Statistisch onderzoek naar drankgebruik

Beoordeling 5.6
Foto van een scholier
  • Praktische opdracht door een scholier
  • 5e klas havo | 1186 woorden
  • 25 februari 2002
  • 164 keer beoordeeld
Cijfer 5.6
164 keer beoordeeld

Inleiding

In deze praktische opdracht gaan wij proberen de verkregen gegevens over het drankgebruik van jongeren statistisch te verwerken. We hebben onze eigen klas gevraagd om een enquête in te vullen. Deze enquête kunt u vinden bij de bijlagen achterin (let wel op!, het is een blanco exemplaar). We hebben geprobeerd zo goed mogelijk naar cijfers te vragen in deze enquête, want anders kun je moeilijker de gegevens statistisch verwerken.
We moesten natuurlijk ook een onderzoeksvraag opstellen en deze luidt als volgt: hoe is het drankgebruik onder jongeren?(15 tot 19 jaar) We gaan proberen zoveel mogelijk dingen aan het licht te laten komen en ook zoveel mogelijk verschillen te maken tussen dingen. Dingen als leeftijd en geslacht zijn daar heel geschikt voor, je kunt dan gemakkelijk verschillen maken.

Hoeveel wordt er gedronken door jongeren?

We kunnen natuurlijk niet voor alle jongeren dit vaststellen, we hopen dat onze klas wel een beetje representatief is vergelijken bij de normale jongeren.
In het histogram hieronder kun je zien hoeveel de ondervraagde drinken.

Je kunt hieraan zien dat de meeste van de ondervraagden tussen de 0 en 5 glazen per week drinken. We hebben 36 jongeren ondervraagd. Het aantal niet-drinkers bedraagt 4 dus hebben we een percentage van 11.7% dat niet drinkt. Van de 88.3% die wel drinkt, drinkt 50% tussen de 0 en 5 glazen per week. Er is maar een enkeling die meer als 15 glazen per dag drinkt. Hieruit kunnen we concluderen dat de grootste groep drinkers tussen de 0 en 15 glazen per week drinkt.


Dan maken we vervolgens van het totaal histogram een verdeling in het aantal glazen sterke en lichte alcoholische drank per week. In het histogram op de volgende bladzijde zie je het aantal glazen lichte alcoholische drank per week. Wij hebben de grens tussen licht en sterk gelegd bij 15% alcohol. Wijn vinden wij geen sterke drank, aangezien de meeste wijn 14 of 15% bevat hebben wij hier de grens gelegd.

Je kunt hier ten eerste aan zien dat opnieuw de verdeling naar links ligt en dan kun je dezelfde conclusie trekken als hierboven dat het grootste aantal tussen de 0 en 5 glazen per week drinkt. Vrijwel iedereen blijft onder de 15 glazen per week. 5.88% zit boven op en boven de 25 glazen. Wat opvalt is dat dit 2 mannen waren en allebei 16 jaar oud zijn (dit kunt u nakijken in de gepresenteerde gegevens van VUSTAT).
We kunnen natuurlijk nog niks zeker zeggen maar aan de vorige twee histogrammen valt op dat de grootste groep ondervraagden niet overmatig alcohol gebruikt. We kunnen wel concluderen dat de verschillen niet zo groot zijn. Niet in dit onderzoek verwerkt maar wel opgevallen is dat het percentage jongens dat5 of meer glazen lichte alcoholische drank nuttigt veel groter is dan het aantal meisjes namelijk, 80% van alle jongens. Bij de meisjes ligt dit aanzienlijk lager, namelijk op 14.2%

Dan gaan we eens kijken naar het aantal glazen sterke alcoholische drank dat wordt gebruikt.
Het percentage dat sterke drank sterk maakt moet minsten 16 procent zijn, anders is het geen sterke drank. Enkele voorbeelden hiervan zijn, whisky en wodka.
Op de volgende pagina kun je het histogram zien.

Het vervelende van deze histogrammen is dat hij ook de niet-drinkers bij de eerste klasse neemt. Dit is een fout van ons, wij hebben op al die plaatsen 0 ingevuld en nu telt hij ze dus mee. Wij kunnen wel vertellen dat hier de percentages andersom zijn de vrouwen drinken meer sterke drank als mannen.

Deze boxplot gaat over de snelheid waarmee de glazen leeg gedronken worden. Wat opvalt is dat de verschillen best ver uit elkaar liggen. Sommige doen er minder dan een minuut over en andere weer een kwartier. Het gemiddelde ligt op 5 minuten. Dit ligt dichter bij de 0 dan bij de 15. Veel mensen drinken dus vrij snel. Wat ook opvalt is dat ertussen de 0 en de 5 minuten maar een kleine ruimte is en dat ertussen de 5 en de 15 minuten een vele grotere ruimte is. Het deel dat snel drinkt zit dus dicht op elkaar. Het deel dat boven het gemiddelde ligt zit veel verder uit elkaar. De spreiding bij langzame drinkers is veel groter.

Snelst: < 1 minuut
Langst: 15 minuten
1ste kwartiel: 3 minuten
Gemiddelde: 5 minuten
3de kwartiel: 10 minuten

Bestand : PIETER.VUS Datum 20-2-02
Variabele vraag 5
Aantal 33
Gemiddelde 6,439
Mediaan 5,00
Modus 5,00
Minimum 0,00
Maximum 15,00
SD 4,5507
Eerste kwartiel 3,000
Derde kwartiel 10,000

vraag 3
0 | 0000000456788
1 | 0000000002555555
2 | 000
3 | 0

Hier gaat het erover hoeveel geld men gemiddeld aan drank uitgeeft per week. De verschillen lopen hier ook weer uit van 0 euro t/m 30 euro. De verschillen zijn dus erg groot. Wat opvalt is dat het grootste gedeelte onder de 15 euro blijft en dat er maar 4 daar boven komen. Wat ook opvalt is dat er 7 mensen zijn de helemaal niks uitgeven aan drank. Dit is een groot aantal. Het geld wat men per week uitgeeft valt dus best wel mee. Het grootste gedeelte houdt het onder de 15 euro en er zijn maar een paar “echte alcoholisten”.

Wat je hier ziet is dat de verschillen niet ver uiteen lopen. Wat je wel ziet is dat er best veel mensen gaan voor “anders” en niet voor de “standaard” dranken. Je kan zo wel zien dat de tijden veranderen. Er komen steeds meer andere drankjes bij. Daarom kiezen steeds meer mensen voor andere drankjes. Je kunt dus ook de prijzen die worden uitgegeven aan drank hiermee vergelijken. Dranken als breezer kosten al gauw negen euro, en bier is veel goedkoper, zo komen die grote verschillen in uitgaven

Wat je hier ziet is dat er een paar vroege mensen bijzitten en een paar mensen die laat begonnen met drinken. Het grootste gedeelte begon toch op middelbare leeftijd en dat is hier ongeveer dertien jaar. Dertien jaar is de top en het loopt af naar beide kanten. Het is wel gelijk verdeeld. Hier zijn er geen echte uitschieters. Het gemiddelde is dertien jaar en het wordt minder naarmate de leeftijd vordert of afneemt. Hier hebben we gebruik gemaakt van klassen van 2 omdat leeftijden compact weergegeven moeten worden. Deel je ze te groot in, krijg je een verkeerd beeld van de spreiding en het gemiddelde

Conclusie

Nu we alle gegevens verwerkt hebben kunnen we een conclusie trekken en antwoord geven op onze onderzoeksvraag.
Onze onderzoeksvraag was: hoe is het drankgebruik onder jongeren? We kunnen nu met zekerheid zeggen dat de ondervraagden wel wat alcohol nuttigen maar niet overmatig. Er zijn een paar uitschieters die dat wel doen. We kunnen ook concluderen dat de drinkers qua hoeveelheden dicht bij elkaar liggen, al houd je die uitschieters toch. Ook de verschillen tussen mannen en vrouwen zijn vrij groot gebleken. Vrouwen drinken meer sterke drank, mannen meer bier en andere licht alcoholische dranken. Vrouwen geven ook minder geld uit aan drank, maar dat kan komen uit het feit dat vrouwen meer aangeboden krijgen van mannen.
Het vervelende voor dit onderzoek was, dat alles maar een \"ongeveer of gemiddeld\" antwoord was, de ondervraagden konden hun antwoord niet precies geven.
Onze samenwerking was erg goed, hij verliep soepeltjes en we konden alles goed afstemmen. Heel erg goed ging de uitwerking, we hebben alles erg snel op papier gekregen en dankzij Jochem konden we alles in elkaar passen.
Nu wij de opdracht voltooid hebben, kijken wij er tevreden op terug. Alles verliep soepel, de samenwerking en ook de afronding.

REACTIES

G.

G.

hey gozer, goeie werkstuk man...
alvast thnx
ciaoooo

20 jaar geleden

P.

P.

Dankjewel Pieter voor je verslag! Wij zaten een beetje in tijdnood en hebben er veel aan gehad. Maar waar stond je histogram en de gepresenteerde gegevens van VUSTAT? Die konden we niet vinden. Maar verder echt super! Dankjewel!

19 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.