Cidade de Deus
Door Rollo Tomasi
Cidade de Deus was in thuisland Brazilië één van de succesvolste films ooit. Mede dankzij een lovend artikel van de kersverse president Lula da Silva, die zijn landgenoten met de neus op de feiten wilde drukken. Cidade de Deus speelt zich af in de gelijknamige wijk, één van de armste en gewelddadigste van Rio de Janeiro. Een film over armoede en geweld, waarin jongetjes elkaar omverblazen om hun positie in de drugsindustrie te versterken. Klinkt heel deprimerend, maar regisseur Fernando Meirelles weet er een flitsende, razendsnel gemonteerde zwarte komedie van te maken.
Het verhaal
De film opent met een hectische achtervolging op een ontsnapte kip. De bendeleden die de kip willen vangen, stuiten op een groep agenten. Tussen de twee groepen staat de verteller, de jonge fotograaf Raket (Alexandre Rodrigues), aan de grond genageld. Om het verhaal te begrijpen, zegt hij, moeten we terug naar het begin. De omgeving verandert, de tiener wordt een jongetje, staande op een voetbalveldje aan de rand van Rio. We krijgen te zien hoe z'n leeftijdgenoten langzaam maar zeker in de criminaliteit terecht komen, hopend op een beter bestaan. Één van de jongetjes, Dobbeltje (Firmino da Hora), is nog meedogenlozer dan de meest geharde misdadiger en weet zich zo tot de grootste drugbaron van de wijk op te werken. Maar door zijn sadistische optreden heeft hij ook een hoop vijanden gemaakt, wat tot een vernietigende bendeoorlog leidt.
Paulo Lins
Cidade de Deus is gebaseerd op een boek van Paulo Lins, die het harde leven in de 'Stad van God' beschreef. Zijn persoon en dat van Raket zijn in de film tot één personage gebundeld. In 135 minuten weet regisseur Meirelles tientallen personages te introduceren en beslaat de film een periode van pakweg 15 jaar, maar toch blijft de film goed te volgen. De film combineert de hardheid van Goodfellas met het energieke camerawerk, de flitsende montage en hetzelfde gevoel voor humor als gangsterfilms van Guy Ritchie, zonder dat het afbreuk doet aan de inhoud.
Conclusie
De film reflecteert het bizarre leven in de Braziliaanse sloppenwijk, soms met een knipoog, soms komt het aan als een vuistslag. Een indrukwekkende achtbaanrit door de krochten van zowel Rio als de menselijke ziel.
Gepubliceerd op 28 februari 2003
De film opent met een hectische achtervolging op een ontsnapte kip. De bendeleden die de kip willen vangen, stuiten op een groep agenten. Tussen de twee groepen staat de verteller, de jonge fotograaf Raket (Alexandre Rodrigues), aan de grond genageld. Om het verhaal te begrijpen, zegt hij, moeten we terug naar het begin. De omgeving verandert, de tiener wordt een jongetje, staande op een voetbalveldje aan de rand van Rio. We krijgen te zien hoe z'n leeftijdgenoten langzaam maar zeker in de criminaliteit terecht komen, hopend op een beter bestaan. Één van de jongetjes, Dobbeltje (Firmino da Hora), is nog meedogenlozer dan de meest geharde misdadiger en weet zich zo tot de grootste drugbaron van de wijk op te werken. Maar door zijn sadistische optreden heeft hij ook een hoop vijanden gemaakt, wat tot een vernietigende bendeoorlog leidt.
Cidade de Deus is gebaseerd op een boek van Paulo Lins, die het harde leven in de 'Stad van God' beschreef. Zijn persoon en dat van Raket zijn in de film tot één personage gebundeld. In 135 minuten weet regisseur Meirelles tientallen personages te introduceren en beslaat de film een periode van pakweg 15 jaar, maar toch blijft de film goed te volgen. De film combineert de hardheid van Goodfellas met het energieke camerawerk, de flitsende montage en hetzelfde gevoel voor humor als gangsterfilms van Guy Ritchie, zonder dat het afbreuk doet aan de inhoud.
De film reflecteert het bizarre leven in de Braziliaanse sloppenwijk, soms met een knipoog, soms komt het aan als een vuistslag. Een indrukwekkende achtbaanrit door de krochten van zowel Rio als de menselijke ziel.
Gepubliceerd op 28 februari 2003