogen ze dat ook echt uitvoeren van de schoolleiding.”
Wat betreft het peercoachingsproject is Moya net zo enthousiast: “We hebben nu 102 bovenbouwers die meedoen en die begeleiden ieder zes onderbouwers. Zo dek je dus echt een heel groot deel van de school. Maar de coaches leren niet alleen anderen te helpen, in de trainingen krijgen ze ook veel informatie die voor hun eigen ontwikkeling handig kan zijn. Zo leren ze bijvoorbeeld technieken om beter te plannen. Dat kan ook van pas komen bij hun eigen schoolwerk.
Luisteren
Toch is het niet zo dat de leerling hier in een gespreid bedje terecht komt. Het moet vooral uit de leerling zelf komen stelt Moya: “Onze leerlingencommissies zijn echt autonoom: er zitten niet alleen leerlingen in, de organisatie doen we ook zelf. Zo gaan leerlingen hier bijvoorbeeld vaak het gesprek aan met een docent, als ze een verbeterpunt zien. Docenten staan daar ook voor open, iedereen leert van elkaar. Er wordt dus goed naar leerlingen geluisterd, maar daarna wordt vooral gevraagd: wat ga je er zelf aan doen? Als je zelf maar met een goed plan of een goed idee komt, dan kan er heel veel.”
Een goed bestuur dus, op het Haags Montessori Lyceum, maar vooral ook gemotiveerde leerlingen. En volgens Moya kan dat op iedereen school. “Het gaat er om dat je gewoon wat moet gaan doen. Iedereen heeft wel dingen op school die je anders zou willen zien of zaken waar je ontevreden over bent. Belangrijk is dat je je altijd afvraagt wat jij er zelf aan kan doen. Jij bent onderdeel van je school, dus kan je die ook veranderen.”
1 seconde geleden