Op bijna iedere middelbare school worden er debatten gevoerd bij vakken als maatschappijleer en Nederlands. Maar denk ook eens aan al die keren dat je het niet eens was met de scheidsrechter, in discussie ging met een docent of je moeder probeerde te overtuigen om je géén huisarrest te geven. Lees hieronder de 5 meestgemaakte debatfouten en debatteer voortaan als een baas.

Fout 1: Niet 'sexi' zijn 

Zorg ervoor dat je niet onvoorbereid aan de discussie begint. De mate van voorbereiding verschilt per soort debat. Als je je moeder wilt overtuigen, hoef je natuurlijk niet je punten helemaal vooraf uit te werken. Toch kan het ook dan heel fijn zijn om van tevoren al een beetje te weten wat je wilt zeggen. Bij debatten op school en in wedstrijden is het handig om de argumenten vooraf uit te denken en te voorzien van voorbeelden en cijfers.  Je kunt argumenten goed uitwerken met de Sexi-regel. Noem eerst een korte samenvatting van je standpunt (state), leg dan uit wat je precies bedoelt (explain) en geef vervolgens een duidelijk voorbeeld (illustrate).

Fout 2: Persoonlijke aanvallen

Let erop dat je de tegenstander nooit persoonlijk aanvalt. Wanneer je dat wel doet, zal het door de beoordelaar/tegenstander in veel gevallen worden gezien als een teken van zwakte. Blijkbaar heb je niks zinnigs te zeggen over de stelling, dus val je de persoon tegenover je maar aan. Ook wanneer de ander begint met persoonlijke aanvallen, is het altijd beter om hier niet in mee te gaan. Nee. Ook niet tegen je moeder of docent. 

Volg Scholieren.com ook hier op Instagram!

Fout 3: Bang zijn humor te gebruiken

Veel mensen durven in een debat geen humor te gebruiken. Ze willen niet van het onderwerp afleiden of zijn bang dat de grap niet grappig gevonden wordt. Wees daar niet bang voor een gooi juist wat goeie grappen het debat in. Het hoeft geen cabaretshow te worden, laat dat maar aan Jochem Myjer over, maar af en toe een grapje waardeert iedereen. 

Fout 4: Te algemeen spreken

Probeer tijdens een debat niet steeds over algemene groepen en dingen te spreken. Dat maakt het argument vaag, moeilijk na te trekken en onpersoonlijk. Zeg, wanneer je bezig bent je moeder te overtuigen, dus niet: “Iedereen mag daarheen”, maar “Lotte, Jasmijn, Max, mijn halve voetbalteam en 5 klasgenoten gaan daar ook naartoe”. Ook het benoemen van persoonlijke ervaringen tijdens debatten kan heel handig zijn. Vertel dus niet dat alle ouderen last hebben van iets, maar leg uit waarom dit probleem jouw opa al jaren dwarszit. 

Fout 5: Blijven praten

Soms blijven mensen in een debat constant doorgaan met praten, om maar stiltes te voorkomen. Is niet nodig. Vaak is het beter om dan toch even te stoppen met praten, want zo dwing je de tegenstander om op dat moment ook iets te zeggen. Misschien hebben ze namelijk wel niks zinnigs te zeggen, want dan waren ze daar vast mee tussendoor gekomen. Verder is het nooit handig om zo lang te praten dat je meerdere argumenten in één keer gaat benoemen. Want wanneer jij vijf argumenten achter elkaar benoemt, kiest de tegenstander de zwakste uit om op in de gaan. De andere vier komen zo niet meer aan bod. Zonde.

Gebruik de bovenstaande tips en blaas de ander omver met je fantastische debateer-kunsten! Overtuig je leraar om die toets toch nog even uit te stellen, laat je moeder geloven dat het echt beter is dat jij wel naar dat feestje gaat en zorg ervoor dat de scheidsrechter een gunstige beslissing maakt. You rule the world.