Dossier 1
4
fané verwelkt
cueillir plukken
ramasser oprapen
orphelin wees
déchiré gescheurd
recoller weer vastlijmen
remplir vervullen
pourtant toch
sans doute waarschijnlijk
etre dans tous ses états in alle staten zijn
chagriner verdrietig maken
déchrocher losmaken
mon âme mijn ziel
blesser pijn doen
n’avoir (pas) de cesse voortduren
emmener meenemen
gronder dreigen
7
pousser ertoe brengen
convoquer oproepen
hanter kwellen
glisser uitglijden
suivre volgen
deposer une plainte een klacht indienen
s’accélérer sneller
élever opvoeden
se tuer zelfmoord plegen
témoigner getuigen
se débrouiller zich redden
ajouter toevoegen
déculpabiliser van schuldgevoelens bevrijden
énerver zenuwachtig maken
supprimer afschaffen
permettre toestaan
interpeller ondervragen
8
un élève un collégien een middelbare scholier
une dispute une bagarre ruzie
les parents les proches de familieleden
des bâtiments des immeubles de flatgebouwen
professeurs enseignants de leerkrachten
environ aux alentours de ongeveer
en bas de au pied de aan de voet van
un accrochage une collision een botsing
immobile inerte onbeweeglijk
les déclarartions les témoignages de verklaringen
dur d’oreille malentendant slechthorend
une querelle un accrochage een aanvaring
les motifs les raisons de redenen
son adversaire son oppasant zijn tegenstander
le coupable l’auteur de dader
le directeur le principal de directeur
honteur penaud beschaamd
simple modeste eenvoudig
le soutien l’aide de hulp
sur le fait en flagrant délit op heterdaad
l’appel la communication de boodschap
stupéfie consterné ontsteld
abattu effrondré ingestort
terrible horrible verschrikkelijk
en outre de plus bovendien
seulement ne que slechts
de temps en temps parfois af en toe
bousculé chahuté onder de voet gelopen
une suite une sale een opeenvolging
10
d’ailleurs trouwens
pour que opdat
à savoir namelijk/te weten
c’est pourquoi daarom
pourtant toch
vu que aangezien
certes inderdaad
bref kortom
aussitôt que zodra
en effet inderdaad
bien que hoewel
pourvu que mits, als……maar
en outre bovendien
par conséquent dienstengevolge, dus
tandis que terwijl
11
- il y a plusieurs types de vélos, à savoir les vélos de course, les VTT, etc.
= Er zijn verschillende types fietsen, te weten racefietsen,
crossfietsen etc.
- Aussitôt que mon frère est entré, tout le monde s’est mis à chanter.
= Zodra mijn broer binnenkwam, begon iedereen te zingen.
- Bien que la neige ait fondu, nous nous sommes bien amusés aux sports d’hiver.
= Hoewel de sneeuw gesmolten was, hebben we ons goed geamuseerd tijdens de wintersport.
- J’ai vvu mes anciens collègues, mes camarades de classe, des parents, bref, tous ceux que je fréquentais autrefois.
= Ik heb al mijn oude collega’s gezien, klasgenoten, ouders, al diegene die ik vroeger vaak zag.
- J’ai raté le premier train, par conséquent je suis un peu en retard.
= Ik heb de eerste trein gemist, waardoor ik een beetje laat ben.
-Certes, la politique m’intéresse, mais cela ne veut pas dire que j’admire tous les hommes politiques.
= Zeker, de politiek interesseert me, maar dat wil niet zeggen dat ik alle politici bewonder.
- Tu me dis des choses très injustes. D’ailleurs, je me demande de quoi tu t’occupes.
= Je zegt erg onrechtvaardige dingen tegen me, trouwens ik vraag me af waar je je mee bemoeit.
- J’espérais la rencontrer à Paris et en effet elle était là en même temps que moi.
= Ik hoopte haar tegen te komen in Parijs en inderdaad ze was er op hetzelfde moment als ik.
- J’ai acheté quelques romans et en outre un guide Michelin sur Paris.
= Ik heb enkele romans gekocht en bovendien een Michelingids van
Parijs.
-Nous avons travaillé toute la nuit pour que le boulot soit fini à temps.
= We hebben de hele nacht gewerkt opdat de klus op tijd klaar is.
- Il m’a souvent mal traitée, pourtant il me manqué.
= Hij heeft me vaak slecht behandeld, toch mis ik hem.
- Pourvu que notre candidat soit élu président!
= Mits onze kandidaat als president gekozen wordt.
- Il était épuisé; c’est pourquoi nous n’avons pas pu aller plus loin.
= Hij was uitgeput, daarom hebben we hier verder kunnen gaan.
-J’ai fait toute la maison tandis que mon frère a dormi jusqu’à midi.
= Ik heb het hele huis gedaan terwijl mijn broer tot 12 uur heeft geslapen.
- Vu que nous avons quelques jours de congé, nous en profiterons pour faire un petit voyage en Belgique.
= Gezien het feit we enkele dagen vrij hebben, profiteren we daarvan door een kleine reis naar België te maken.
15
en vouloir à kwalijk nemen
avoir envie de zin hebben om
être en train de bezig zijn te
en avoir assez de er genoeg van hebben om
se faire avoir zich laten beetnemen
avoir la force de de kracht hebben om
avoir des nouvelles de iets horen van
être obligé de verplicht zijn om
avoir besoin de nodig hebben
en avoir marre de het beu zijn te
être prêt à bereid zijn te
réflicher sur une question difficile nadenken over een moeilijke vraag
souffrir d’une maladie lijden aan een ziekte
caresser la joue de son ami(e) de wang van zijn/haar vriend(in) strelen
rompre ses liens zijn banden verbreken
éclater en sanglots in snikken uitbarsten
avouer un crime een misdaad bekennen
sorloter un efant malade een ziek kind vertroetelen
rebrousser chemin op zijn schreden terugkeren
débarquer chez quelqu’un bij iemand uitwaaien
hurler de rage ‘t uitschreeuwen van woede
il oublie hij vergeet
il se rappelled hij herinnert zich
il se rapproche hij komt dichterbij
il s’éloigne hij verwijdert zich
il m’amuse hij vermaakt
il m’ennuie hij verveelt me
il est énervé hij is opgewonden
il est calme hij is kalm
il la repousse hij stoot haar af
il l’attire hij trekt haar aan
il est vexé hij is gekwetst
il est flatté hij is gevleid
il réussit hij slaagt
il échoue hij zakt
il est indifferent hij is onverschillig
il est motive hij is gemotiveerd
il est guéri hij is genezen
il est malade hij is ziek
il se couche hij gaat slapen
il se lève hij staat op
il arrête hij stopt
il poursuit hij gaat door
il permet hij staat toe
il interdit hij verbiedt
il descend hij gaat naar beneden
il monte hij gaat naar boven
il recule hij gaat achteruit
il avance hij gaat voouit
19
les fringues les habits de kleren
le boulet la travail het werk
bosser travailler dur hard werken
dingue fou gek
un(e) gosse un(e) enfant een kind
la bagnole la voiture de auto
10 balles 10 francs 10 Francs
une bise un baiser een kus
une nana une fille een meisje
un mec un homme een man
une clope une cigarette een sigaret
un con un idiot een idioot
cool agréable aangenaam/prettig
la bouffe la nourriture het voedsel
branché à la mode in de mode
les vieux les parents de ouders
un tube une chanson à succès een tophit
le train-train la routine de sleur
rigoler rire lachen
les godasses les chaussures de schoenen
21
modeste bescheiden
sociable/agreeable gezellig
passionné hartstochtelijk
tendre teder
gentil/aimable vriendelijk
résolu/decide kordaat
raisonnable/intelligent verstandig
correct/convenable fatsoenslijk
raisonnable/sense redelijk
ambitieux eerzuchtig
fidèle/loyal trouw
énergique/ferme doortastend
perspicace/fin/sagace scherpzinnig
spirituel/plaisant geestig
joyeux/gia vrolijk
spontané spontaan
serviable/secourable hulpvaardig
appliqué/travailleur ijverig
entreprenant/actif ondernemend
contant/satisfait tevreden
22
grossier brutaal la grossièreté de brutaliteit
malhonnête oneerlijk la malhonnêteté de oneerlijkheid
cruel wreed la crueuté de wreedheid
indifferent onverschillig l’indifférence de onverschilligheid
ruse sluw la ruse de sluwheid
méchant gemeen la méchanceté de boosaardigheid
paresseux lui la paresse de luiheid
imprudent onvoorzichtig la imprudence de onvoorzichtigheid
capricieux grillig la caprice de gril
fou gek la folie de gekheid
stupide dom la stupidité de domheid
hostile vijandig l’hostilité de vijandigheid
ingrat ondankbaar l’ingratitude de ondankbaarheid
tenace vasthoudend la tenacité de vasthoudendheid
étourdi onbezonnen l’etourderie de onbezonnenheid
orgueilleux trots l’orgueil de trots
méfiant wantrouwig la méfiance het wantrouwen
lâche laf la lâcheté de lafheid
avide gulzig l’avidité de gulzigheid
ignorant onwetend l’ignorance de onwetendheid
severe streng indulgent toegeeflijk
paresseux lui travailleur ijverig
malhonnête oneerlijk sincère oprecht
negligent nalatig consiencieux plichtsgetrouw
borne bekrompen large d’esprit ruimdenkend
avare gierig généreux vrijgevig
gracieux elegant rustre lomp
renfermé gesloten franc open
maladroit onhandig habile handig
distrait verstrooid attentif oplettend
Dossier 2
30
la cave de kelder
suffire voldoende zijn
déployer aanwenden
le lieu de plaats
selon al naar geland
les engins d’illusion het tovergerei
le tour de truc
se précipiter zich haasten
surgir plotseling verschijnen
officier dienst doen
l’avenir de toekomst
un raccourci een verkorte vorm
une chimère een hersenschim
planer zweven
percer doorgronden
un maléfice een hekserij
pérer omkomen
l’émergence het verschijnen
le culte de la Raison de verheerlijking van het verstand
entamer aantasten
un essor een bloei
témoigner getuigen
le bric-à-brac oude dingen
la fête foraine de kermis
entraîner meevoeren
mener à bien tot een goed einde brengen
ne pas désemplir niet leeg raken
avoir voix au chapitre een stem in het kapittel hebben
prendre garde opletten
céder le pas à wijken
40
être sens dessus dessous ondersteboven gekeerd zijn
êtra au-dessus de erboven staan
compter dessus erop rekenen
(marcher) bras dessus, bras dessus gearmd (lopen)
reterir ses dessous zijn ondergoed uitdoen
tomber dessus erop springen
avoir le dessus de overhand hebben
un locetaire een huurder
respirer ademen
avoir tendance à de neiging hebben om
envier jaloers zijn op
mépriser minachten
convoiter begeren
céder afstaan
obtenir verkrijgen
avoir des sous geld hebben
obliger verplichten
d’autant que te meer omdat
avoir intérêt à er belang bij hebben om
rejoindre zich voegen bij
soi-disant zogenaamd
soûl dronken
se taper elkaar slaan
42
la manouvre de arbeider
la manouvre het sturen
le poste de wachtpost
la poste de posterijen
le physique het uiterlijk
la physique de natuurkunde
le voile de sluier
la voile het zeil
le mémoire het verslag
la mémoire het geheugen
le livre het boek
la livre het pond
le poêle de kachel
la poêle de koekenpan
un dessin een tekening
un dessein een plan
une voix een stem
une voie een weg
une tâche een taak
une tache een vlek
une balade een wandeling
une ballade een ballade
un seau een emmer
un saut een sprong
le coeur het hart
le choeur het koor
de sous het geld
le dessus de overhand de bovenste
le dessous het onderspit de onderste
la cour de binnenplaats het hof
le magasin de winkel het magazijn
la face het gezicht de voorkant
la bourse de portemonnee de beurs
la femme de vrouw de echtgenote
un enfant een kind een voortbrengsel
le siège de stoel het hoofdkantoor
le mal het kwaad de pijn
les parents de ouders de familie
l’argent het geld het zilver
correspondre overeenkomen (met) schrijven (met)
provoquer provoceren veroorzaken
engager verloven in dienst nemen
doubler verdubbelen inhalen
44
déceler ontdekken
le postulant de sollicitant
dissimuler verbergen
voire en zelfs
le mensonge de leugen
la convivialité de gezelligheid
la fuite de vlucht
croiser kruisen
trahir verraden
la volenté de wil
échapper ontkomen aan
les jambes écartées de benen wijd
convaincre overtuigen
disposé opgesteld
au sommet de aan het hoofd van
le guéridon de bijzettafel
carré vierkant
renforcer versterken
l’entreprise de onderneming
siéger zetelen
les chavaliers de ridders
disposer de beschikken over
la détente de ontspanning
l’échange de uitwisseling
47
-L’economie rwandaise en plein naufrage
= midden in een schipbreuk --> keledert
-La répression s’accroît à Kinshasa
= onderdrukking
- Grêve annoncée des pilots d’Air France
= aangekondigde staking
- Russie: les marchés redoutent un effrondrement financier
= financiële onstorting --> catastrofe
-Des générations futures et du déficit budgétaire
= begrotinggstekort
- Sondage: les Francais pessimistes sur le chômage
- (opinie)peiling; werkloosheid
- Augmentation du revenu moyen des agriculteurs
= stijging van het gemiddelde inkomen
- Un catholique et u protestant assassinés en Irlande du Nord
= vermoord
- Une baisse des charges sociales précconisée par des économistes
= daling van de sociale lasten
- Pollution de l’air, la preuve par l’anticyclone
= luchtverontreiniging; het bewijs
-Neige et verglas, circulation périlleuse
= ijzel; gevaar voor het verkeer
-Soutien des syndicats aux médecins généralistes
= steun van de vakbonden; huisartsen
= Défense: la mise en oeuvre progressive des réformes
= de verwezenlijking; van de hervormingen
REACTIES
1 seconde geleden